finister Deckers bij de manoeuvres - over den Rijksdagbrand
De Moord op Abbotshall
|74rte Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
BIJEENKOMST VAN EEN JURISTEN-COMMISSIE TE LONDEN die een „pro-
ces" zal voereD over den Rijksdagbrand. V.l.n.r. dr. Branting (Zweden), mevr. mr.
Bakker-Nort (Holland), mr. Pritt (Engeland), mr. Vald Huidt (Denemarken),
mr. P. Vermeylen (België).
Een Detective-verhaal
door PHILIP MAC DONALD.
Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S.
15)
®1:' Arthur lachte en werd toen weer
"jjpg. .Hemel, neen kind- 't Is alleen,
Wj het zoo druk heeft. Je begrijpt,
F ejjn detectives en en allerlei te doen.
w min of meer een deserteur, ver-
ik, maar ik dacht, dat het beter was
w komen en mr- Gethryn mee te bren-
n.uiVi kwam vanmorgen, wat heel ge-
kkig is. Hy helpt de politie, als wel als
,®®r. nuttig mensch om er bij te heb-
d.Ï; hield op. Anthony, om zijn er-
6 mis over dit onschuldige bedrog te ver-
zich verdiepen in een tame-
verdienstelijke waterverf schilderij.
spuc. -Arthur ging voort: ,,'t Is een vree-
ke tragedie, mijn beste
•iWat. Wat is er?" kwam een kreet van
«deur achter hen.
m 20,1 een zachte, zilveren zijn.
of er niet fccn schei*pe toon van schrik
almachtigheid in.
«r Arthur en het meisje Dora draaiden
cn snel om. Anthony langzamer. Wat
J aB, zou hjj nooit-vergeten.
„Een slanke, buitengewoon mooie don
kere vrouw." zei hij later bij zichzelf.
Slank was zij, hoewel niet zoo slank als
haar houding liet schijnen- Zij zag er don
ker uit, maar 't had den glans van een
vlam: iets van het Romeinsche donkere.
Gitzwart haar, eenvoudig opgemaakt,
bijna streng, maar met smaak, groote
oogen, die, ofschoon zij het niet waren,
nog donkerder dan het haai' leken: een
donkerroode, hartstochtelijke mond, waar
in, ondanks de strengheid van het oogen-
blik, Anthony ontdekken kon humor en
een bekoorlijke zinnelijkheid; en een li
chaam, dat beantwoordde aan de schoon
heid van het gelaat. Anthony keek zijn
oogen uit.
Dora stond naast haar. „Loo, liefste!
Lucia!" zei ze. 't 't is vreeselijk, maar
maar het heeft niets met ons te maken
Wat heeft je zoo overstuur gemaak? Wat
is er liefste?"
Sir Arthur kwam dichterbij. Eenvoudig,
ronduit, vertelde hij Hoode's dood. 't Is een
verschrikkelijke slag voor mij", besloot
hij, maar ik zou je voor niets ter wereld
hebben willen laten schrikken, Lucia."
Van waar hij stond, bescheiden op den
achtergrond blijvend, zag Anthony een
bleek en halfglimlachenden trek op haar
gezicht. Zij was gaan zitten, terwijl haar
jongere zuster zich bezorgd over haar
heenboog, maar hij merkte op, hoe al haar
spieren zich spannen moesten om te
glimlachen.
Jüs ik begrijp niet, wat mij zoo zoo
dwaas deed zijn", zeide ze. En dit maal
had zij haar stem, haar zilveren stem, in
haar macht Anthony was wonderlijk ge
roerd.
Zij werd zich plotseling bewust dat er
een vreemde in de kamer was. Anthony
werd voorgesteld. De aanraking van haar
hand gaf een trilling aan zijn arm en door
zijn geheele lichaam, een trilling, die eerst
het bloed op een dwaze manier naar zijn
hoofd deed stijgen, en hem daarna bleek
deed worden. Hij keerde zijn gelaat van 't
licht af. Hij verweet zichzelf, dat hij, al
over de dertig, plotseling emoties had als
iemand van zestien jaar.
De twee zusters trokken zich terug. De
lunch, zeiden ze, zou binnen vijf minuten
klaar zijn.
Sir Arthur liet zich in een stoel vallen
en keek naar Anthony met opgetrokken
wenkbrauwen.
„Een beetje over stuur", zei Anthony.
„Ja. Zij moet niet wel zijn. Heel onge
woon van Lucia om zich niet te beheer-
schen Ik denk, dat ze zich onlekker
voelde en toen schrok van mijn grafstem".
Hij zweeg een oogenblik; daarna trok een
glimlach over de vermoeide treurigheid
van zijn gezicht. „En welken indruk heeft
zij op je gemaakt, Gethryn?"
„Mijn gevoelens", antwoordde Anthony
„hebben betrekking op mr. Lemesurier. Ik
vraag mij af of hij zijn geluk waard is?"
Sir Arthur glimlachte weer. „Je zult een
toer hebben om dat uit te vinden, mijn
jongen. Jack Lemuserier is al vier jaar
dood."
Een gong klonk voor de lunch. Beneden
aan de trap liep mevrouw Lemesurier te
gen haar zuster aan.
Dora was nog bezorgd. „Voel je je wat
beter, Loo, lieveling?" vroeg zij.
Lucia pakte haar zuster bij haar arm.
Dot, wie was die man, die met sir Arthur
was?" Haar stem werd luider. „Wie is dat?
Dot. zeg het toch!"
Dora keek verbaasd op. „Wat heb je
toch, Ueveling? Ik ken je zoo niet!"
Lucia leunde tegen de trap. „Ik ik be
grijp het heelemaal niet. Ik ik voel mij
niet goed. En dan die die moord
Weer greep zij haar zuster bij den arm.
„Dot, je moet het mij zeggen! Ze beweren
dat mr. Hoode gisteravond vermoord werd.
Maar hoe gebeurde het? Wie wie schoot
hem neer?"
De deur van den salon ging open achter
haar; Anthony kwam er uit. Zijn gave om
zijn gevoelens te verbergen is beroemd;
hij liet niets merken, dat hij de laatste op
merking van zijn gastvrouw gehoord had.
Maar hij bewonderde haar moed, de ma
nier waarop zij zichzelf wist te beheer-
schen, en even zeer haar schoonheid.
Als deze lunch een succes was, was het
te danken aan Anthony Gethryn. Voordat
hij te hulp kwam, was er, met onderbre
kingen, een beetje gepraat, en veel zwij
gen, zóó pijnlijk, dat het een belemmering
was om te genieten van het uitstekende
eten en den goeden wijn. Sir Arthur dook
diep onder in de zorgen men kon het
duidelijk zien miss Masterson had angst
over haar zuster en haar afwezigen min
naar, en de gastvrouw was heelemaal uit
haar doen.
Daarom nam Anthony de leiding. De
situatie werkte daartoe bij hem mee. Hij
praatte steeds door, tegen hun zin interes
seerde hij hen. Het was duidelijk, dat hij.
zooals men zegt, „het te pakken had." Al
gauw stelde hij vragen vragen, waar
van hij een discussie maakte Van discus
sie tot lachen was een gemakkelijke over
gang. Sir Arthur's gezicht raakte iets van
zijn somberheid kwijt. Dora straalde
ronduit.
Alleen de vrouw aan het hoofd van de
tafel hield zich afzijdig. Anthony keek tel
kens heimelijk naar haar. Hij kon het niet
laten. Haar bleekheid hinderde hem. Hij
gaf zichzelf de schuld er van. Hij zag, dat
zij zichzelf streng in bedwang hield, en
merkte met verwondering op, terwijl hij
met de anderen praatte, hoe veel mooier
zij zou zijn, wanneer zij verlost zou zijn
van die vrees of angst.
Maar was zij mooi? Hij wierp weer een
blik op haar. Neen, zij was het niet: ten
minste niet, mdien schoonheid alleen vol
maakte gelaatstrekken beteekende. De
oogen waren te ver van elkaar af. De
mond was te groot. Neen, zij was iets
beters dan mooi. Zij was zichzelf, en
daarom
(Wordt vervolgd).
Minister Deckers bij de manoeuvres op de Veluwe.
V.l.u.r. dc minister van Defensie, luit.-adj. Tielens, kapitein van Weel en ritmeester
van Voorst Evekink.
MET Z'N ZEVENEN. Bij een sportfeest van de politie van Detroit gaven de motor
agenten eenige staaltjes van hun rijvaardigheid te zien. Met z'n zevenen op een motor.
I)E TOREN van de Ned.
Herv. Kerk te Wijk aan Zee ?s
zeer bouwvallig. Steenen laten
los en rollen naar beneden.
TWEE CONCURRENTEN VOOR HET WERELDUURRECORD. Jan van
Hout (links) ep Richard, die v. Hout's record verbeterde, bij de wedstrijden
in het Stadion te Amsterdam.
TE BEVERWIJK werden harddrave
rijen gehouden. Als attractie kreeg men
struisvogelrennen te zien.
OPNIEUW STAAKTEN DE FRANSOHE BINNENVAART-SCHIPPERS.
De doorgang in de Oise was versperd. Politie gereed om met assistentie
jan de brandweer het verweer te breken.