75ste Jaargang
DONDERDAG 12 JULI 1934
No. 22793
OFFICIEELE KENNISGEVING
STADSNIEUWS.
BUITENLAND.
Het voornaamste Nieuws
van heden.
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
BB
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
30 Cts. per regel voor advertentlën uit Leiden en plaatsen
waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle
andere advertentlën 35 Cts. per regel. Kleine advertentlën
uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts.
bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van
brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 CTb.
Bureau Noordemdsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANT:]
Voor Lelden per 3 maanden ƒ.2:36; per week
Bulten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week
Franco per post f. 2.35 portokosten.
2.0.18
0.1»
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
EERSTE BLAD.
Burgemeester en Wethouders van Lei
den brengen ter algemeene kennis, dat
zij, uitsluitend ten aanzien van de door
den makelaar H. Mol, te Rijswijk (Z.-H.)
op 13 Juli a.s. in het gebouw „Tot Nut
van 't Algemeen", Steenschuur No. 21 te
houden veiling van schilderijen, enz. ont
heffing hebben verleend van de ver
bodsbepaling vervat in art. 2, sub b. van
de Winkelsluitingswet 1930, S. 460. 4351
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRYEN, Secretaris.
LEGATÜM STOLPIANUM.
Prijsvragen.
Het curatorium van het Stolpiaansch
Legaat maakt bekend, dat op de in het
jaar 1932 uitgeschreven prijsvraag, lui
dende: „Nieuwe Bijdragen tot de psycholo
gie van het ruimtebegrip bij blinden", drie
antwoorden zijn ingekomen.
Volgens het oordeel van het curatorium
kon geen dezer antwoorden voor bekroning
in aanmerking komen.
Het antwoord onder het motto „Solem
videbant neque stellas" geeft blijk van vele
door den schrijver genomen experimen
ten om zich een inzicht te verschaffen in
het ruimtebegrip van blinden, het deelt
ook een en ander over de droomen van
blinden mede. De resultaten echter zijn op
een onbevredigende wijze verwerkt, terwijl1
het geheel een weinig systematischen en
eenigszins verwarden indruk maakt.
In de beide andere antwoorden valt veel
goeds te waardeeren. De schrijver van het
antwoord onder het motto „Sehe mit tas-
tendem Auge, fühle mit sehender Hand"
heeft zich beperkt tot de wijze waarop de
blinde staat tegenover de beeldhouwkunst.
Dit kleine onderdeel wordt zeer uitvoerig
behandeld, waarbij de schrijver wel zeer
nauwkeurig te werk gaat, maar desniette
min te veel een eenzijdigen maatstaf aan
legt, zoodat zijn conclusies slechts beperk
te waarde hebben. Da schrijver van de ver
handeling onder het motto „Licht strahlt
ja doch, dem Auge nicht allein" deelt
mede zelf blind te zijn. Van de drie inzen
ders geeft hij blijk verreweg de meeste er
varing te hebben op het gebied van den
ruimtezin bij blinden. Zijn zeer korte ver
handeling is vlot geschreven; te veel mist
men hier echter preciseering van experi
menten en een bespreking der vraag of het
ruimtebegrip van den blinde een ander
karakter draagt dan dat van den ziende.
Al kon geen bekroning plaats vinden,
zoo meent het curatorium desniettemin,
dat er alleszins reden bestaat om den
schrijvers der beide laatstgenoemde ver
handelingen als bewijs van waardeering
voor den door hen verrichten arbeid ieder
een premie van f. 150.toe te kennen. De
schrijvers worden verzocht mede te deelen
of hun naambriefje geopend kan worden,
opdat hun de premie kan worden toege
zonden.
Curatoren schrijven de volgende nieuwe
prijsvraag uit: De godsdienstig-magische
beteekenis van het schrift en het geschre
vene. toegelicht door gegevens uit een of
meerdere godsdiensten.
De omvang van de verhandeling mag
hoogstens 30.000 woorden bedragen.
Antwoorden hierop worden vóór 1 Ja
nuari 1936 ingewacht bij den voorzitter
van het Curatorium, Prof, Dr. J. van der
Hoeve, Rijnsburgerweg 14, Leiden.
Zij moeten in Nederlandsch, Duitsch,
Engelsch, Fransch of Latijn getikt, met
een spreuk geteekend, en vergezeld zijn
van een gezegeld briefje, van dezelfde
spreuk voorzien, waarin des schrijvers
naam en adres zijn opgegeven.
De prijs voor een goedgekeurd antwoord
is de gouden medaille ter innerlijke waar
de van f250 en f. 250 in geld, of wel, naar
verkiezing, de geheele som in geld.
Het oordeel van Curatoren zal in Juni
1936 bekend worden gemaakt.
ZILVEREN JUBILEUM.
ERNSTIG ONGEVAL VOORKOMEN.
De machinist L. W„ van trein nr. 3388,
uit Utrecht, die gistermiddag om 13 u. 58
aan het station alhier moet arrlveeren,
heeft een ernstig ongeluk voorkomen door,
op eenigen afstand ziende, dat de afsluit-
boomen aan den Morschweg niet waren
neergelaten, onmiddellijk met alle kracht
te remmen, waardoor de trein juist één
meter voor den overweg tot stilstand
kwam Een in het posthuis Ingesteld on
derzoek wees uit, dat de overwegwachter
J van M. door een flauwte bevangen op
den grond lag. De E. H. D. vervoerde hem
naar het Academisch Ziekenhuis. Door de
waakzaamheid van den machinist W.
werd op dezen drukken overweg een ver
moedelijk ernstig ongeluk voorkomen.
Van den heer Van der Floeg.
Heden was het 25 jaar geleden dat de
heer J. van der Ploeg, seinhuiswachter,
dienst doende op het station alhier, in
dienst trad bij de H.IJ.S.M.
Hedenmorgen te ongeveer 11 uur heeft
in de 3de klasse wachtkamer, welke hier
voor gereserveerd was, in bijzijn van ver
schillende chef de bureaux en spoorweg
personeel dat niet door dienst verhinderd
was, de huldiging plaats gehad.
Allereerst nam de inspecteur van het
Vervoer der Ned. Spoorwegen, de heer
Cok, nadat de jubilaris met zijn echt
genoote en familie op de met groen ver
sierde stoelen had plaats genomen het
woord. Hij zeide o.a.: Ik acht het een voor
recht u namens de directie der Ned. Spoor
wegen hartelijk geluk te wenschen met
uw 25-jarig jubileum bij de Ned. Spoor
wegen. Als jong maatje bij de Ned. Spoor
wegen gekomen, hebt gij u opgewerkt tot
de verantwoordelijke positie die gij nu be
kleed. Het is een van de verantwoorde-
lijkste betrekkingen, die u bij de spoorwe
gen bekleedt, een kleine vergissing kan de
noodlottigste gevolgen hebben, maar gij
hebt steeds tot genoegen van de directie
uw taak op uitnemende wijze vervuld; ge
zien uw staat van dienst, en als blijk
hiervan bied ik u namens de directie een
oorkonde voor 25-jarigen trouwen dienst
aan met een geschenk onder couvert.
Daarna nam de stationschef, de heer
van Duuren het woord om den jubilaris
onder hartelijke bewoordingen geluk te
wenschen. In den korten tijd dat ik met u
mocht samenwerken, heb ik de uitvoering
van uw werk leeren waardeeren, aldus
spreker.
Een 25-jarig jubileum is een mijlpaal
waarbij men even stilstaat en het afge
legde tijdperk overziet, en met genoegen
kunt u daarop terugzien, ook over de
wijze waarop U met het personeel heb
samengewerkt. Als erkentelijkheid van
het personeel bied ik U hiernevens deze
fraaie eikenhouten divan met ingebouw-
den boekenkast aan, wetende dat gij in
uw vrije uren gaarne uw kennis verrijkt.
Na den vermoeienden dienst der spoor
wegen kunt gij hierop uitrusten en ik
bied uw echtgenoote een fraai bloemstuk
aan, daar ook zij heeft meegewerkt u het
leven bij de Spoorwegen gemakkelijker
te maken. Het cadeau van het personeel
ging vergezeld van een mooie album met
de namen der gevers met geestige teeke-
ningen het spoorwegleven betreffend, op
verdienstelijke wijze geteekend door den
heer W. G. Metselaar.
Aangedaan dankte de jubilaris den heer
Inspecteur (hij verzocht den dank van
hem en zijn echtgenoote aan de directie
der Ned. Spoorwegen over te brengen) en
den heer Stationschef voor zijn waar-
deerende woorden.
Ten zijne huize ontving de heer Ploeg
nog vele blijken van belangstelling o.a.
van de Ned. Vereeniging van Spoor- en
Tramwegpersoneel. De goede wenschen
gingen van bloemstukken vergezeld.
„MALLE GEVALLEN"
IN DE OEGSTGEESTERLAAN.
CHRISTELIJKE OPLEIDINGSSCHOOL
OOSTERSTRAAT 16.
HOOFD IV. A. BODEWES.
Het jaarlijksche Schoolreisje.
Nu de groote vacantie in aantocht is,
maakten de leerlingen van bovengenoemde
school onder leiding van Hoofd en Per
soneel wederom hun jaarlijksche school
reisjes.
Het eerst gingen dit jaar een groep
leerlingen uit het vierde en vijfde leer
jaar. Reeds vroeg in den morgen vertrok
ken zij met prachtig weer naar Utrecht.
Hier bezichtigden zij de OudegTacht, die
met zijn werven en kelders onder de straat
een eigen schoonheid bezit, die iederen
vreemdeling bekoort. Daarna het Stadhuis
en den Domtoren. Op het Domolein staat
het standbeeld van Jan van Nassau en
links daarvan is de ingang der Academie.
Ook in het groote Postkantoor werd een
kijkje genomen en tot slot in den Raads-
kelder een kopje thee gedronken.
De reis werd voortgezet naar de Pyra-
mide van Austerlitz; achter den gezel-
ligen speeltuin van het hotel „De Pyra-
mide" verheft zich het vermaarde monu
ment. dat een grootsch panorama biedt.
In dezen sueeltuin werd de morgenboter
ham genuttigd en een poosje heerlijk ge
speeld. Vanhier naar Doom. om het Ro
sarium bij het kasteel van den Duitschen
keizer eens door te wandelen en te ge
nieten van de rozenpracht, welke hier te
aanschouwen is.
Over Wageningen, met den Wagening-
schen Berg en het Zandgat, ging de reis
naar Oosterbeek. In het hotel „De Duno"
werd het middagmaal gebruikt. Wat ge
noten de kinderen op de wandeling door
bosschen en over heide en hoe schitterend
was hier het gezicht over den Rijn en
de Betuwe.
De auto bracht ons nu nog naar het
einddoel van de reis: Arnhem. Hier werd
het park Sonsbeek bezocht: de Waterval
was natuurlijk een plekje, waar de jongens
en de meisjes niet vandaan te krijgen
waren. Echter de dag snelde voorbij en de
terugreis moest aanvaard worden. Deze
ging over EdeUtrecht, dus door een
andere streek, waar ook veel te zien en te
genieten was.
Na een genotvollen dag kwam deze
groep des avonds omstreeks tien uur weer
voor hun school terug, waar de ouders vol
verlangen hun kinderen stonden op te
wachten.
In het schoolgebouw werd een kort af
scheid genomen eg toen „naar huls toe".
Boerhave als film-held.
Malle gevallen, wie heeft ze niet mee
gemaakt enwie heeft het gelijkna
mige boek van Hans Martin niet gelezen?!
De Oegstgeesterlaan is vandaag een com
binatie van belde; de argelooze voorbij
ganger, die zich er vanmorgen door den
oploop rondom Boerhave's standbeeld liet
verleiden een oogenblik daar te vertoeven
zal zich met verbazing hebben afgevraagd
of hij slaapwandelde dan wel in Holly
wood of Neubabelsberg vertoefde! En
terecht want het was een mal geval.
De Cinetone-maatschappij uit Amster
dam. die thans de verfilming van Hans
Martin's boek onder handen heeft, had er
haar „studio" opgeslagen: Een groote
sight-seeing car" vol figurantjes was er
nabij het standbeeld geparkeerd: eenige
meters verder stond de auto met de ge-
luids-installatie, camera's en geluidsappa
raten werden ingesteld en ingeschakeld,
de hoofdpersonen, mevr. Gusta Crispijn-
Mulder en Johan Kaart namen hun plaat
sen, resp. als leidster der touringcar met
kostschoolmeisjes en den tegen het stand
beeld slapenden Bram, in. De scène werd
opgenomen; niet één- of tweemaal, maar
wel tienmaal; nu eens ontdekte de pro
ductie-leider Leo Meyer een onregelma
tigheid, dan wenschte Jaap Speyer, de
regisseur, een verbetering of vond de
camera-man, Farcas, een andere opname
noodzakelijk.
Verschil zal wel geen der tientallen
bakkers- en slagersjongens, of het zich op
een hoop samendringende naar schatting
honderdkoppige. nieuwsgierige publiek
hebben ontdekt! Maar niet alleen hun
vermomming" van zonneklep en in een
punt om den hals geknoopten zakdoek
de stereotype, dikke, stompe sigaar in den
liondhoek ontbrak nog om de verwezen
lijking van de Amerikaansche filmprodu
cent volkomen te doen zijn maar ook
de tot nu toe door dit drietal bereikte
resultaten waarborgen de rechtvaardig
heid dezer herhalingen. Herhalingen,
waaraan niet alleen de onder een dikken
laag schmink schier verloren gegane figu
rantjes zelfs voor hun naaste familie
leden moeten ze zóó wel onherkenbaar
zijn maar ook de bitse leidster en de
slapende „Scheele" zich geduldig onder
wierpen! Hoog boven alles uit .alleen ver
anderend naar mate de zon hooger klom
en andere schaduwstrepen en zonne
plekken op zijn mantel of voetstuk too-
verde, prijkte Boerhaave.
Was de Oegstgeesterlaan het tooneel,
„Zomerzorg" was de kleedkamer, want
zoowel het eerste ais het laatste bedrijf
spelen in Leiden en zullen heden en zoo
mogelijk morgen opgenomen worden. Gis
teren is de Kaag de studio geweest en
strak als alle scènes op den film- en ge
luidsband zijn vastgelegd en tot een slui
tend en naar allen hopen pakkend geheel
zullen zijn vereenigd, zullen de bioscopen
daveren van den schaterlach van het Ne-
derlandsche publiek, opgewekt door deze
Nederlandsche verfilming van een door
en door vaderlandsch boek.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Wijziging:
Filmafdeeling van het Centraal Bureau
der Katholieke Sociale Actie, Steenschuur
no .17, Leiden. Verhuur en exploitatie van
films. Uittredend directeur: A. H. Boek
raad, Leiden. Uittredend commissaris:
N. A. van Zijp, Leiden. Nieuwe directeur:
P. N. Brouwer, Voorschoten.
Hedenmorgen omstreeks 9 uur is de
bovenzijde van een laadbak van een
vrachtauto, bestuurd door C. J. van D. op
de Haarlemmerstraat bij het uitwijken
naar rechts in aanraking gekomen met een
zonnescherm, aangebracht voor perceel
nr. 204, waarin is gevestigd de wijnhandel
van de firma F. Het zonnescherm werd
totaal vernield. Vervolgens botste de auto
tegen de voorpui van den winkel der firma
van C„ waardoor drie spiegelruiten in
scherven vielen en eenige etalage-goederen
werden vernield of beschadigd. De politie
maakte tegen den bestuurder proces
verbaal op.
Op Donderdag 19 dezer rijdt er een
goedkoope trein naar Zeeland. Men zie de
advertentie in dit Blad
Vanaf hedenavond wordt in het
Trianon-theater een speciale geluidsfilm-
reportage gegeven van de plechtige uit
vaart van ZK.H. Prins Hendrik.
De heer H. Ligtenberg, candidaat te
Rotterdam heeft een beroep ontvangen
naar de Geref. Gemeente alhier.
Te 's-Gravenhage slaagde voor het
Gasfittersdiploma, uitgereikt door de Ver
eeniging van Gasfabrikanten de heer H. v.
d. Doeve, wonende te Lisse, leerling van
den fitterscursus verbonden aan de
Ambachtsschool alhier.
Gisteravond ongeveer halfzes is bij
De Vink, een der paarden van de terug-
keerende troepen van het 6e R.V.A. die
bij de begrafenis van wijlen Z.K.H. de
Prins der Nederlanden dienst gedaan had
den, waarschijnlijk ten gevolge van de
warmte plotseling dood gebleven. De be
rijder bekwam geen noemenswaardig
letsel.
DE ALGEMEENE TOESTAND.
Na Barthou's bezoek aan Londen
Tatarescu te Parijs.
Natuurlijk is men nog lang niet uitge
praat over het bezoek van Barthou aan
Engeland. In Duitschland toont men zich
teleurgesteld, dat Engeland tenslotte op
Barthou's pad zich heeft laten dringen en
het vindt daarbij Italië naast zich.
De Italiaunsche politiek is tegen het net
van regionale verdragen, dat Frankrijk
over Europa wil spreiden, schrijft Gajda
in het Giornale d'Italia.
Hij beschouwt het Oost-Locarno-plan
van Barthou, die bekend is met den tegen
stand van Duitschland en Polen, in de
eerste plaats ais een tactische manoeuvre
om zich tenslotte met fatsoen op een
Fransch-Russisch bondgenootschap terug
te kunnen trekken.
Het voorgestelde Middellandsche Zee-
verdrag wordt door alle bladen scherp
afgewezen. Om Italië niet te ontstemmen
heeft men dit verdrag alleen maar aan
geduid.
De Stampa verklaart, dat men thans,
na Barthou's Londensche reis, een eerste
balans van den toestand kan opmaken.
Het bezoek van Barthou ondertusschen
heeft geen voor Frankrijk gunstige resul
taten opgeleverd. Over de plannen voor
een Oostelijk Locarno en een pact voor
de Middellandsche Zee schrijft het blad.
dat het onwaarschijnlijk is, dat men het
eens geworden zou zijn over een dezer on
natuurlijke formaties, doch ondertus
schen dienen zij als tactische manoeuvres,
om Italië te isoleeren en zijn positie te
verzwakken. Barthou verbeeldt zich, dat
hij het initiatief weer in handen heeft
gekregen. Het is noodzakelijk, dat de
tegenwoordige leiders der Fransche poli
tiek eindelijk inzen, dat men geen mis
bruik moet maken van verdragen. Er zijn
er reeds te veel, bovendien bestaat er een
fundamenteele overeenkomst, die geen
onderwerp van veranderingen zijn mag,
het verdrag van Locarno. Wanneer men
wil, dat internationale overeenkomsten
leven, dan moeten zij rusten op den grond
slag van rechtvaardigheid en wederzijd-
sche achting.
Barthou heeft den Engelschen minister
van buitenlandsche zaken, sir John Simon
gisteren het volgende telegram gezonden:
„Ik dank u oprecht voor de hartelijke,
mij tijdens mijn verblijf van twee dagen
te Londen door de Britsche regeering be
reide ontvangst en in het bijzonder voor
alle bewijzen van vriendschap, welke gij
mij persoonlijk deelachtig hebt doen wor
den. Ik breng van mijn reis de zekerheid
mede terug, dat onze loyale gedachten-
wisseling op gelukkige wijze de goede ver
standhouding tusschen onze beide landen
heeft bevorderd en dat de Europeesche
vrede, welke het gemeenschappelijk doel is
van onze bemoeiingen, gesterkt uit de
onderhandelingen naar voren komt".
De Fransche minister van buitenland
sche zaken Barthou had hedenmiddag een
bespreking, die anderhalf uur duurde,
met den momenteel te Parijs vertoevenden
Roemeenschen minister-president Tata
rescu. Barthou stelde Tatarescu op de
hoogte van de resultaten der besprekin
gen te Londen, voornamelijk wat betrof
het Oost-pact, dat zijn oorsprong vindt
in voorstellen van den Roemeenschen
minister van buitenlandsche zaken Titu-
iescu. Na Barthou's reis naar Boekarest
heeft de Fransche regeering er prijs op
gesteld, door het ontvangen van den
Roemeenschen minister-president te Pa
rijs uiting te geven aan het karakter van
nauwe samenwerking tusschen Frankrijk
en Roemenië.
Men verwacht dat tegen het einde van
deze maand of in het begin van de vol
gende maand koning Carol een bezoek
aan Parijs zal brengen.
BELGIE.
De volmachtswet in gevaar? Botsing
te Antwerpen.
De Belgische Kamer behandelde in
haar vergadering van gisteren het wets
ontwerp inzake het verlies der Belgische
nationaliteit, waarbij het af en toe storm
achtig toeging. Bijna alle sprekers wezen
in hun rede op de verhoudingen in Upen-
Malmedy. De oppositie maakte vooral be
zwaar tegen het eenzijdig karakter van
het wetsvoorstel, waardoor slechts een
bepaalde, willekeurige groep van personen
n.l. zij, die niet door afstamming het Bel
gische staatsburgerschap verwierven, on
der de wet zouden vallen. Ook maakte
men bezwaar tegen de te algemeene
redactie van sommige bepalingen tegen
diegenen, „die hun plichten als Belgisch
staatsburger ernstig schenden", aange
zien men te willekeurige toepassing hier
van vreesde. Ook werd opgemerkt, dat
tweeërlei recht zou worden toegepast op
met Duitschland sympathiseerende bewo
ners van Eupen-Malmedy en met Frank
rijk sympathiseerende Walen.
De Minister van Justitie verdedigde het
wetsontwerp, waarna de oppositie een
voorstel indiende om het wetsontwerp
terug te wijzen naar de desbetreffende
Kamercommissie. Tot stemming kwam de
Kamer echter niet meer en de debatten
zullen in een volgende zitting worden
yoortgezet.
BINNENLAND.
Na de plechtige bijzetting van Z.K.H.
Prins Hendrik; verschillende vorstelijke
personen weer vertrokken. (Binnenland,
3e Blad en Laatste Berichten, le Blad).
Van de Leusder heide bij Amersfoort is
ongeveer 50 H.A. door brand verwoest»
(Gemengd, 3e Blad).
Bij een brand bij Halfweg is een 35-jarig
man in de vlammen omgekomen. (Laatste
Berichten, le Blad).
BUITENLAND.
Na Barthou's bezoek aan Londen. (Bui-
tenl., le Blad).
De uitbreiding der Engelsche luchtmacht
(Tel., le Blad).
De wijzigingen in het Oostenrijkschë
kabinet Dollfuss. (Buitenl., le Blad).
Sven Hedin's expeditie in China over
vallen (Tel., le Blad).
Interviews met Hitier (BuitenL en Tel.,
le Blad).
De bijzondere Kamercommissie voor het
bestudeeren van de volmachtontwerpen
der regeering heeft deze goedgekeurd, na
er aanzienlijke wijzigingen in te hebben
aangebracht.
De regeering vroeg een volmacht-ter
mijn van zeven maanden. De commissie
wilde echter niet verder gaan dan tot den
datum van 30 November a.s.
Men weet niet, welke ten opzichte van
deze en andere nog al ingrijpende wijzi
gingen de houding der regeering zal zijn,
die reeds eerder heeft verklaard, dat niets
aan haar plannen- veranderd mocht wor
den.
In den heden te houden ministerraad
zal deze aangelegenheid worden onder
zocht. (Msbode).
Gisteravond werd te Antwerpen een
optocht gehouden, uitgaande van de
Fronters ter viering van den llden Juli
(Guldensporenslag)
Bij dezen stoet wilde een groep Dinaso's
zich aansluiten, maar zij werden door de
Fronters geweerd, waarop de Dinaso's
terugkeerden naar hun lokaal, gelegen in
de Lange Beeldekenstraat. Zij werden
echter achtervolgd door een paar honderd
socialisten.
In de Lange Beeldekenstraat gekomen,
werden de Dinaso's door de socialisten
overvallen. Er ontstond een gevecht, waar
bij niet alleen met steenen werd geworpen
doch waarbij ook tal van schoten vielen.
Enkele vechtenden werden tamelijk ern
stig gewond.
De Dinaso's sloegen op de vlucht, doch
de socialisten haalden hen in en voor de
tweede maal ontstond een verwoed ge
vecht. Deze botsing had dicht bij het
clublokaal van de Dinaso's plaats, die
naar binnenvluchtten en zich barrica
deerden.
Tegen half elf rukten een sterk detache.
ment politie uit, om de orde te herstellen.
DUITSCHLAND.
Interview met Hitier Vonnissen
en geruchten.
De „New York Herald" publiceert een
interview dat een Amerikaansch professor,
Alfred J. Pearson, uit Des Moines Iowa,
verleden week met Hitler had, over de
dramatische gebeurtenissen van Zaterdag
30 Juni.
Prof. Pearson werd bij Hitier geïntrodu
ceerd door dr. Hjalmar Schacht, den pre
sident van de Rijksbank.
„Wat mag ik Amerika vertellen van de
onlangs plaats gehad hebbende gebeurte
nissen in Duitschland en over den tegen-
woordigen toestand?" was de eerste vraag.
„De waarheid," antwoordde Hitier snel.
„Duitschland heeft niets te verbergen.
Over eenigen tijd hopen wij alle feiten
bekend te kunnen maken. Het is voor ons
heel ongelukkig dat wilde geruchten in
omloop zijn. Duitschland is dicht bevolkt
en daardoor verspreiden zulke berichten
zich snel. Dat is gevaarlijk voor ons. Wan
neer bij u in San Francisco iets gebeurt,
merkt men in New York er niets van
omdat uw land niet zoo dicht bevolkt is.
Heel anders is het bij ons. Elke beroering,
ernstig of niet ernstig, raakt ons allen aan.
Reeds eenige maanden hadden wij moei
lijkheden in onze gelederen. Mannen die ik
absoluut vertrouwde bleken verraders te
zijn. Het is tragisch en verschrikkelijk.
Deze leiders, hooggeplaatst en met heilige
autoriteit bekleed, zwoeren samen om de
regeering omver te werpen Er bestond
voor mij geen alternatief. Ik moest den
eed van mijn ambt en het vertrouwen van
mijn volk gestand doen en ik moest de
verraders uit den weg ruimen. Zoo moest