LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad Vrijdag 1 DecemU HISTORISCHE FIGUREN. Steunt met Uw gaven het Leidsch Crisis-Comité NIEUWS UIT BELGIE. BOUWKUNSTIG SCHOON. HET ADELAARSJONG. „Het adelaarsjong 1" Bij Uien naam, 01 liever by deze tot een naam geworden symbollseering, denkt men natuurlijk aan Kos.and's drama, aan l'Alglon. en aan Sara Bernhardt, die er de titelrol van speelde, en aan den grooten man met het kleme steekje, die een tijd lang een wereldbeheerscher was en, op het onherbergzame eiland, waar hij ster ven zou, met verterend verlangen dacht aan zijn kind, zijn zoon, zijn stamhouder, die nooit den Franschen troon zou bestij gen. Over den „adelaar" heb lk gezegd, wat mijne aanteekenlngen mij toelieten In zeer saamgedrongen vorm mede te deelen. Over het .adelaarsjong", de historische erfenis van Napoleon 1, zou lk nog gaarne eenlge artikelen willen schrijven. Eerst met hem ls het leven van den grooten keizer i^lnltlef ten einde. ZIJ, die de „his torische ilguren" gevolgd hebben, weten hoe de gedachte aan den zoon den vader tot aan zijn dood steeds vervulde. De vele bladzijden van testament en codicil met de herhaalde beschikking: „lk vermaak aan mijn zoonhem ter hand te stel len, wanneer hij zestien Jaar oud zal zijngetuigen er van. De „koning van Rome", de lang be geerde zoon was in 1811 geboren. „D'un ills Dleu le rendait père", „God had hem een zoon gegeven", vertelt onder het stroodak van elke Fransche hut, langen tijd nog, elk Fransch grootmoedertje aan haar klein kinderen; haar oud, rimpelig gezicht heeft een glans van blijdschap bij die verre, verre herinnering. Welk een dag, die ééne, die groote, die onvergetelijke, toen HIJ naar de Notre-Dame toog, toen alle harten blijde waren, omdat Zijn groote wensch vervuld was. Maarer was een oude sage; weinigen kenden haar; zij luidde, dat na den val van Tarquinius Superbus de priesters te Rome den vloek hadden uitgesproken over de koninklijke waardig heid en den toorn der Goden hadden afge smeekt over al wie het durfde wagen, den titel „koning van Rome" te voeren. Die sage deed de ronde. Er waren er, die bij de enthousiaste toejuichingen van Napo leon's besluit om zijn zoon „koning van Rome" te noemen zich harer herinnerden en het voorhoofd fronsten. Welk lot zou dit kind met den noodlottigen titel wachten? De vader viel en daarmede wijzigde zich de toekomst van den Zoon. Zijn moeder, Marie Louise, stamde uit het Habsburg- sche Huis en keerde na Napoleon's onder gang naar Weenen terug met haar kind. Parma Piacenza en Guastalla vielen haar ten deel. ZIJ heeft een minnaar en trouwt met hem onmiddellijk na Napoleon's dood: graaf Nelpperg. Met den gevangene op St.- Helena had zl] terstond afgedaan, zoodra de grootheid van den keizer, zijn groot heid naar de wereld, was inééngestort. En daarmede begint het treurspel van „het adelaarsjong". Edmond Rostand, die met de macht en het prestige van een vlotte pen, welke een den volke geliefd onder werp behandelt, de bijna algemeene on bekendheid met „het adelaarsjong" veranderd heeft in een wereld-be kendheid. Edmond Rostand heeft bij het publlceeren van het drama, dat natuurlijk politieke hartstochten kon doen opbruisen, als étiquette daarop geplakt de volgende woorden: Ce n'est pas une cause Que J'attaque ou que je défends. Et ceel n'est pas autre chose. Que l'histoire d'un pauvre enfant (1) Den 17en Februari 1810 had Napoleon een Senaatsbesluit laten uitvaardigen, waarbij Rome aan het Fransche keizer rijk werd verbonden. In dat besluit stond tevens de bepaling, dat de oudste zoon van den keizer den titel „Koning van Rome" zou voeren. Op dien datum was echter de keizer niet meer gehuwd. Den lOcn December van het vorig jaar had hu zich van Joséphine de Beaunarnais laten scheiden en de geestelijkheid had den 9en Januari 1810 het huwelijk geannuleerd. Doch de keizer, die erfgenamen, manne lijke erfgenamen, wilde heben, was bezig te onderhandelen over een echtelijke ver bintenis met een dochter van den keizer van Oostenrijk Frans 1L Dat gelukt hem. De vijand van weleer geeft hem zijn kind en Metternlch, waarschijnlijk nog grootei vijand dan keizer Frans, keurt het goed. In de eerste dagen van April wordt het huwelijk gesloten. In 1811, den 20en Maart geeft Marie Louise hem een zoon, den be stendiger zijner dynastie, naar hij hoopt. „D'un fils Dleu le rendait pete!" „De ko ning van Rome" ls geboren. Maar 1811 ls niet ver van 1813, Leipzig, en van 1815, Waterloo. Na den val van Napoleon wordt „de ko ning van Rome" herschapen in „den her tog van Reichstadt", opgevoed aan het hof van zijn grootvader van moederskant, den keizer van Oostenrijk. In 1817 hij is dan zes jaar oud ontving hij dezen titel, ontleend aan de heerlijkheid Reichstadt in Bohemsn. Tot In dezen titel is de wensen van den Oostenrijkschen minister Met- ternich te bespeuren, dat het kind niets gemeen zal hebben met Napoleon en diens roemrijke overwinningen. Zelfs zijn eerste naam „Napoleon" wordt niet meer ge noemd: hij heet voorton Frans Jozef Karei. Hij sterft op een en twintig-jarigen leeitijd, den 22en Juli 1332. Zijn vroege dood heeit veel stof tot bespreking gele verd. Het ls de Oostenrijksche diplomatie, die hem gedood heeft, zeide men. Wat Slnt-Helena voor den vader was. was Weenen voor den zoon zoo werd be weerd. Hij was 't slachtoffer van Metter- nich, preciseeren anderen. De Fransche geschiedschrijver Frédéris Masson stelt den hertog van Reichstadt voor als lichame lijk en geestelijk minderwaaidig. Een hardvochtige opvoeding zou hem hebben geknapt. Langen tijd heeft men dit hier en daar geloofd. Een onbescheiden Franschman. Barthélemy, die met den naam en het lot van „het adelaarsjong de beroemdheid wilde verwerven had Im mers in pompeuze verzen nadat hij hem te Weenen in het halfduister van een schouwburgloge gezien had en mis schien had hij hem wel heelemaal niet gezien! uitgezucht: A la cour de Pyrrhys j'al vu le flls d'Hector! Quel germe destructeur, sous l'ecorce agissant, A si tót défloré ce fruit adolescent? (2i Dus, de zoon van Napoleon kwijnde, maar welke vernielende, verwoestende kracht was hierbij aan het werk? De vraag het alle vermoedens, ook de meest booze, toe. In 1902 werd door Eduard von Wert- heimer de zaak van „het Adelaarsjong" nauwgezet onderzocht en voor het publ.ek uiteengezet, doch de legende stierf niet. Rostand In zijn drama hield die in eere en deed veel meer dan welk historisch boek ooit kon doen om een beeld te scheppen van den jongen kelzerszoon. een treffend beeld, zeker, maar een valsch beeld, waar aan vooringenomenheid en fantasie pad den gearbeid. De dichter mocht dan al verklaren dat hij ln l'Alglon geen partij quaestie bestreed of verdedigde, hij was Franschman. voelde als Franschman en als zoodanig was het hem. die dichter, man van scheppende fantasie, en niet historicus, niet navorschend en wikkend en wegend archivaris was, onmogelijk om onpartijdig te zijn. HIJ kon niet anders dan de tegenstelling zien en uitspieken: bet kmu van Napoleon eenerzijds, hot Oos tenrijk,chi hof anderzijds. Maar de geschledvorschers rusten niet. Een jaar of zeven geleden heeft Jean de Bourgoing in zijn werk, ontleend aan de geschriften van den hertog van Reich stadt, een poging gedaan om de histori sche waarheid te benaderen. i3.) HIJ, Bourgoing, wil zich even ver houden van Fransch-Chauvinistische tendenzsn als van de overleveringen van Metternich. Het werk is te Berlijn uitgekomen in het Verlag für Kulturpolltik. Hij komt tot de slotsom, dat de hertog van Reichstadt ln zijn tweede vaderland niet anders werd behandeld dan de prinsen uit het Huis Habsburg en dat hij „nimmer verhinderd is geworden in de vereering, die hij voor zijn vader gevoelde, van wien l-'j den le vensloop kende uit zoo mogelqi. alle des tijds bereikbare bronnen." Volgens Jean de Bourgoing kan er van een „tweede" vader land voor het kind eigenlijk geen sprake zijn. Oostenrijk was het vaderland zijner moeder. De kleine prins voelt zich Franschman; hij spreekt het Fransch ge makkelijk, het Duitsch moeilijk en schrijft deze laatste taal met fouten, hoewel hij waarschijnlijk ook het Fransch gramma ticaal niet volkomen meester was, even min als zijn groote vader. Aanvankelijk wordt hij Fransch opgevoed. Dat Marie Louise getracht zou hebben zijn hart van Frankrijk af te trekken en hem liefde voor Oostenrijk in te boezemen, lijkt niet waarschijnlijk. Zij was te weinig moeder om zich voor haar kind in te span nen; zij was er de persoon niet naar om Invloed te oefenen of zelfs ook maar daar naar te trachten; daarvoor was zij te wuft, te luchthartig, te lichtzinnig; der gelijke vrouwen trekken geen consequente lijn van ernstige opvoeding. En „het ade laarsjong", opgroeiend en scherper ziend, begon het beeld van de moeder anders te beschouwen dan in gijn kindeijaren. De ontdekking, dat de raadsman zijner moe der haar minnaar was geweest en dat zij, onmiddellijk na zijns vaders dood. dien minnaar gehuwd had, trof hem pijnlijk. Dat moet medegewerkt hebben om zijn po sitie moeilijker te maken en waarschijn lijk om hem te verdiepen in zijn bewon dering voor zijn vader. Hij. de zoon van den grooten keizer, werd, evenals de ge vangene op Slnt-Helena betrokken in de gedachten van vele politici. Zij, vader en zoon. werden objecten, waarmede de staat kunde en de kabinetten zich bezig hielden, en daardoor voorwerpen van argwaan en voortdurende controle. Toen Napoleon den 5en Mei 1821 gestorven was, werd de zoon eerst recht gevaarlijk. Vandaar verscherpte controle en dus nieuwe botsingen tusschen dezen laatsten en zijn omgeving. De jonge „hertog" heeft het ongeluk door zijn per soonlijke aantrekkelijkheid ieder voor zich ln te nemen. Dat schept een gevaar voor „de mogendheden." Metternlch, de eeuwige speler op het politieke schaak bord van Europa, acht dat zeer bedenke lijk. Hij, die de onderhandelaar is geweest bij de huwelijksplannen van Napoleon en daarin een voordeel zag voor Oostenrijk, Is Napoleon's verbitterde vijand geworden, toen de kansen keerden. Nu is hij de vij and van den zoon; hij haat hem. Die zoon is een sta in den weg, een bedreiging voor de toekomst. Hij begreep, berekend diplomaat als hij was, dat het later heel moeilijk zou zijn. hem buiten hst netwerk der politiek te houden. Zijn naam alleen, al werd hij dan ook niet genoemd, lag op aller lippen. „Het lrind van Napoleon" was hij voor ieder, te Weenen, ln Oostenrijk, in Frankrijk, in Europa. Die benaming was een program. Hij kon tot een wachtwoord worden. Dat werd tegen hem uitgespeeld. Dat gaf de lijn aan. waarnaar de opvoe ding van den keizerlijken prins zich zou richten. Zoo leed „het adelaarsjong" onder de schaduw, die forsche wieken van den „adelaar" over de politiek van Europa wierpen. En zoo werd de zoon van Napo leon en Marie Louise zoo werd „de koning van Rome" gedurende zijn leven, dat zoo kort zou zijn, ln zekeren zin een marte laar van de hooge politiek der groot machten, die in hem den vader bleven vreezen. A. J. BOTHENIUS BROUWER. (1) Dit ls geen partUquaestlc die lk be strijd of verdedig. Dit ls niet anders dan de geschiedenis van een arm kind (2) Aan het hof van Pyrrhus heb lk den zoon van Hector gezien! Welke vernietigende klem, onder de schors voortwoekerend, heeft zóó snel deze ontluikende vrucht van haar bloesem beroofd? (3) In den allerlaatsten tijd, aan het eind van het vorg Jaar. heeft een Nederlander, de W. A. H. C. Boellaard, bij W P v. Stocsum en Zoon te 's-Gravenhage een werkje gepubliceerd over Napoleon II <1811—1832). Het ls bet re sultaat van nasporing en vergelljklrg van de belangrijkste literatuur, die er over „het ade laarsjong" ls verschenen In zijn bondige sa menvatting geeft het een duidelijk en volkomen beeld van den ongelukklgen zoon vnn Napoleon en Marie Louise Ik kom op dit aangename boekje nader terug. (Van onzen correspondent.) De ontbinding bij de Vlaamsche nationalisten Van democratie naar fascistische opvattingen Het gebrek aan een sociaal-econo misch programma Het ontslag van den Antwerpschen leider Herman Vos. BRUSSEL, November. De ontbinding van de Vlaasch-nationa- listische organisaties ln België is bijna voltrokken en het is de vraag wat er van de Vlaamsch-nationallstische vertegen woordiging ln de Kamer bij een volgende verkiezing nog over blijven zal. Wie zich wat gelegen laat liggen aan de belangen van de Nederlandsche taal en van de Ne- derlandsche beschaving ln België, zal wel eenlgszins angstig de vraag stellen wat er hiermee nu ln België gebeuren zal. De Vlaamsche nationalisten werden immers tot dusver ln een zekere mate beschouwd als de eenigen.' die op de betrouwbaarste wijze deze belangen verdedigden. Laten wij maar al dadelijk getuigen, dat deze be langen nu niet minder goed zullen worden behartigd dan voorhen. De partij van de Vlaamsche nationalis ten werd onder den drang van de omstan digheden geboren. Al is het oogenblik on getwijfeld nog niet aangebroken, waarop de geschiedenis van het Vlaamsche natio nalisme moet worden geschreven als een tot het verleden behoorende beweging en al meenen wij. dat. onder een of anderen vorm dit nationalisme zich zal blijven doen gelden, toch kan worden betoogd, dat de na-oorlogsche toestanden de vorming van deze partij hebben gerechtvaardigd en dat haar radicalisme en extremistische actie er veel toe hebben bijgedragen om de gematigde oplossingen er door te krij gen. De partij heeft als een boeman ge werkt. Waaraan zij ten onder gaat is het gebrek aan een positief programma, zoowel wat de politieke als wat de sociaal- economische problemen betreft. Het standpunt van godsvrede, politieke neutraliteit, met het Vlaamsche vraag stuk als hoofdbekommernis, moest in een land als België, waar de tegenstellingen van de traditioneele partijen zoo scherp zijn, spoedig worden opgegeven en het heeft slechts enkele jaren geduurd, dat de partij op deze basis bleef gebouwd. In West-Vlaanderen, Limburg, sommige Oost- Vlaamsche en Antwerpsche arrondisse menten werd de neutraliteit door een ka tholieke basis vervangen. Toch bleef er een algemeene eenheid. Het heeft ln- tusschen Jaren geduurd alvorens men van Vlaamseh-natlonalistische zijde kwam met een practisch voorstel voor oplossing van het Vlaamsche vraagstuk ln België, n.L door het voorstel van een federaal statuut, dat door den Antwerpschen leider, Herman Vos, bij de Kamer werd ingediend. Dit voorstel was door alle Vlaamseh-natlona listische Kamerleden onderteekend, doch Iedereen weet hoe deze eensgezindheid slechts schijn was. Bovendien wees dit voorstel duidelijk aan welke zwakke pun ten in het federalisme voor de Vlamingen te vinden zijn. De organisatie van een Vlaamsch staatje in België scheen al min der verlokkelijk. Het federaal statuut van den heer Vos verdween in de vergetelheid, Intusschen werd de staats-universiteit te Gent vernederlandsch, werden de bestuur lijke taalwet en de legerwet aangenomen, waardoor punten verwezenlijkt werden waarvoor heele generaties hebben gestre den ln Vlaanderen. Alhoewel deze wetten zekere leemten vertoonen, bevatten zij toch de middelen voor de Vlamingen om zich volledig te doen gelden. Dit moest den wind uit de Vlaamsch nationalistische zeilen nemen en om hierin te voorzien zijn de Vlaamsch nationalisten begonnen met een radicale anti-milltaristisehe propa ganda. met den strijd tegen het militair verbond met Frankrijk op den voorgrond en met verheerlijking van de recruten die dienst weigerden. Vooral dit laatste heeft velen van de partij afkeerig gemaakt. Deze politiek werd als te avontuurlijk aange voeld en haar demagogisch karakter lag er te dik op om vertrouwen te kunnen in boezemen. Dit ging gepaard met een he vige kritiek op de Vlaamschgezlnden uit de andere partijen en beproefde leiders als Van Cauwelaert, die zijn geheele leven de Vlaamsche belangen heeft verdedigd, moeten soms wel bittere oogenbllkken heb ben doorgemaakt. Dit steunde nog op de democratische opvattingen, welke de partij in haar geheel tot voor eenigen tijd is blijven huldigen. Van Severen. de leider van de Dlnaso's heeft hiermee opgeruimd is afgescheurd van de partij om Hitier en Mussolini na te apen. Dit was het sein tot een nieuwe verzwakking, terwijl de ka tholieke Vlaamsche nationalisten zelf de kiezers kwam weghalen, door het voor te stellen alsof de katholieke school in ge vaar was en ieder katholiek zich ernstig bezondigde indien hij deze niet hielp redden. Deze verschillende manoeuvres hebben de ontbinding echter niet kunnen belet ten. Het ls als het ware een paniek ge worden bij de Vlaamsch-nationallstische leiders, en terwijl bij het ontstaan der partij alles tot uiting kwam, ls het roer nu plots omgegooid. Wat vroeger werd aangebeden wordt nu verbrand. Is het vrees voor de propaganda van Dinaso, dat de verwezenlijking van een Duitschen staat nastreeft en Vlaanderen in elk ge val bij Nederland wil voegen? Of is het 't besef, dat ln deze tijden van economi- schen nood, het gemis van een sociaal- economisch programma een zekeren on dergang beteekent? Vermoedelijk allebei. Staf De Clercq. de gewezen volksvertegen woordiger te Brussel, die door een vergis sing bij de Indiening van de lijsten zijn zetel aan mr, Borginon heeft moeten af staan, heeft een „Vlaamsch Nationaal Ver bond" gevormd, dat practisch het pro gramma van Dinaso heeft overgenomen, en dat de ontbinding meebrengt van de oude kaders der partij. De Clercq stelt zich ook op een Groot-Nederlandsch standpunt en streeft de anexatie van Vlaanderen bij Nederland na terwijl hij er ook een dia lectiek op nahoudt, welk zeer sterk Hit- leriaansch schijnt te zijn met denkbeelden over een totalltalren staat, verwerping van het marxisme corporatieve basis, enz., op bouwing van boven naar onder, inplaats van andersom enz Vrij talrijke afdeelin- gen hebben zich bij deze opvattingen aan gesloten, doch een van de sterkste vestin gen van de partij, Antwerpen, heeft de toetreding tot het verbond van den heer De Clercq afgewezen. De afdeeling heeft EEN STUKJE GESCHIEDENIS. Ofschoon we voor en na reeds verschil lende bouwwerken hebben besproken, die uiting waren van barok en klasslclsme, willen we thans, nu we eerlang de ..La kenhal" gaan bespreken, althans trachten aan deze bespreking wat meer achter grond te geven. We willen de uitingen van barok en klasslclsme ln ons land trachten te zien ln het algemeen verband der bouwkun stige stroomingen in West- en Zuid- Europa, zonder ons daarbij natuurlijk ln onderdeelen te begeven. Daarvoor moge ln de eerste plaats ln zeer algemeene lijnen een stukje Alge meene Geschiedenis ln herinnering wor den gebracht. Men houde mij dus ten goede, dat lk vrij algemeen bekende din gen hier nog even neerschrijf. Met Karei V stond het Huls van Habs burg op het toppunt zijner macht. Pot gieter zegt het zoo prachtig: „Een spelend jonsken erfgenaam van de Nederlandsche Gewesten en Prins der Asturlën; een krijgshaftige knaap, troonopvolger van Arragon, en Napels, én Sicilië, en Sardinië, en Navarre; een zestienjarige koning van zoovele rijken, ln Europa en Ameiika, dat de zon ln zijn gebied niet onderging; een twlntlglarlge keizer van Dultsch- land; ziedaar Karêl V. Als de toekomst voor hem nog Iets ln den schoot droeg, wat anders kon het zijn dan de wereldheerschappij?" Daarvan droomde hijdaarnaar streefde hij en het mocht soms schijnen, dat de grootsche il lusie werkelijkheid zou worden. Doch het bleef een schijn. Ter eene zijde de Hervorming ter andere zijde de koningen van Frankrijk, die zich steeds te schoor stelden tegen het Habs- burgsche Imperialisme, beletten de uitvoe ring van de grootsche plannen. Frankrijk bleef de groote enclave ln het Habsburg- sche wereldrijk. Ondanks de nederlagen van Frans I tegen Karei V bleef die en clave onaangetast. Onnieuw trachtte Filips n door intrigues macht in Frankrijk1 te krijgen door op te treden als beschermer der Katholieke L'gue, die onder leiding stond van Hendrik de Gulse. Mocht het de Ltgue gelukken, de Hugenoten uit te roeien, dan zou de Fransche Koningskroon bestemd zHnvoor Filips oudste dochter Isabella. Isabella was ten overvloede verloofd met Aartshertog Albertus, een broer van Rudolf n, keizer van Duitschland. En men dacht het poli tieke spel zoo te kunnen drijven, dat Al bertus zijn broer zou opvolgen, wat even wel niet gebeurde, daar de Habsburgers in 1612 Matthias tot Keizer verklaarden. Was evenwel een en ander overeenkom stig het spinsel van Filips gebeurd, dan ware de kring gesloten geweest en Frank rijk zou opgenomen zijn geweest ln de wereldmacht van 't Huis van Habsburg. Het liep, zooals we weten, anders. In den wisselenden strijd tusschen de Ligue onder Hendrik de Guise en de Hu genoten onder Hendrik van Navarre, be haalde de laatste ten slotte de overwin ning door bij het beleg van Parijs tot den Katholieken godsdienst over te gaan. Daardoor kreeg hij onmiddellijk de bur gerij op zijn hand tegenover den fana- tieken Roomschen adel. Als eerste der Eourbons werd hij in 1594 als koning van Frankrijk erkend. Hoe deze meest geliefde koning van het Fransche volk bij het Edict van Nantes, 1598 de Hugenoten godsdienst'g en staats rechterlijk op één lijn plaatste met de Ka tholieken en hen zelfs toestond een soort staat in den staat te vormen, ls bekend genoeg. Toen Hendrik IV eenmaal tn Frankrlik erkend was, duurde zijn strijd met de Llgue, die gesteund werd door het leger van Parma ln de Zuidelijke Nederlanden, onverminderd voort. Ondanks behaalde overwinningen begreep hij. dat niet alleen het slagveld hem de zege en de zekerheid voor Frankrijk kon bezorgen. En zoo sloot hij ln 1596 een drievoudig verbond met Engeland en de Renubliek der Vereenigde Nederlanden, waarbij hij ln ziln eigen rijk kon steunen op de Hugenoten en de gematigde Katholieken. Dit verbond was natuurlijk gericht tegen de Habsburgsche verkozen geïsoleerd te worden liever dan de godsvrede en het democratische stand punt op te geven. ,,De Schelde", het eenlge Vlaamsch-nationalistische dagblad, te Antwerpen verschijnende, schreef, in een diagnose over den toestand in de partij o.m. het volgende: „Wij praten zoo graag en zoo veel over orde, tucht en gezag. Doch is er een nationale beweging waar die begrippen meer verloren geraakt zijn dan in de onze? Ieder wil een orde naar zijn eigen Inzicht, een tucht volgens zijn eigen temperament, een gezag getoest aan zijn eigen opvattingen over staatkundig beleid. Ieder leider heeft zijn eigen troe pen. Allen willen naar hetzelfde doel langs verschillende wegen." Dit toont voldoende de atmosfeer aan. Herman Vos, over wien reeds lang geruch ten de ronde deden, dat hij naar de socia listische partij zou overgaan, heeft ge meend, dat hij niet langer ln de Vlaamsch- nationallstische partij kon thuis hooren en heeft met zijn ontslag, ook het hoofd redacteurschap van „De Schelde" neerge legd. Hij heeft hiervoor een verantwoor ding geschreven. Zijn geval is het typische geval, dat zich voor vele oude volgelingen van de frontpartij zal voordoen. Hij ver klaarde, dat de splitsing der wegen ge schiedt door de uiteenloopende opvattin gen over het maatschappelijke vraagstuk. Hij ls tegen de autoritaire-corporatieve Idee van de staatsleer en schrijft dan verder: „Ik ga voorbij, dat ik de politiek toegespitste Groot-Nederlandsche ge dachte als inactueel en ja als onwezenlijk zou hebben moeten afwijzen en ook hier mij met kunst- en vliegwerk alleen, op het strakke koord der compromissen en men tale restricties zou hebben kunnen recht houden." Deze verklaring bewijst, bij een man als Vos. die voorheen zijn Groot-Nederland- sche overtuiging nooit heeft verborgen, hoe deze opvattingen ook nog voor vele anderen „onwezenlijk" zal schijnen en wij gelooven, dat noch Van Severen, noch De Clercq het succes zullen hebben dat zij met hun Groot-Nederlandsche gedachten beoogen. Het ontbindingsproces ls in vol len gang. Hier naast staat echter de we zenlijke opbouw van het Vlaamsche volks leven op een vaste basis van Nederland sche cultuurvorming die heel wat meer de Vlaamsche belangen en de Vlaamsch- Nederlandsche samenwerking dienen zaJ dan fantastische scheppingen. machtsmensehen. Zijn nog verder. Met zijn mlnL^TJ sprak hij herhaaldelijk de u een plan, waarbij Europa ia tt-5 tal staten zou worden verderli i in evenwicht zouden houden, te]i schillen zouden worden beslist j soort Europeeschen Volkenbond Voor Filips II was evenwel t sche resultaat van Hendriks i_ genoegzaam om ln 1598 den vrtdtl vlers met hem te slu'ten. 1 In hetzelfde Jaar stierf FllinjJ zijn droomen van een Habsburesd rijk onder suprematie der Kat'-'ci vervluchtigd. Zijn dochter, Iabjj de Fransche koningskroon had t< gaf hij als vergoeding en als l voor haar huwelijk met Albr-tu derlanden, zooals de gesch'èdj althans voor zoover het Nocrdtj een even Imaginaire waarde v». als de Fransche koningskroon. FM zijn levenswerk mislukt. Zijn opvolger Filips m onder- zelfde politiek, die zijn vadert volgd. Hij was voor Europa het b Katholieke partij en trachtte opij intrigues de macht van 't Huis burg te vergrooten. Ook al teneeü die Intrigues viel Hendrik TV in id den dolk van een sluipmoorden} danper en scherpzinnig vijand n Habsburgers nu kwijt. Een nieuw J punt deed zich op, toen In 1618 a. Jarige Oorlog uitbrak en de Coj formatie ln Duitschland de verkreeg. Zoo bestond er voor 1 die in 1621 opvolgde, een kans i kring rondom Frankrijk te sluiter door dien kring te worgen. WaL 1619 was de fanatieke Ferdinanjl zer van Duitschland en er was f legenheld zich met Duitschland I binden. In Frankrijk miste men oogenblik den krachtigen man, c hit was nog niet te voorschlln «ej Hendrik IV was er opcevolrd minderwaardigen Lodëwijk regentschap van Maria de Mee verschillende hof-intrigues en de| tusschen moeder en zoon. waard slotte aan de belangen van het 1: der aandacht werd geschonken, i niet ter zake. Doch wel ls het va> te weten, dat aan de twisten een| werd gemaakt en er een verzoet stand kwam door bemlddel'ng i mand Jean du Plessts, bisschoa vu weldra kardidaal De Richelieu. In 1624 kwam hU in den Raad j vorst en was weldra door zijn i nlgheld en wilskracht, diens e nister, de spil van Frankrljks bird buitenlandsche politiek. Toen hij] noemd laar de leiding nam. zac Frankrijk twee machten tegenot de Protestantsche Hugenoten end tlge Katholieke Fransche adel. En verder zag hij hoe Frankrljkl te worden Ingesloten. geïsoleerd| worgd door de Habsburgers. T«s drie machten had hij dus zijn Si doorzicht aan te wenden en zei streven kan worden samengent| woorden, die hij tot den konints beloof Uwe Majesteit, dat lk alle] gezag door Uwe Majesteit mij zal aanwenden, om de partij ju noten onschadelijk te maken, :tl moed van den adel te vern 'uf Frankriiks naam tusschen del mogendheden te verheffen tot c'e| waar hij behoort te staan." Hoe hij dit met zijn landgenoot! speelde, kunnen we laten rusten Frankrijk tusschen de mogendhrl hief, zullen we kort aangeven Kardinaal van de H. Roomsl en dus goed katholiek, was hij 11 man vóór alles en voor het berel zijn zuiver Fransche doeleinden, si de hij geen enkel middel. Drortr hii bondgenootschappen met Prd sche volken. Met EngelandHij bewerkte ftnj lijk van de zuster van Lodewljk T™ den Prins van Wales. Hij sloot verdragen met de PmJ sche Duitsche keurvorsten tegen» tholieken keizer. Bovendien wist I bewerken, dat Gustaaf Adolf als rt ger der Protestantsche belangeJ ke'zer in de haren vloog. Hij sloot een verdrag met de V om den Franschen invloed in P-T en de Zwitsers in Graubünden te haven. En op 8 Februari 1635 werd ral de bekende Alliantie met de U™ Nederlanden gesloten tegen don KfJ tegen Spanje, waarvan lui zelf vip nooit over zoo'n gewichtige rast ben onderhandeld. Herhaaldelhk s hij de Renubliek met troenen en t-J schoon de Fransche beloften om eens grooter waren dan de «ral neemt niet weg. dat de WestIJl Vrede van 1648, ofschoon zes jaar J dood gesloten, voor een zeer gro°I0.| gevolg van ziln politiek ls geweest, r Vrede van Westfalen werd voorg» streep gezet achter de Habsbure.'fn* ratles naar de werp'dmacht en aljT daarvan was, in nolltteken zin. Reformatie mislukt, al was dan m i rijk tevens de macht der Hugenoia broken. Meer ldeeële gevolgen voor waren, dat de Italiaansche en s™ invloedssfeer hier geen kans meer a terwijl wij ons ln tal van zaken i raar Frankrijk orlëof'">rd"r ,l'„ bijzonder met de houwkunst het hopen we nader te doen blijken. wUfitvu*?' OWc um or&ouJaoJib* 00 Xrhdve j f 1 u tt -Jlt&Bt/n. OWthfyd ,JtI J omvOu^t* éhiivtf»* WtflyWW*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 10