ST. NICOLAAS KOMT!
ZWARTE PIET!
door
E. DE LILLE HOGERWAARD
as oegin December,
gend werd door de jeugd uitge-
r Sint Nicolaas, aien goeden,
bisschop, die elk jaar opnieuw de
reis van Spanje naar Nederland
m om de kinderen op allerlei
ren te verrassen.
wel er tegenwoordig heel wat mid-
van vervoer bestaan en de reis door
ht 't vlugst gaat, voelde de bejaarde
:p toch het meest voor de ouder -
e stoomboot. In zijn jonge jaren
t de verbinding geweest en Sint
•tf, die veel van een zeereis hield,
t verkeersmiddel trouw gebleven,
ras er in Spanje, waar Sint Nicolaas
een jongen, die niets vuriger
te dan Sint Nicolaas op zijn tocht
•ezellen. Hij had zwart haar, een
gelaatskleur enzag zichzelf
'n stoutste verwachtingen al als
van Sint Nicolaas, als Zwarte Piet
hij kon er dikwijls van droomen
hij dan wakker werd, zuchtte hij
t maar zoover!"
r nu had hij toch iets heel on-
Sds gedaan; hij was vóór Sint Nico-
Ln boord ging,, stilletjes weggeloopen
had zich verstopt in het kolenruim
boot waarmee de bisschop de reis
dernemen. Hij wilde op die manier
Maas vergezellen en als hij dan
i in Holland was, zou de bisschop
'et over zijn hart verkrijgen, hem
jte sturen, maar hem als knechtje
en. Dan zou hij dus Zwarte Piet
ad het zaakje wel aardig overlegd,
één ding was jammer; hij had niet
t aan den angst en het verdriet
"n arme ouders, die hem natuurlijk
zochten en zich de ergste dingen
lden.
^et kolenruim was het heelemaal
rettig, maar dat vond de jongen,
'ro heette en dus juist den
naam had! heelemaal niet erg.
st toch wat voor de goede zaak
bben! En zwart werd hij vanzelf
:>nt hij was achter een grooten
rg gekropen om niet gemakkelijk
t te worden.
er behoefde hij niet te lijden, want
n opgespaarde zakgeld had hij een
roote brooden gekocht en hoewel
1 erg hard werden en zelfs wat
kauwde hij er toch dapper op. Hij
mers met Sint Nicolaas naar Hol-
Die gedachte deed hem zelfs zijn
en met kolengruis bestoven brood
aken.
wat gebeurde er?
Nicolaas. die zijn eigen radiotoestel
rd had, hoorde plotseling heel
'k de stem van den omroeper, die
ra politie-bericht.
iitie uit Santander in Spanje ver
opsporing. aanhouding en voor-
- van den twaalf-jarigen Pedro
die spoorloos uit zijn ouderlijke
verdwenen is.
lement: zwart haar, donkere oogen,
gelaatskleur, klein en mager,
waarschijnlijk pull-over, korte
sportkousen en bruine schoenen",
tig schudde Sint Nicolaas het hoofd
u er met den jongen gebeurd zijn?
Lni maar geen ongeluk overkomen
hij misschien met opzet weg-
n zijn? Maar waarom?
fbng lachte de grijze bisschop
s Als 't eens was om hem te volgen
olland? 't Zou misschien juist iets
'n ondoordachten bengel zijn!
erinnerde zich nu, dat eenige jaren
een jongen zich in het kolen-
an zijn boot verstopt had en er
Q Zwarte Piet eindelijk huilende
voorschijn was gekomen. Eerlijk
jongen alles opgebiecht, ook ver-
1 de honger hem tot deze bekente-
°odzaakt had.
eze Pedro Oviedo eens iets derge-
t?evoerd had!
Nicolaas liet onmiddellijk Zwarten
*1 zich komen en beval hem een
^ig onderzoek naar den vermisten
op de geheele boot in te stellen en
e 'n het kolenruim te beginnen.
Piet toog onmiddellijk aan het
verscheen weldra vóór Sint
njet den bevenden Pedro Oviedo
1 builen op dat oogenblik nader
n het lachen.
ders zoo vriendelijke gezicht van
i.il?-as wa$ heel ernstig, toen hij
,Jloige zag.
Zeg. wat hoor ik op het dak?
Is 't mischien een dorre tak.
Die beweegt met zacht geraas?
Of.... is het Sint Nicolaas?
Ja, ik hoor den stap van 't paard
En het loopt zoo heel bedaard.
Soms, als Sinterklaas het wil.
Houdt het paardje even stil.
Dan moet Pieterbaas misschien
Even in een schoorsteen zien
Of eens luist'ren hier en daar,
Wie was er heel lief van 't jaar?
Somtijds hoort hij leuk gezang.
Neen. dat kindje is niet bang.
Dan zegt Sinterklaas tevrêe:
Piet, gooi daar wat naar beneê!
En als ze weer verder gaan
En weer even stille staan.
Dan zegt gieter: Beste Sint.
Hier woont vast een héél stout kind!
(Nadruk verboden).
'k Hoor, dat het om lekkers vraagt
En z'n zusje aldoor plaagt.
Dan zegt Sint: Onthoudt het. Piet.
Stoute kind'ren geef ik niet!
Luid roept Pieter: Boe-oe-oe!
En z'n zusjes aldaar plaagt.
Wacht maar. baasje, pas maar op,
Dat 'k je niet den zak in stop!
Doch Sint Nicolaas zegt blij:
Er zijn weinig stouters bij.
Piet, onthoudt het nu maar goed.
Wie of je wat brengen moet!
En ook Pieter lacht voldaan:
Ja. het is weer goed gegaan.
Alle kind'ren groot en klein
Zullen vast tevreden zijn!
En dan gaat het weer heel zacht
Verder in den donk'ren nacht:
Sinterklaas, die blijdschap brengt
En den kind'ren vreugde schenkt!
R. FRANKFORT—WERKENDAM.
En Pedro? De jongen klappertandde
van angst, teen hij voor den bisschop
stond. Het liefst zou hü willen, dat de
grond zich eensklaps opende en hij er in
verdwijnen kon. Maar.zulke dingen
gebeuren alleen in sprookjes en natuur
lijk nooit In werkelijkheid!
Hi) beet zich op de lippen om niet in
tranen uit te barsten.
„Zoo, zoo! Ben je weggeloopen?" vroeg
Sint Nicolaas eindelijk.
„J ja me meneer meneer
Sint Nicolaas", bracht de jongen er sta
melend uit.
't Viel hem geducht mee, dat de toon
van Sint Nicolaas niet onvriendelijk was.
„En waarom deedt je dat?" ging de
grijze bisschop voort.
Pedro, die wat meer moed begon te
krijgen, biechtte nu alles eerlijk op en
deed nu en dan aangemoedigd door een
vraag van Sint Nicolaas het geheele
verhaal.
„Zoo. zoo!" zei Sint Nicolaas weer. „En
heb je dan heelemaal niet gedacht aan
den angst, dien je je arme ouders bezorg
de, aan hun groote ongerustheid?"
Opnieuw beet Pedro zich op de lippen,
terwijl hij het hoofd schudde. Spreken
kon hij niet.
„Dat is toch heel, heel onnadenkend
van je, Pedro!" zei Sint Nicolaas nu.
Beschaamd keek Pedro op den grond en
hij kon zich niet langer goed houden;
hij barstte in tranen uit.
Sint Nicolaas liet hem maar eens uit
huilen en toen de jongen eindelijk wat
kalmer geworden was, zei hij:
„Ik zal onmiddellijk een radio-bericht
naar Santander zenden om hen gerust te
stellen. Natuurlijk moet ik je nu mee
nemen naar Holland, maar omdat je
straf verdiend hebt, moet je zoowel op
reis als tijdens mijn verblijf in dat land
ln het kolenruim blijven, al zal ik zorgen,
dat je daar eten en drinken gebrachi
wordt. Zul je geen poging tot ontsnap
ping aanwenden, Pedro?"
Blij, dat hij er zoo goed afkwam, be
loofde de jongen dit.
Hierop mocht hij weer naar het kolen
ruim gaan.
O, wat viel de tijd hem daar lang,
vooral toen de boot in Holland stil lag en
Sint Nicolaas met zijn echten Zwarten
Piet aan wal gestapt was!
Op de terugreis vlak voor hun aankomst
ln Spanje, liet Sint Nicolaas hem opnieuw
bij zich komen en zei:
Pedro, je hebt je woord gehouden en
daar je je verder goed gedragen hebt mag
Je over eenige jaren de reis met mij als
mijn Zwarte Piet meemaken, maar op één
voorwaarde en die is. dat je nooit meet
van huis wegloopt."
Dit beloofde Pedro maar al te graag.
Toen hij weer thuis kwam, herkenden
Vader en Moeder hem nauwelijks zoo
zwart was hij in het kolenruim geworden!
Wat waren allen blij, dat hij terug was!
Pedro zelf niet het muist.
En toen hij eenige jaren later als Zwarte
Plet Sint Nicolaas op zijn reis naar Hol
land mocht vergezellen, moest hij nog
dikwijls aan zijn verblijf in het kolen
ruim denken. Wat was hij toen toch een
domme, bndoordachte jongen geweest!
(Nadruk verboden).