Settle's stratosfeertocht - Vleesch in blik - Muurspel te Eton lAAR AVONTURIER LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. Jaargang l GESLAAGDE STRATOSFEER- van den Amerika&nschen (at Settle. De opstijging van den ballon te Akron. DOUGLAS FAIRBANKS OP DE SKI'S. De beroemde filmster, die te St. Moritz vertoeft, aan 't skiën. HET OOSTENRIJKSOHE VOETBAL ELFTAL dat 10 Dec. tegen Holland speelt, speelde gelijk tegen Schotland (22). Een Schotland-speler scorend in buitenspel-positie. JHR. OH. J. M. RUYS DE BEEREN- BROUCK minister van Staat, oud minister-president ën voorzitter der Tweede Kamer, viert vandaag zijn 60en verjaardag. VLEESCH IN BLIK. 4 December zal het vleesch in blik", gemaakt van de vleeschproducten der Crisis-Rundvee-Centrale, voor 35 cent aan behoeftigen worden verstrekt. In de magazijnen der Crisis-Rundvee-Centrale t-o Akkrum. De bussen, worden van etiketten voorzien. JTRADITIONEELE MUURSPEL TE ETON. De jaarlijksche we'dstrijd tus- jen studenten van het Eton-College en oud-studenten. De Eton-boys doen hun, I - best den bal van het eene „doel" in den muur naar het andere te krijgen. ARME ONDERWIJZER. In één klas in een schooi te Detroit zitten vijf tweelingen. Zij lijken zooveel op elkaar, dat do onder, wijzer ze vaak niet uit elkaar kan houden. „Het zou geen wonder zijn, als je dood moe was. Zal Ik je weer dragen?" Zij schudde het hoofd en ze zetten hun weg voort. Na korten tijd echter zei ze: „Ik geloof toch, dat lk die avonturen meer van me gevergd hebben dan ik kan verdragen. Laten we even wachten. Wat heeft u toch een lastige kameraad In mij getroffen," voegde ze er aan toe met een flauw lachje. „Je houdt je uitstekend, meisje," zei Saxon, zonder zich te storen aan haar „u." Dat was nu weer juist Iets voor een vrouw, na zooveel avonturen toch nog uit de hoogte. Het pad werd breeder; ze nam zijn arm. Hij voelde hoe zwaar ze er op leunde. Hij hief den lantaarn op, keek haar in het gezicht en kreeg diep medelijden met haar. Ze zag er wit en vermoeid uit. Het was alsof ze Jaren ouder geworden was. Hij kreeg groeten eerbied voor haar wils kracht. „Marion," zei hij. „Ik doe geen stap ver der. Ik voel, dat we een zwaren tocht ach ter den rug hebben. We moeten rusten." HOOFDSTUK X. Na eenlgen tijd moesten zij echter hun tocht vervolgen. Zij zelf gaf het sein. Haar vermoeidheid streed met het groote ver langen uit deze eindelooze onderaardsche gang te komen. De weg werd gelukkig iets breeder en ofschoon Marion zich vast voorgenomen had toenadering tot den avonturier te ver mijden, voelde zij zich zoo vermoeid, dat zij, toen hij haar zijn arm aanbood, den moed niet had dezen te weigeren. Spoedig werd de weg weer smaller en tot zijn schrik merkte Saxon, dat zich aan weerszijden van het pad een afgrond bevond. Voor hem alleen zou het reeds een lastig geval zijn de andere zijde te bereiken. De andere zijde. Hij zag den overkant niet. Het licht van den lantaarn scheen niet ver genoeg. Even aarzelde hij, maar er was geen anderen weg. Alleen vooruit lag de redding. Hij gaf Marion den lantaarn. „Nu moet ik je dragen, of je wilt of niet,'" zei hij luchtig. „Zie, aan weerszijden is een diepte. Wij moeten er langs. Terug gaan is onmogelijk. En slechts met jou in de armen, kunnen we deze stoute onder neming wagen." Het gelukte hem een vroolijken klank aan zijn stem te geven. „Het schijnt je te verheugen," ont snapte haar. Hij tilde haar op. „Niet kijken," zei hij. Gewillig liet ze zich opnemen; toch keek ze even, maar sloot verschrikt, haastig de oogen. Zij rilde. Hij üep voorzichtig over den dam. Een steen, waarop hij den voet had gezet, rolde weg. Even wankelde hij, maar hij herstelde zich dadelijk. Dapper had ze niets gezegd, noch een beweging van schrik gemaakt, hoe groot ook haar vrees voor al die schitterende, hongerige ratten- oogen was. Vlug, alsof hij geen zware last droeg, liep Saxon over de gevaarlijke pas sage. Gelukkig, in het licht der lantaarn zag hij dat de weg zich weer verbreedde. Nog vier passen, nog drie nog twee een sprong! Het waagstuk was volbracht. Vol afschuw keek Marion terug en met trillende stem zei ze: „Wat ben je toch een moedige man". „En jij bent een vrouw naar het hart van een avonturier" antwoordde hij. „Je hebt je flink gehouden. Wallenstein zou je den gouden keten omhangen. Een rustpoos hebben we nu eerlijk verdiend." Bij een hoop steenen gekomen bouwde hij een hoogen leunstoel, wierp zijn groote ruitermantel er over en sprak deftig: ..Princesse, montez sur votre tröne." (Prinses, bestijg uw troon). Ze het zich er op neervallen, te vermoeid om op zijn scherts in te gaan. Ze bleven vrij lang rusten. Saxon met de spade naast zich en een onrustig gevoel in zijn hart. Langzaam nuttigden zij hun middagmaal, ieder verdiept In eigen ge dachten. Er was in haar hart een groote bewon dering ontstaan voor dien stoutmoedigen avonturier. In haar familie, ja ln heel haar geslacht, was moed altijd de hoogst geschatte deugd geweest. Haar voorvade ren waren allen krijgslieden van onkreuk bare trouw en spreekwoordelijke dapper heid. Deze avonturier zou een man naar hun hart zijn. „Hoe jammer," dacht ze. „Hoe jammer voor hem, dat hij juist mij moest ontmoeten." .(Wordt vervolgd). velen, zonder tegenspraak te verwachten en deze avonturier behandelde haar als een kamenier, durfde haar te bespotten. Zij dacht er niet aan, dat hij van dit alles niets kon weten, maar het bleef een vraag, als hij het geweten had, of het voor hem eenig verschil zou hebben gemaakt. En toen Saxon verder wilde gaan, bleef ze koppig staan. Hij keek verbaasd omen ze volgde hem. Weer kwam een gedeelte, waar de lin kermuur was verzakt; een afgrond dreigde en aan de rechterzijde bleef maar een heel smal paadje over. Hij wendde zich om en vroeg lachend: „Zal ik je dragen, Marion?" Het was den eersten keer, dat hij haar met „je" aansprak. Het was onbewust ge beurd, nu hij zijn hart gelucht en al de verborgen gehouden ergernis verdwenen was. Maar zij was inwendig boos. Zij be greep niets van zijn houding en antwoord de heel trots: „Merci, Monsieur!" en de tanden stijf opeen geklemd, liep ze langs de gapende diepte, de oogen straf vooruit. Maar toen ze de plek genaderd was, waar het vaste vlak breeder werd, wankelde ze en zou ge vallen zijn, als hij haar niet had gegrepen. „Flink gedaan," zei Saxon vol bewonde ring. „Je bent een verbazend moedig meisje!" en ofschoon dit „je" haar niet be viel, kon ze niet verhinderen, dat haar wangen bloosden, maar gelukkig had de vrijpostige avonturier dat niet kun nen zien. uit den Dertigjarigen Oorlog. °Kpronkelijke schets van G. P. BAKKER. 'ertroi™00^ n'e'"1 dat zou mi^brulk I Ikurijvu?,, ^h. eh, spotter in zijn |«unede hij zachtjes: °^atSï >eeden dag 'il üat ik haar zag." woeg ze. eerde Saxon af. Laat ons ver- wordt tijd dat er een einde stem ,onderaardschen tocht," m klonk ruwer dan hij be kwam weer boven, d dan niet alleen, u kunt ontvluchten." en toen met een stil ian, de geheele schat." o Woord meer. Ze was belee- =ewoon met grooten eerbied ed^?r j n' Zii was gewoon, dat k^tdiedk n daar minste wen dden, zy was gewoon te be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 5