Ci
75
SRZC
M
WAALS
3
MUG ONTVINGEN Wil WEDEROM DE NIEUWSTE STOffEN
T.T. RACES TE ASSEN
TOILE
köüSCH DAGBLAD Tweede Blad
Dinedag JimI l£g|
HISTORISCHE FIGUREN.
LAND- EN TUINBOUW.
UIT DE BONTE WAERELI
Burgerwoonhuis
Openb. Verkooping
DE SOIE
MOUSSELINE! VOILE PIQUE
ORGANOI - WASCHSTOFFEN
SPECIALE PRUS
HAARLEMMERSTR. 130-136
LEIDER
STRANDTENTEN
#-a
DE POPULAIRE PETER DE GROOTE.
De typische figuur van Peter den Groote
is nimmer geheel uit de belangstelling
van het publiek geweken. Deze „Tsar und
Zlmmermann" is inderdaad breed genoeg
van allure om ln de herinnering dermen-
schen voort te leven. Later zal het mij
misschien vergund zijn, zijn leven in eeni-
ge mijner artikelen te bespreken. Dat zal
dan een stuk ernstige studie zijn, zooals
het onderwerp het vereischt. Nu veroor
loof ik mij eenige anecdotische mededee-
lingen over hem te doen. Zooals men zich
misschien herinneren zal, is, een jaar of
tien geleden, ten gevolge van de gelijke
nis die er tusschen Peter den Groote en
Lenin viel op te merken, veel over den
eerste gesproken. Sedert dook hier en
daar een studietje, een schetsje, een anec
dotische mededeeling op, die den groo-
ten geweldige der tweede helft van de 17e
eeuw als hoofdpersoon had. Door Tsjecho-
61owaaksche bemiddeling vernam ik voor
eeruimen tijd eenige verhalen, die, af
komstig uit Russische kringen, zich bepa
len tot hem, wiens populariteit zoo groot
was, dat zelfs een opera hem tot den
held van het libretto maakte.
Wat ik bijeen verzamelde, geef ik in het
kort hier weer.
Ik begin dan met de lezers uit te noo-
digen hun oogen te richten op onze mooie
hoofdstad Amsterdam, waar in het laatst
der zeventiende eeuw ,.de heerscher van
alle Ruslanden" gezegd werd, zeer be
vriend te zijn met den toenmaligen burge
meester Nicolaas Witsen.
Nu werden in Peter's rijk de Joden niet
tot een geregeld verblijf toegelaten. Van
de goede verstandhouding tusschen den
burgemeester en den autocratischen kei
zer maakten de Amsterdamsche Joden
gebruik om hun stadsmagistraat eerbiedig
te verzoeken, hun voorspraak te zijn bij
den vorst en er bij dezen op aan te drin
gen, dat den Joden verlof werd gegeven
zich in Rusland te vestigen en er handel
te drijven. De bemiddelaar moest er dui
delijk het licht op laten vallen, dat dit
voor Rusland een groot voordeel zou zijn.
Enorme schatten zouden naar Rusland
stroomen in ruil voor zijn productenrijk
dom. Ten bewijze, hoezeer zij gesteld
waren op inwilliging van hun verzoek,
boden zij den czaar als eerste bewijs hun
ner erkentelijkheid een voor dien tijd zeer
aanzienlijke som aan: honderdduizend
gulden. Burgemeester Witsen liet zich
overreden. Hij bracht het voorstel der
Joden tot den hoogen vreemdeling, die
hem rustig en ernstig aanhoorde, doch
daarna glimlachend antwoordde:
.Mijnheer Witsen, u kent de Joden en
u kent de denkwijze van mijn volk. Ik
ken beide eveneens. Nog is het, met het
oog op de laatste, geen tijd, den Joden
zetel en woning in mijn rijk toe te staan.
Zeg hun uit mijn naam. dat ik hen be
dank voor hun aanbod, doch óók, dat ik
medelijden met hen zou hebben, zoó zij
zich in Rusland zouden vestigen, want,
ofschoon zij door de geheele wereld be
schouwd worden als de scherpste zaken-
menschen, die iedereen beetnemen, zou
ik toch bang zijn, dat zij zich in dit op
zicht voor mijn Russen het veld moesten
ruimen".
Men mag wel aannemen, dat de man,
die zoo sprak, niet alleen de Joden en de
denkwijze van zijn volk kende, doch óók
de Russen.
Trouwens, hij had kennis van veel.
Groote belangstelling had Peter de Groote
voor de geneeskunde. Zijn liefhebberij in
deze richting ging zóó ver, dat hij, wan
neer hij in een hospitaal was, nimmer
verzuimde eene anatomische les of eene
chirurgische operatie bij te wonen. Meer
malen deed hij zelf mede aan het ope-
reeren, zoodat hij ten slotte den naam had
vrij bedreven te zijn in het aderlaten, in
het uittrekken van tanden en meer der
gelijke voor een niet zenuwachtigen man
interessante bezigheden.
Deze bekwaamheid van den czaar werd
eens door zijn kamerdienaar Polbojaroff
op listige wijze uitgebuit. Deze man had
nJ. een vrouw, op wier gehechtheid en
echtelijke trouw niet bijzonder te roemen
viel. Om haar daarvoor te straffen verzon
hij het volgende:
In de voorzaal van de keizerlijke ver
trekken zat hij op een goeden dag met een
diep-droevig gezicht, zoodat het de aan
dacht trok van zijn meester en heer, die
hem vroeg, wat er aan scheelde. Het ant
woord was, dat hem zelf niets mankeerde,
doch dat zijn arme vrouw zeer te bekla
gen was. Zij verging van kiespijn, doch
durfde de kies niet te laten trekken.
„Daartoe zal ik haar wel overreden",
zeide Peter. Hij liet de vrouw bij zich bren
gen en besloot, niettegenstaande haar he
vig protest en haar bewering, dat zij geen
schijn van kiespijn had, haar mond te
onderzoeken. Die bewering had geen waar
de. Dat zelden alle kiespijnlijders. Zoodra
de tandarts in de buurt was, had niemand
meer pijn. De mond werd dus onderzocht,
een kies min of meer bedenkelijk gevon
den en de keizerlijke operateur legde vlug
de tang aan en volbracht zijn arbeid.
Hiermede zou de zaak voor den kamer
dienaar afgeloopen zijn. zooals hij ge-
wenscht had. Maar.hij kon zijn mond
niet houden. Hij vond het veel te aardig.
Nu had zijn vrouw dan eens een lesje ge
had, dat haar heugen zou! Maar dit kwam
ter oore van den czaar, die, na 'smans
belijdenis van schuld aangehoord te heb
ben, hem in eigen persoon zóó afroste, dat,
op haar beurt, de vrouw tevreden was over
de bedrevenheid van den vorst.
Ruwe manieren, zal men zeggen. Zeker,
verfijnd is het niet. Het schijnt echter, dat
er in dezen autocratischen heerscher ook
teederheid kon zijn, evenals hij streng en
rechtvaardig was. Een hofdame had door
haar gedrag zich vergrepen aan de hoogste
menschelijke wet. Als ongetrouwde moeder
had zij haar kinderen uit het leven doen
verdwijnen. Toen het feit, eerst door nie
mand vermoed, aan het licht kwam en
haar misdaad duidelijk bewezen was, werd
zij ter dood veroordeeld.
Zij wist, dat Peter zeer veel met haar
op had. Daarop rekende zij bij
haar smeeken om genade. Doch de czaar
weigerde die: tegen goddelijke en men
schelijke wetten had zij gezondigd. Het
was niet aan hem om de rechtvaardige
straf af te wenden.
Den dag der openbare terechtstelling
verscheen de zondares, in een wit kleed
met zwarte linten, op de gerechtsplaats.
Ook Peter kwam daar, kuste haar ten af
scheid en zeide:
„Aan goddelijke en lands-wetten mag ik
u niet onttrekken. Bid ootmoedig en be
rouwvol tot God en vertrouw, dat Hij u
uwe zonden zal vergeven".
Als tegenhanger van het vorige diene
een ander geval. Ook hier teederheid en
gevoel voor recht.
Het was bij een reis door het gouverne
ment Nowgorod in een kleine plaats.
Peter's komst had de kleine bevolking op
de been gebracht en men dromde samen
om hem te zien.
Achter de rijen die zich verdrongen stond
een jong meisje dat zich angstvallig ach
teruit hield en telkens wegkroop wanneer
de blik van den monarch die gemoedelijk
nu met dezen, dan met genen praatte, op
haar viel. Toen Peter dit had opgemerkt,
liet hij haar tot zich roepen. Het kind
kwam, bang, bedeesd, de hand voor het
gezicht. Gelach ging op uit de rijen der
vrouwen. Om haar te bemoedigen sprak
hij haar vriendelijk toe. trachtte haar
schuchterheid te verminderen en zeide
haar. dat zulk een knap meisje als zij niet
zoo bang moest zijn en dat het tijd werd
voor haar om te trouwen
Bij deze woorden barstte het gelach uit;
eenigszins hoonend klonk de algemeene
vroolijkheid. Dat ergerde den czaar en hij
vroeg, waarom aldus over dit meisje, dat
bescheidener was dan de anderen, ge
lachen werd? Of zij. de anderen, soms ja-
loersch waren omdat hij met haar sprak
en zij hem beter beviel dan allen, die
tegenwoordig waren.
Toen kreeg hij uitlegging: een boer deel
de zijn allergenadigsten heer mede, dat er
iets achter stak. Men lachte niet uit af
gunst, maar omdat dit meisje in den dorps-
ban was gedaan. Tijdens een verblijf der
keizerlijke troepen was zij het slachtoffer
geworden van een officier en daarvan had
zij de gevolgen moeten ondervinden. Daar
om. zeide de boer. werd zij door de vrou
wen en meisjes beschimpt en geplaagd:
niemand gaat meer met haar om. hoewel
zij een vlijtig, arbeidzaam en overigens
goed kind is"
Peter hoorde ernstig toe. Hij zag de zaak
anders in dan de verontwaardigde dorps-
schoonen. Hij hield een kleine boetpredi-
catie. die er op wees. dat een vergrijp te
streng gestraft wordt, wanneer het steeds
opnieuw aanleiding geeft tot hoon en min
achting ,Ik wil dat niet en het zal hier
ophouden. Ik beveel u. van nu af aan u
weer bij haar aan te sluiten en niemand
BEPERKING PRODUCTIE VAN
TARWEMEEL.
Men meldt aan de N. R. Crt.:
De regeering zal zeer binnenkort over
gaan tot contingenteering van tarwe voor
de productie van tarwemeel. De totale pro
ductie van tarwemeel zal belangrijk wor
den ingekrompen, en dit zal tot gevolg
hebben, dat zeer zeker één. waarschijnlijk
meer maalbedrijven worden stopgezet. Een
bedrijf, dat zeker komt stop te staan, is dat
van de N V. Meelfabriek Kralingen voor
heen Viruly en Ravenswaay te Rotterdam.
VRAGEN EN ANTWOORDEN.
Vraag: Mijn perziken hebben erg te
lijden van oorwormen. Is daarvoor ook een
bestrijding bekend?
v. W. te A.
Antw.: Wanneer U deze dieren aan
wezig acht spuit dan dagelijks Uw boomen
met koud water. Er blijft dan vaak een
weinig water in steelholte staan, waardoor
de oorwormen zich hierin niet kunnen
verschuilen. Het water deert de vrucht
niet. Zelfs in rijpenden toestand doet het
water geen kwaad.
Vraag: Mijn varen wordt er niet
mooier op. Is gegierd met koemest. Kan de
uitwerking ook verkeerd zijn?
Mej. K. te L.
Antw.: Het Is zeer goed mogelijk dat de
uitwerking averechts is. Vermoedelijk is
Uw plant te droog geweest. Alleen wanneer
de potaarde flink doornat is mag worden
gegierd, met welke mest ook. Zet uw plant
gedurende een paar uur met de pot ln 't
water. Dit zal haar zeker helpen.
Vragen op Tuinbouwgebied aan de
Redaktie onder motto „Tuinbouw".
IN FRUIT- EN GROENTENTUIN.
Op de vruchten van appel- en pereboo-
men zien we zwarte vlekken. Dit is het
optreden van de schurftziekte (Tusicla-
duim). Ook wij hebben de spuitmiddelen
toegepast, waarover we voor enkele weken
schreven. De voor deze ziekte zeer gevoe
lige soorten moeten nu nog eens extra be
spoten. Het droge weer is wel zeer ge
schikt om de verbreiding van deze schim
mel tegen te houden, maar het groote
verschil van dag- en nachttemperatuur is
oorzaak van het optreden van de ziekte.
Niettegenstaande het groote aantal zonne-
uren is het niet wat men noemt groei
zaam weer; de wind is vaak Noord of Oost,
meestal koud en regen laat op zich wach
ten. Lezers die de bedoelde afwijking op
hun vruchten aantreffen moeten de boo
men bespuiten met 1 dl. Californische pap
op 75 dl. water. Deze bespuiting, zoo noodig
na 14 dagen herhalen.
hebbe het hart om haar voortaan ook nog
maar het geringste verwijt over haar ver
grijp te doen".
Er viel niet te spotten met den allerge
nadigsten heer, hoe genadig hij ook mocht
wezen. De klank in zijn stem en de blik
van zijn oogen behelsden eene bedreiging,
die niet te negeeren was. 't Was hem blijk
baar ernst met de zaak. want, toen hij
het meisje nog eens had toegesproken, en
haar bemoedigd had beval hij haar, hem
haar kind te toonen.
Zoo geschiedde. Toen zij met een aardi-
gen. stevigen kleinen vent van twee jaar
terugkwam, nam hij den jongen in zijn
armen.
„Dat is een ferme, mooie knaap, zeide
hij; dat wordt een van mijn dappere sol
daten. Zorg er voor. dat hij goed wordt
opgevoed. Zoo dikwijls ik hier terugkom,
wil ik hem zien. Af en toe zal ik naar
hem laten vragen. Denkt daarom, gij alle
maal!
En hij reed weg. De jonge moeder bleef
met een handvol roebels hem nakijken. De
dorpsbevolking was verbluft. Zij had nu
met eigen oogen gezien en met eigen ooren
gehoord, wat men bij geruchten zoo menig
maal had vernomen: het spontaan-per-
soonlijk optreden en volksvaderlijk ingrij
pen van dezen krachtmensch, dien zij hun
vadertje-czaar noemde, doch dien de his
torie om zijn forsche persoonlijkheid en
den stempel, dien hii drukte op zijn regee-
ringsperiode. Peter den Groote zou be
titelen.
A. J. BOTHENIUS BROUWER.
Bovengenoemde ongunstige groeiom-
standigheden hebben vooral het optreden
van ongedierte als bijv. bladluis tenge
volge. Waar men kan bestrijdt men dit
gespuls 't best door de boomen en planten
met koud water flink te bespuiten, bijv. uit
waterleiding of met motorpomp. Boomen,
waarvan de vruchten nog niet binnen en
kele dagen geplukt worden, bijv. bij prui
men, kan men flink met water nat maken
en daarna flink bestrooien met tabaksstof
Den volgenden dag spuit men alles met
koud water schoon. Meestal is de luis dan
grootendeels verdwenen.
Een niet duur spultmiddel hebben we
tevens in zeep-spiritus. In 10 Liter water
twee ons groene of gele zeep mengen en
hierdoor roeren 1 maatje brandspiritus.
Vóór het gebruik flink roeren. Een paar
flinke regenbuien zullen misschien nog
meer uitwerking hebben. De insecten wor
den dan niet alleen gedood, maar de regen
prikkelt de boom tot doorgroeien. Het
droge weer is oorzaak stilstand en stilstand
bestaat in de natuur niet. Door het op
treden van ongedierte en ziekte gaan vele
gewassen achteruit.
Vele appelboomen zijn bij ons zóó dik
met vruchten bezet, dat we moeten uit
dunnen. Dit doen we geregeld bij Goud-
Reinet, Groninger Kroon, Manks-Codlin,
Peasgood Nousuch, en bij de peren Pré-
coce de Trevouse, Bergamotte d'Esperen,
Dr. Jules Guyot e.a. Door van de drie bij
een zittende vruchten twee weg te knip
pen, ontwikkelt zich de blijvende dermate,
dat het een mooie vrucht wordt, welke
meer gebruikswaarde, dus ook meer han
delswaarde heeft dan drie kleine vruch
ten. Ook bij pruimen loont het vrucht
dunnen meestal de moeite.
De aardbeien zijn nu in volle oogst. De
vrucht heeft vooral op droge gronden
nog al watergebrek. Hier en daar zagen
we tusschen de rijen geultjes graven,
waarin eens per dag water werd gelaten.
Voor kleine tuinen is dit werkelijk van
belang, voor groote teelten is dit te moei
lijk en tevens te kostbaar. Wie nieuwe
rijen wil aanleggen verwijdere de jonge
ranken niet. Hieraan ontwikkelen zich de
jonge planten, noodig voor de aanplant
van nieuwe bedden. De beste tijd hiervoor
is op lichte gronden Augustus en op zware
bodem MaartApril.
In den groenten tuin wordt het droge
weer flink benut om het onkruid te be
strijden. Het losschoffelen van de boven
laag heeft bovendien tot voordeel, dat deze
bovenlaag dan geheel uitdroogt en mul
wordt. Hierdoor wordt de onderliggende
aarde vochtig gehouden. Steeds geschof
felde grond is dan meestal minder droog
dan die waarop deze bewerking niet wordt
toegepast. Door nu deze droge grond iets
opzij te schuiven, komt de vochtige grond
vrij, waarin gemakkelijk kool kan worden
geplant of bijv. snij- of princesseboonen
kunnen gezaaid. Niet zelden wordt even
vóór het zaaien van beide laatstgenoemde
groentesoorten de grond eerst natge
maakt en daarna gezaaid. Ook is het nu
goed weer voor zomerpostelein. Deze
groenten vraagt veel warmte. Vooraf
wordt vochtige aarde bovengespit en daar
in gezaaid, nadat eerst de oppervlakte ge
lijk is geharkt. Na het zaaien van het fijne
zaad mag nJ. niet worden geharkt. De op
pervlakte wordt alleen iets aangedrukt en
daarna natgegoten. Om het oppervlakkig
liggende zaad goed nat te houden wordt
het zaaibed gedekt met een natte zak of
mat. Meestal kiemt het zaad in 2 x 24
uur, waarna de bedekking wordt verwij
derd. Dagelijks wordt gegoten tot de
plantjes een paar c.M. hoog zijn: per 10
vierk. Meter is ongeveer 2 ons zaad noo
dig. Omstreeks de langste dag zaaien we
winter-andijvie, om later de planten uit te
zetten op grond, waarop reeds een gewas
is geoogst. Bijv. op land van vroege aard
appelen, tuinboonen of bijv. doperwten.
Uit de groote boonen plukken we de top
pen van de planten, wanneer de eerste
bloempjes zijn uitgebloeid. De vruchten
groeien dan sneller en vooral wordt het
gevaar van het optreden van bladluis,
welke steeds eerst in de toppen komen,
verminderd. Bieten en Brusselsch lof wor
den flink uitgedund: 10 a 12 c.M. afstand
in de rij is noodig: beide soorten kunnen
verplant, dus gebruikt om in te boeten.
Schorseneeren en peen worden ook gedund
deze laten zich niet verplanten.
Omstreeks den langsten dag zaaien we
tevens winterramenas. De donkere, kegel
vormige is wel de meest gevraagde.
Vragen op Tuinbouwgebied aan de
Redactie onder motto „Tuinbouw".
DE OPGRAVINGEN TE OUEOO.
Cuzco. dat ln de Zuidamerikaansoh»
republiek Peru ls gelgen, wordt beschouwd
als de „archeaologische hoofdstad yam
Amerika". Het Peruaansche parlement be
sloot een bedrag dat gelijk staat met
260.000 gulden uit te trekken voor oprich
ting en instandhouding van een oudheid
kundig instituut waarvan al het nabij
Cuzco te verrichten opgnavtngswerk zal'
uitgaan. Deze maatregel is in het belang
van het Peruaansche Nationale Museum
dat in November 1033 de arbeid reeds was
begonnen ln de buurt van de citadel van
Saxa Huamon. De citadel beheerschte eens
de keizersstad.
Na enkele weken was er al rijke oogst.
Men stiet op goed onderhouden vesting
muren. kazernes, kanalen, fraai bewerkte
steenen en op de fundamenten van een
grooten toren. De voorspelling, die de En-
gelsche onderzoeker professor Bingman
twintig jaar geleden waagde en die hierop
neerkwam, dat Saxa Huaman alle te voren
op Amerikaansche bodem gedane archea
ologische ontdekkingen in de schaduw zou
stellen, schijnt bewaarheid te worden.
De grond van Cuzoo bevat in groote
hoeveelheden al datgene, wat wij aan de
Inca's toeschrijven. Tot nu toe geloofde
men, dat alle ruïnes, welke men blootlegde,
sporen van de door Spanjaarden aange
richte verwoestingen waren. Doch de
nieuwste opgravingen schijnen aan te too
nen, dat Plzarro en de zijnen slechts een
gering aandeel in de totstandkoming der
ruïnes kunnen hebben gehad. De Peruaan
sche vorschers van heden neigen tot de
opinie, dat de zg. Inca-bouwwerken voor
het grootste deel niets met de Inca's heb
ben uit te staan, maar overblijfselen zijn
van een beschaving, die honderden Jaren
eerder bloeide. De betreffende ruïnes moe
ten dan zoo diep in den bodem hebben
gezeten, dat zelfs de Inca's er niets meer
van gezien hebben.
Men heeft te Saxa Huaman waterlei
dingen aangetroffen, die wat uitvoering
betreft, niet ten achter staan bij de Oud-
romeinsche systemen De muurbewerking
der vesting vormt een stuk kunstgeschie
denis op zichzelf. Tusschen prachtig uit
gevoerde fragmenten bevindt zich grof
knutselwerk, dat ongetwijfeld uit een la-
teren tijd stamt.
Men heeft reeds veel over de chemische
geheimen der Inca's gehoord. Professor
Manuel Bedicto Flores heeft thans dingen
gevonden, die er op wijzen, dat de Inca's
de kunst verstonden uit menschenbeende-
ren edelsteenen te maken. Te Ayaucho, op
drieduizend meter hoogte in de Andes ge
legen. heeft Flores onderaardsche ovens
ontdekt, waarin de Inca's door toevoeging
van zekere chemicaliën de karkassen hun
ner dooden in sieraden veranderden. Hij
heeft knoken, in ieder stadium van be
werking tot het volledig gesneden juweel
toe, aangetroffen. De Inca's hebben uit de
skeletten voorwerpen vervaardigd, die een
belangrijke rol speelden bij de vereering
der voorouders. Er zijn uitbeeldingen onder
van een treffende levensechtheid. Schei
kundigen zullen de geheimen der verdwe
nen techniek moeten ontsluieren.
Verder heeft Flores, eveneens te Ayaucho
hieroglyphen waargenomen, die hij voor
tenminste duizend jaar ouder houdt dan
het geslacht der Inca's. Tevoren nam men
aan dat de oude Zuid-Amerikaansche cul
turen geen hieroglyphen gekend zouden
hebben.
EEN STANDBEELD ALS BIJENKORF,
De stad Astorga, in de Spaansche pro
vincie Leon, verheugt zich in het bezit van
het zoetste standbeeld ter wereld Het be
treft hier niet, zooals men zou kunnen
denken van een of anderen suikerbakker,
maar een echt bronzen standbeeld van
Don Carlos Toen men onlangs dit stand
beeld wilde reinigen, kwam daaruit een
geheel bijenvolk zwermen, dat de werklie
den aanviel en hen leelijk toetakelde Als
ingang gebruikte de bijen de neusgaten
van den Spaanschen held Het standbeeld
is vol honing en men weet nog niet. hoe
men de bijen moet verwijderen zonder het
standbeeld te moeten beschadigen
TE KOOP, Korte Hansen
straat 14, bev. 5 kamers, keu
ken, gang, plaats met groote
schuur, geheel gerest, f. 3600.
Direct te aanvaarden. 2922a
Bevr.: Rijn- en Schiekade 22.
bij opbod en afslag op Vrij
dagen 29 Juni en 6 Juli 1934,
des avonds te 7 uren in het
Notarishuis a. d. Hoogewoerd
No. 144 te Leiden, ten over
staan van A. J. C. VAN DER
HEYDEN, Notaris te Leiden,
van:
Het HUIS en ERF, waarin
thans gevestigd „Het café de
Rijn", aan den Lage Rijndijk
No. 1 te Leiden, groot 64 cen
tiaren. Het zeer gunstig ge
legen perceel met een breedte
van ruim 11 Meter aan de
straat, bevat beneden: ruim
lokaal, bergplaats en W.C.;
boven: voorkamer, ruime keu
kenkamer, portaal, W.C., be
schoten zolder met drie
kamers.
Te bezichtigen Dinsdag en
Donderdag in de weken van
veiling en afslag van 24
uren. 3080
Aanvaarding en betaling
der kooppenningen 6 Augus
tus 1934.
Inlichtingen te bekomen
ten kantore van voornoemden
Notaris.
(N a t u u r z ij d e)
voor lingeries en sportjurken,
in wit en alle kleuren,
75 centim. breed, per Meter
8105
VOILE HO HE, Mf%
allernieuwste dessins *MI
Uw japon of mantel wordt gratis geknipt door prima prima coupeuse
3117
Per Luxe Reiswagen naar de
(GROOTE PRIJS VAN EUROPA)
Op Zaterdag 23 Juni a.s. a f. 5.- p. p.
Aanmeldingen bij N.Y, Leidsche Autoboxen-
Garage - Tel. 921 Van Oldenbarneveltstr. 37
flinke maat, met luifel f. 12.95
Kampeertenten vanaf f. 5.75. Tentstok 28 ct. Haring 8 ct.
Kapstokie 25 cent. Hamer 35 cent. Touw p. m. 4 cent.
Opv.baar Waschbakje 1.35, Spiritusstel 80, 1.25. Orig.
Primus vanaf f. 3.90 (uitneembaar) Groote keuze
Rugzakken, Yeldflesschen, Allum. Kampeerartikelen.
NI. BLITZ Co., Haarlemmerstr. 163a, Telf.2417
8094 over do Gruyter.
Jaarlijksche Algemeene Ver
gadering van Aandeelhouders
ln de N.V. Fabriek van Ver
duurzaamde Levensmiddelen
voorheen L. E. Nieuwenhuizen
te Leiden op Woensdag 4 Juli
1934, om 3 uur nam. in Café
Restaurant „In den Vergulden
Turk", Breestraat 84.
Punten van behandeling,
alsmede de Balans en Verlies-
en Winstrekening met de
stukken als bedeeld in Art.
42 W. v. K. liggen vanaf
heden voor Aandeelhouders
ter inzage ten kantore der
Vennootschap, Morschweg 60,
alwaar aandeelhouders, die
hun stemrecht wenschen uit
te oefenen, hun aandeelen
uiterlijk op den 30en Juni
1934 moeten deponeeren.
3099 DE DIRECTIB.