r
VRIJDAG 10 NOVEMBER 1933
No. 22591
ËELE KENNISGEVING
STADSNIEUWS.
Het voornaamste Nieuws
van heden.
EIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
"PRIJS DER ADVERTENTIEN:
regel voor advertentlën uit Lelden en plaatsen
ischappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle
Ivertentlêr 35 Cts per regel. Kleine Advertentlën
i trt] voonrttbetallng woensdags en Zaterdags 50 Cts.
ijdmum aantal woorden van 30.
nleens postrecht Voor eventueele opzending van
Cts porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54.
PRIJS ÖÊSBR G0UHANT,:]
Voor Lelden per 3 maanden f.2t36; per week
Bulten Lelden, waar agenten gevestigd z#n, tl*
Franco per post f. 2.35 -t- portokosten.
f. Ml
«W8
bestaat olt ZES bladen
EIRSTB blad.
en Wethouders van Leiden
algemeene kennis, dat zij,
J tgn aanzien van de door den
A Heijdenxijk, te Zandvoort, ten
fan den deurwaarder bij de Ar-
tits-Rechtbank te 's-Graven-
Oostenrijk, alhier, op 10 No-
63 in het café-restaurant „Zo-
Btationsweg 55, alhier, te hou-
|g ontheffing hebben verleend
Ebodsbe paling vervat in art. 2,
J de Winkelsluitingswet 1930, S.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
1 STRUEN, Secretaris.
I November 1933.
613
PNAÜGURBSLE REDE
PROF. DR. H. J. LAM.
hndeeling, verwantschap en
fcrspreiding der planten.
ddag heeft prof. dr. H. J. Lam
ot-auditorium van de Rijksuni-
illiier, het ambt van bultenge-
leeraar in de bijzondere plant-
plantengeografie aanvaard met
■eken van een rede, getiteld:
eeling, verwantschap en ver-
Ier planten", waaraan wij het
ntleenen:
r. in het kort had nagegaan hoe
si der planten van het anthro-
le stadium in de oudheid en de
ion, uitgroeiden tot systemen,
ids duidelijker (morphologische)
lapsgroepen, nog zonder ver-
aden (Caesalpinus, Ray, De
Linnaeus), en vervolgens be-
fcad hoe bij het opkomen der
lachte in het begin der 19de
I Prof. dr. H. J. Lam.
I de phylogenetische basis als
Jhet systeem bewust werd (De
■A. P. de Candolle, Endlicner,
wees hij erop, dat het voor-
mrerachil tusschen de oudere
en de jongere phylogene-
hode hierin gelegen is, dat de
f de voorouders der thans Ie
pen in het onderzoek betrekt en
zekeren zin meer dimensio-
Lu eerste- Het hoogtepunt der
systematiek ligt bij Lin-
fos phenomenaal systematisch
zijner grootste gaven was.
l reeds bij Linnaeus zeiven in
llrh uZ1Jn 'even oen primitief
sv opdrong, zijn ook zijn
I 'y^men nog zuiver morpho-
der phylogenetische phase
en bereikte eerst een hoog-
tnomfen van het darwi-
decennien daarna stond de
21Jn glorie voor ons en
optneuw, zoo niet het mid-
jiur t k 1 toppunt van de
I s» - v et begin dezer eeuw
f sit ontwikkelende erfe-
icnli eeld t" rook vervhegen.
omtrent het ontstaan
a'k „i!uso de Vries en van
dk Üxtreem de denkbeelden
1 vniv yoorstelling van een
i i» ïen vorm ook verwerpt,
irin „,and, met pogingen om
Dn rig te omschrij-
roen»? Heden ten dage
onli ^ker solroon, door de
than t:onnis weer onzeker
"ais is ons plagitensystg^ni
het resultaat van een mengeling van
morphologische en phylogenetische me
thoden, waarbij de genetica als hulp
wetenschap voor de toekomst veel be
looft. In het hoofddeel zijner rede zette
spr. deze beide methoden der planten
systematiek tegenover elkaar.
De morphologische plantensystematiek
berust geheel op kenmerkenovereenkomst.
Men is daarbij steeds meer kenmerken in
het onderzoek gaan betrekken, niet alleen
zuiver uitwendig-morphologische, maar
ook anatomische, histiologische en physio-
logische. Hoe meer kenmerken men in een
systeem trachtte te verwerken, hoe meer
trad ook de netvormige structuur van dat
systeem naar voren en hoe onduidelijker
werd dus het systeem: juist het tegenover
gestelde van wat men beoogde werd be
reikt bij de grootste wetenschappelijke
consciëntieusheid! De morphologie alleen,
ook in den ruimsten zin genomen, kan ons
niet verder brengen.
De phylogenetische methode berust in
hoofdzaak op de palaeobotanie en enkele
andere wetenschappen, maar heeft ge
tracht steun te vinden bij de genetica.
Deze laatste tracht het systeem van geheel
andere zijde te benaderen, n.l. uitgaande
van het individu. Zij tracht factoren te
analyseeren en erfelijke factoren weer
spiegelen zich in bepaalde reacties van de
levende stof op het milieu, reacties, die
wij kenmerken noemen. Veel kan zij ech
ter voorloopig niet bijdragen tot onze ken
nis van de phylogenie, omdat zij in het
systeem niet verder kan doordringen dan
de generaties, die wij experimenteel kun
nen bereiken; fossiele planten kan zij in
haar onderzoek niet betrekken. Tusschen
de morphologisch-phylogenetische syste
matiek aan den eenen kant en de genetica
aan den anderen, ligt dus een kloof, die
slechts overbrugd wordt door de hypo
these, dat bepaalde kenmerken ook wel
het gevolg zullen zijn van de aanwezig
heid van een zeer bepaalde factorencon
stellatie. Voor beide denkrichtingen is
de soort een vaag begrip. Voor de syste
matiek zijn de eenheden van hoogere orde
het best omschrijfbaar, voor de genetica is
het individu het eenige zekere; de syste
matiek dringt ons het beeld op van een
naar boven toe vertakkend stelsel, voor de
genetica is dit stelsel juist naar onderen
toe vertakt.
Zoolang wij nog geen betrouwbaar mid
del hebben gevonden om deze kloof te
overbruggen, moet de systematiek met
geperfectioneerde morphologische metho
den genoegen nemen. Daarbij kunnen de
oecologie en de migratieleer goede dien
sten bewijzen (vgl. de geografisch-mor-
phologische methode van Von Wettstein).
Spr. gaat op de beteekenis der migratie-
leer voor de systematiek nader in en wijst
erop, dat er naast variabele kenmerken,
die het netwerk vormen, ook kenmerken
zijn (Vavilov's radicalen), die gedurende
een zekeren tijd in de phylogenie aan be
paalde andere kenmerkengroepen gebon
den blijven. Misschien mogen we dit aan
factorenkoppelingen toeschrijven en in
deze veronderstelling een eerste verbinding
tusschen systematiek en genetica zien.
Door kenmerkenkoppelingen nu geogra
fisch te vervolgen kunnen we zuiverder
conclusies trekken omtrent de verwant
schap dan op grond van morphologische
overeenkomst alleen mogelijk was, vooral
wanneer we daarbij de palaeobotanie en
de paiaeogeografie betrekken. De palaeo-
geografische methode geeft dan voorna
melijk uitkomsten t. a. v. de systematische
eenheden van hoogere orde, de neogeogra-
fische t. a. v, die kleinere. Dit laatste
wordt geïllustreerd door recente publica
ties van Diels en van spr. zeiven. Ten
slotte vermeldt spr. ook pogingen om aan
de oecologie gegevens voor de systematiek
en voor het soortsbegrip te ontleenen
(Turesson, Danser) en herinnert hij aan
het woord van Clemens: that the
taxonomist of the future will think in
terms of evolutionary processes, and will
learn to trust his morphological criteria
as dynamic rather than static."
Na nog enkele beschouwingen te hebben
gegeven over de verhouding van het Rijks
herbarium en het onderwijs, besluit spr.
zijn rede met de gebruikelijke toespraken.
ONTSPANNINGSAVOND
VOOR WERKLOOZEN.
Tot besluit van haar reeks werkloozen-
bijeenkomsten, wedstrijden e.d. bood de
voetbalclub C. G. W. gisteravond in de
geheel gevulde zaal van „Concordia" aan
de christelijk georganiseerde werkloozen
I en hun vrouwen een ontspanningsavond
aan. Na een welkomstwoord van den
voorzitter, den heer Zijlstra, waarin hij
dank bracht aan allen, die dezen avond
mogelijk maakten, hield de secretaris, de
heer J. Crama, een korte toespraak, waar
in hij herinnerde aan de in den afge-
loopen zomer gehouden wedstrijden, fiets
en boottochten en zijn leedwezen uitsprak
over de afwezigheid van bestuursleden
van het Ontspanningscomité. Als bewijs
van dank voor den ondervonden steun en
medewerking bood spr. den heer Van
Biezen een kistje sigaren en den heer G.
Zitman, voorzitter der Chr. Reciteerclub
U. V. K., een taart aan.
Namens een commissie uit de leden en
donateurs overhandigde de heer Ossen-
voort den heer Crama een armband
horloge als dank voor zijn vele bemoeiin
gen in het belang der werkloozen. Zijn
mede-bestuursleden, de heeren Zijlstra
en Barendse hadden een kistje sigaren in
ontvangst te nemen.
De heer Zitman dankte met eenige wel
gekozen woorden voor de attentie en
gaf de verzekering, dat U. V. K. aan de
christelijke werkloozen steeds steun zal
blijven verleenen, als het moet ook finan-
cieele.
Daarna nam het eigenlijke programma
een aanvang.
„The Melody Boys" brachten onder lei
ding van den heer J. van der Wijngaard
een reeks pittige nummers ten gehoore,
welke met een hartelijk applaus werden
beloond.
V. K. voerde een serie korte tooneel-
stukjes op, die een uitbundig succes
oogstten en luide werden toegejuicht.
Een bijzondere attractie vormden nog
de uitgedeelde versnaperingen: de werk
loozen een sigaar, hun vrouwen een ge
bakje en voor allen chocolade-melk.
Zoo werd het alles bij alles een gezel
lige avond, welke voor de organisatoren
een succes was.
De heer Hofenk steunde het goede doel
door de zaal belangeloos beschikbaar te
stellen.
0
„CHRISTUS' EVANGELIE VOOR DEN
MODERNEN MENSCH".
DE ARBEIDSBEURS.
Op den 9en Nov. 1933 waren 3099 (v. j.
3646) werkzoekenden ingeschreven.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Nieuwe Inschrijvingen: V. d. Klugt's
Warenmagazijn, Zijlsingel 36, Leiden, ijzer
waren en huish. artikelen.
Eigenaar: P v. d. Klugt, Leiden.
Handelsonderneming ..Practica", Emma-
laan 48 Oegstgeest.
Eigenaar: N J. Meyer Jr., Den Haag.
(Huwelijksche Voorwaarden).
Wijzigingen: P. M. van der Linden,
Deutzstraat 4. Oegstgeest, kappersbedrijf
en sigarenwinkel.
Vestiging filiaal: Geversstraat 55, Oegst
geest, (sigarenwinkel) d.d. 20 Oct. 1933.
Johs. van der Loo, Voorstraat 9, Noord-
wijk. timmer- en metaalbedrijf
Overleden Eigenaar: J. van der Loo, d.d.
1 Aug 1933.
Nieuwe Eigenaresse: Wed. D. van der
Loovan Zanten, Noordwijk.
-wO»
Lezing van dr. P. D. Tjalsma.
Onder dezen titel opende gisteravond dr.
P. D. Tjalsma, Rem. predikant alhier, in
de Remonstrantsche Kerk een serie van
vier lezingen, gewijd aan het thema: de
Remonstrantsche gedachte in dezen tijd.
Na een inleiding over den opzet en de be
doeling der lezingenserie en na uiteengezet
te hebben wat bedoeld is met de uitdruk
king: de Remonstrantsche gedachte, ging
spr. over tot zijn eigenlijke onderwerp,
waarvan hij zich de moeilijkheid niet ont
veinsde, juist omdat er met den naam
Jezus Christus en met Zijn evangelie vaak
1 zulk een onwaardig spel wordt gespeeld,
zoowel op kerkelijk als op politiek terrein.
Kunnen wij nog wel den weg naar Chris
tus en Zijn levend woord vinden?
Toch komt mensch en wereld van Hem
en Zijn evangelie niet los. Christus is groo-
ter dan wat menschen van Hem maken,
Zijn waarheid blijft de harten steeds weer
opnieuw grijpen.
Spr. wijst er dan op hoe de Remonstr.
Broederschap in haar beginselverklaring
spreekt van het „geworteld zijn in het
Evangelie": bij alle vrijheid die zij haar
leden laat persoonlijk hun geloof te vormen
wijst zij toch naai- en weet zij zich de
eeuwen door gebonden aan de openbaring
Gods in Christus. Vervolgens stond spr. stil
bij de vragen omtrent Christus' Persoon en
Wezen. Spr. wijst op twee beschouwingen,
die door de tijden heengaan: Christus, die
God w a s en Christus die van God sprak.
Spr. laat gevoelen waarom het vrljzlnnlg-
Protestantisme noch in het eene, noch in
het andere zich thuis kan gevoelen. Uit
wetenschappelijke en uit religieuze oorza
ken niet. Toch spreekt ook de Vrijzinnig-
godsdienstige van Christus en kent Hem
zoowel als openbaring van het Goddelijke
in den tijd als ook als de Mensch naar
zijn diepste bestemming, wat nader werd
verduidelijkt. Ook handelt spr. over de vele
vragen die ten opzichte van het Evangelie
rijzen. Wat is „het" evangelie?
Ondanks al deze vragen blijft toch het
onloochenDare feit, dat menschen de
eeuwen-door door Christus gegrepen en
verlost zijn en Zijn Evangelie als de blijde
boodschap voor hun leven hebben ver
staan.
Nu nog? Wat heeft Christus den moder
nen mensch nog te zeggen? Niets, meenen
velen: de klove is te groot geworden. Alles,
meenen anderen.
Spr. gelooft het laatste, mits dat Evan
gelie dan de taal spreekt van den tijd
opdat die moderne mensch kan luisteren.
Spr. eindigt zijn lezing met een zestal
punten te noemen waarin, volgens hem, de
blijvende waarden liggen van het Evangelie
voor onzen tijd. Gesproken wordt over:
lo de roepstem van het Evangelie, 2o de
eerbied voor de menschenziel, 3o de broe
derschapsgedachte, 4o de Rijk-Godsge
dachte, 5o het Kruis, 60 Gods dragende
Liefde. Hier liggen de blijvende waarden
ook voor ons
Dat de Vrijzinnige Kerk haar kans niet
late voorbijgaan deze evangeliewaarden te
prediken is de taal van dezen tijd!
De tweede lezing, over Vrijheid en Ver
draagzaamheid, zal Donderdag 30 Nov,
■Ttaat» vladen.
Dr. C. J. WIJNAENDTS FEANCHEN.
A_s. Dinsdag 70 jaar.
Dr. C. J. Wijnaendts Francken.
A.s. Dinsdag hoopt een bekend stadge
noot en Nederlandsch letterkundige zijn
zeventigsten geboortedag te herdenken.
Het is dr. Cornells Johannes Wijnaendts
Francken, die op 12 November 1863 te
Rotterdam het levenslicht aanschouwde.
Hij doorliep het gymnasium aldaar en
studeerde aan de Universiteiten van
Utrecht en Amsterdam in de wis- en na
tuurkunde en in de geneeskunde. Op 27-
jarigen leeftijd promoveerde hij cum iaude
tot doctor in de wis- en natuurkunde op
een proefschrift getiteld „De Sclereïden".
Gedurende de jaren 18981902 zette hij
zijn studiën voort aan de Universiteiten
van Jena, Zurich, Parijs en Berlijn, voor
namelijk op het gebied der psychologie en
philosophic, waarbij hij Ziehen, Janet, Dil-
they, Paulsen e.a. tot zijn leermeesters
mocht rekenen.
Direct na zijn promotie ondernam hij
verschillende groote reizen, welke tot 1913
duurden. Behalve Europa, dat hij in alle
richtingen doorkruiste, bezocht hij ook
Amerika, Azië en Afrika.
Dr. Wijnaendts Francken is lid van de
redactie van het Tijdschrift voor Wijsbe
geerte, bestuurslid van de Kant-Gesell-
schaft en van de Ver. „Het Spinozahuis".
Zijn voornaamste werken zijn: „De
evolutie van het huwelijk (1894), Het Boed
dhisme (1897), Sociale Ethiek (1897), Het
hypnotisme (1902), Fransche moralisten
(1904) Schopenhauer (1905), David Hume
(1907), Sociale vertoogen (1907), Psycho
logie van het droomen (1907); Het spiri
tisme (1908), Het vraagstuk van den vrijen
wil (1912), Het sexueele leven (1921), We
reldbeschouwing en godsdienstig bewust
zijn (1913), Wijsgeerige geschiedbeschou
wing (1924), Woordenboek van wijsgeerige
Kunsttermen (1925), Goethe en de vrou
wen (1928), Woordenboek van historische
en mythologische personen (1929). Verder
schreef hij reiswerken over Amerika
(1892), Oost- en Zuid--Afrika (1915) en
West-Indië (1916), terwijl mede een groot
aantal tijdschriftartikelen van zijn hand
is verschenen.
Het lijdt geen twijfel of velen zullen zich
opmaken om a.s. Dinsdag den bekwamen
litterator geluk te wenschen.
Daartoe bestaat 's middags tusschen 3
en 5 uur in Huize Bruins gelegenheid.
WINTERPROGRAMMA.
INST. VOOR ARB.-ONTWIKKELING.
De plaatselijke af deeling van het I v.
A.-O. biedt haar leden, donateurs en be
langstellenden in haar werk een winter-
programma aan, dat wederom tal van
onderwerpen bevat op het terrein van
ontwikkeling, zoowel als van ontspanning.
Zooals gebruikelijk, wordt het seizoen
geopend met een bijeenkomst, die een
massaal karakter heeft. Ditmaal is daar
voor de keus gevallen op een tooneelavond
in de Stadsgehoorzaal, op Zondag 19
November, waar het nieuwe werk van
Upton Sinclair „De wereld op z'n kop" ge
geven wordt door „De Jonge Spelers".
Ook stelt het bestuur zich voor een aan
tal film-ochtenden te geven in 't Trianon-
theater.
De cursus-avonden, de z.g. luister'oij-
eenkomsten, vangen aan met een lezing
op 20 November van den heer Henk v.
Laar, leider van den Nat. Hist. Dienst van
het I. v. A. O. te Amsterdam, over „Vul
kanen en Gebergtevorming".
Onze stadgenoot, de heer G. F. E. Kiers,
dir. van het Bouw- en Woningtoezicht,
zal voorts op 18 December aan de hand
van lichtbeelden spreken over „Oud en
nieuw Leiden".
De heer Paul Kiës, oud-officier, redac
teur van „Oorlog of Vrede" te Amsterdam
spreekt vervolgens op 22 Januari over
„Hitler-Duitschland en de Ontwapening."
Het werkprogramma vermeldt verder
nog onderwerpen op het gebied van het
coöperatie-wezen, het sexueele vraagstuk
en het bankwezen.
Het Natuurvrlendenwerk, dat in het
Inst. v. A. O. een aparte plaats inneemt
vormt ook thans voor de liefhebbers van
toerisme een aantrekkelijk onderdeel van
het programma. Dit deel van het winter
werk wordt a.s. Maandag reeds gemier-<
met een lichtbeeldenavond over d-
epzm, $aarby ie liêgr
BINNENLAND.
Inaugureele rede van prof. dr. H. J. Lam
als buitengewoon hoogleeraar in de plant
kunde aan de Leidsche Universiteit.
(Stadsnieuws, 1ste Blad).
Onze verhouding tot België; jhr. De
Graeff aan het woord (6de Blad).
Begrooting van Binnen], Zaken; memorie
van antwoord aan de Tweede Kamer (4de
Blad).
Ons Parlementair Overzicht; jhr. De
Geer contra het fascisme (3de Blad).
Wie de hoofdprijzen der Radio-prijs
vraag van het Nat. Crisis-Comité wonnen.
(Binnenland, 5de Blad).
Vertegenwoordigers der bloembollen-
organisaties op audiëntie bij den Minister
van Econ. Zaken (Land- en Tuinbouw 3do
Blad).
Moord te Heesch (Gemengd, 5de Blad en
Laatste Berichten, 1ste Blad).
Het drama te Udcn; tragisch gevolg van
een stoeipartij (Gemengd, 5de Blad).
De nieuwe Gereformeerde Kerk te Oegst
geest (3de Blad).
BUITENLAND.
Een rede van Mc Donald. Opwekking tot
Duitschland terug te keeren (Buitenland,
lste Blad).
Debat in de Fransche Kamer over de
buitcnlandsche politiek (Buitenland, lste
Blad).
De opstand op Cuba nog niet gedempt.
(Buitenland, lste Blad).
voorzitter der Leidsche groep, een toe
lichting zal geven.
In verband met de voorgenomen orga
nisatie van populaire reizen naar Oosten
rijk zal op 8 Januari door den heer F.
Kasemier uit Amsterdam 'n lichtbeelden-
causerie over „Vorarlberg" worden ge
houden.
Tenslotte wordt in het program nog
aangekondigd de feestelijke herdenking
van het 10-jarig bestaan der organisatie,
op 20 Februari, waarbij o.a. een film van
de Vereenigingsreis naar de Vogezen zal
draaien en de heer M. Borsje, oud-voor
zitter der Nederlandsche Natuurvrienden
beweging de herdenkingsrede zal uit
spreken.
Op dezen avond zullen tevens de prijzen
voor den foto-wedstrijd worden uitge
reikt.
Bijwijze van proef besloot het bestuur,
den leden en donateurs vrijen toegang te
geven tot alle cursus-avonden, terwijl dfi
Natuurvrienden-avonden voor ieder be
langstellende gratis toegankelijk zijn.
LEIDSCHE CHR. JEUGDCENTRALE.
De Leidsche Chr. Jeugdcentrale heeft
het plan opgevat om dezen winter enkele
lezmgen voor haar leden en verdere be
langstellenden te organiseeren.
De eerste bijeenkomst, die op Donder
dag 30 November zal worden gehouden,
belooft al een zeer bijzondere te worden.
Dr. ir. H. G. van Beusekom te 's-Gra-
venhage zal dan spreken over „Kagawa".
Toyohiko Kagawa, de groote geleerde,
hervormer en philantroop, is geboren in
1888 en studeerde aan een Chr. univer
siteit te Tokio en later aan de universi
teit te Princeton in Amerika.
Op 22-jarigen leeftijd begon hij te
prediken in Shlnkawa, de beruchte wijk
van de Japansche stad Kobe.
Hij predikte daar niet alleen, maar ging
daar wonen.
Hij ging wonen te midden van het afval
van de Japansche maatschappij: drin
kers, vechters, moordenaars, brandstich
ters. Hij ging wonen in de sloppenwijk
Shinkau, waar de pestwalmen opstijgen;
daar, waar een gezond mensch nauwelijks
kan ademen; daar, waar het gevaar van
besmetting altijd aanwezig is; daar, waar
ieder oogenblik zijn leven ln gevaar was.
Hij heeft toegepast de woorden van
zijn Koning, zijn Meester: „Predik het
evangelie". „Ga haastelijk uit in de stra
ten en wijken der stad en breng de armen
en verminkten en kreupelen en blinden
hier in."
Kagawa had millionnair kunnen zijn.
Hij heeft boeken geschreven, die meer
dan tweehonderd keer zijn herdrukt.
Hij is arm omdat hij alles opofferde
voor zijn ideaal.
Kagawa deelde zijn woning met drin
kers, brandstichters, moordenaars, tuber
culoselijders,
Herhaaldelijk werd zijn leven bedreigd;
afpersingen waren aan de orde van den
dag. Hij deelde zijn bed 4'ft jaar met een
half waanzinnige, lijder aan de vreese-
lijkste aller ziekten. ALs de man de hand
van Kagawa vasthield, was hij rustig,
want daarin gevoelde hij de hand Gods.
Hij is daardoor lijdende geworden aan
een ongeneeslijke oogziekte. Zoo pre
dikt hij.
Kagawa is philantroop. Kagawa gaf
aan een berucht straattype op diens eisch,
zijn laatste costuum.
Kagawa droeg een hemd en een ki
mono, een Japansch overkleed Het was
zijn eenig bezit.
Hij trok voor een nog armere zijn hemd
en kimono uit. gaf zijn hemd weg en
trok alleen zijn kimono weer aan.
Het ls de toepassing van Jezus' woord:
,lk was naakt en gij hebt ml] gekleed".
Wat eij aan de minste mijner broederen
c-'u^an hebt dat Ijebt gy MIJ gedaan."