Minister Deckers in Heeze - De nieuwe Pander Postjager
74,te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
De Moord op Abbotshal]
TB HEEZE (N.-B.) werd een lan'd-
stormdag gehouden, welke werd bij
gewoond door minister Deckers. De
minister, die Heezenaar van geboorte
met twee Brabantsche schoonen.
HET écN^FARIG BESTAAN VAN DE REPUBLIEK MANDSJOEKWO.
President Henri Pu Yi (links) woonde de herdenkingsfeesten b
CHARLOTTE HENRY die
uit 7000 gegadigden werd ge
kozen voor do titelrol in
Alice in Wonderland".
OSCAR EGG wien 't wereld
uurrecord door v. Hout afge
snoept werd, ia ongeloovig. Hij
meet zelf de baan te Roermond
nog eens na. met een
duimstok*
EEN SPANNEND MOMENT uit den korfbalwedstrijd Ons Eibernest
Deetos, to Wassenaar gespeeld.
DE NIEUWE VL00TCHEP
van de Duitsche marine,
vice-admiraal Förster.
DE NIEUWE PANDER POSTJAGER waarmede Geyssendorfer en Asjes in 41 dag naar Indië willen vliegen. Rechts Geyssondorfer in
gesprek met den bekenden oud-vlieger van Meel (midden).
SLUIT1NGSWEDSTR1JDEN
ARNHEMSCHE WIELER
BAAN. Hoe het publiek zijnj
plaatsen moet innemen.
DE NIEUWE FINSOHE GEZANT BIJ
ONS HOF. i Z. E. Hugo Robert
Vaino Woolyoki heeft zijn geloofs
brieven overhandigd aan de Koningin.
Een Detective-verhaal
door PHILIP MAC DONALD.
Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S.
23)
Anthony sprong op haar toe, pakte haar
pU haar schouders en schudde haar.
t Leek of 't Ivoorblanke vleesch zijn grij
pende vingers tegelijk koud en heet maak
te. By elke beweging van zyn armen bleef
haar hoofd slap hangen. Hoewel hij wist,
dat hy goed deed, verachtte hy zich
zelf toch.
Het vreeselyke lachen ging over in snik
ten; het snikken hield op.
..Vergeef me," zeide zy.
Anthony's handen lieten los. Ik" zei hij,
Mpen een bruut. Gaat u, alsjeblieft, weer
zitten."
Zij zaten. Er heerschte stilte.
Tenslotte verbrak hij deze. „Dus, u was
5°° onder den Indruk van den ernst van
den brief van uw broer, dat u besloot dat
h moest probeeren hem tegen te houden.
te het zoo?"
Zij knikte.
..Maar waarom, in God's naam, liep u
htet, of rende, of deed iets anders als
zwemmen?"
..Er was geen tijd. U begrijpt het het
zoo laat zooals ik al vertelde voor
ik voor ik den brief gelezen had, dat ik
wist, dat Jimmy er waarschynlijk al was.
Er was geen tyd te te te
„Ik begrijp het. U meende, dat u mis
schien tien minuten zoudt uitsparen met
door den rivier over te gaan. U beweerde,
dat u naar bed ging, u trok waarschynlijk
de nauwsluitende japon uit als u niet
een badpak aan trok u deedt een paar
badschoenen aan om makkelyker te loo-
pen en zonder bij het zwemmen er last
van te hebben; u sloop uit het huis stil
letjes en sloeg alle vorige records naar
Abbotshall met minstens tien minuten. Is
het zoo?"
„Ja." Behalve andere emoties was er
verbazing in haar stem.
„Goed. En toen, toen u buiten het raam
van Hoode's studeerkamer op uw knieën
lag, wat zag u toen? U zult begrijpen, dat,
als ik u mag helpen, ik al wat ik kan moet
te weten komen, en zoo spoedig mogeiyk."
Haar oogleden sluierden haar groote
oogen. Een krampachtig trekken in haar
hals bewees in welk een spanning zy was.
Toen zy sprak was het zonder gevoel, zon
der nadruk, alsof een suf kind de les op
zegt, die het van buiten geleerd heeft,
maar niet begrepen.
„Ik zag een man liggen, voorover, by den
haard. Er was bloed op zyn hoofd. Het
was een kaal hoofd Ik zag een klok, die
half omver gevallen was, en ook stoelen
omver. En ik snelde weg, ik rende naar de
rivier."
„Weet u," vroeg Anthony langzaam,
„hoe laat het was, toen u hier terug
kwam?"
„Neen, zei de nu levenlooze stem, die
hem zoo ontroerd had-
Hij was teleurgesteld, en zweeg. Niets
nieuws hier, behalve, natuurlijk, de broer.
En van deze geschiedenis van broeder
James wist hij nog niet wat er van te
moeten denken.
Tengevolge van zyn zwygen viel Lucia's
mantel van onbewogenheid van haar af.
„Wat zullen we doen?" fluisterde zy. „Wat
zullen we doen? Ze zullen ontdekken, dat
Jimmy zy zullen ontdekken. Ik weet,
dat zy zullen ik
„De politie weet niets van uw broer, me
vrouw Lemesurier." Anthony's stem was
kalmeerend „En als zy wisten, zouden zy
niet over hem tobben. U moet weten; zij
hebben een man gevonden, waarvan zy
zeker zyn, dat hy den moordenaar is. Er
is ook een op het eerste gezicht ernstige
verdenking tegen hem."
Opgelucht, kreeg haar gelaat weer kleur.
Voor een oogenblik lag zij, ontspannen, in
haar stoel, dan ging zy plotseling weer
recht zitten, haar handen om de stoel-
armen geklemd.
„Maar maar, als zij iemand anders
beschuldigen, dan dan moeten wij hun
van van Jimmy vertellen." Haar ge
zicht was weer bleek, doodsbleek.
„U gaat te ver, zult u begrijpen," zeide
Anthony. „Gelooft u niet, dat het beter zal
zyn een paar menschen te vinden, die het
niet deden, voordat wij ons hart uitstorten
tegenover de wet?"
zy legde, ongeduldig, haar handen op
zyn arm. „U meent u denkt, dat Jlm
het niet deed?"
Anthony knikte. „Nog een vooroordeel,
zooals u ziet. En ik weet, dat de man, dien
de klabakken te pakken gekregen hebben,
evenmin ei iets mee te maken heeft. Nog
een vooroordeel. Vooroordeel, dame, voor
oordeel! Er is niets zoo goed om het hoofd
helder te houden, niets! En nu, hebt u een
telefoon?"
„Ja, Ja," zeide zij ongeduldig. Hoop, ver
trouwen, en andere emoties werden zicht
baar, in de fluweelen donkerheid van
haar oogen.
„En het adres van uw broer?"
Zonder te aarzelen gaf zy het, en voeg
de er bij: „de telefoon Is hier." zy wees
naar een schrijftafel aan het einde van de
kamer.
Toen hy zich omdraaide om er naar toe
te gaan, greep zy hem weer by zyn arm.
„Vervloekt," dacht Anthony. „Ik wou, dat
je daarmee niet doorging, 't Brengt je zoo
in de war!" Maar zy glimlachte terwijl hy
haar aankeek.
„Is het niet gevaarlijk om de telefoon te
gebruiken?" fluisterde zy. „Zou het niet?
De juffrouw op het kantoor als u zijn
naam noemt
„Vertrouw my, dat lk listig zyn kan,"
glimlachte Anthony.
Hy liep de kamer door, ging aan de tafel
zitten en trok het toestel naar zich toe. Zij
stond naast hem, terwyi ze met haar vin
gers den rug van zyn stoel vastgreep. Hij
nam de telefoon op, en vroeg een nummer
In de stad.
„Is het een nummer van de hoofdlUn?"
voegde hij er by. „Niet? Goed!"
Aan Lucia, die hevig ontroerd was, leek
het uren te duren voor hy weer sprak.
Dan
„Hallo, ls dat het bureau van „De Uil?"
zei hy. „Ja? Wilt u me dan verbinden met
mr. Hastings, als het u blieft Dadelijk
Kan het niet? Mijn i>este land, als ik niet
dadelijk verbonden word, staat u morgen
op straat! Begrepen?" Een pauze Het leek
Lucia, dat het hevig bonsen van haar hart
door de kamer klonk. Zij drukte haar eene
hand op haar borst.
Daarna weer Anthony's stem. „Ah, ben
jy daar, Spencer? O, is het de onfeilbare
miss Warren? Ja, u spreekt met Gethryn.
Is hij er niet? Wanneer komt hij terug?
Of denkt u van niet? O, blijft u altijd tob
twaalf uur? Nu, als hij terugkomt, wilt u
hem dan vertellen dit ls van groot be
lang dat ik tegen iemand aangeloopen
ben, die weet waar onze oude vriend Mas-
terson, Jimmy Masterson, is. Hastings
moet hem dadeiyk bezoeken, dat moet. Hij
en ik hebben jarenlang geprobeerd Mas
terson te vinden. En zeg, dat ik moet uit
vinden, wat Jimmy gisteravond deed. Zeg
aan Hastings om hem te vragen, of uit te
vinden op de een of andere manier, waar
hy was. t Is een reuzen grap."
„Het adres is 14, Forest Road, N.W. 5.
Nu, miss Warren, als het niet lastig is,
wilt u de boodschap herhalen?" Een pauze.
Vervolgens: „Dat is volmaakt in orde, miss
Warren, hartelyk dank. U maakt nooit
fouten, nietwaar? Vergeet niet aan Has
tings te vertellen, dat hij in ieder geval
daarheen moet gaan, of het werk het toe
laat of niet. En hy moet mij hier opbel
len Greyne 23 en my vertellen, wat
hy vond. En, a propos, vraag hem namens
my of hy zijn Cicero nog kent, en vertel
hem, dat lk zei: Haec res maxime est:
Natrin pare. Begrepen? Ik wil u niet be-
leedigen door u te vragen het te spellen.
Veel dank, miss Warren. Goedenavond."
.(Wordt vervolgd).,