DIAMANT
Zilveren jubileum
in „Arboricultura" te Boskoop
„Dr. JEKYLL EN Mr. HYDE".
mm
Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 15 December 1933
Vierde Blad
No. 22621
Italrijke toespraken - Een mooie herdenking!
BAK- EN BRAADVET
O
sPN Ui ff
Cs
j*.
•- i i
«boven het hoofdbestuur der vereeniging „Arboricultura", die gisteren haar
[jarig bestaan herdacht. Van links naar rechts (zittend) de heeren, de Hengst
"tons, Weyer, Baliego en Dekens. Staande, de heeren Hoogland en v. Pesch
termiddag had te Boskoop in de met
men en planten versierde zaal van
I Elaassen" de herdenking plaats van
[li-jarig bestaan der vereeniging ,.Ar-
tultura", vereeniging van leerlingen en
Klingen der Rijkstuinbouwschool al-
In verband met dit feit hield de
gisteren receptie. Het bestuur
«1, met den directeur den heer C.
xrlandt, benevens de leeraren, als-
|e tal van leerlingen en oud-leerlingen,
d vertegenwoordigd om het bestuur te
inenteeren.
fes merkten, wü op vele vooraan-
Bs personen, zoowel uit Boskoop als
pi nenals het voltallige college van
van Boskoop.
Rede van voorzitter N. Weyer,
i eerste spreker trad naar voren de
IN. Weyer, voorzitter van het hoofd-
kr van „Arboricultura", die o.m. een
piedkundig overzicht gaf.
Alvorens dit overzicht echter te geven,
zou spr. de vraag willen opwerpen: „Heeft
Arboricultura haar bestaan gerechtvaar
digd?" Volmondig antwoord spr. dan: „Ja!"
Hoewel voor velen ..Arbori" slechts een
naam is, die niet tot het hart is doorge
drongen, hoewel in vele gevallen ons werk
slechts matige belangstelling heeft, hoewel
veelvuldig wij zelf ons werk onvoldoende
achten, toch heeft „Arbori" veel goed en
degelijk werk gedaan, daarmede beant
woordende aan het doel in Statuten en
Huishoudelijk Reglement gesteld. Critiek is
niet uitgebleven. Critiek vaak en meestal
achterbaks, waartegen men moeilijk zich
zelf kan verdedigen, doch ook veelvuldig
openlijk en opbouwend.
Voor deze laatste catagorie, hier mijn
hulde en dank, want zij toch toonde, het
ware gevoel voor onze vereeniging te be
zitten. .Arboricultura" bestaat dus nu 25
jaar en hoewel gelijkvallend met het Vile
lustrum onzer school, treedt dit laatste op
den achtergrond. Het is ditmaal „Arbori"
voor alles dat feest viert.
25 jaren geleden kwamen enkele leer
lingen der school te zamen, om te komen
tot oprichting eener schoolvereenlging en
wel op de kamer van Karei Perk, die nog
steeds aan .Arbori" verbonden is en sinas
jaren eerelid.
Met hem waren daar Niemeijer, Van
Lennep en waarschijnlijk ook Loggers en
Breijl. Behalve de laatste, allen nog ac
tieve leden. De reden was, dat deze heeren
constateerden dat absoluut geen band be
stond tusschen de beide klassen en nog
veel minder tusschen de leerlingen en de
Boskoopsche bevolking.
Doel der vereeniging was dus het aan-
kweeken van den band tusschen de leer
lingen onderling en tusschen hen en de
Boskoopers. Daar kwam bij de wekelijk-
sche gezellige soos-avond. Ook deze is nu
nog een der instellingen van „Arbori".
De eerste officieele avond vond plaats
In de Melksalon van Stolker. Van de 2e
klasse traden direct toe o.a. Lantinga. Doo-
renbos, Michelsen, Visser.
Voorzitter werd Karei Perk.
Toen deze Boskoop verliet, liet hij een
stevige vereeniging achter. Zijn opvolger
was Swart Na hem vinden wij als voorzit
ter Jos. Renten, die het dan na korten tijd
aan mij heeft overgegeven. Dat was in
1911. Mijn medewerkers waren toen Wim
v. d. Toorn. Ten Hove. Rietsema (reeds
lang eere-lid) en Jos. Renten.
Door onderlinge oneenigheid bedankte
ik en van Iterson werd mijn opvolger. Lang
heeft deze toestand niet geduurd. Binnen
heta jaar ging mijn tweede periode in.
Uit deze tijden denkt spr. vooral terug
aan zijn vriend Daan Haspels, die ook nu
nog steeds voor „Arbori" paraat blijft, als
mede aan Sjoerd Siemeling.
In dat tijdperk valt dan ook het af
scheidsfeest voor den heer Moerlands, des
tijds nog leeraar aan de school, bij zijn
benoeming tot directeur der R.T.S. te
Lisse. Verder het 15-jarig jubileum der
school in 1913.
Helaas kwam de oorlog toen en daar
mede de misère. Voorzitter, secretaris, bi
bliothecaris en commissaris verdwenen met
spoed naar hun militaire standplaatsen.
Een mobilisatie-bestuur werd gekozen,
met Ten Hove als voorzitter. Kort daarna
eindigde de 2e periode van sprekers voor
zitterschap. Om persoonlijke redenen was
hij verplicht Januari 1916, ook als lid te
bedanken En in de notulen van 7 Maart
1916, leest spr. dan het trieste besluit, de
vereeniging op non-activiteit te stellen.
„Arboricultura" sliep. Maar de geest
niet!
In 1919 werd een poging tot herleving
gedaan, uitgaande van leerlingen der
school. Deze poging faalde echter.
Een nieuwe vereeniging werd opgericht
onder den naam van „Sempre Crescendo".
Verdienstelijk maakten zich hierin o.a.
Bosselaar, Vis en Harmsen.
Na Januari 1921 zijn geen gegevens aan
wezig en schijnt „Semper Crescendo" inge
slapen te zijn.
Dan komt de groote tijd. de herleving
van het oude „Arbori" bij gelegenheid van
het 25-jarig jubileum der school.
Spr. richtte hierop het woord tot de
leerlingen van toen, zijn medewerkers.
Wat is er toen hard gewerkt en wat heb
ben wij ve?i plezier genrd. Wie waren in
die jaren al niet onze medewerkers?
Denk aan Doorenbos. Ballego, Haspels,
Loggers, Cramer, van Bel en nog veel
meer!
Wat zijn wel de hoogtepunten van de
geschiedenis dezer jaren. Spr. noemde dan
het Hie lustrum der school met de offi
cieele opening van den nieuwbouw. Verder
het Ebbinge-jubileum.
Bij deze gelegenheden weiden ook Eere
leden benoemd en wel de heeren dr. K.
M. H. v. d. Zande Inspecteur van het M.O.,
burgemeester P. A. Colijn. Ir. C. Ph. Moer
lands, directeur der school en J. W. E.
Ebbinge voorzitter van de Commissie van
Toezicht.
Zoolang „Arbori" bestaat heeft de
directie der school vollen steun gegeven.
Zoowel de oud-directeur de heer Claassen,
als de tegenwoordige directeur de heer
Moerlands waren ons steeds terwille. Spr.
besloot met het uitspreken der beste
wenschen voor Boskoop en de school.
Rede van den heer Moerlands.
Bij de receptie kwam de heer C. Ph.
Moerlands, directeur der Rijkstulnbouw-
school, mede namens zijn mede-leeraren
de vereeniging in haar geheel en het be
stuur in het bijzonder gelukwenschen met
het dubbele jubileum; het 25-jarig bestaan
der vereeniging en het 10-jarig presidium
van den heer N Weijer. Spr. zette de mo
tieven voor deze gelukwenschen nader
uiteen en toonde aan, waarom directeur
en leeraren meenen van hun belangstel
ling en het wedervaren dezer vereeniging
ondubbelzinnig blijk te moeten geven. Van
de oprichting der tuin- en landbouwscho
len hier te lande af hebben de leidende
persoonlijkheden het nut. neen de nood
zakelijkheid van vereenigingen van oud
leerlingen ingezien. Aanvankelijk verwach
ten zij daarvan een wederzijdsche voor
lichting en opwekking om hetgeen op
school geleerd was te onderhouden en op
te fris chen. en anderzijds een onderlinge
ontwikkeling en bespreking van ervarin
gen uit de praktijk. Zóó zou de vereeni
ging vaa oud-'.eerlingen een schakel tus
schen school en oud-leerlingen een voort
zetting der school vormen.
In die richting heeft „Arboricultura" ge
werkt. doch allengs haar taak uitgebreid,
door het houden van lezingen excursies,
enz. maar ook door leiding te geven aan
het gezelschapleven, aan de beoefening van
snel en sport, aan de verdere ontwikkeling
van het gemeenschapsgevoel, het besef
van solidariteit, beroeoseer en beroeps
plichten, enz. En die leiding was zóó tact
vol. zóó juist en doeltreffend, dat wij niet
anders dan sympathiek staan tegenover
een vereeniging, welke met zooveel succes
RECLAME
22( et»
p. hall pond
meewerkt aan het gestelde doel onzer
school! Wij nemen deze gelegenheid gaarne
te baat, om U met het resultaat onder de
beproefde leiding van Uwen voorzitter en
de hartelijke medewerking van het overige
bestuur bereikt, van ganscher harte geluk
te wenschen en de hoop uit te spreken, dat
„Arboricultura" tot in lengte van dagen
moge leven, groeien en bloeien.
Op deze met gloed uitgesproken rede
volgde nog een toespraak van den burge
meester, mr. Verkerk, alsmede van den
heer Doorenbos, hoofdopzichter der ge
meenteplantsoenen te Den Haag, eveneens
oud-leerling der Rijkstuinbouwschool.
Het Avondfeest.
In de avonduren had er een fakkelop
tocht plaats door de muziekvereeniging
•harmonie „Excelsior". Voorafgegaan door
•de muziek, bestuur en leden der vereeni
ging „Arboricultura", werd gemarcheerd
naar de woning van den heer Moerlands
en vervolgens naar die van de andere lee
raren.
Na afloop daarvan had in hotel „Klaas-
sen" een gezellig samenzijn plaats, waar
aan door zeer vele genoodlgden werd deel
genomen. Ook thans werden door de hee
ren Moerlands en Weijer toespraken ge
houden. die door verschillende personen
werden beantwoord. Het spreekt vanzelf,
•dat menig hartelijk woord werd gesproken
aan het adres der jubileerende school en
vereeniging.
Vervolgens werden eenige tooneel-, als
mede enkele zangstukken ten beste gege
ven, waarna tot slot een gezellig bal, tot
laat in den nacht de feestvierenden bijeen
hield.
„Arboricultura" kan met genoegen terug
zien op dezen feestavond, in het bizonder
op het 25-jarig tijdperk, dat zij als veree
niging heeft afgelegd!
TRUDE MARLEN.
li de opnamen, die voor de UJ\A.-film
|was eens 'n prinsin Neubabels-
T gedraaid werden, zag men voor de
fera en den microfoon een tot nu toe
lekende verschijning .Een jong, blond
p)e met diep-blauwe oogen. Trude Mar-
I'spreek uit: Marleen) heet de jonge
Pe. die hier Anneliese Föhse, de dochter
den apotheker de Annelise van Dessau
Trude -Marien.
[la Grw i komt uit Stiermarken. Zij
«ter n„ ^„^•kïhter van een landgoed-
m JL' November geboren. Reeds als
Cüiv iï.?cïae 2Ü haar tweelingzus-
"ttiijtpn ,é"voorstellingen, geheel uit
0 dien ts aandrang. Haar vader wilde
fs eaterSeestdrift van zijn Trude
taödpi-, ->moest na haar schooljaren
bi a]i„.7«ademie bezoeken, hetgeen zij
»no- en ,™alVe graag deed. Bij de
/drndapv,, ",essen. was zij daarentegen
I Ten slott ve'
Thalën haar vader er toe over
Fbeel- al "ij haar toestemming gaf,
dacht H?onclerricht'te nemen. Haar
mPi' dat dwepen met het thea-
■'J o tijd zou minderen. Toen
P'K aochter met een contract aan
E? '•'erli J haar aan het Stadt-
v®!etteJ«' ga£ na eenig verzet
zbn handteekening er onder.
In Graz speelde Trude Marlen komische
rollen, daarop volgde een engagement bij
het Deutsche Theater in Brünn. De groote
sprong naar Berlijn gelukte, in het „Thea
ter des Westens" speelde en zong de jonge
artiste in „Junger Wein". Daar werd zij
opgemerkt door regisseur Dr. Robinson,
wien het echte talent van de mooie, jonge
artiste opviel. De proeven voor camera en
microfoon vielen gunstig uit, zoodat wij
binnenkort Trude Marlen op het witte
doek als partnerin van Willy Fritsch in „Er
was een 'n prins.... kunnen bewonderen.
GIRLS INCOGNITO.
In die populaire revuefilms, waarin het
leven achter de schermen een min of meer
realistische uitbeelding .krijgt is een der
onvermijdelijke hoogtepunten het aangrij
pende moment waarop een der arme, door
eindeloos repeteeren uitgeputte en onder
voede koormeisjes begint te wankelen en
vervolgens op gracieuze wijze in zwijm
valt, meestal in de armen van den jeune
premier, die altijd in de buurt is en die het
zich nu natuurlijk tot een plicht rekent
hals over kop verliefd te worden op het
arme kind.
Ongetwijfeld een mooi moment, waarop
het publiek uitgenoodigd wordt tranen van
medelijden te vergieten voor die arme
meisjes, die in die harde wereld van kla
tergoud een karig stukje brood trachten te
verdienen. Het is zelfs niet onmogelijk dat
zulke dingen wel eens voorkomen maar
gewoonlijk weet de regisseur wel beter dan
zijn meisjes door eindeloos repeteeren te
vermoeien.
Het moderne koormeisje is even zorg
vuldig getraind als een beroepsbokser, en
even ongevoelig voor vermoeidheid, ver
klaart Bob Conoliy, die de dansen instu
deert voor Paramount's operette-film „Too
Much Harmony"
De meisjes werken telkens een kwartier
en krijgen dan een kwartier om te rusten,
zoolang de repetities duren. Op deze wijze
kunnen zij acht uur en langer werken zon
der merkbaar vermoeid te raken, 's Avonds
gaan velen van hen zelfs met vrienden
naar een dancing, om, nadat ze den heelen
dag voor hun brood gedanst hebben, na
afloop van de dagtaak ontspanning te
zoeken in een paar uren dansen-voor-ple-
zier. In de rustpoozen van vijftien minuten
vallen zij in slaan op de banken in de zaal
waar gerepeteerd wordt, of gaan zitten
lezen of spelen een gezelschaosspelletje.
De vaste troepen, die de verschillende stu
dio's in dienst hebben, wonen buitendien
in een gezamenlijk pension onder streng
toezicht van een trainer, leven op een zorg
vuldig vastgesteld dieet An oefenen dage
lijks eenige uren in de open lucht. Veie
koormeisies zijn in zoo goede lichamelijke
conditie dat zij uitblinken in allerlei tak
ken van sport, en men vindt onder hen
buitengewone zwemsters en paardrijdsters.
EEN AANDRINGEN OP VREDE.
Een scène in de Fox film „Cavalcade"
naar het beroemde hoek en tooneelstuk
van Noëi Coward, vormt het sterkste argu
ment tegen oorlog, dat ooit op het witte
doek gebracht werd. Men ziet vijf en twin
tig ex-soldaten, die allen in den oorlog
werkelijk blind zijn geworden, manden
vlechten en Brailleschrift lezen.
Menigeen was de meening toegedaan,
dat een dergelijk aangrijpende scène niet
in de film had moeten worden opgenomen.
De regisseur Lloyd beweerde echter, dat de j
I kracht van Noel Coward's pleidooi voor
I „Waardigheid. Grootschheid en Vrede"
voor een groot deel te loor zou gaan, als
het publiek niet een van de afgrijselijkste
i gevolgen van het moderne oorlog-voeren,
te aanschouwen kreeg. Hij wilde n.l„ dat
I de heele wereld zou doordrongen worden
van het ontzettende feit, dat er nog dui-
zenden zijn die in 1918 terugkwamen, die
a. h. w. „levend dood" zijn.
PLATINA-BLOND.
Het eigenaardige platina-blonde haar
van Jean Harlow doet haar teint, die het
zacht-rose heeft van een pas gewasschen
baby, nog meer uitkomen en doet de kleur
van haar oogen nog blauwer schijnen.
Slechts het fijnste pastel van een artist is
in staat om deze delicate kleuren tot hun
recht te doen komen. Voor bezoekers is de
bijzondere blonde kleur geen verrassing,
daar deze reeds langen tijd over de geheele
wereld bekend is, maar het is haar huids
klem', die U verwonderd doet opkijken.
Zelfs haar teenen, die door de openge
werkte schoenen te zien zijn, trekken de
aandacht door hun bijzondere rose kleur.
En Jean houdt niet van rose. Zij houdt
ook niet van licht blond
Terwijl zij voor de spiegel haar lokken
uitkamde, zeide zij onlangs tot een journa
list:
„Als ik mijn zin deed. verfde ik ze bruin
of rossig".
„U kunt het donkerder laten worden"
stelde deze voor.
„Ik weet wat U bedoelt" lachte zij, „maai
de meeste menschen vergissen zich, die
platina-blonde kleur is geheel onafhanke
lijk van mijn wil en mijn haar is nog
steeds hetzelfde als toen ik nog een kind
was."
In haar eenvoudige en gemakkelijke
kleeren lijkt zij meer op een slanken jon
gen, dan op dc bekende filmactrice. Zij
zegt niet het minste interesse voor mooie
kleeren te hebben en het liefst in gemak
kelijk zittende, luchtige sportpakjes rond
te loopen. Als zij voor een film schitterende
toiletten moet dragen, voelt zij zich als in
een harnas gedrongen. Het liefst had zij
een jongen willen zijn, de geheele wereld
willen rondtrekken en de honderd en een
avonturen beleven, die haar als vrouw niet
toegestaan zijn. Geld zou voor haar geen
interesse hebben en niets zou haar aan
een plaats kunnen binden.
Jean's grootste angst is, dat er een tijd
zou kunnen komen van niets doen. Zij
hoopt verder haar leven lang hard te kun
nen werken, iets moet haar afleiden en
haar leven vullen. Later, als zij niet meer
voor de film speelt, zou zij het liefst aan
een groot dagblad verbonden zijn. Zij zegt,
dat dit het eenigste is, dat even interes
sant en opwindend is als de film!
„In Hollywood" zegt zij „weet je nooit wat
er over een minuut gebeuren zal en daar
om is het zoo interessant. Het is als een
Robert Louis Stevenson's mysterieuse
geschiedenis „Dr. Jekyll en Mr. Hyde", het
fantastische verhaal van een man, die een
dubbele persoonlijkheid bezat en nu eens
een hoogstaand mensch, dan weer een
bloeddorstige, meedoogenlooze demon was,
zal zeker menigeen reeds spannende uren
bezorgd hebben! Dit vreemde leven is nu
verfilmd door Robert Mamoulian: Fredric
March speelt er de merkwaardige rol in
van Jekyll-Hyde, bijgestaan door Mirjam
Hopkins en Rose Hobart.
Wij zijn ervan overtuigd, dat deze ver
filming van hem, die mensch en beest,
weldoener der menschheid. nobel geleerde
en moordlustige duivel tegelijkertijd was,
ook hier de grootste aandacht zal trekken.
Fredric March behaalde met zijn opzien
barende dubbelrol den eersten prijs der
Amerikaansche filmacademie.
Na een graad behaald te hebben aan de
Universiteit te Winsconsin werkte March
gedurende een jaar als bankbediende bij
de National City Bank te New York. Door
een verwisseling van directie van de bank,
verliet March deze en zocht zijn heil ach
ter het voetlicht. Hij werd eerst derde as
sistent inspeclent van David Belasco en
wist zich daarna door een berg van kleine
rollen te eten om eindelijk in het land van
de publieke belangstelling terecht te ko
men. Zijn vast vertrouwen in de toekomst
en zijn onbetwistbare talenten als acteur
bezorgden hem een eerste plaats in het
licht der schijnwerpers en weldra kwamen
de aanbiedingen van filmmaatschappijen
binnen stroomen, welke hij echter met ac
cepteerde totdat de sprekende film hem
een kans bood in den vorm van een con
tract met Paramount die hem een rol in
„The Dummy" toebedeelde.
Hier wist March zich, na een lange reeks
van filmsuccessen, op te werken tot een
ster van de allereerste grootte, waarvan de
film „Dr. Jekyll en Mr. Hyde" het bewijs
levert.
Hierboven March in zijn fameuze meta
morphose in deze film. die na verboden te
zijn, kort geleden werd vrijgegeven.
verdoovingsmiddel, je kunt er geen afstand
meer van doen. Ik ken verschillende men
schen die hier weggegaan zijn. maar zij
kunnen niet wegblijven, zij komen terug
en ik heb ze weer gezien als figuranten.
Voor de toekomst maak ik geen plannen
meer, want alles is anders geloopen, dan ik
het mij voorgesteld had. Ook om de in
richting van mijn huis heb ik mij niet
druk gemaakt. Het is niet mogelijk om een
huis direct tot een persoonlijk „home" te
maken. Dit wordt het later door de her
inneringen en er zijn jaren voor noodig om
het tot iets eigens te maken".