De brand in het Rijksdaggebouw. 74ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 7 October 1933 Derde Blad No. 22562 Hl BuitenL Weekoverzicht GEMEENTEZAKEN. GEWENGD NIEUWS. HET PROCES TE LEIPZIG. L Dollfuss ternauwernood aan den dood ontsnapt. De Oostenrijksche Nazis, die trots alle vervolging niet versaagden, hebben niet het geluk van hun Duitsche lotgenooten gehad, integendeel! Was de Rijksdagbrand voor Hitler's aanhang een reuzen-bof, die maar al te gereede aanleiding gaf tot ae zoozeer begeerde vernietiging ran het Marxisme, de aanslag op den OostenryK- schen bondskanselier Dollfuss is juist m tegenstelling een wanbof van bijzondere beteekenis. Niet alleen, dat uit den aard der zaak zoo"n aanslag aller verontwaar diging wekt en niet scherp genoeg gelaakt kan worden, bovendien doet zoo n afkeu renswaardige daad een stroom van sym pathie toevloeien aan dengene, die het slachtoffer dreigde te worden. En zoo is dan ook geschied. Dollfuss heeft vanover de 'gansche wereld een ontzaggelijke hoe veelheid bewijzen van waar deer ing en gelukwenschen ontvangen, die hem een niet te versmaden steun zullen geven bij zijn streven om Oostenrijk zelfstandig te doen blijven! Neen. een dienst heeft de jeugdige dwaas, die den revolver een woordje wilde doen meespreken in de poli tiek. den Nazis niet bewezen, zelfs niet als zou blijken, dat hij zelf met de nationaal- socialisten niets heeft uit te staan, het geen overigens naar alle waarschijnlijk- Iheid wel het geval is, zoodat de zaak des te erger voor de Nazis wordt. Met opmerkenswaardig geluk is de bondskanselier den dans ontsprongen, slechts een paar onbeteekenende wonden werden hem toegebracht, zoodat hij nau welijks zijn ambtsbezigheden heeft be hoeven neer te leggen. Dollfuss. Sterker staat Oostenrijk's politieke lei der dan ooit tevoren door dit gebeuren, hetgeen hem .vel dienstig zal kunnen zijn, want trots zijn moedigen tegenstand zag het er nog niet te mooi voor hem uit; de Nazis wroetten verder en verder Sterker zoowel in het binnenland, waar nog veel te redderen valt, gezien de ver deeldheid, als in het buitenland! Zelfs zou deze aanslag misschien wel eens de brug kunnen worden, waarover Oostenrijk en Duitschland weer met elkaar in con- i nectie zouden kunnen treden, gelet op het I feit, hoe bij de gelukwenschen met zijn I ontkomen aan moordenaarshanden ook was een van den Duitschen minister von Neurath! Dit zou een verademing betee- kenen van niet te miskennen grootte En Duitschland zou in velerlei opzicht zijn positie op het wereldschaakbord ver beteren, die heusch niet te gunstig is! Zooals wij voorzagen, is te Genève het Jodenvraagstuk niet buiten beschouwing gebleven, nadat van Nederlandsche zijde slechts zuiver economisch dit vraagstuk was geëntameerd. Op vrij krasse wijze is gezegd, wat men denkt van dit optreden en trots het feit, dat Italië, ook al onder schrijft het de Duitsche houding tegen de Joden geenszins, toch Du'tschland de hand boven het hoofd tracht te houden, is niet uitgesloten, dat de minderheden-bescher ming volledig van toepassing zal worden verklaard op de Joden, hetgeen vooi het Hitler-Duitschland een geduchte moreele nederlaag zou zijn. Bovendien dreigen de vroegere goede betrekkingen met de sovjets geheel te ver starren. Het persdelict, dat tusschen beide landen is uitgebroken, is slechts een flauwe weerspiegeling van dit verschijnsel in het algemeen. De sovjets hebben van het huidige Duitschland niets te ver wachten en daarom zopken zij aansluiting bij Frankrijk, gelijk weleer. De kring rond het Duitsche land dreigt meer en meer te woeden Or°slot°n! Van bijzonder belang is in dit opzicht hetgeen zich zal afspelen ter komende Ontwapeningsconferentie, waarvoor de aspecten ongunstig blijven, al klinkt hier en daar een meer optimistisch geluid. Van Italiaansche zijde schijnt het denkbeeld te ziin geopperd om de conferentie-hervat ting uit te stellen en eerst een nieuwe vier- mosendheden-blieenkomst te houden maar dit is afgeketst, daar uitstel al te ,J zou doen uitkomen hoe na de we- reid stond voor een volslagen mislukking van het zoo gewichtiee vraagstuk. Groote ïiÏÏar"?'nS za> men zich echter moeten ïl troosten om deze mislukking te voor- Komen. die onafzienbare gevoleen na zich gu sleeoen die men het best doet nog niè? .,n v.er na te "luizen, wil men m-me1 !n een a"ersombérst pessi- ""timisme is overieens weinig reden, het o-o- ro"dom zich ziet. D» wrijving in sovfetfk? 9?sten tusschen Japan en de srhe steeds feller en van Jaoan- ï-fe sü 91 geruchten hardnek- om h?m i de sovicts druk doende ziin te vers?j£Kernacht in het Verre Oosten toon der steeds agressiever wordt de ïn <5r,ar? ota's aan Maridsioekwo zeer kortster,d1ertvhct kabinet-Lerroux een maand Wf?' Jf.b€staan tchad. Nog geen Knmlr ministerie bestaan of de ten vel viv, ie. met Rro°te meerderheid beslist stetm rt De, socialist,>n weigerden m. i! vnnr O verlwlnenDe vraag wat keliik n r" echter niet zoo gemak- snlèdi^, Io.''en- hoezeer anders een °",0"ihg ten zeerste gewenscht bot uJLi toenemende onrust door vfrtio^T 'and. M'sscbien zullen nieuwe nnblid'ir^f11 V£or Cortes den toestand kr^rbtfjr r»v mae evenwel wel een vin regeering zijn, om de verkiezin- hoor hitvoer te brengen naar be- DE REKENING OVER 1932.. Reeds kort hebben wij vermeld de cijfers over 1932. In een volledige beschouwing aan den Raad zeggen B. en W. nog: Blijkens de rekening hebben de ontvang- van den gewonen dienst beiragen de som van f. 9.344.554 56 de uitgaven van den ge wonen dienst de som ran.. „9.182,091.14 zoodat deze dienst een batig kassaldo heeft opge leverd van 162.463.42 De ontvangsten van den den kapitaaldienst hebben bedragen de som van f. 5.976.935.86 de uitgaven van den ka pitaaldienst de som van „9.208.808.96 zoodat de kapitaaldienst sluit met een nadeelig slot f. 3.231.873.10 De begrooting van den gewonen dienst werd oorspronkelijk vastgesteld in ont vangst en uitgaaf op f. 8.427.294. In den loop der jaren 1932 en 1933 werd zij. zoowel in ontvangst, als in uitgaaf verhoogd met f. 1.116.573.31, waardoor het eindcijfer werd gebracht op f. 9 543.867,31. Voor Afdeelinz n „Kapitaaldienst" wer den aanvankelijk de ontvangsten op f. 5.700.825 en de uitgaven op f. 5.440.487 geraamd, alzoo sluitende met een ge raamd batig saldo van f. 260.338, De kapitaaldienst werd naderhand in ontvangst verhoogd met f. 11.169.797.10 en dus gebracht op f. 16.870 622.10. de uitgaaf werd verhoogd met f. 11 180.325.67 en dus gebracht op f. 16.620.812.67. Het verschil tusschen de verhooging van de ontvangsten en die van de uitgaven be draagt derhalve f. 10.528.57 (f. 11 180 325.67 f. 11.169.797.10), welk verschil is ont staan door eenige wijzigingen, die in den loop van 1932 en 1933 in den kapitaal dienst van 1932 werden aangebracht. Ter toelichting van den gewonen dienst merken wij nog het volgende op: Het voordeelig kassaldo van den gewo nen dienst ad f. 162463.42 (moet wegens bij het sluiten tan den dienst 1932 nog te ontvangen gelden, dat dienstjaar betreffende, wor den verhoogd met Daarentegen moet in mindering worden gebracht eèn bedrag van wegens onbetaalde reke ningen en onverwerkt ge- bieven credieten. 65.178.23 f. 227.641.65 122.679.29 Het bruto voordeelig ex ploitatiesaldo bedraagt dus f. 104.962.36 Hierbij moet echter in aanmerking ge nomen worden, dat, indien de in boven genoemd bedrag van f. 65.178.23 begrepen Rijksbijdrage ad f. 15.843.83 in de kosten van de over het tijdvak van 10 Augustus 31 December 1931 aan werklooze metaal- en textielarbeiders uitbetaalde steungelden niet ontvangep wordt, het bruto exploi tatiesaldo f. 15.843.83 lager wordt en dan zal bedragen f. 89.118.53. Voor de berekening van het netto-ex ploitatiesaldo van den dienst 1932 moet voorts nog het volgende in acht worden genomen. Hoofdstuk I. „Vroegere diensten" sluit met een batig saldo van f. 128.230.92. Van dit bedrag is evenwel f. 110.052.90 op Hoofd stuk XV van den gewonen dienst overge boekt ter storting in het .Fonds voor Stadsverbetering en Sociale doeleinden", terwijl vervolgens nog op diverse hoofd stukken een bedrag van in totaal f. 9.579 67 werd uitgegeven ter zake van onverwerkte of onverbruikte credieten het dienstjaar 1931 betreffende. Van vroegere diensten kwam dus f. 128.230.92 f. 119,632 57 (f. 110.052.90+f. 9.579.671 f. 8.598.35 aan den gewonen dienst 1932 ten goede. Het netto voordeelig exploitatie saldo van den gewonen dienst 1932 bedraagt dus f. 89.118.53 f. 8.598.35 f. 80.520 18. Op zichzelf is dit resultaat niet onbe vredigend. Immers er kan een niet onbe langrijk bedrag als batig slot van den ge wonen dienst van de rekening 1932 aan de begrooting voor 1934 worden toegevoegd, terwijl het bedrag van f. 119.376 dat aanvankelijk ter gedeeltelijke dekking van het te verwachten tekort op den dienst 1932 aan de Algemeene Reserve werd ont trokken, niet behoefde te worden opgeno men en dus weder tot verhooging van die reserve kon worden aangewend. Echter mag niet uit het oog worden ver loren, dat ten behoeve van het dienstjaar 1932 wel werd beschikt over de in 1931 uit de winst der Lichtfabrieken afgezonderde reserves ad f.175 000(Gasfabriek f. 35.000.Electriciteitsfabriek f. 140.000), en dat. door een in 1932 ingevoerde wijzi ging in het systeem van boeken f. 57.600 minder aan rente ten laste van den dienst 1932 kwam dan aanvankelijk was ge raamd. Vóór 1932 werd namelijk de rente ver deeld over de jaren, waarop zij betrekking had, terwijl vanaf 1932. in navolging van de meeste andere gemeenten, de rente ge heel worde gebracht ten laste van het dienstjaar waarin zij verschijnt, zoodat dit gunstig verschil uitsluitend aan een, administratieven maatregel is te danken. Zonder deze beide bedragen nu. tezamen een som van f. 232,600 uitmakende, waar op uiteraard voor 1933 en volgende jaren niet meer kan worden gerekend, zou de gewone dienst van 1932 niettegenstaande de ingrijpende bezuinigingen, welke wer den ingevoerd, hebben ze sloten met een tekort van plm f. 150.000.— Uiteraard wordt de uitkomst van de ge meenterekening over 1932 in sterke mate beïnvloed door de slechte economische om standigheden, waardoor de uitgaven voor armenzorg en steunverlening aan werk- loozen aanzienlijk hooger waren, dan aan vankelijk bij de begrooting was geraamd. De subsidie aan de Gemeentelijke Com missie voor Maatschappelijk Hulpbetoon welke bii de vaststelling van de gemeente- begrooting was uitgetrokken op f. 220.500 bedroeg over '32 f 447 492.89 of f 226.992.89 meer, terwijl voor „steun aan uitgetrok ken werkloozen". waarvoor f. 150.000.— was uitgetrokken, f 648,477.33 of f 496 477,33 meer werd uitgegeven. Voorts bedroeg de bijdrage der gemeente in de kosten van wachtgeldregelingen, welke voor „memorie" was geraamd op f. 21.433,58 en het aandeel der gemeente in de subsidie aan werkloozenkassen netto f. 69.245.25 meer dan oorspronkelijk ge raamd was. Tenslotte vereischte de subsidie aan het Leidsch Crisiscomité een netto- uitgaaf van f. 12.500.waarop niet gerekend was. Tegenover deze hoogere uitgaven, welke tezamen een bedrag van rond f. 826.000.— uitmaken, kunnen, behalve de hierboven reeds vermelde som van f232.600.nog de volgende voordeelige factoren worden genoemd, waardoor tenslotte de gewone dienst over 1932 sluit met een voordeelig saldo. In de kosten van steunverleening aan werkloozen werd over 1932 een Rijksbij drage ontvangen van f. 133 897 93 (Maat. Hulpbetoon f. 13.738.89, Sociale Dienst f. 120.159 04). Op de oorspronkelijke be grooting was terzake niets geraamd. Voorts werden van de Lichtfabrieken de volgende hoogere bedragen ontvangen: Gasfabriek: aan rente f. 6.375.42, aan re tributie f. 2.160.aan winst f. 133 340.47, tezamen f. 141.875 89: Electriciteitsfabriek aan rente f28 539.95, aan retributie f 15.220.50, aan winst f. 34.184.81 tezamen f. 77.945.26. Het batig slot van Hoofdstuk XII „Be lastingen", dat oorspronkelijk was geraamd op f. 1.276.169—bedraagt f. 1.403 371.43 of f. 127.202 43 meer, hetgeen o.a een gevolg is van de hoogere ontvangst ad f. 58.647.07 ter zake van de gemeentefond;belasting de hooge ontvangst ad f. 22.148 70 aan op centen op de vermogensbelasting, tenge volge van de verhooging van het aantal opcenten van 15 tot 50. en de ontvangst ad f. 30.751.86 aan belasting naar het in komen over vorige dienstjaren, waarop aanvankelijk niet gerekend was. De opbrengst van de korting op de wed den en loonen van het gemeentepersoneel bedroeg over 1932 plm. f 67,500.terwijl de bijdragen van gemeenten e.d. ter zake van het nijverheidsonderwijs, over 1931 en daaraan voorafgaande jaren, in totaal f, 71.553.99 bedroegen d. i. f. 50.553.99 meer dan was uitgetrokken. Vervolgens bleven de fabricage-uitgaven plm. f. 40.000.— beneden de raming, ter wijl tenslotte ook andere posten het nadeelig saldo van den reinigings- en ont- smettingsdienst bleef o.a. f. 14.783.66 bene den de oorspronkelijke raming belang rijke overschotten opleverden. Terwijl de gewone dienst 1932 (buiten beschouwing latende de ontvangsten uit vroegere diensten) sluit met een voordee lig exploitatie-saldo van f. 80 520.18. sloot de dienst 1931 met een voordeelig exploi tatie-saldo van f. 207.202.01 en die van 1930 met een nadeelig exploitatie-saldo van f. 53,932.28. Het dienstjaar 1932 is derhalve plm. f. 126.681.83 ongunstiger dan 1931. doch f. 134.452.46 gunstiger dan 1930 De aandacht wordt er op gevestigd, dat het jaar 1932 het eerste is waarin de op 1 Mei 1931 in werking getreden wet op de financieele verhouding tusschen het Rijk en de Gemeenten ten volle haar invloed heeft doen gelden. DE VERDWENEN f. 37.000. Bekentenis van twee verdachten. Inzake de verdwenen f.37.000 (die de kantoorbediende A. V. te Rotterdam ver loren zou hebben) hebben thans twee der hoofdverdachten een volledige bekentenis afgelegd V. heeft tegenover de politie toegegeven, dat het zoekmaken van het geld was ge- ensceneerd door een complot, waarin be halve hij nog drie andere kantoorbedien den zaten, benevens den lossen werkman T„ die, zooals reeds gemeld, een oude bekende van de Justitie is. Er was afge sproken, dat zoodra V. de kans schoon zou zien. hij zijn slag zou slaan. Dit was het geval, toen hem de opdracht werd ver strekt eenige bedragen tot een totaal van f37.000 te gaan innen De portefeuille met het ontvangen geld heeft V. op de trap van het kantoorgebouw overgegeven aan den kantoorbediende H. v. d. L., die het geld weer bij den kantoorbediende R. bracht. Deze heeft liet eenigen tijd onder zijn berusting gehouden, waarna het naar Antwerpen werd overgebracht om in de safe van een bank te worden opgeborgen. Daarna neeft men gewacht totdat de aan dacht weer wat verslapt was. Heel voor zichtig is men toen begonnen met het verduisterde geld weer in omloop te brengen. Aanvankelijk werden de door V. opgezette zaak van granen en veevoeder gedreven met behulp van f.2000. die men uit de safe te Antwerpen had gehaald. Geleidelijk aan heeft men meer geld ge haald, waarvan de zaken op uitgebreidere wijze werden gedreven en "dat tevens ge diend heeft voor het aanschaffen van eenige panden. V en v. d. L. hebben een volledige be kentenis afgelegd, zoodat vermoed mag worden, dat ook de anderen spoedig door de mand zullen vallen. Alle vijf aangehoudenen zijn naar het huis van bewaring overgebracht. COCAINE TUSSCHEN MOSSELEN VERSTOPT. Een geval van Oplichting? Reuter seint ons uit Parijs: Dezer dagen kwamen te Jeumont 200 zakken mosselen aan, welke door een Nederlandsche mos- selenfabriek waren afgezonden en bestemd waren voor een commissaris te Parijs Deze moest de zending in twee partijen ver deden. De eene partij was bestemd voor Parijs, de andere voor Marseille. Naar aanleiding van een telefonisch be richt van een onbekend gebleven persoon, werd door de douane te Parijs een onder zoek ingesteld, waarbij bleek, dat in 80 zakken mosselen, bestemd voor Marseille, 10 K.G. cocaïne wrs verborgen. De „Telegraaf" verneemt, dat het hier eerder een oplichtingszaak dan smokkel- affaire betreft, daar men hier vermoedelijk niet te doen heeft met 10 K.G. echte co caïne, doch met een partij goed, dat ze»r veel op cocaïne lijkt, doch vermoedelijk waardeloos is De afzenders van de zgn. cocaïne die verstopt werd in een lading mosselen, moesten zeer goed geweten hebben, dat zij een vrijwel waardeloos goedje aan hun „afnemers" zonden. De onbekende, die de DE VERWIJDERING VAN DIMITROFF. Zooals gisteren gemeld is Dimitroff na de pauze wegens beleediging van Duitsche beambten uit de zaal verwijderd. Intus- schen ging daaraan nog het volgende vooraf. Na de pauze werden Dimitroff verschil lende briefjes getoond, welke men in zijn actentasch en koffer heeft gevonden. Dimitroff verklaart, dat deze briefjes over het algemeen betrekking hebben op de actie in Bulgarije. De voorzitter leest daarop een briefje voor, waarin het heet: „gebruik van onze pers in Weenen, Praag, Bazel en Metz voor Duitschland". Dimitroff: „Dat beteekent niet vóór Duitschland. De communistische pers moest gebruikt worden, om de Bulgaar- sche arbeiders in te lichten over den toe stand in Duitschland". De voorzitter is van oordeel, dat deze verklaring kwalijk overeen te brengen is met den tekst van het briefje. Dimitroff wil een vinnig antwoord ge ven, maar de voorzitter legt hem het zwijgen op Voorzitter Bünger wijst beklaagde ver volgens op een ander briefje, waarop te lezen staat: „Handhaving der verbinding tusschen de Duitsche partij en de andere broederpartijen. Goedgekeurd" Dimitroff antwoordt, dat hij dat niet begrijpt en zoekt dan weer uitvluchten, hcewel de president hem gebiedt te zwij gen. Na een kort overleg met den Senaat i verklaart de voorzitter, dat hij nu voor het laatst een dergelijke houding van den j verdachte heeft toegelaten, i De voorzitter houdt beklaagde nog andere notities voor waarin evenmin over Bulzarije wordt gesproken, waarop Dimi troff voortdurend het stereotiepe antwoord geeft dat hij zijn Bulgaarsche partij- genooten over den toestand in Duitrch- I land moest inlichten en daarom aantee- I ke-nineen heeft gemaakt. Daarna leest de voorzitter een brief voor, die bii Dimitroff is gevonden, met het opschrift „Helmut" en onderteekend is .Kant". In dien brief heet het, dat Bergson bii vergissing 20 mark aan Schmitt heeft gezonden, die „ons" (den ondergeteekende) toekomen. Den geadres seerde wordt verzocht, de 20 mark aan „ons" terug te zenden. Dimitroff schreeuwt opgewonden: „Dat briefje heb ik voor het eerst bij den rechter van instructie gezien en nooit voor dien, dat is maaksel van de politie". Voorzitter: „U zoudt zich niet zoo op winden als de kwestie u werkelijk niet aanging. Uw opwinding is het beste bewijs dot er iets niet in orde is". Dimitroff roept: „Ik ben verontwaardigd wiil de aanklacht op deze manier wordt ge-onstraeerd". Dan is het notitieboekje van Dimitroff aan de beurt, waarin een reeks betalingen ziin opgeteld tot een totaal bedrag van 15 692 mark. Bij deze uitbetalingen wordt ook de naam Schmitt en een maal Schm. vermeld. Op de vraag, wat die betalingen te be- teekenen hebben antwoordt Dimitroff, dat het betalingen zijn aan Bulgaarsche emi granten en dat die betalingen te Parijs door hem gedaan zijn. Het gaat niet om een zekeren Schmitt, maar om 'n zekeren Sehmid~ff, een Bulgaar. Dan komen eenige telefoonnummers ter sprake, welke in het notitieboekje van beklaagde stonden genoteerd. Door een toeval was bii een telefoonnummer vast gesteld. dat de cijfers ervan in omgekeerde voleordr gelezen een echt telefoonnummer vormden en wel dat van Münzenbere Dimitroff verklaart, dat de politie bij de uitzoekerii van die nummers bliik beeft geeeven van kolossale onbekwaamheid en domheid. De voorzitter springt bij deze woorden or en verklaart, dat' de senaat nu zal overleggen, of beklaagde uit. de zaal zal w-rden gezet, De maat is thans vo1" Na een kort beraad deeld» de voorzitter toen het reeds gemelde besluit mede. om Dimitroff te verwilderen, hetgeen onder fei protest van beklaagde geschiedde De voorzitter stelt, nadat Dimitr-ff weer naar de gevangenis is teruggebracht, door vragen aan getuige Kvnast vast dat bij Dimitroff ook nog andere telefoonnum mers. in nmeekeprde volgorde gelezen, te vinden zön. op. dat van den communisti- schen afgevaardigd Stocker. Popoff aan de beurt. Vervolgens werd overgegaan tot het ver hoor van den Bulgaar Popoff, dat via den tolk moet plaats hebben. Allereerst worden vijf quitanties ter sprake gebracht, tot een totaal bedrag van 303,40 Mark, welke bij Popoff zijn gevon den en welke gedateerd zijn tusschen 14 en 26 Februari. De quitanties zijn ln het Duitsch ge schreven en onderteekent met den naam „Peter". Popoff vertelt, dat deze Peter op zijn verzoek hoofdzakelijk Russische kranten, maar ook Russische boeken heeft gekocht en naar Bulgarije gezonden. Daarvoor diende het geld. De werkelijke naam van „Peter" weet hij niet. Dan komen drie andere quitanties ter sprake voor betalingen ten bedrage van 8.450 mark, 510 dollar en 300 dollar, welke Popoff aan zekeren Bruno heeft gedaan. Popoff verklaart, dat deze Bruno een Bulgaar is, die in opdracht van de com munistische partij naar Berlijn is geko men, om bij hem dat geld in ontvangst te nemen. Het betreft hier bedragen, welke door emigranten voor de partij in Bulga rije zijn bijeengebracht Beklaagde heeft het geld van een Bulgaarschen emigrant uit Parijs; Bruno kent hij niet. Als de Voorzitter opmerkt, dat men een onbekende toch niet zulke groote sommen gelds geeft, antwoordt Popoff. dat hij te voren van de partij bericht had ontvan gen van de aankomst van Bruno, dat be schouwde hij als voldoende legitimatie van zijn bezoeker. Daarna werd vastgesteld, dat Popoff bij zijn arrestatie in het bezit was van 163 biljetten van 5 dollar. Popoff: Ook dit geld was uit Frankrijk afkomstig. Op een opmerking van den voorzitter zegt beklaagde verder: Alle bij mij gevonden papieren bewijzen afdoende, dat ik in opdracht van de partij heb ge handeld en nauwkeurig rekénlng en ver antwoording heb afgelegd. Oberreichsanwalt: Van wie hebt u de opdracht ontvangen in Duitschland Rus sische bladen en boeken te koopen? Popoff: van het uitvoerend comité der Bulgaarsche communistische partij. De Oberreichsanwalt is van oordeel, dat deze opdracht toch werkelijk eenvoudiger ln Rusland direct had uitgevoerd kunnen worden. Waarom heeft men den weg via Duitschland gekozen? Popoff verklaart, dat zijn partij slechts met Bulgaarsche communisten relaties onderhoudt. De Oberreichsanwalt wijst er op, dat volgens de quitanties van Peter" ook eens een fototoestel is gekocht, en vraagt wat daarvan het doel was. Popoïï antwoordde, dat hij dit toestel voor eigen liefhebberij wilde koopen. Parisius: Opvallend is het, dat slechts quitanties zijn gevonden over den korten tijd vóór den rijksdagbrand, n.l. van 14 tot 26 Februari, terwijl Popoff toch zelf zegt, dat hij minstens sedert 3 November 1932 in Berlijn was. De Voorzitter stelt daarna uit de akten nogmaals vast, dat de kwitanties van Pe ter vóór den rijksdagbrand zijn gedateerd. Hetzelfde is het geval met die van Bruno. Volgens het uitgaven-boekje is er óók daarna nog tweemaal 29 mark uitbetaald. De naam van dengene aan wien deze be dragen zijn betaald is echter onleesbaar. Popoff verklaart, dat aan Peter op 1 Maart nogmaals een bedrag van 33 dollar is betaald. Parisius herinnert eraan, dat Popoff vroeger heeft verklaard, dat hij van zijn eigen Moskousch geld 500 dollar had mee gebracht en verder belangrijke bedragen van Peter heeft ontvangen. Popoff: Bij mijn eerste verhoor heb ik niet de waarheid gezegd, wijl ik niet wilde toegeven dat ik uit Rusland naar Duitsch land was gekomen, bang als ik was, dat men mij aan de Bulgaarsche autoriteiten zou uitleveren. Later heb ik echter den rechter van instructie de waarheid gezegd. De zitting werd daarop tot heden ver daagd. In opdracht van het Internationale Van der Lubbe-comité in Nederland heeft mr. Wilhelm Loeb per brief aan de drie ver dedigers. den president en den Oberstaats- anwalt te Leipzig medegedeeld, dat Eduard Sirach, redacteur van „Spartakus", het orgaan der linksche arbeidersoppositie, als getuige wenscht te worden opgeroepen, daar hij als intiem vriend van Van der Lubbe belangrijke verklaringen wenscht af te leggen over diens karakter en over diens Dolitieke gedragingen in den laat- sten tijd, speciaal dat Van der Lubtv eee- neriei voeling had. noch met de N.S DA.P., noch SPD., noch KPD noch eenig lid dier organisaties persoonlijk. justitie te Parijs waarschuwde, dat er cocaïne zou worden gesmokkeld, moet ook zeer goed op de hoogte zijn geweest van hetgeen in de mosselen was verstopt. De burgemeester van Ierseke. vanwaar de lading mosselen werd verzonden, heeft deze zaak thans in onderzoek. MOTOR-ONGELUKKEN. Gistermiddag te omstreeks drie uur had den te 's-Hertogenbosch twee ernstige ver keersongelukken plaats. Pater v. d. Veer van het Missiehuis Sparrendaal te Vught reed op den Spin huiswal met zijn motorfiets tegen een boom. Het ongeluk gebeurde doordat de weg daar ter plaatse voor herstellingen was opgebroken. Pater v. d Veer werd met een hersenschudding naar het ziekenhuis vervoerd. Zijn toestand ls zeer ernstig. Te Orthen werd de motorrijder van Nunen, toen hij uit een zijstraat den Rijks weg Den BoschUtrecht wilde oprijden, door een auto gegrepen. Van N. werd met een hersenschudding naar het ziekenhuis gebracht. De auto werd bestuurd door den heer S. uit Nijmegen; hij kwam uit de richting Hedel. DE MOORDAANSLAG IN DE BOOMSTRAAT TE AMSTERDAM. Het slachtoffer overleden. De logementhouder in de Boomstraat te Amsterdam op wien Vrijdagnacht een moordaanslag werd gepleegd is gisteren in het Binnen-Gasthuis aan zijn verwondin gen overleden. BU!TENLANDSCH GEMENGD. ERNSTIG ONGELUK TE MILAAN. Viaduct ingestort. Een ontzettend ongeluk heeft gister middag plaats gevonden te Milaan. Reeds maandenlang is men daar bezig met de slooping van net oude centraalstation en het daarbij behoorende spoorwei-empla cement. dat over een stecnen dijk door een druk stadsdeel leidde. Een hiertoe be hoorende spoorlijn, welke ln de directe na bijheid van het station over de straat loont en een vroeger uit twee bogen bestaande viaduct, waarvan de laatste dagen nog maar één boog over was. werd hierdoor naar het schijnt niet meer voldoende ge steund en brak plotseling over de geheele breedte van 20 Meter af. Tal van personen werden onder het puin bedolven Hoeveel slachtoffers te betreuren zijn. is nog niet te overzien. Tot nu toe konden uit het puin zes dooden te voorschijn wor den gehaald. Op het oogenbl'k van het ongeluk zou evenwel een auto waarin eenige personen waren gezeten en een vrachtauto ter plaatse zijn gezien. DE TOCHT VAN KINGSFORD SMITH. Kingsford Smith heeft gisteren met be- trekkelijken tegenslag te kampen gehad boven de Perzische Golf. waar zware tegenwinden heerschten. Een zandstorm hem tenslotte gedwongen te dalen bij Guodar ln Beloetsjistan op ongeveer 4 uur vliegens van Karachi, waarheen hij hedenmorgen zoo vroeg mogelijk wilde vertrekkr^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 9