ECHTE VRIENDINNEN
Jaargang
Vrijdag 30 November 1934
No. 48
iülB
zat voor het raam en tuurde naar
l, Waar ze zoo naar keek, de bleek-
Wel, ze wachtte op haar vrien-
tje. Zoo dadelijk zou de school uit-
len dan kwamen Mïep en Bep om
|werk te brengen en om haar alle
tjes van de school over te vertellen,
ïy was ziek geweest en nu aan het
|ppen. Maar ze mocht nog niet naar
Andere kinderen zouden het mis-
prettig vinden eens zoo'n paar
bij moeder thuis te blijven, één
in bed en dan zoo'n beetje ver
worden; verder nog een paar
:s in de kamer blijven, spelen waar
in had en wat aardige boeken le-
laar dat was met Ems heelemaal
Ze was dol op de school, hield
|el van leeren en vond 't al jammer,
maar een half dagje verzuimen
Helaas was Emmy niet sterk. Ze
:erde vaak wat en telkens moest ze
>s de school verzuimen. De onder-
wist wel, dat haar leerlingetje
reeseliik zou vinden achter te ko-
Ems dan weer wat doen mocht,
En Miep en Bep, die geregeld naar
tndinnetje gingen vragen, dat zeg-
dan mochten die 't werk voor
leenemen.
kwamen de eerste kinderen voor-
lar waren Miep en Bep al. Ze kwa-
ïoor 't raam staan en lachten blij.
|r deed de meisjes open. Wat hadden
er veel te vertellen! Ze hadden een
versje geleerd en dat moesten ze
[oorzeggen. Ze legden haar de nieuwe
en uit en wezen, hoe ver ze waren
lees- en 't taalboekje. Ja, Bep en
|waren echte vriendinnen.
werd Emmy nog erger ziek en
ze opgeknapt was, raadde de dok
familie aan te verhuizen naar een
[ijke streek. Hij wou van die sukke-
B in eens een flinke, gezonde meid
die overal tegen kon. Daarom
ze den heelen zomer niet naar
en moest leven in de buitenlucht,
eten, drinken, spelen, desnoods slapen.
Ems vond 't vreeselijk, dat ze niet naar
school mocht! Maar daar was ze gauw
overheen, toen ze met vader, moeder en
de kleine broertjes in 't aardige bosch
huisje woonde. Wat heerlijk was 't daar!
Den heelen dag was ze buiten en als 't
regende, speelden de kinderen nog onder
de veranda. Ems werd een heel ander kind
met roode wangetjes enden heelen
zomer was ze niet één keertje ziek. De
dokter had er dan ook niets op tegen,
dat ze met September naar de dorpsschool
ging. Daar waren de kinderen met April
naar de nieuwe klas gegaan en dus bleek
Ems niets achter te wezen. Wat genoot
ze! 't Was een mooie ruime school, ook
in het bosch gelegen en niet zoo heel ver
van huis. En weldra had Ems nu ook
nieuwe vriendinnen. Suus en Rie heetten
ze. Vaak kwamen ze haar afhalen en
soms brachten ze Ems naar huis. Ook
onder het spelen waren ze vaak samen.
En wat zoo heerlijk was; Ems ging dag
aan dag naar school, zonder dat ze ook
maar één schooltijd hoefde te verzuimen.
Zóó werd het eind November en na
derde Sinterklaas. Er werden Sint Nico-
laasversjes geleerd en alle kinderen wa
ren vol verwachting. Op een morgen was
het schrift van Kees, die zoo vreeselijk
slordig schreef en zoo veel taalfouten
maakte, uit Jufs lessenaar verdwenen. Wie
dat gedaan zou hebben? Sommigen opper
den de mogelijkheid, dat zwarte Piet er
de hand in had. En toen op een anderen
morgen de roode muts met de witte veer
van Sints knechtje in de gang gevonden
werd, waren allen er zeker van, dat het
zwarte knechtje den boel inspecteerde, als
de kinderen naar huls waren. Dus werd er
prachtig geschreven en heel ernstig ge
werkt. Ook heel mooi gezongen. Want
Ems had hooren fluisteren, dat de hooge
heer in hoogst eigen persoon op school
zou komen. Dat zou me een feest worden!
Emmy leerde alle Sinterklaasliedjes aan
Jaapje en Fritsje, haar kleine broertjes.
En vooral 's avonds werden die druk ge
zongen.
En toen gebeurde er iets heel naars:
een paar dagen vóór Sinterklaas werd
Ems weer ziek. Ze had koorts, hoestte erg,
had keelpijn en de dokter moest komen.
Ze had een hevige kou gevat en moest
een paar dagen in bed blijven. Wat huilde
die Ems! Want je kunt begrijpen, dat er
nu van het Sint Nicolaasfeest op school
niets komen zou. Ennu miste ze haar
vriendinnetjes uit de stad, die haar dade
lijk kwamen opzoeken. Het was al de
vierde December en nog waren Rie en
Suus niet bij haar geweest; ze had ze
zelfs niet eens door de laan zien loopen.
Moeder had 't bedje beneden gezet, zoo
dat Emmy in de laan kon kijken.
„Neen, hoor, Rie en Suus zijn geen
échte vriendinnen," zei Ems tegen moeder
en ze trok minachtend haar neus op.
„Misschien zijn ze ook ziek," verdedigde
moeder de meisjes.
's Middags kwam de dokter nog en die
zei, dat het patiëntje den volgenden dag
uit bed mocht. Maar.... nog niet naar
school vooreerst.
Nu, rondloopen in de kamer was al
plezieriger dan in je bed liggen, 't Ledi-
kantje werd weer naar boven gebracht
en even later was 't zusje met Jaap en
Fritsje bezig prentenboeken te kijken.
„Daar ging Sinterklaas in zijn auto",
riep Jaap die naar buiten had zitten tu
ren, op eens.
„Je droomt," wou Ems zeggen. Maar ze
bedacht zich en hernam: „Dat zou best
kunnen. Hij gaat naar onze school."
Ems zuchtte diep en ze had geen zin
meer om den jongens voor te lezen. Frits
ging trouwens ook naar buiten zitten kij
ken, want straks zou de goede man wel
weer langs komen, als hij op school klaar
was.
Emmy's gedachten trokken naar het
schoollokaal. Daar zou Sint nu zitten met
Piet naast zich. De kinderen zouden zingen
en Piet ging vast strooien. En Kees? Zou
die een standje krijgen? En wie weet, mis
schien deelde de milde bisschop cadeautjes
uit. Weer zuchtte Ems! Och dat ze nu toch
juist weer ziek moest worden.
Wel een uur ging er voorbij. De jongens
gingen maar weer spelen, doch als ze een
auto hoorden toeteren, liepen ze vlug naar
't raam. Als de auto met Sinterklaas voor
bij kwam, wilden ze wuiven. Telkens was
't een vrachtauto of een personenwagen
zonder Sint.
Weer: „Toet! Toet! Toet!"
Ems, Frits en Jaap holden naar 't raam.
„Ja. ja, hij is 't!" riep Jaap verrukt en
begon heftig te wuiven. Frits zong zoo
hard hij kon een Sinterklaasvers.
De auto reed langzaam envlak voor
hun huis stond hij stil. De chauffeur stap
te uit en maakte het portier open. En
toen.... o.... Ems voelde zich beurtelings
warm en koud worden.... daar stapte
Zwarte Piet uit en hielp toen zijn heer en
meester voorzichtig uit het voertuig. Sa
men wandelden die twee naar de voordeur.
Jaap was naar de keuken gehold om het
bezoek aan te kondigen en 't duurde dan
ook niet lang, of de hooge gast trad bin
nen. Moeder gaf hem direct een stoel. Even
moest de oude man op adem komen. Hij
kuchte. Stellig was hij ook een beetje ver
kouden. Toen stak hij Ems z'n hand t-oe.
Het meisje kwam hem begroeten.
„Dag meneer Sinterklaas", zei ze. Frits
en Jaap volgden haar voorbeeld. Voor Sint