Wie is de dader?! Groote boerderijenbrand te Dreumel - Tennis te Noordwijk aan Zee DE VLUCHTELING PRIJSVRAAG-FEUILLETON. 75'te JaargangLEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad Roman door IVANS. 48) „En din....?" „Dan zult u mij een naam zeggen, en als dat dezelfde Is als die, welken mij door de vrouw van den „Hausmeister" genoemd is, zal mijn vermoeden tot zekerheid gewor den zijn." Ik had bij de laatste woorden iets bij mij voelen opkomen, dat op angst geleek. Het onzegbaar vreeslijke, dat mij ook vroeger reeds ln het hoofd gekomen was, dook opnieuw op uit het diepst van mijn gedachten. Toch hield lk mij ln bedwang en vroeg, schijnbaar rustig: „Hoe zal ik aan zoo'n naam komen „Door al uw zintuigen op het concert in te spannen" luidde het wat raadsel achtige antwoord. „Er is een plaats voor u gereserveerd vóór in de zaal aan den zij wand, naast de kleine deur, die onmiddel lijk voert ln de gang achter het podium. In enkele seconden kunt u in kamer No. 5 zijn, waar ik u wacht." Het stormde in mijn binnenste, toen ik de trappen van het „Polizei-Prasidium" afdaalde. Gelukkig zou het niet lang meer duren, voordat het concert begon. En voor dien tijd: Niet nadenken! Vooral niet naden ken! Mij laten gaan op den stroom van de gebeurtenissen En dan viel het mij plotseling weer ln, hoe Dr. Von Gabler mij verteld had, dat mijn moeder wist, dat ik dien avond aan wezig zou zijn Die man kan toch niet zóó wreed zijn, mij dit te zeggen, terwijl hij vermoedde.. Opnieuw wierp ik, als met geweld, een dam op, waartegen mijn gedachten stuit ten. Ik wilde niet verder denken! De groote zaal der „Phtlharmoniker" was tot de op de laatste plaats bezet. Alle personen, die in de Weensche Muziek wereld een rol speelden, waren aanwezig. Ik zat reeds vroeg pp mijn plaats op zij van het podium en lette op de menschen, die binnen kwamen. Ik wist, dat mijn moeder zelve niet verschijnen zou. Zoo kort na den sensationeelen moord, op haar man gepleegd, en terwijl ik haar zoon nog onder de verdenking van dien moord stond, had zij er niet toe kunnen besluiten, persoonlijk tegenwoordig te zijn. Arme, goede moeder! Hoe zielsgraag had ik haar gezien in de ure van haar triomf! Haar triomf Opnieuw kwam die pijnigende gedachte bij mij opdie gedachte, waaraan ik niet wilde toegeven en die toch telkens weer terugkeerde! Maar het viel mij plotseling weer in: Dl'. Von Gabler had mij gezegd, dat ik al mijn zintuigen moest inspannen; en ik was nu reeds eenigen tijd aan het droo- men geweest. Verschillende bekende per sonen, waaronder ook persoonlijke ken nissen waren in dien tijd binnen gekomen. Weldra verschenen Von Schlangen en nog eenige bekende musici, die Clemens Brunn, den tweeden prijswinner, escor teerden. Deze was schuw en schuchter als altijd. Op het oogenblik, waarop het pu bliek hem ontdekte ging er een applausje op Er was voor den bekroonden componist een plaats gereserveerd in de bestuursloge achter het podium. Clemens Brunn zat daar, Inééngedoken op zijn stoel, en zooals steeds dood verlegen, nu hij niet ontkomen kon aan de opmerkzaamheid van het publiek. Zijn taak als concertmeester, die hij zoo uit stekend vervulde, had hem nog altijd geen vrijmoedigheid geleerd. Ditmaal trad een ander als zoodanig in zijn plaats op: zijn eigen werk zou hij straks zelf uitvoeren. Dat van mijn moeder, dat het eerst uitge voerd zou worden, zou (ik heb dit reeds elders meegedeeld) ten gehoore gebracht worden door den beroemden Willy Tenger. Precies op den tijd, die daarvoor was aangekondigd, trad, nadat de orkestleden reeds op het podium hadden plaats geno men, de Voorzitter van de Feestcommissie naar voren. Van het podium af sprak hij den aanwezigen toe en zijn toespraak was een juweeltje van zachte vleierij (vooral voor de prijswinners) envan con ventie. Natuurlijk werd hij beloond met applaus-salvo's, die geen einde namen, want zooals meestal bij dergelijke gele genheden in de eeuwig-jonge Keizers- stad er heerschte reeds van den aan vang af in de zaal een opgewekte, geest driftige stemming. Zooals het meer gaat, dwaalden mijn gedachten onder het luisteren naar de toespraak af. Ik voelde zoo duidelijk, hoe tragisch het was, dat mijn moeder per soonlijk niet verschijnen kon op dezen avond, die in haar leven als mensen en als kunstenares zoo gewichtig was. Haar com positie, was die niet haar kind, dat zij nu alleen liet onder vreemden? Alleen de scheppende kunstenaar of kunstenares zelf kan er begrip van heb ben, hoezéér hun geestelijke kinderen hun liefde bezitten! Maar dan, plotseling gingen mijn ge dachten weer ln de richting, waarin ze niet gaan mochten. Ik beet mijn tanden op elkaar en dwong mij tot verdere abser- vatie van alles, wat gebeuren zou Na de toespraak van den Voorzitter verscheen de Dirigent van dien avond, Schweniger, tegelijk met Willy Tenger op het podium. Zij werden begroet met stormachtige ovaties en dadelijk daarop klonken de eerste tonen van het orkest door de zaal: een korte inleiding, waarop de violist, met zijn prachtig instrument en zijn ongeëvenaarde techniek inviel. Het publiek luisterde als betooverd toe en, toen de laatste tonen van het concert geklonken hadden, brak er een ware bij- valsstorm los. Het liep mij koud van den rug, toen ik dien storm hoorde losdonde- ren want dit is het woord, dat hier het best past. De gedachte, dat het mijn moe der was, die dezen bijval oogstte, maakte mij half ziek van opgewondenheid; en dit maal mengden zich geen onaangename gedachten meer ln de vreugde over den triomf, dien zij vierde. In de pauze bleef ik stil op mijn plaats zitten Ik sidderde van opwinding. Clemens Brunn kreeg, toen hij zijn con cert ten einde had gebracht, eveneens een ovatie, maar in de verste verte niet zóó geestdriftig als men die aan mijn moeder gebracht had. Want hij had het werk niet feilloos ten gehoore gebracht, een gevolg van zijn bovenmatige zenuwachtigheid. Maar het werk zelf was zonder twijfel bui tengewoon verdienstelijk. Ik heb hier in het kort en zonder veel woorden of pathetische gezegden den loop van het concert weergegeven. Over mijn eigen gedachten daarbij heb ik tot dusverre gezwegen. En toch waren deze het, die mij op het laatst van den avond zóó zeer ln beslag namen, dat het mij moeite kostte, het einde af te wachten Want eindelijk had ik begrepen, wat Dr. Von Gabler met zijn geheimzinnige woor den bedoelde: ik had, zooals hij mij had aanbevolen, al mijn zinnen ingespannen en verschillende dingen opgemerkt, waar onder één Toen het concert ten einde was, vloog ik naar het vertrek, dat mij door den „Po- lizel-Prasldent" was aangeduid. Ik vond er dezen alleen En toen riep lk luid een naam bevend van opgewondenheid! „U zoudt gefluisterd hebben" zeide Dr. Von Gabler kalm. „Gelukkig zijn wij nog alleen. „Maar het klopt, Herr Fransen." .(Wordt vervolgd), WED. A. DAMEN-UNNINCKX te Terheyden wordt 18 dezer honderd en drie jaar. DE NATIONALE LUCHTVAARTDAG NIEUWE MODE - in Enge- OP SOESTERBERG. Op het vlieg- land tijdens den Eton- veld zijn op verschillende punten tribunes gebouwd. Harrow-match EEN DRIJVENDE KAPSALON IN DE NIEUWE HAVEN TE SCHIEDAM. Een in genieus barbier maakte van een ouden logger een woning en een kapperszaak. DRIE BOERDERIJEN EN ZEVEN SCHUREN IN DE ASOH GELEGD op de grens van Dreumel en Wamel; hierbij ging zeventig duizend kilo hooi verloren. DIT WAS VROEGER EEN RIVIER. sprekend beeld voor de droogte in Engeland. De sohier geheel verpieterde Silk in Wales. DE INTERNATIONALE TENNISKAMPIOEN- SCHAPPEN TE NOORDWIJK AAN ZEE. Mej. van Leemdonk (links) moest na een langdurigen en zwaren strijd in mrs. Wheatcroft haar meerdere erkennen. MINISTER SLOTEMAKER DE BRUïNE in debat met de studenten in het Chr. Studentenconferentiekamp te Nunspeet. DE OPBOUW VAN DE „TILANUS-STERRE- WACHT" r—op het dak van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 5