De partijdag der Nazi's - Marktfeesten te Purmerend DE HEKS VAN WINSLEA 75sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. BE MARKTFEESTEN TE PURMEREND tér gelegenheid van BELANGRIJKE WIELERWEDSTRIJDEN OP DE STADIONBA VN TE AMSTER- PRINSES MARIE dochter van het Italiaansche ko. het 350-jarjg bestaan als marktplaats. Overzicht tijdens de op- DAM. Een viertal renners met wereldreputatie. V.l.n.r. Pellenaers (wereld- ningspaar, zou naar verluidt in het huwelijk treden T.i,.. T7 j i n kampioen amateurs), A. Magne (winnaar Tour de France), K. Kaers (wereldkam- met den aartshertog Otto von Habsburg, pretendent naar voering van het spel „Johan van Egmonds privilegie pioen profs op den weg) en p Pola (wel.eidkampioen sprints-amateurs). de tronen van Oostenrijk en Hongarije. naar het Engelsch van May Wynne. 43) „Ik wil je niet trouwen!" riep zij weer en nu met groote heftigheid. „Dan zou ik mij nog eerder uit het venster werpen en zóó den dood ingaan!" „Je zult niet den dood ingaan, Marjorie, Integendeel, je zult nog vele jaren leyen en mijn gehoorzame vrouw zijn. Maar op net oogenbllk zal ik daar niet verder over praten. Ik wilde je alleen maar op de hoogte brengen van de eer, die ik je mor sen zal aandoen". Hij trad het vertrek door, maar hield steeds den blik op haar gevestigd, tot hij In den hall nog in ziohzelven prevelde: ..Mijn gehoorzame vrouw! Mijn gehoor zame vrouw!" zoo zeker voelde hij zich Immers van de overwinning. Priscllla moest het arme, snikkende meisje terug leiden naar haar kamer, waar zij nog enkele dagen gevangen zou blijven en dit nu zelfs nog zonder den troost van Janet's sympathie! Zij viel op de knieën naast de breede Vensterbank 'en bad onstuimig: „O, Heer zend Hugh! tot mij, Hugh! Hugh! Wie zou mij anders redden van dien verschrikkelijken man!" HOOFDSTUK XXVIII. Het geheim van den Zwarten Poel. Achter een groep elzen stond een kleine jongen in een versleten buisje en zonder pet op het hoofd, zoodat de wind vrij spel had door zijn peenkleurig haar. Weinig aandacht sohenkend aan de wanorde, die de wind over het geheel mocht aanbrengen in zijn toilet, aanvaard de „Wandelende Tam" den tocht heuvel opwaarts in de richting van Winslea Grange. Nu en dan stond hij stil, keek rechts en links om zich heen en verschool zich soms achter een boom of een steen blok, of hij bang was, dat hij gezien zou worden. Hij wist zeer goed, dat de man aan den anderen kant van de rivier wel degelijk op hem lette. En die man was James Birley. Maar toch zette hij moedig den tocht voort, want Zwarte Meg had hem warm avondeten beloofd als hij goed zijn bood schap deed. Het was al koud hier op de vennen en niet lang zou het meer duren of de avond nevel kwam op zetten. Maar Tam liep door en bereikte na eenigen tijd het huis van Winslea Grange. Hij wist zeer goed, dat hij van achter een struik, dichtbij het gesloten venster, waar hij stond, werd gade geslagen. Intus- schen nam hij voorzichtig een paar kie zeltjes, wierp die tegen een van de ruitjes en riep zacht: ..Mistress Marjorie! Mistress Marjorie!" James Birley leunde zoo ver mogelijk voorover en spande zioh in om vooral te hooren wat nu volgen zou. Daar werd het venster opengeschoven en een stem vroeg: „Wie roept Marjorie Stapleton?" „Ik, Wandelende Tam. Ik, die u al eens hierheen heb gebracht, mistress, van de hut van Meg van Winslea". Marjorie herkende hem nu en herhaalde: Wandelende Tam? En waarvoor ben je nu gekomen?" „Meg van Winslea heeft mij gezonden, mistress. Er is een man bij haar in de hut gekomen, die van u spreekt". „Een man?.O, de hemel zij geloofd! Zeker Hugh Ainslie?" „Neen, mistress, zoo heet hij niet. Kolo nel Richard Morrice moest ik u zeggen en dan zoudt u het wel weten". „Inderdaad, dien man ken ik. Maar hoe is die in de hut van Meg gekomen, vanuit kasteel Pontefract?" „Dat weet ik niet, mistress. Hij heeft niet van zichzelven gesproken, enkel van u. En hoe hij zijn vriend beloofd had u uit welk gevaar dan ook te redden". „Om mij te redden?" Zij verloor nu alle voorzichtigheid uit 't oog en boog zioh half voorover uit het venster naar het ventje, dat nu waarschu wend den vinger op de lippen legde. ,.U moet oppassen, lady!" waarop Mar jorie zich dan ook in groote ontsteltenis terugtrok en hem enkel nog tot spoed aan maande. om haar zoo gauw mogelijk de boodschap mee te deelen. Kolonel Morrice zal hier morgenavond zijn bij het opgaan van de maan en hij zal de middelen meebrengen om u uit uw ge vangenschap te verlossen, als u zich aan z'n zorgen wilt toevertrouwen". „Natuurlijk! En van ganscher harte. Maar eilacie!Morgenavond zal het te laat zijn, want op den ochtend moet ik trouwen met een, dien ik haat en vrees. En dan ook niet uit vrijen wil, maar ge dwongen". „Morgenochtend?.... Ja, dat is nu een moeilijkheid, waarop die heer niet gere kend heeft. Welk antwoord zal ik hem dan brengen, mistress?" „Luister eens, Tamga hem nu zoo gauw mogelijk vertellen, dat het morgen te laat zal zijn; dat hij vanavond komen moet vanavond, vat je? Smeek hem, bij al wat hem veilig is, dat hij ooit heeft liefgehad of zal liefhebben, dat hij vanavond een hulpelooze vrouw bijstand komt verleenen. Wil je hem dat zeggen, Tam?" De jongen aarzelde. „Vanavond?.Maar de mist komt op, lady, en ik heb hooren zeggen, dat deze heer den nacht doorbrengt in de „Bar- Guests", bij den Winslea Waterval en u weet, dat die plaats een slechten naam heeft, want dat daar geesten rondwaren in den maneschijn". „Maar als je je wat haast, Tam, zal je daar nog zijn, lang voor het opgaan van de maan. O, ga toch. jongen! Je mag vra gen, welke belooning je maar verlangt. Hier is mijn beurs, daar zit niet veel in, dat geef ik toe, maar er zijn anderen, die je zeker ruimer beloonen zullen. Neem die nu vast mee, Tam. Loop dan, wat je loo- pen kunt, naar de „Bar Guests" en vraag of kolonel Morrice, zonder mankeeren, vanavond komt". Hij nam de zijden beurs, die zij hem had toegeworpen van de eene hand in de andere en herhaalde halfluide: „Naar de „Bar-Guests". Zwarte Meg zal daar misschien zelf nog heengaan, als Ik terug ben. Maar ik denk wel dat die blonde heer met de blauwe oogen hier zal komen". Tam liep weg en hoorde zachtjes het venster achter zich dichtgaan. Maar dat was niet het geluid, waarop hij wachtte. Hij durfde echter niet omkijken om te zien of James Birley hem wel volgde Toch was hij hier een oogenblik later zeker van en opzettelijk liep hij toen niet te snel, dat zijn vervolger hem in dén nevel toch vooral in het oog kon houden. Met triomf in het hart ging James Bir ley dat samentreffen tegemoet met kolo nel Morrice. den man, op wien hij zich wreken wilde en dien hij zich voorstelde als een vluchteling, zwak en uitgeput door ontberingen en dus des te makkelijker een prooi voor zijn zwaard. Morgen zou hij mistress Marjorie ver klaren waarom haar redder zich niet aan de afspraak gehouden had. En wat zou hij zich ook verdienstelijk maken tegenover zijn partij, als hij de natie bevrijdde van dien moordenaar van generaal Rains- borough! Tam had hij nu uit het oog verloren, dus stond hij stil en luisterde (Wordt vervolgd). NOGMAALS DE PARTIJDAG I)ER NAZI S TE NEURENBERG. 1ste rij v.l.n.r. graaf Schwerin von Krosigk, generaal von Blomberg, generaal Goering, Adolf Hitler, Alfred Rosenberg, Rudolf Hess, Victor Lutze, Schwarz en Guebbels. MIN. DE WILDE op de Int. Postzegeltentoonstelling te Am sterdam, brengt een toast uit. DE LEIDER VAN IIET DUITSCHE RIJK in zijn toespraak te Neurenberg. EEN PERS OP ECHTE PERSJES cloor een pers fotograaf verrast tijdens de voorbereidingen voor de jaarbeurs te Utrecht. VERREE TEASHALE de nieuwste echtgenoote van den romantischen film-don- Juan Adolf Menjou.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 5