De Grenadiers en Jagers defileeren voor de Koningin-Moeder 74!te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. De Moord op Abbotshall Défilé Van de Grenadiers en Jagers Voor de Koningin-Moeder voor het paleis Soestdijk- Parade Voor Rijkspresident Von Hindenburg. Een Detective-verhaal door PHILIP MAC DONALD. Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S. 16) Anthony verweet zichzelf, dat jeugdige emoties telkens terugkwamen. Zijn ge dachten werden somberder. Hij dacht aan die sponsachtige hoop. die eens een men- schelijk hoofd geweest was. 't Was tijd, dat hij aan het werk ging. Hij ging over tot een nieuw verhaal. De stilte, die heerschte, was voor hem vleiend, 't Was een goed verhaal. Of het waar was, deed er niet toe. Het was een verhaal van Constantinopel, dat Anthony kende, zooals zijn toehoor ders Londen. Hij was daar geweest, scheen het, bijna zonder een cent op zak. in 1912. Het was een verhaal van een welvarend koopman, een man van den Geheimen Dienst, een Bloem uit de Harem, en een Wereldreiziger. De verwikkelingen waren vermakelijk, spannend, pathetisch, en het Was in ieder geval betooverend. Het slot was treurig, want de Bloem uit de Harem verdronk. Zij kon niet zoover zwemmen als zij zich had voorgesteld. En de man van den Geheimen Dienst keerde terug tot zijn Geheime Dlenst-plichten. Sir Arthur schraapte zijn keel. In Dora Jdasterson's oogen waren tranen. Aan het hoofd van de tafel zat haar zuster, stijf, haar witte handen om de armen van den stoel geklemd. Anthony merkte met span ning haar houding op: zij had geen be langstelling getoond tot het slot van het verhaal. „Natuurlijk," zei hij, „was ze een dwaas om het te robeeren. Denk aan den af stand. En de stroom was sterk, 't Zou on mogelijk zijn, zelfs voor een gespierde Engelsche vrouw." Hij verdiende een gelukwensch, dat hij een zoo dwaze bewering kon uiten op zulk een natuurlijken toon. „O! mr. Gethryn, zeker niet," riep Dora opgewonden uit. „Wel, Leo Het uitslaan van een vlam en het bre ken van porselein kwamen haai- woorden onderbreken. Mevrouw Lemesurier had het splrituslicht en de koffiekan omgegooid. Groote schade aan kopjes en schoteltjes was er het gevolg van. Het tafellaken brandde „Nog zoo kwaad niet," dacht Anthony, terwijl hij opstond om te helpen. „Maar je komt er niet zoo gemakkelijk af." De orde werd hersteld; versche koffie gezet, en gedronken. Het gezelschap ging naar den salon en vandaar in den tuin. Anthony bleef nog even achter in de gezellige kamer vóór hij zich bij de ande ren op het grasveld voegde. Tenslotte ging hij naast de gastvrouw zitten. De rieten stoelen stonden in den schaduw van een der greote cederboomen. „Een prettige kamer, uw salon, als ik het zeggen mag." Zijn toon was argeloos en minzaam. Het antwoord was ijskoud. „Ik ben blij, dat hij u bevalt, mr. mr. Gethryn." Anthony straalde. „Ja, allerliefst aller liefst. Hij heeft een atmosfeer, een beko ring, die je tegenwoordig zelden vindt. Ik bewonderde die kast buitengewoon; Chip pendale, geloof ik. En wat laat het zilver van die bekers den glans van het hout goed uitkomen!" Door deze woorden bereikt hij met wat hij gewenscht had. Behalve een kloppen in de blanke hals, dat in heftig bonsen over ging, was er geen teeken van ongerustheid. Zij bleef zwijgen. De eene helft van zijn ziel juichte haar toe en veroordeelde hem zelf. Maar de andere helft, onbarmhartig, dreef hem voort, „Probeer het nog eens, je moet," hoorde hij fluisteren. „Zoek den bodem op. Gedraag je niet als een schooljongen!" „Ik vrees, dat ik al te nieuwsgierig was, dat ik die bekers met hun inscripties be keek," zei hij. „Erg brutaal van mij. Maar dat u die allemaal gewonnen hebt! U moet wel een buitengewone zwemster zijn, me vrouw Lemesurier." Het kioppen in haar hals werd heviger. „Ik heb het opgegeven al lang," zeide ze eenvoudig. Haar oogen die oogen keken hem strak aan. Anthony joeg zich zelf op „Natuurlijk," zeide hij. glimlachend, „hier in de buurt is geen gelegenheid om prettig te zwemmen, nietwaar? Behalve de Marle, En niemand zal dat voor zijn plezier ondernemen, is het niet. Daar zou een ernstiger reden voor moeten zijn." Het bloed steeg in het bleeke gelaat, en verliet het dan even plotseling. Anthony voelde wroeging. Zijn geest zocht gejaagd naar woorden om de spanning te vermin deren, maar hij kon er geen vinden. Het leek of de sandaal in zijn zak zijn vleesch schroeide. Zij kwam langzaam overeind, ging naar de plek, waar haar zuster met sir Arthur was gezeten, vlak bij, zeide zachtjes iets, en wandelde langzaam over het gras in de richting van het huis. Hoewel Anthony zien kon, dat zij alleen door een groote krachtsinspanning van haar wil, zich voortbewoog, gaf de bekoorlijkheid van haar houding hem een gewaarwording half prettig, half pijnlijk die als een greep naar zijn keel was. Haar nauwslui tende gele japan was als een gouden wolk om haar heen. Hij draaide zich om, naar de beide anderen, die verdiept waren in een gesprek. Een zachte kreet drong tot hen door. Zij keerden zich snel om en zagen een slap lichaam liggen op de kie zels van het pad, voor de ramen van den salon. Anthony was bij haar voor het meisje en de oudere heer waren opgestaan. Toen zij er bij kwamen, zeide hij „Flauw geval len. Niet om van te schrikken, miss Mas- terson. Zal ik haar naar binnen dragen?" Hij wees met zijn hand naar de open gla zen deuren. „Als het u blieft, wilt u." Dora plukte zenuwachtig aan haar jurk, het het is toch alleen maar een flauwte, nietwaar?" Zij werd gerustgesteld. Anthony nam het beweginglooze lichaam in zijn armen en droeg het in de kamer. Hij trok zich terug, nadat sir Arthur en het meisje de zorg hadden overgenomen. Hoe hij het ook wenschte, hij zou niet hebben kunnen helpen Hij had Haar in zijn armen ge had! Zijn hart klopte. Hij voelde zich ofschoon hij het niet zou erkend hebben werkelijk duizelig. Alleen met inspan ning gelukte het hem zijn gezicht te ver bergen achter een masker van onbewogen heid. Zijn eenig verlangen wacn het oogenbllk om weg te zijn en te denken; dit huis te verlaten voor hij nog meer kwaad zou doen. Rede; denken; zijn ge voel voor recht; alles liet hem in den steek. Sir Arthur verwijderde zich van de canapé. De kleur was op de wangen van de vrouw teruggekeerd. De oogleden hadden bewogen. Sir Arthur draaide zich om. Anthony raakte zijn arm aan. „Ik ge loof, dat wij te veel zijn," zeide hij De ander knikte „U hebt gelijk. Ik heb Dora gezegd dat ik den dokter zal laten komen, maar zij denkt, dat het niet noo- dig is. Ga mee." Zij slopen de kamer uit, en binnen twee minuten wandelden zij terug langs deii oever van de rivier in de richting van de brug. HOOFDSTUK VI. De secretaris en de zuster. 1. Zij hadden ongeveer tweehonderd meter geloopen voor de oudere man de stilte verbrak. „Ik hoop, dat Lucia bij zal komen," zeide hij. ,,'t Was waarschijnlijk de hitte,, 't Is vandaag om te stikken." Anthony knikte. Hij was niet in de stemming om te praten. „Dora vertelde mij," ging sir Arthur voort, „dat Lucia zich onlekker gevoeld had sinds gisteravond. Men had haar na tafel haast niet meer gezien. Zij verdween in haar kamer en sloot zich op. Maar liet leek, dat zij vanmorgen tot lunchtijd goed was. (Wordt vervolgd). RIJ K SKANSELIER IlITLEIt RIJ ZIJN BEZOEK AAN HET DOOR BRAND GROOTENDEELS VERMELDE STADJE OESCHELBRONN. Hitler door do bevolking begroet. DE NIEUWE PRESIDENT V VN CUBA dr. San Martin. DE OPENING VAN DE NIEUWE BRUG OVER 1IET MERWEDE-KANA AL VAN DEN MUIDER. STRAATWEG. De drukte bij de opening. Na afloop van de manoeuvres van de Rijksweer defileerden de troepen voor Rijkspresident von Hindenburg 11ET PANDER-VLIEGTUIG waarmede luitenant Asjes cn Geysendorfer in 4è dag naar Indie willen vliegen. De bouw van het vliegtuig in een loods op Schiphol. Op den voorgrond een der drie motoren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 5