BOUWKUNSTIG SCHOON
lEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad
ONZE STADSPOORTEN.
TELEGRAMMEN.
UIT RUSLAND.
KUNST EN LETTEREN.
Mv inncrvv J)*W
DE WITTE POORT.
n.
OootX'
o b'V J »61-
Ia ons vorig artikel hebben we de eigen-
udige situatie van het geheele samen-
der Witte Poort niet besproken. 'Zij
daarvan een heel mooie voorstelling
ilen zien, vinden in een der beneden-
den van de Lakenhal een schildert), die
i situatie heel goed en duidelijk aangeeft.
Is', is een schilderijtje van den Leidenaar
iannes Janson uit 1781 Het geeft dui
dlik aan, hoe het stelsel van bochten en
tommlngen dat den vijand moest belet-
ia onmiddellijk recht tegenover den
.oidtoegang tot de stad te komen, hier
w consequent is doorgevoerd. Het be
at al met den Haagweg, die voor het
ivcrk een buiging maakt. Dan volgt de
tg eerst van hout, later van een
atal gemetselde bogen waar tusschen
twee ophaalbruggen. Het merkwaar-
ge is dat de brug den vorm van een
ikelsegment heeft, zoodat de ophaal-
htSgen onderling een stompen hoek vor
st Achter de buitenste poort, ligt een
ille weg ter weerszijden voorzien van
hoogen muur, die precies een kwart
del maakt, zoodat de ingang van de
Genpoort haaks op die van de buiten
st staat. Ten overvloede waren er ter
eerszijden nog walbastions. Aan de zijde
het Galgewater was dit een zware
Ue toren.
&x> zag dus dit geheele samenstel van
'Uedlgingswerken er uit. In de nabijheid
tnd op het bolwerk de molen van Rem
its vader-
WIJ hebben er eigenlijk geen flauw ver
fden van, hoe interessant onze stad in
'i ouden tijd is geweest. En soms vragen
ons in geraoede af, hoe het mogelijk
dat wij zonder eenig besef als doode
Wn de plaatsen passeeren waar een
ÏJ de grootsten onder de grooten, die
netland het aanzien heeft gegeven, is
topren. Wij denken veel meer aan Rem-
"Mt den Amsterdammer, dan aan Rem-
■indt den Leidenaar, terwijl daar toch,
den omtrek der voormalige Witte Poort
ȕwi 's ontloken, de idealen zijn op-
Abloeid, de eerste vonken van het genie
HJn geest zijn geslagen. Wij moesten
«ijk nimmer Rembrandt's borstbeeld
»et plantsoentje voorbijgaan zonder een
pooze bij ons zelf te denken „Hij
'°ch Leidenaar; Gegroet gij, magl-
i!n 7°venaar. die het kleine volk mede
■•glans gaaft onder de volkeren der
srrdel
Ut binnenste Witte poort, althans het
wiste gedeelte, waarvan het schema
"eend was aan den Dorlschen tempel,
gebouwd in 1650. Wie het gebouw
"IPen heeft, is niet bekend, doch in
'ld was Arend van 's-Gravensande
Mslabryck". De eerste steen werd ge-
op 4 April 1660 door Jan Jansz. van
Maersche, zoon van een toenmaals
v"rend Burgemeester. We zien twee
che kolommen, met architraaf, trig-
o. met kroonlijst en fronton, waarin
oen het stichtingsjaartal het wapen
'■Mm Tusschen de pilasters zien we
^Posten en de boog samengesteld van
jjj® zandsteen evenals dat bij Zijl-
(„i,1® Hoogewoerdspoort het geval was;
■'.n en verto°hde geen acanthusblad,
te.gebogen triglyphvorm. Een der
■J. 'ohten was versierd met de wapens
ktSL en BurgemeesterenClaes van
■Jib ^an Bieterszvan der Maersche,
bj'a,n den Bergh. Cornells Antonisz
Vj„vest| van den Schout, mr. Ge-
OjUri foogeveen en van den secretaris
v.j J J' den bovenbouw schijnt nog al
""ca te zijn geweest- We vinden
namelijk een bouwkundige teekening van
den toren van mr. Willem van der Helm
van 13 Maart 1665. Deze toren werd niet
uitgevoerd en de zaak scheen weer een
paar jaar te rusten. Althans op 18 Oct. 1886
leverde mr. van der Helm opnieuw een
torenontwerp in. Op 21 Oct. 1666 werd door
Die van den Gerechte besloten, dat op de
Witte Poort een toren zou worden gebouwd
voorzien van uurwerk en klok ten dienste
van de omwonenden en van de trekschip
pers. Op 7 Nov. 1666 leverde Van der Helm
opnieuw een teekening ln. De heeren wa
ren blijkbaar lastig! We zien op diverse
teekeningen telkens een andere koepel-
vorm en telkens wordt de koepel iets ran
ker geprojecteerd. En eindelijk vinden w»
uit 1666 nog twee torenprojecties, waarvan
het eene is uitgevoerd. Doch hier komen
we voor een moeilijkheid Van Mieris deelt
mede, dat er eerst in 1735, en dat IS vol
komen juist, een toren op de Witte Poort
werd aangebracht en wel die van de Blau-
poort. die om haar bouwvalligheid in dat
jaar werd afgebroken en die trouwens na
het bouwen van Morschpoort en Rljns-
burgerpoort ook haar voornaamste stra
tegische beteekenis verloren had.
We moeten dus wel aannemen, dat het
Uitgevoerde torenontwerp van Van der
Helm aanvankelijk niet voor de Witte
Poort, doch voor de Blaupoort was be
stemd en daar ook Is uitgevoerd, om ln
1735 naar het Noordelnde te verhulzen.
Omdat de teekeningen op het archief
alhaast vanzelf deze oplossing aan de
hand doen heb ik mij, ook al wegens tijds
gebrek, het moeizame snuffelen ln de fo
lianten van het Burgemeesteren Gerechts
dagboek uit dien tijd bespaard Eigenaar
dig is de koepel met zijn Jonische pilas
ters Het uit- en inspringen van het met
selwerk met de tamelijk rijke afwisseling
van zandsteenblokken doet weer de ge
dachte aan de hand, dat klassiclstlsche
vormen hier weer geheel eigenlandsch zijn
verwerkt, en dat de plctiorale zin „het
oog wil ook wat hebben" hierin weer
bevrediging zocht Overigens viert het ge
heel zich behaaglijk uit in het torentje
Alleen moet ik ten opzichte van mijn
teekening even opmerken, dat het vaantje
geen haantje, doch een leeuw met een
zwaard was, nog in de Lakenhal aanwezig.
En nu we het toch over een windvaan
hebben, zou ik de redactie willen verzoeken
bijgaanden brief hier tegellik af te druk
ken. waarbij ik den schrijver hartelijk
dank zeg voor zijn belangstelling in mijn
artikelen en voor zijn mededeellng, waar
van de inhoud mij inderdaad niet bekend
was,
N. J. S.
Weled. Heer,
Getrouw lezer en bewaarder van uwe
interessante beschouwingen over „Bouw
kunstig Schoon" in het Leldsch Dagblad,
wil 1k hiermede ln verband met de laatste
beschrijving van de Koepoort bij U de
aandacht op vestigen mogelijk is het
u niet bekend dat de vaan indertijd bij
den afbraak van dien poort in 1864 door
een Leidsche familie (van den slooper!)
werd aangekocht en later door wijlen mijn
vader, die in opdracht van die familie aan
den Zoeterwoudsche Singel, bij de Hee
renstraat een aantal heerenhulzen bouwde
op een van die werd geplaatst èn waar
heden ten dage de oorspronkelijke Koe
poort-vaan zich nog bevindt.
Hoogachtend,
JACQUES VAN DER HEVDEN.
Garenmarkt 9.
LONDEN IN FEESTROES.
LONDEN, 30 Nov. (Reuter). Als gevolg van
de koninklijke bruiloft, heerschte ln de
regeeringswijk van Londen en in het
Westend ook na middernacht nog een le
vendig verkeer.
Dichte menschenmenlgtfn bewogen zich
door de straten, om de feestelijk versierde
en verlichte gevels te bewonderen. De
theaters en hotels waren veelal gesloten,
daar zij geheel bezet waren. Er deden zich
talrijke verkeersstoringen voor.
WEER EEN „STAATSVIJAND"
ONSCHADELIJK GEMAAKT.
CHICAGE, 30 Nov. (Reuter). Gisteren
reden op verrassend snelle wijze vijf met
leden der geheime politie bezette auto's
naar een autobus-halte in de beruchte
buurt van Chicago, waar de agenten zich
wierpen op een man en een vrouw, die
aan de halte stonden te wachten.
De man bood weerstand, maar werd
overweldigd. De politie gelooft dat de ge
arresteerde Amerika's jongste „staats
vijand No. 1" is, John Hamilton, tevens
het laatste lid van de bende Dillinger, die
nog niet onschadelijk was gemaakt.
De vrouw die bij hem was zou de weduwe
zijn van den Woensdag j.l. doodgescho
ten misdadiger Nelson, bijgenaamd
„Babyface".
DE FRAN8CHE WERKLOOSHEID.
PARIJS, 30 Nov. (Reuter). De minister
van arbeid Jacquier heeft in de nacht
zitting der Kamer maatregelen aangekon
digd, waardoor de stroom van bulten-
landsche arbeidskrachten naar Frankrijk
wordt tegengegaan en hun vertrek bevor
derd.
Bovendien zullen in den strijd tegen de
werkloosheid Fransche werkkrachten, die
een bepaalde leeftijdsgrens bereikt hebben
door jonge krachten worden vervangen,
terwijl de arbeid door vrouwen en kinde
ren zal worden afgeschaft.
STORM BOVEN ARGENTINIË.
BUENOS AIRES, 30 Nov. (Reuter). Aan
de kust der provincie Buenos Aires heeft
een zware storm gewoed, waardoor het
spoorweg- en telefoonverkeer werd ge
stagneerd.
Er zijn twee dóoden De materieele
schade is aanzienlijk. Het Grieksche s.s.
„Olula" is vergaan.
DE ONZEKERHEID IN BOLIVIA.
SANTIAGO DE CHILI, 30 Nov. (Reuter).
Officieel wordt meegedeeld, dat President
Salamanca is afgetreden, en naar officieus
wordt gemeld, is hij gearresteerd en per
vliegtuig naar Santa Cruz gebracht, om
aldaar door den krijgsraad gevonnist te
worden.
In het nieuwe kabinet heeft o.a. zitting
de oud-president Savedra. die in balling
schap leefde en thans weer in Santiago
vertoeft.
DE STAVISKY-ZAAK.
PARIJS, 30 Nov. (Reuter). De commissie
Stivisky keurde het rapport goed van het
Kamerlid Bouilly (Rep. Socialist) over de
geheime fondsen, waarin wordt aanbevo
len de instelling van een persstatuut, con
trole op de flnancieele inkomsten van dag
bladen en flnancieele en commercleele pu
blicaties, en een verbod voor de regeering
om persorganen te subsidieeren, zonder dat
dit uit de begrootingsstukken blijkt
Het rapport veroordeelt de op de be
grooting voorkomende geheime fondsen
alsmede die welke particulieren evt ter be
schikking van de regeering stellen.
LYAUTEY'S STOFFELIJK OVERSCHOT
NAAR MAROKKO.
RABAT, 30 Nov. (Reuter). De minister
van bultenlandsche zaken heeft gunstig
beschikt op het denkbeeld van den Resi
dent-Generaal van Marokko om het stof
felijk overschot van maarschalk Lyautey
naar Marokko te doen overbrengen.
Op een heuvel die uitziet op Rabat en
Salo, zal een mauseleum voor den maar
schalk worden gebouwd, waarvoor reeds
van alle kanten bijdragen inkomen.
EEN ACHTJARIGE VERSTEKELING.
NEW-YORK, 30 Nov. (V.Dj. Ten huize
van een bewoner van Hamilton op Ber
muda verwekte het verdwijnen van het
8-jarig zoontje groote ongerustheid. Men
dacht aan ontvoering door bandieten en
de politie zocht het geheele eiland af.
Thans ontving de politie echter bericht
van een uit Bermuda naar New-York ver
trokken stoomschip, dat draadloos mede
deelde, dat de jongen Woensdag voor het
vertrek kans had geeien aan boord te
komen en als verstekeling mee uit te
varen. Hij verklaarde, dat de school te
Hamilton hem aanstond en dat hij een
tante in New-York wilde gaan bezoeken.
DE STAKING TE CALCUTTA.
CALCUTTA. 30 Nov. (V.D.). De sta
king der havenarbeiders heeft zich tot «en
groot conflict uitgebreid, waardoor het ge
heele havenverkeer is verlamd. Weliswaar
worden enkele schepen gelost door Chi-
neesche of andere lnheemsche werkwilli
gen, maar deze door ongeschoolde krach-'
ten verrichte arbeid is van weinig beteeke
nis. Meer dan 50 schepen liggen in de
haven en er komen dagelijks meer schepen
bij. De stakers elschen verhooging der
dagloonen. vermindering van den werk
tijd van 11 tot 8 uur en de Instelling van
2 inplaats van een ploeg per kraan De
staking is uitsluitend gericht tegen de
stuwadoors-firma's en niet tegen de haven
autoriteiten.
FRANSCH POLITIE-MAN IN HONGARIJE
BOEDAPEST, 30 Nov. (Reuter). Hier is
aangekomen de commissaris Berthelet van
de Fransche Sureté Générale. Hij heeft
zich in verbinding gesteld met de Hon-
gaarsche autoriteiten en zal of 2 of 3 dagen
blijven.
HENDRIKA VAN TUSSENBROEK.
Morgen hoopt de componiste Hendrika
van Tussenbroek haar tachtigsten ver
jaardag te herdenken.
Geboren in 1854 te Utrecht ontving zij
aldaar haar muzikale opleiding voorna
melijk van Richard Hol. Bij haar jonge
ren kunstbroeder Joh. Wagenaar zette zij
de studie nog eenlgen tijd voort.
Als plano- en zangleerares vestigde zij
zich te Amsterdam, vanwaar zij later naar
hare geboortestad terugkeerde.
Van haar hand verschenen cantate's
en operette's voor vrouwen- en kinder
koor, liederen en duetten, vele kinderlie
deren, waaronder verscheiden „speel-
lledjes".
Van hare kinderliederen zijn er meer
dere zoo volkomen in ons volksleven op
genomen, dat ieder ze kent, elk kind ze
zingt. Wie kent er bijvoorbeeld niet
,,'s Morgens vroeg", „Wordt wakker het
zonnetje is al op" of „Lief Lijsje liep in
de Lindenlaan"? Ook het „Hollandsche
liedje" op den bekenden tekst van S.
Abramsz „Holland, ze zeggen je grond is
zoo dras" is een echt volkslied geworden.
Levendigheid, humor en rake uitbeelding
zijn wel de meest kenmerkende eigen
schappen der compositie's van Hendrika
van Tussenbroek Bij voorkeur koos zij on
derwerpen met „handeling" en op de haar
eigen puntige wijze dichtte zij dan meestal
zélf den tekst. Bovendien ontwierp zij
grootendeels ook zèif figuren en teeke
ningen voor de vertooning van haar Chi-
neesche Schimmen. Zoo ontstonden ineen
klein genre: werken van groote artistieke
éénheid en van dramatische kracht, die
nog altijd hun frischheid behouden heb
ben.
De .Liedekens blijde, in donkere tij
den" (in oorlogstijd ontstaan, doch nog
een actueele titel), de „Chineesche
Schimmen", waarbij allerlei fantastische
beelden en guitige gebeurtenissen op het
witte doek vertoond worden, terwijl het
koor de handeling zingt, „Van Vogels en
Bloemen", „Goeienavond, Speelman" (10
liedjes voor kleine kleuters), „Een oud
Sprookje", „Prins Lente". „Vier Fabels van
Lafontaine". „Jan Klaassen", „De ge
leende Koekenpan" „De drie kaboutertjes"
(welke operette werd uitgevoerd op het
muziekfeest der Mij. tot bevordering der
Toonkunst in 1912 te Amsterdam)ze
vormen slechts een greep uit haar niet
DE BAKENS ZIJN VERZET.
(Nadruk verboden).
Elke revolutie begint met alles af te bre
ken en eindigt met het scheppen van een
nieuwe heerschende klasse, die de plaats
van de verdreven, geruïneerde1 en uitge
moorde heerschende klasse inneemt. Daar
na wordt de storm steeds minder, de uit de
oevers getreden rivier, die alles over
stroomde en verwoestte, keert in haar
oevers terug, het leven hervat zijn gewonen
gang. Het verschil met hetgeen vóór de
revolutie is geweest, is vaak niet zoo heel
erg groot. Prof. Platonow, de bekende Rus
sische historicus) heeft eens gezegd; „Er
waren eenige verbeteringen van het Rus
sische regime noodig en in plaats daarvan
hebben ze den boel op den kop gezet". Voor
deze uitlating werd de oude geleerde in de
gevangenis geworpen en daarna verban
nen. Hij eindigde zijn leven -als. een paria,
ln een klein leemen hutje, buiten de stad,
eenzaam, hulpeloos, door allen gemeden,
omdat iedereen bevreesd was, door de
overheid eveneens als een vijand van het
sovjet-regime beschouwd te wórden. Prof.
Platonow had er bij moeten voegen, dat dit
niet alleen in Rusland gebeurd is, maar
overal tijdens een revolutie. Wat wij nu
in Rusland aanschouwen- is het ontstaan
van een heerschende klasse, van een soort
nieuwe bourgeoisie (men moet dit woord
echter niet te letterlijk opvatten, zooals
sommige Westerlingen doen, want een
echte bourgeoisie is de nieuwe klasse niet).
Elk regime moet op een bepaalde groep
van de maatschappij steunen. Mist het
dezen steun, dan stort het onvermijdelijk
in Het tsaristische regime steunde hoofd
zakelijk op den adel. De Russische adel had
echter tegen het einde van XlXe eeuw zijn
positie ln het land verloren, hij deugde niet
meer als steun, en het oude regime stortte
ineen, als een kaartenhuisje. In het Westen
steunt het regime in vele landen, bijv. in
Frankrijk, op de kleine burgerij. Het ver
dringen van deze klasse door de groote be
drijven, de verandering van de kleine bur
gers in arbeiders, ondermijnt de positie van
de regeering in dergelijke landen.
Het sovjet-regime steunde eenigen tijd
op de leden van de communistische partij.
Deze basis was echter te gering om als
fundament te dienen voor een regeering,
die zulke ingrijpende veranderingen in de
geheele sociale en economische structuur
van het land wilde doorvoeren. De regee
ring trachtte dus haar basis uit te breiden.
Eenlgen tijd waren het alle arbeiders en
arme boeren, doch deze basis was te vaag,
bestond uit heterogene elementen met te
genstrijdige belangen. De sovjet-regeering
zag zich daarom genoodzaakt een selectie
te houden, om de meest geschikte element
ten uit te zoeken. Dit geschiedde gedeelte
lijk bewust, gedeeltelijk was het echter een
gevolg van de ontwikkeling der maat
schappelijke verhoudingen, die op hun
beurt een gevolg waren van de maatregelen
der sovjet-regeering. Het vijfjarenplan, dat
volgens de meening van vele Hollanders tot
het ontstaan van een pieuwe Russische
maatschappij zou leiden, zonder armoede,
met welstand voQr allen, waarbij absolute
gelijkheid zou heerschen enz., had volko
men andere gevolgen. Zooals wij van het
begin af aan voorspeld hadden, liep de be
ruchte „pjatiletka" (vijfjarenplan) op een
mislukking uit. De beloofde welstand bleef
uit, de armoede van de bevolking is even
groot als vóór de pjatiletka, het gebrek aan
voedsel, de meest onontbeerlijke kleeren,
schoeisel enz. is even nijpend. Maar de pja
tiletka heeft geleid tot het ontstaan van
nieuwe maatschappelijke groepen, die de
plaats innemen van de vroegere bour
geoisie.
De economische positie van deze nieuwe
bourgeoisie (om dat woord te gebruiken,
hoewel wij het onjuist vinden en niet vol
komen in overeenstemming met den waren
toestand l is nog vaag, onzeker. Zij beschikt
echter nu reeds over betrekkelijk veel mid
delen en kan zich de weelde van luxe ver
oorloven, terwijl de overweldigende meer
derheid van de bevolking gebrek lijdt. Deze
nieuwe bevoorrechte klasse bestaat uit de
z.g. „roemruchtige lieden", uit de boven
laag der „oedarniki" (stormtroepen), de
technici e.d. De mannen van deze nieuwe
maatschappelijke klasse bezitten betrekke
lijk veel geld. In de steden eigenen zij zich
de beste woningen toe, verdringen uit de
door hen bewoonde wijken de arbeiders en
andere voor hen ongewenschte elementen.
Zij houden dienstmeisjes, sommigen hun
ner hebben zelfs gouvernantes voor hun
kinderen, die een andere opvoeding krijgen
dan de kinderen van de „gewone men-
schen" De overheid doet al het mogelijke
om het den nieuwen heeren naar den zin
te maken. Voor hen worden restaurants ge
opend, die de Russen ..chic" noemen, omdat
de bediening er behoorlijk is, omdat de ta
fels met schoone tafellakens bedekt zijn,
enz. Voor de nieuwe heeren worden groote
over-talrijk maar van leven tintelend
werk.
Als voorwoord bij haar laatste groote
werk: het zangspel „De Schoone in het
slapende Bosch", schreef de bejaarde com
poniste:
„Een oude Sproke in de twintigste
eeuw! Een tijd, waarin onze stoutste en
meest fantastische Jules Verne-droomen
overtroffen zijn door de werkelijkheid.
Wagens zonder paarden daveren en dreu
nen dolzinnig over den aardbodem rond.
Monsterlibellen doorkruisen de lucht.
Langs ijle draden, ja langs onzichtbare
wegen snellen geheimen naar Oost en
West. Zoo werden onze droomen werke
lijkheid. Ook onze droomen van geluk?
Wij weten wel beter. Het met ijver en
kennis ontmaskeerde mysterie wreekt zich
en brengt ongeluk, een ontwrichte en ziel
togende wereld en de dood aan alle poëzie.
Hier ligt nog, in al zijn eenvoud een
oude Sproke, bewerkt door een oude vete
rane, vreemd aan haór tijd. Dat zij er
veel jonge harten mee zal kunnen ver
warmen, is haar liefste wensch."
Hendrika., van Tussenbroek heeft die
wensch in 'vervulling zien gaan door een
groeiende reeks van uitvoeringen, waar
van nu ongeveer tien jaar geleden de
eerste plaats vond in den Utrechtschen
schouwburg, onder haar persoonlijke lei
ding.
Met voldoening kan de componiste te
rugzien op een rijk artistiek leven, en
talloos velen in Nederland, Indië en
ook in Vlaamsch-België zullen haar
morgen met dank en sympathie geden
ken.
winkels geopend, waar peperdure goederen
verkocht worden. Op het platteland koopen
de nieuwe heeren goede meubels, hangen
voor hun ramen tulen gordijnen (in Sov
jet-Rusland een ongehoorde luxe) op,
koopen chroomleeren schoenen, tapijten,
bont, kleeren van laken en zelfs van zijde.
De nieuwe heeren kunnen zich zelfs de
weelde veroorloven, op Jacht te gaan en
te hengelen, ln Sovjet-Rusland uiterste
kostbare vermaken. Dat het hengelen geen
sport voor gewone sovjetburgers is, ziet de
lezer uit de volgende prijzen, die in de
sovjet-bladen aangekondigd zijn; een hen
gelsnoer kost 30 roebel, een toestelletje voor
het vangen van snoek e.d. visch kost 70
80 roebel, de vischjes die daarbij als lokaas
gebruikt worden kosten 3 roebel per stuk
en hooger. Wie zich de weelde wil veroor
loven snoek e.d. te vangen, moet pl.m. 100
roebel neerleggen. Voor een gewonen sov
jet-burger is dit een ongehoord bedrag, een
inkomen van een geheele maand, maar de
bevoorrechte menschen uit de nieuwe heer
schende klasse kunnen zich die weelde wel
veroorloven. Dezelfde mensohen betalen
voor een mandje bloemen 100 roebel, pre
cies als de rijke bourgeoisie vóór de revo
lutie.
Een sovjet-blad („Za Indoestrializat-
sljoe" van 29 September 1934), vertelt het
volgende geval, dat voor de tegenwoordige
Russische toestanden typeerend is: De po
litie arresteerde een „speculant". Zijn
schuld bestond daarin, dat-hij in het ge
heim aan de boeren allerlei waren leverde:
zout, soda, spijkers, lampeglazen, olielamp
jes, kopjes enz. De chef van den coöpera
tieven winkel beschuldigde den „speculant"
van oneerlijke concurrentie. Uit het ge
sprek van de twee mannen bleek, dat er
geen sprake van concurrentie was: de
coöperatiewinkel verkocht n.l. de volgende
waren: cheviotcostuum a 200 roebel, zijden
jumpers, eau de cologne, gramofoons, fiet
sen, radiotoestellen, naaimachines, samo
wars enz., allemaal waren, die de gewone
sovjet-boer niet betalen kan, die voor hem
onbereikbare luxe zpn. Hieruit blijkt dus,
dat de door den sovjet-staat gesteunde en
gesubsidieerde winkel de bovenlaag bedien
de.'terwijl de „speculant" de arme bevol
king van het allernoodzakelijkste voorzag.
Daar er in Sovjet-Rusland geen bour
geoisie in, de eigenlijke beteekenis van het
woord kah ontstaan, omdat de particuliere
handel en industrie onderdrukt worden,
wordt de heerschende klasse uit andere
elementen gerecruteerd. Het zijn ambtena
ren, die succes hebben, het zijn ingenieurs
met een goede positie, het zijn de „briga
diers" en „oedarniki". Daarnaast vindt
men onder de nieuwe heeren allerlei ma
kelaars, die goederen weten te bemach
tigen, welke nergens in den handel te
krijgen zijn, omdat zij met Verliès ver
kocht moeten worden. Deze groepen van de
bevolking hebben nu een- leidende positie
verkregen, die door de regeering erkend
wordt. Naast, hen staat de jeugd, waarop
de regeerders eveneens meenen te kunnen
steunen, 18-jarige jongens en meisjes, kin
deren dus, die na de revolutie geboren
zijn en die van het bestaan van andere
toestanden dan die in USSR niets afweten.
Bij de verkiezingen voor de sovjets droeg
de regeering aan deze elementen de leiding
op. Zij treden als leiders ook fn de pro
ductie op.
De schepping van de nieuwe toonaan
gevende klasse vormt een onderdeel van
de nieuwe economische politiek, die Stalin
invoert. Die politiek bevindt zich voorloo-
pig in een beginstadium, het is dus moei
lijk te voorspellen, welke vormen zij bij
haar verdere ontwikkeling zal aannemen.
Misschien zal zij, evenals de NEP van
Lenin, leiden tot het ontstaan van een
echte bourgeoisie. Deze mogelijkheid ont
staat door de nieuwe maatregelen van de
sovjet-regeering, die voorloopig nog uiterst
vaag en onzeker zijn. De sovjet-regeering
is van plan het systeem van distributie van
levensmiddelen en allerlei goederen af te
schaffen, waarbij rekening gehouden wordt
met de sociale positie van den kooper,
zoodat hetzelfde voorwerp voor een lid van
een bevoorrechte groep veel minder (soms
de helft) kost dan voor een lid van een
minder bevoorrechte groep. De regeering
wil hetzelfde stelsel invoeren als in het
„kapitalistische Westen", dat door de
bolsjewiki in Rusland en hun talrijke
vrienden ln het buitenland (ook hier te
lande) bespot en verafschuwd werd, nl.
dat de handel voor iedereen open is, da#
elk voorwerp een vasten prijs heeft, die
onveranderlijk blijft, onverschillig tot
welke sociale groep de kooper behoort.
Vóór alles zal dit met het brood ge
beuren. Daarbij geschiedt in Rusland pre
cies het tegenovergestelde van hetgeen in
andere landen gewoonte is. In de ..kapi
talistische landen" is het gewoonte, dat de
regeering ingrijpt en tot distributie alleen
dan overgaat, wanneer er tekort is. In
Rusland schaft de regeering de distri
butie juist nu af, op een oogenblik dus
waarop de slechte oogst tot schaarschte
heeft geleid, wanneer dus distributie eeor
gebiedende noodzakelijkheid is. Op deze
wijze hoopt de sovjet-regeering het odium
van de hooge broodprijzen en het gebrek
aan brood op de verkoopers te werpen en
zich zelf schoon te wasschen. De prijzen
zullen nu stijgen en het brood zal een
luxe worden, die alleen de uitverkorenen
zich zullen kunnen permitteeren.
Na het brood zullen de overige waren
volgen. In plaats van de ongelijkheid, die
nu in Rusland bestaat, waarbij voor ver
schillende groenen van de bevolking, ver
schillende prüzen gelden en zelfs ver
schillende winkels bestaan, zal de onge-
iiikheid komen, die de geheele wereld kent,
nl. tusschen hen. die over voldoende con
tanten beschikken om het noodiee te
koopen, en hen, die weinig of geen geld
hebben.
Dr. BORIS RAPTSCHINSKY.
DE KANTOREN DER
zijn lederen werkdag geopend
vanaf half 9 des morgens tot
half 6 namiddags. Zaterdags
vanaf 8 uur 's morgens tot
4 uur 's middags
Zondags den geheelen dag gesloten.
3—4