75*te Jaargang
ZATERDAG 14 APRIL 1934
No. 22719
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
PRIJS DER. ADVERTENTIEN:
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en 'Administratie 2500 Redactie 1507.
Poatdièique^ en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PORTRETTEN VAN
H.M. DE KONINGIN-MOEDER
Officieele Kennisgevingen.
Burgerlijke Stand v. Leiden
STADSNIEUWS.
Het voornaamste Nieuws
van heden.
LEIDSCH
DAGBLAD
30 piw. pér regel voor advertentiën uit Leiden en plaatsen
Waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle
andere advertentiën 35 Cts. per regel. Kleine advertentiën
uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts.
bij een maximum aantal woorden van 30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending ran
brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Ots.
PRIJS DEZE» COURANT.:
Voor Lelden per 3 maanden 1.2.-36; per wee£ t. 0.18
Buiten Lelden, waar ^genten gevestigd 390, per week 0A
Franco per post f. 2.35 if portokosten.
Dit nummer bestaat uit VIER bladen
EERSTE BLAD.
Wij herinneren er nogmaals aan, dat nog
slechts een zeer beperkt aantal portret
ten van wijlen H.M. de Koning-Moeder
beschikbaar is. De fraaie uitvoering wekt
algemeene bewondering, terwijl de prijs
- f. 0.20 (zonder lijst) en f. 1.45 (in mat-
ëlveren lijst) voor niemand een be
zwaar kan zijn om zich deze blijvende
herinnering aan Koningin Emma aan te
schaffen.
In hun eigen belang raden wij onzen
abonné's aan den aankoop niet langer
uit te stellen.
DE DIRECTIE.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van
Leiden;
Gezien het verzoek van: a. het Sinclair
Petroleum Company S. A. om vergunning
tot het oprichten van een ondergrondsche
bewaarplaats voor benzine met boven-
grondsche aftapinrichting in en op de
Voldersgracht, vóór het perceel Volders
gracht No, 19, kadastraal bekend Ge
meente Leiden, Sectie H No. 2747; b. de
N.V. Meelfabriek „De Rijn", v/h Firma
Wed. T. Bots om vergunning tot het op
richten van een meelfabriek in het per
ceel Utrechtsche Jaagpad No. 2, ka
dastraal bekend Gemeente Leiden, Sectie
M No. 2407; c. A. W. v. d. Poel, om ver
gunning tot het oprichten van een rookerij
en een inrichting voor het bewerken van
vleeschwaren in het perceel Oude Rijn No.
64, kadastraal bekend Gemeente Leiden,
6ectie H No. 620;
Gelet op de artikelen 6 en 7 der Hin
derwet;
Geven kennis aan het publiek, dat ge
noemde verzoeken met de bijlagen op de
Secretarie dezer gemeente ter visie
gelegd zijn;
alsmede dat op Zaterdag, den 28en April
1934 des voormiddags te half elf uren in
het perceel Breestraat 125 (Bureau van
Gemeentewerken) gelegenheid zal worden
gegeven om bezwaren tegen deze verzoe
ken in te brengen, terwijl zij er de aan
dacht op vestigen, dat. niet tot beroep
gerechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig
art. 7 der Hinderwet voor het gemeente
bestuur of een zijner leden zijn versche
nen, ten einde hun bezwaren mondeling
toe te lichten.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 14 April 1934. 9451
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
brengen ter algemeene kennis, dat M.
Sierat, te Leiden, een verzoek heeft inge
diend ter bekoming van een tapvergun-
ning (vergunning voor den verkoop van
sterken drank in het klein, uitsluitend
voor gebruik ter plaatse van verkoop) in
het perceel Haarlemmerstraat no. 102,
alhier.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRYEN, Secretaris.
Leiden, 14 April 1934. 9450
Burgemeester en Wethouders van Leiden
brengen ter algemeene kennis, dat zij, ten
behoeve van den door de Vereeniging
„Het Leidsch'e Dierenasyl" in den foyer
van de Stadsgehoorzaal, alhier, te houden
bazar, voor 17, 18, 19 en 20 April a.s. ont
heffing hebben verleend van de verbods
bepaling vervat in art. 2 sub b, van de
Winkelsluitingswet 1930, S. 460.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN.
Burgemeester.
VAN STRIJEN. Secretaris.
Leiden, 14 April 1934. 9449
GEBOREN:
Arend, z. v. L. Nijenhuis en E. E v. Hof
wegen Maartje, d. v. H. Heemskerk en
W. J. Bouwmeester Jan, z. v. J. v. d.
Bent en G. v. d. Plas Jan, z. v. P. L
v. d. Walle en F. Aikens.
ONDERTROUWD.
J. N. Korswagen jm. 26 j. en-G. A. den
Ambtman jd. 25 j.
OVERLEDEN.
DE LEERSTOEL VAN WIJLEN
PROF. EEKHOF.
Geen reden tot mopperen, zegt het Alg.
Weekblad voor Christendom en Cultuur.
In vele bladen heeft men ingezonden
stukken kunnen lezen, waarin de schrij
vers zich beklaagden, dat er te Leiden in
de vacature van dl'. Eekhof niet iemand
van dezelfde richting als de overledene is
benoemd. Het was toch immers niet meer
dan billijk dat deze richting ook weer
eens een plaats verkreeg!
Naar aanleiding van deze beschouwin
gen merkt het Alg. Weekblad voor Chris
tendom en Cultuur het volgende op:
In het algemeen verdient het stellig
aanbeveling, dat er bij het bezetten van
de theologische leerstoelen aan onze Uni
versiteiten eenigermate met de verschil
lende theologische richtingen wordt gere
kend. In de Protestantsche theologie zijn
er nu eenmaal zeer uiteenloopende stroo
mingen, en het kan ook voor de theolo
gie zelf niet anders dan vruchtbaar zijn,
wanneer iedere afzonderlijke richting
zooveel mogelijk aan het woord komt.
Men heeft er nu in dit verband op ge
wezen, dat de benoemingen in de laatste
jaren over het geheel genomen sterk in
eenzelfde richting zijn gegaan, zoodat
vertegenwoordigers van andere groepen
moeilijk aan het woord konden komen. In
deze opmerking schuilt een kiem van
waarheid, maar men mag daarbij niet uit
het oog verliezen, dat de jongere verte
genwoordigers van laten wij nu maar zeg
gen de Ethische richting over het geheel
genomen veel meer dan die van andere
groepen wetenschappelijk zijn blijven
werken en momenteel over meer geschool
de krachten beschikken. Het ligt voor de
hand dat de keuze in de tegenwoordige
periode daardoor lichter op iemand van
de z.g. Ethische groep valt:
Een tweede punt is dit. Het gevaar wordt
zoo langzamerhand niet denkbeeldig, dat
er vanwege de publieke opinie steeds
krachtiger politieke pressie op de regee
ring wordt uitgeoefend waar het geldt het
benoemen van iemand van een bepaalde
richting. Wie er wat meer van hoorden,
weten wat er tegenwoordig in beweging
wordt gebracht, als er iemand aan de
beurt moet komen. Men let soms nauwe
lijks nog op de vraag of iemand voldoen
de deskundig is, maar roept in alle talen
uit, dat er nu maar eens iemand van een
bepaalde richting benoemd moet worden.
Het gevolg is dat de Minister van Onder
wijs een enkele maal eenvoudig bezwijkt
en iemand aanwijst ,over wien de man
nen van het vak zich, zwak uitgedrukt,
een beetje verbazen.
Bij de benoeming die er te Leiden is uit
gebracht, is alles volstrekt zakelijk toe
gegaan. Er was geen sprake van afkeer
tegen de richting van dr. Eekhof, want
een vertegenwoordiger van die richting
stond als nummer twee op de voordracht.
Waarom de Minister dezen dan niet be
noemd heeft? Het antwoord laat zich met
groote stelligheid raden. Door de deskun
digen aan de Leidsche Universiteit was
aan een ander dan den genoemde de
voorkeur gegeven en de Minister heeft
gemeend zich aan dit advies te moeten
houden. Wie nummer één staat, heeft het
meeste recht.
De afloop van de vervulling der vaca
ture Eekhof moet ten slotte met vreugde
begroet worden, omdat de tegenwoordige
Minister van Onderwijs zich aan de voor
dracht heeft gehouden. Op dit punt zijn
de Universitaire deskundigen in de laat
ste jaren waarlijk niet verwend. De poli
tiek met al hare slimmigheden gaf soms
op centrale plaatsen een jammerlijken
doorslag. Vooral in de theologische facul
teit heeft de Minister van Onderwijs in
vorige perioden soms een mate van in
zicht getoond, waarover men zich bij een
regeeringspersoon alleen maar kan ver
wonderen. Laten wij dankbaar zyn dat
wij thans een Minister van Onderwijs heb
ben. die blijkbaar met de gdviezen der
deskundigen wenscht te rekenen!
o
DE LEIDSCHE HOUT.
P. C. E. v. d. Plas d., 1 m. C. v, Steijn
Ohgeh. M. 64 j.
Nogmaals de bescherming van het
publiek ingeroepen.
Een onzer lezers schrijft ons:
Als men, zooals de schrijver dezer rege
len, in alle jaargetijden, den Leidschen
Hout bezoekt, valt het op, hoe spoedig
de natuur, na den winter al weer begint
te herleven. Nauwelijks is de vorst voor
bij, of van enkele gewassen komen de
nieuwe jonge spruiten al weer boven den
grond.
En is April gekomen, dan kan men
weer volop genieten van de eerste voor
jaarsbloemen, waaraan onze Hout zoo rijk
is. Voor velen met mij, een jaarlijks weer-
keerend genot. De Hout begint nu weer
zoo mooi te worden, en ook de dieren, de
zwanen, ganzen en eenden brengen er
kleur en levendigheid bij en gaandeweg
zullen de zangvogeltjes er meer komen
nestelen. De lijster ziet men er al veel, zij
is steeds een 'der eersten, die er haar nest
bouwt en er 's avonds haar hoogste lied
zingt; andere zangvogeltjes zullen wel
volgen. Zij zullen gaandeweg de struiken
bevolken en er 's avonds en 's morgens
hun gejubel doen hooren en dan is het
in onzen Hout. zooals Goethe het zoo
mooi in enkele woorden schilderde, in zijn
lied van den Mei:
Es dringen Blüthen aus jedem Zweig,
Und tausend Stimmen aus dem
Gestrauch.
In den loop van den winter, heeft het
bestuur van den Hout, de tweede groote
vijver laten graven, waardoor het geheele
oorspronkleijke plan thans geheel vol
tooid is. Ik betreur het altijd nog, dat men
den Hout nog niet wat grooter gemaakt
heeft en dat men er de voorkeur aan ge
geven heeft, een gedeelte van het terrein
te reserveeren voor sportterrein. Wat zou
het niet een nog veel mooier geheel ge
weest zijn, als ook dat terrein bij den
Hout was getrokken. Dan was de opper
vlakte nog bijna de helft grooter geweest.
Voor sporterrein is het terrein niet zoo
erg geschikt; het ligt erg laag en is daar
door drassig en het zal daardoor veel geld
kosten, het voor sportterrein geschikt te
maken. Bovendien hebben velen die sport
terreinen zoo vlak bij den Hout, nooit
zoo heel gelukkig gevonden. Die sportbe
oefenaars, zijn voor den rustigen wande
laar dikwijls luidruchtig genoeg. Zou het
niet beter zijn, die terreinen ook thans
nog bij den Leidschen Hout te trekken?
Er zijn ongetwijfeld veel werkloozen die
blij zouden zijn, indien zij er van den
winter werk konden vinden. De regeering
is vermoedelijk wel genegen het werk in
werkverschaffing te steunen en is het dan
niet een bijzonder dankbaar object voor
werkverschaffing. Wie een boom plant,
aldus een oud volksgezegde bewijst een
weldaad aan het nageslacht.
Wat een groote weldaad zouden wij dan
aan 't opkomend geslacht bewijzen, in
dien wij den Hout met zulk een groot
stuk gingen uitbreiden en daarbij dan te
vens de werkloosheid zouden verminderen
Toen ik laatst een der bestuursleden
van onzen Hout tegenkwam, heb ik hem
dit plan eens ontvouwd. Tot mijn genoe
gen bemerkte ik dat hij het niet zoo ver
werpelijk vond, doch hij wist niet hoe de
Leidsche Hout dat zou moeten financie
ren. De kas is vrijwel leeg, zei hij en het
getal contribuanten vermindert ieder jaar
Èlk jaar valt er een deel af en er komen
bijna geen nieuwe voor in de plaats.
Slechts heel zelden komt het voor. dat
er nog eens een onverwachte bijdrage
wordt gezonden. Zoo als onlangs, toen een
oud-onderwijzeres ons een bedrag van
f. 50 zond, speciaal voor bestrijding van
de ratten, die een gevaar opleveren voor
onze jonge watervogels in de vijvers. Een
dergelijke bijdrage, die zoo sterk getuigt
van zorg voor de gevederde bewoners van
ons park, doet natuurlijk altijd heel aan
genaam aan en wordt dan ook zeer op
prijs gesteld. Het vormt zulk een gelukki
ge tegenhanger met den notaris, die ten
slotte zijn bijdrage van f. 1 introk, nadat
hij den geld-ophaler eerst veie keeren
terug had laten komen, omdat het beta
len hem op dat oogenblik telkens niet
convenieerde en met den professor, die op
dezelfde wijze zijn bijdrage van f. 2 niet
meer wilde voldoen. De inkomsten van
den Hout, nemen zoodoende af en de kos
ten van onderhoud en toezicht nemen
toe, want het getal der bezoekers wordt
ieder jaar grooter. Dit mag op zichzelf tot
tevredenheid stemmen, want het is een
bewijs, dat de Hout steeds meer beant
woordt aan zijn bestemming van volks
park, dus om de bevolking der stad te
doen genieten van een mooi stukje na
tuur. Het minder prettige is echter, dat
bij dit groeiend aantal bezoekers, ook het
getal van hen, die beter deden er niet te
komen, toeneemt.
Er zijn er zoo veel die niet begrijpen,
dat men dient mee te werken om het park
netjes te houden. Bijna overal staan pa
piermanden, doch maar weinigen nemen
de moeite hun papier en andere rommel,
in de daarvoor bestemde manden te wer
pen. Liever ontsieren zij het park met
hun rommel en afval en dwingen zij het
personeel hun tijd en moeite te geven om
het weer op te ruimen. In de dagen van
Paaschvacantie, liepen, ondanks politie
toezicht, heele drommen kinderen dwars
door de beplanting en vernielden er het
houtgewas en de veldbloemen. Een dame,
of wat daar voor door wilde gaan, kwam
met een mes en een handtasch gewapend,
in den Hout en stak er crocussen uit den
grond, die dan in de tasch verdwenen.
Papiermanden die met ijzeren stangen
bevestigd zitten, werden door opgeschoten
jongens met geweld losgerukt en ver
nield. Aanwijsborden omgetrokken en de
houten stijlen gebroken. Van de publieke
drinkwaterleiding, werd zelfs de afsluiter
afgesloopt. Van broedende watervogels
werden de nesten verstoord en de dieren
gekweld, om nog maar niet te spreken
van het voortdurend loopen buiten de pa
den, waardoor de grasbanden geheel ver
trapt worden en soortgelijke ongerechtig
heden. Op deze wijze zal het verleenen
van vrijen toegang voor iedereen, spoedig
een onmogelijkheid blijken te zijn. Ik
merkte dan ook wel, dat het bestuur
thans ernstig overweegt om den Hout
weer af te sluiten en alleen hen, die in
het bezit van een toegangskaart zijn, ge
legenheid tot wandelen te geven. Mis
schien dat voorloopig zou kunnen worden
volstaan, kinderen slechts onder toezicht
der ouders toegang te verleenen en het
park alleen 's avonds te sluiten. Het is
wel erg jammer, dat de huidige onbe
perkte vrijheid tot wandelen niet zal kun
nen worden bestendigd, doch het bestuur
zal toch wel het een of ander dienen te
doen, want het kan toch bezwaarlijk toe
laten, dat op baldadige wijze de schen
dende hand aan ons mooie park wordt
geslagen en het genoegen voor zoovelen
zou worden bedorven.
ACADEMISCHE EXAMENS.
Geslaagd voor het artsexamen 1ste deel
mej. C. C. Bontebal (Rijswijk) en de heer
F. J. Parlevliet (Noordwijk-aan-Zee)be
vorderd is tot arts de heer J. P. van der
Kam (Den Haag).
REM. GEREF. GEMEENTE.
Ds. Spanjaard beroepen.
Bij de Remonstrantsch Gereformeerde
Gemeente alhier is beroepen ds. S. H.
Spanjaard te Vlaardingen.
UITREIKING VAN
MOBILISATIEKRUISEN.
Aan 140 personen.
Gisteravond werd in de Stadsgehoor
zaal een feestavond gehouden ter gele
genheid van de uitreiking van mobilisa-
tiekruisen door den Nat. Bond „Het Mo-
bilisatiekruis". Onder de vele aanwezigen
bevond zich een groot aantal militaire
autoriteiten.
De voorzitter, de heer D. ten Cate Brou
wer, heette allen namens den Nat. Bond
„Het Mobilisatiekruis" hartelijk welkom,
waarna door een minuut stilte de persoon
van H. M. de Koningin Moeder werd her
dacht.
In zijn openingswoord zette de heer Ten
Cate Brouwer uiteen hoe men, bijna twin
tig jaar na het uitbreken van den oorlog,
er toe gekomen is om ook in Leiden een
afdeeling op te richten van den Nat.
Bond „Het Mobilisatiekruis". Als doel stelt
„Het Mobilisatiekruis" zich versterking
van de liefde tot het Vaderland, verleven
diging van gezonden Nationaliteitszin, de
eenheid en saamhoorigheid van alle Ne
derlanders en niet in 't minst steun aan
noodlijdende kameraden.
De bond, die zich geen militairisme dat
tot oorlog zou voeren voor oogen gesteld
heeft, wil niets liever dan arbeiden aan
de nationale welvaart van ons Vaderland.
Als trouwe onderdanen wenschen haar
leden goede wachters te zijn rond den
troon van Oranje. Wü willen Nederland
houden vrij en onafhankelijk! Wij heb
ben ons hart en hand aan Vorstenhuis en
Vaderland verpand!
Met een „leve de Koningin en heil het
Vaderland", eindigde spr. zijn met geest
drift uitgesproken toespraak.
Met een driewerf hoera reageerden de
aanwezigen op deze rede.
Vol enthousiasme werden hierna twee
coupletten van het Wilhelmus gezongen.
Mej. G. Versteeg, geen onbekende in
Leiden, bracht door haar vertolking van
„Een Koningsvrouwe", de persoon van
wijlen Koningin Emma nog even op den
voorgrond. Als tweede echt-Hollandsch
lied zong zij nog „Van de Noordzee" van
Hullebroek.
De Krontjong-band „Eurazia", gaf hier
na Krontjong-muziek. hetgeen zoo zeer
insloeg, dat nog een extra nummer gege
ven moest worden.
Een verrassing was het, dat de bekende
Veluwsche bard Jan van Riemsdijk zijn
gezelschap had medegebracht. Een gees
tig en amusant programma werd door
hen afgewerkt.
Na de pauze reikte luit. maj. b. d. Co-
lette, in de plaats van lult. gen. N.I.L. b.d.
K. F. E. Gerth van Wijk de voorzitter
van den Nat. Bond „Het Mobilisatiekruis"
die wegens ongesteldheid verhinderd was,
dit te doen, de bronzen mobilisatiekruisen
aan 140 hiervoor in aanmerking komende
personen uit.
Na vooraf de hartelijke groeten overge
bracht te hebben van luit. gen. Gerth van
Wijk, wees spr. er met nadruk op, dat de
mannen van het Mobilisatiekruis een Vre-
desbond vormen. Wij staan hier niet
naast het kanon en zijn ongewapend,
maar bereid op het eerste sein de wapens
weer te aanvaarden.
Voorts verhaalde spr. nog 't een en an
der van den mobilisatietijd, hierbij in 't
licht stellende, dat de gemobiliseerden
toentertijd heldendaden hebben verricht.
Als bijzonderheid willen wij nog melden
dat aan vier broers tegelijk, de heeren
Breda het mobilisatiekruis werd uitge
reikt.
Ds. E. L. Nauta, legerpredikant, reikte
vervolgens met een geestig speechje de
witte mobilisatiekruisen, die slechts spaar
zaam worden uitgereikt en de erkentelijk
heid voor de gemobiliseerden uitdrukken,
uit aan den heer Breebaart, bestuurslid
van het Chr. Mil. Tehuis, ds. H. Thomas
en den heer en mevrouw Joosten. huis
vader en -moeder van het Chr. Mil Te
huis. Na deze uitreiking, die nogal veel
tijd in beslag nam, traden achtereenvol
gens nog op de heer J. C. Burgersdijk, die
met zijn goochelen de aanwezigen enkele
oogenbllkken van waar genoegen gaf,
mej. Gr. Versteeg en het Veluwsche ge
zelschap.
Met het zingen van het Wilhelmus en
een driewerf hoera op de Koningin werd
deze enthousiaste bijeenkomst gesloten.
Vermelden wij nog dat een strijkje op-
der leiding van den heer Plu, eveneens
medewerking verleende.
SCHENKING.
De minister van onderwijs, kunsten en
wetenschappen maakt bekend, dat de heer
en mevrouw Rutgers van der Loeff, gebo
ren Greven, aan de bibliotheek der rijks
universiteit alhier ten geschenke hebben
gegeven een groote verzameling boeken,
welke het resteerende gedeelte vormt van
de boekerij van wijlen hun vader prof,
mr. H. B. Greven. Onder deze boeken be
vinden zich vele belangrijke werken, die
verschillende lacunes aanvullen of be
staande collecties uitbreiden of meer vol
ledig maken.
De regeering heeft met erkentelijkheid
dit waardevolle geschenk aanvaard en den
schenkers haar dank betuigd.
BINNENLAND.
Benoeming te wachten van mr. dr.
Bosch Ridder van Rosenthal, burgemeester
van Den Haag, tot Commissaris der Konin
gin in Utrecht. (Laatste Berichten, le Bi.).
Critiek op het rapport Idenburg; ver
gadering van de Vereeniging ter beoefe
ning van de Krijgswetenschap. (Binnen
land, 3e Blad).
De ziekte van Weil; de minister vraagt
opnieuw voorzorgsmaatregelen te treffen.
(Binnenland, 3e Blad).
Wordt de opleiding van militaire vliegers
van Soesterberg overgebracht naar de
Nationale Luchtvaartschool? (Binnenland,
3e Blad).
Het middelbaar en voorbereidend onder
wijs; de minister over de nieuwe splitsings-
normen voor de parallel-klassen. (Kerk en
School, 3e Blad).
De officieren der Zeven Provinciën voor
den Krijgsraad. (Laatste Berichten, le BI.),
BUITENLAND.
Alarmeerende berichten over Duitsche
bewapening en plannen met tegenspraak.
(Buitenl., le Blad).
Nieuwe poging tot verzoening in de
Evang. Luthersche Kerk. (Buitenl. le BI.),
Insull op weg naar Amerika. (Buitenl.,
le Blad).
De zeeliedenstaking in Denemarken on
wettig verklaard. (Buitenl. en Tel., le BI.),
DE PSYCHO-ANALYSE, TOEGEPAST OP
DE CULTUURGESCHIEDENIS.
Referaat dr. G. L Geers.
In de gisteravond gehouden maande-
Üjksche vergadering van de Maatschappij
der Nederlandsche Letterkunde alhier
heeft dr. G. I. Geers een referaat gehou
den over „De Psycho-analyse, toegepast
op de cultuurgeschiedenis".
Spr. begint met er op te wijzen, dat
onze tijd vele dingen doorzien heeft, voor
dat we ze werkelijk gezien hebben. Vaak
is dit, vooral bij geestelijke zaken, zooals
de psycho-analyse, een angst voor ver
dieping en diepten, een „weerstand"; men
heeft vaak de psycho-analyse zoo snel,
met dichte oogen geslikt om er zich verder
niet meer mee te behoeven bezig te hou
den. Dit is jammeh, want juist de psycho
analyse kan ons veel leeren op het voor
onzen tijd belangrijkste gebied; de mensch
en zijn samenleving. Spr. noemt de ethno-
psychologie en het werk van Malinowski,
de politiek in de sexueele economie (b.v.
W. Reich, Massenpsychologie des Faschis-
mus 1933) pacifisme en het werk van mr.
H. Giltay „Sociaalcultureele vernieuwing
en psycho-analyse" (1933) en van Edward
Glover „War, Sadism and Pacifism" (1933)
en tenslotte de litteratuurwetenschap (W.
Muschg „Psycho-analyse und Literatur-
wlssenschaft (1930).
Door zulke voorbereidingen gesteund
hoopte hij ook een cultuur-historisch tijd
perk, dat van den Spaanschen Gouden
Eeuw, te kunnen interpreteeren van
psycho-analytisch standpunt. Hij meent
het Spaansche volk van pl.m. 1600 te kun
nen beschouwen als een horde met een
leider zooals beschreven door Freud (Mas-
sen-psychologie und Ich-Analyse) en ge
kenmerkt door regressief infantilisme.
Deze horde werd bijeengehouden door de
leuze Dios-Patria-Rey (God-Vaderland-
Koning), door uitstooting van Joden, Moo-
ren en dissenters, door den eisch van
limpieza de sangre (een soort voorlooper
van den Ariër-Faragraph) enz. Vanuit dit
regressief infantilisme en de sterke terug
dringing van het sexueele verklaart spr.
dan de massale viering van den H. Sa
cramentsdag, de enorme beteekenis van
het tooneel (Lope de Vega, etc.), de popu
lariteit van het platonisme, den angst
voor het naakt, de homosexualiteit, de Don
Juan-figuur. de onbevlekte Ontvangenis-
vereenng, de melancholie (Cervantes), den
angst voor de fantasie, de jaloerschheid,
de eer, het sadisme dat zich in het lever»
in de letteren (b.v. Quevedo) en in de
beeldende kunsten uit.
De verkiezing van twee leden der biblio
theek-commissie in de vacatures mej. F.
de Meyier en drs. R. van der Meulen werd
aangehouden tot een volgende vergade
ring.
o
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Wijzigingen:
J. Bayer, Rapenburg 91, Leiden poelier.
Uittredend eigenaar J. Bayer, Leiden, dd.
1 Juni 1933. Nieuwe eigenaar L. Bayer,
Leiden.
David le Feber, Utrechtsche Veer 27,
Leiden; handel In electro-medische appa
raten en apparaten voor radium-therapie.
De winkel is opgeheven. Uitgeoefend be
drijf thans: electro-medische techniek.