Staatsraad Kan speelt hockey Slipjacht - Zweefvliegen feuilleton. AVONTURIER Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad DE ARKHEMSCHE ZWEEFVLIEG-CLl'B hield ter gelegenheid van de opening van een nieuwen hangar, demonstraties. Het vliegtuig wordt door een paard op een heuvel getrokken. ren, ofschoon zij zich naar zijn meening niet ver van het kamp van veldmaarschalk Von Pappenheim konden bevinden. Maar hij hoorde niets, zag niemand en vond er een bevestiging in van zijn overtuiging, dat de plunderaars naar de stad waren teruggekeerd, die zij gisteravond genood zaakt waren ijlings te verlaten, gedwongen door vuur en rook. In de kelders hadden de burgers angst vallig hun kostbaarheden begraven, daar was nog iets te halen. Martelend en pijni gend, dreigend met ophangen, doodste ken en afhakken der ledematen, dochters en vrouwen mishandelend voor de oogen der mannen, zouden ze nu de arme slacht offers dwingen de plaats te verraden waar ze hun schatten hadden verborgen. Wanneer deze, krankzinnig van licha melijke en geestelijke ellende, eindelijk toe gestemd hadden hun laatste bezit af te staan en zoo gelukkig geweest waren hun leven te behouden, maar ook niets anders dan hun leven, dan waren ze vrijVrij tot een andere ploeg het beulswerk op nieuw begon. Saxon wist waartoe de troepen van Tilly en zijn generaals in staat waren. Op gezweept door godsdiensthaat, geprikkeld door hebzucht zouden de overwinnaars de ongelukkige burgers beschuldigen van al lerlei wandaden, het gloeiend maken der wapens, het werpen van pekkransen, het gebruik van kettingkogels. Hij balde de vuisten tot zijn vingers wit werden, maar schudde eindelijk deze el lendige gedachten van zich af. Vlug daalde hij nu langs de helling en liep naar de Elbe om een boot te zoeken. Van afgrijzen vervuld bleef hij staan aan den oever. Overal tusschen de zware golven dreven lijken. Sommige geheel ontkleed met afzichtelijke, bloedende wonden. An dere, elkander stijf als in doodsnood om strengeld houdend, dreven langzaam stroomafwaarts. Weer andere hadden de hoofden uit het water geheven, de handen ten hemel gestrekt, wat een spookachtigen indruk maakte. Het was alsof ze bezig waren God te smeeken om wrake op de dieven en moordenaars. Een eind van den oever schommelde een bootje zachtjes op de rivier. Saxon gruwde er van door het verschrik kelijke water te zwemmen om de boot te bemachtigen, doch er bleef hem geen keus, als hij Marion wilde redden. Hij wist wat haar lot zou zijn, als ze in handen der soldaten viel. Hij kende de wet in Tilly's legers te goed. Na mishandeld te zijn. zou ze gedwongen worden als con cubine in den legertros te volgen, uitslui tend eigendom van den man, die haar buit had gemaakt en die haar naar willekeur kon overdoen aan een volgende. Dat was nu eenmaal het recht van den overwin naar. totdat het misschien haar familie gelukte haar verblijf op te sporen en haar los te koopen. Maar dan was het te laat, dan was het groote leed geleden, dan waren lichaam en geest verwoest. Er ljleef hem geen keus. Hij wist dat de eenige weg was de rivier over te steken. Hij begreep ook, dat hij het in den donke ren nacht moest doen. Geen vrouw zou bij daglicht dat schouwspel kunnen verdra gen zonder krankzinnig te worden van schrik en afschuw. Hij had geen keuze. Alle aarzeling was verdwenen. Hij zocht een geschikte gelegenheid om zich uit te kleeden, vond een klein boschje vlak aan den waterkant, bond een doek voor neus en mond en liet zich in het wa ter glijden. Met forsche slagen, het hoofd zoover mogelijk boven water, zwom hij naar de boot, die voor anker reed op de golven. Het was zwaar werk. Soms moest hij wachten om een lijk te vermijden. Dan weer sleurde de snelle stroom hem een eind mee. Maar hij gaf geen kamp. Eindelijk bereikte hij zijn doel. Doodver moeid ging hij op den rug in de boot lig gen. Hevig ging zijn borst op en neer. Voorzichtig roeide hij, zoo weinig mo gelijk geruisch makend, naar den wal, trok de schuit in het boschje, kleedde zich en haastte zich naar de plek waar hij Marion had achtergelaten. Zij sliep nog rustig, onkundig van de groote opoffering van den avonturier. Hij trok den ruiter- mantel over haor heen, zoodat alleen haar hoofd onbedekt bleef. Eenige oogenblikken bewonderde hij het lieve gelaat. Met een trotschen glimlach om de lippen, zette hij zich neer op een boomwortel en was weldra in gedachten verzonken over de „wisselingen der for tuin," zooals zijn professor in Tiibingen zich placht uit te drukken. De avond viel. Saxon tikte haar op den schouder, maar eerst na herhaalde waarschuwingen zijnerzijds sloeg ze de oogen op. Verwonderd keek ze om zich heen en vroeg: „Waar ben ik?" Toen bemerkte ze Saxon, die haar antwoordde: „Buiten Maagdenburg in het woud aan de Elbe. En al kan ik je het beloofde bed nog niet verschaffen, toch geloof ik dat je straks behoorlijk verder zult kunnen slapen." „Ik heb even gerust," zei ze. De tevreden trek verdween echter dadelijk weer van haar gezicht. De gebeurtenissen van den vorigen dag stonden haar weer duidelijk voor oogen. Saxon vervolgde: „Ik heb een boot ge vonden. Als het straks donker is, zullen we de Elbe oversteken en aan den anderen oever onzen weg vervolgen. Met een beetje geluk zullen we de legerplaats van den Zweedschen koning binnen eenige dagen bereiken. En dan gaan we ieder weer een kant op," voegde hij er droefgeestig bij. Zwijgend knikte ze. Ze voelde zich nu weer zoo moe en afgemat, dat ze nauwe lijks kon staan. Saxon ondersteunde haar, zette haar op den boomstronk, waar hij een geheelen tijd gezeten had en sprak: .(Wordt vervolgd), arriveerde per vliegtuig op Schiphol voor zijn bezoek aan de Amsterdamsche jeugd. Amsterdamsche waterschout, gep. vice-admiraal Quant begroet den goeden Sint. HET ZILVEREN JUBILEl'M van de Mixed Hockey Vereeniging T.O.G.O. in cle residentie. Staatsraad Kan helpt mede zijn club (T.O.G.O.) tegen Arnhem de over winning te bezorgen. DE ZWEEDSCHE KROONPRINSES LOL ISE bij aankomst op Schiphol, op de doorreis van Londen naar Malmö. uit den Dertigjarigen Oorlog, tspronkelijke schets van G. P. BAKKER. verwonderd aan, maar liet halsdoek inglijden, 'j cl'hhsterde ze oververmoeid. i6? Oogenblikje slapen." ach uit op zijn mantel. wacht. Voor hem was de töd hog rüet gekomen. hoofdstuk xi. barton in slaap was gevallen en mijlen ver bevond van Huxon op, na een oogen hebben, om de omgeving in nemen. Mn schaduw van stam tot e hij de bosschen op de helling, van struik tot of er onraad was. ■helheid sloop hij om het daarna de ronde grooter, derden keer de overtuiging °at zij volkomen veilig wa- MEER LICHT. Een lichtreclame-auto, welke tijdens de winkelweek door de Paul Krugerlaan in de residentie reed, vloog in brand en brandde geheel uit. EI10EMDE BEELDHOUWER EPSTEIN kte bovenstaande buste van Einstein. Slipjacht can de Koninklijke Nederlandsche Jacht Vereeniging Door de K.N.J.V. werd een slipjacht gehouden van Hoek van Holland naar Loosduinen. De jagermeester met de meute in de duinen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 5