Restauratie Nieuwe Kerk te Delft - Brand-catastrophe te Oeschelbronn
De Moord op Abbotshall
74rte Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
KAPITEIN KöNIG de bekende ge
zagvoerder van de in den wereldoorlog
vermaarde handeladuikboot „Deutsch-
land", is overleden.
DE NIEUWE KERK TE DELFT wordt duchtig onder handen genomen
het interieur zoowel als het exterieur behoeft dringend restauratie. Een
kijkje op het steigerwerk in de kerk.
DE NIEUWSTE AANWINST van den Haagschen
Dierentuineen ratelslang door dr. v. AJtena uit
Zuid-Amedika meegebracht en aan den Dierentuin
ten geschenke aangeboden.
HET BRANDENDE VLIEGTUIG van wijlen markies de Prnedo, die
daarin eenigen tijd geleden bij een poging het wereldrecord over den langen
afstand te verbeteren, om het leven is gekomen.
DE SNELSTE LOCOMOTIEF voor het personen
vervoer in de Vereenigde Staten, van voren bekeken.
EEN OVERZICHT VAN DE ONTZETTENDE BRAN DC ATA STROPHE
die Zondag het dorp Oeschelbronn met den grond gelijk heeft ge
maakt. Door gebrek aan water kon niets worden gedaan om den brand
te stuiten.
DE NIEUWE ELBE-BRUG bij Tangermünde werd dezer dagen als
een van de nummers van het programma ter gelegenheid van het 1000^
jarig bestaan van die stad, feestelijk geopend.
Een Detective-verhaal
door PHILIP MAC DONALD.
Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S.
13)
HIJ bukte zich om zijn vondst nader te
onderzoeken. Wie, bij afwezigheid van
"iggle, den tuinman, het bloemenperk zoo
royaal begoten had den vorigen dag, kreeg
'an hem zijn zegen. Was de grond niet zoo
nat geweest, dan zouden deze gaten daar
niet geweest zijn.
Anthony dacht hardop: „Gaten door
'ingers gemaakt. Juist daar, waar mijn
'ingers zouden zijn, indien ik wat smaller
was in mijn sohouders, en hier neerhurkte
en in de kamer trachtte te kijken zonder
een van mijn voeten tusschen de bloemen
laten rusten."
"ij stapte kalm op het bloemperk en
noo? voorover om het lage raamkozijn te
onderzoeken. Er was een smeer op den
ttneen steen. Het kon een opgedroogde
Sfoen van bemodderde vingers zijn.
1 Kon ook heelemaal iets anders zijn.
Maar, toen hij zich oprichtte zag hij iets
»an een blauwzwarte kleur.
Hij keek nauwkeuriger, en vond, han-
Sfinde uit een spleet van den ruwen ko
tbrand, een vrouwenhaaj. t Was een
baar, gitawart,
„Dat verklaart het dicht bij elkaar zijn
van die vingerafdrukken," mompelde hij.
„Een vrouw in de zaak betrokken? En,
waarom was zij hier voor het dichte raam?
En was zij hier gisteravond? Of vanmor
gen, geheel onschuldig? Het waarschijn
lijkst is, dat het gisteravond was. Iemand
kruipt niet bij daglicht vóór het raam van
een minister. Zeker niet, indien iemand
kwade bedoelingen heeft Neen, Ik denk,
dat je hier gisteravond waart, mijn zwarte
schoone. Ik houd van het lieve poesje,
haar haar is zoo zwart, en als ik haar niet
vang, zal zij nooit terugkomen. En waar
kwam je vandaan, zwartje lief? En heb je
nog meer sporen achter gelaten? O, scha
duw van Sherlock Holmes! Wat een spel!"
Hij stapte weer terug op het pad en
bukte zich om den steenen rand langs het
bloemperk te onderzoeken. Bij de houding,
die zij moest aangenomen hebben, zou de
vrouw zeer waarschijnlijk, overwoog hij, op
één knie gesteund hebben, terwijl de
andere voet verticaal tegen dezen rand
aangedrukt werd.
Zoo had zij gedaan; maar Anthony was
op dubbele wijze verrast over wat hij vond.
Want waarom zou, bij dit droge weer, de
afdruk van haar voet daar zijn? En nu
hij daar was, waarom zou hij er uit zien
als een vinger-afdruk, honderd maal ver
groot?
Hij krabde op zijn hoofd Dit was inder
daad een gek geval. Misschien was hij op
een dwaalspoor. Toch, het was beter, dat
hij er mee doorging. Dit alles kon te ma
ken hebben met het geval.
Bij onderzocht den voetafdruk nog meer
van nabij. Nu begreep hij het. De afdruk
was zichtbaar gebleven, omdat de vreemde
zool van deze vreemde schoen nat en
modderig geweest was. In een week had
het niet geregend. Waarom was de schoen
nat? En waarom hij keek er aandachtig
naar waren er geen meerdere dergelijke
afdrukken op de tegelsteenen van het
pad? Ah, ja; dat zou zijn, omdat bij ge
woon loopen of rennen de vreemde schoe
nen niet hard genoeg drukten en dus
slechts een natte plek achterlieten, welke
spoedig opdroogde. Terwijl, bij het druk
ken van de voetzool tegen dien rand van
het bloemperk, veel meer kracht moest ge
bruikt worden om het evenwicht te bewa
ren voldoende kracht om natte klei
achtige aarde af te drukken in een pa
troon van die vreemde zool.
Maar hoe de vochtigheid te verklaren?
Hij had dat nog niet kunnen vaststellen.
Opeens bracht zijn geest de eigenaardig
heid van dien afdruk in verband met het
water. Een sandaal met een gevlochten
zool. Wanneer werd die gebruikt? Wel, bij
het baden Nu lachte Anthony luid.
„Speurhond, je overtreft jezelf!" mom
pelde hij. „Een minister vermoord door
een badende schoone alleen niet aan
zee! Roodborstje's moordenaar niet Sper
wer, zooals eerst geloofd werd, maar een
zekere Kwikstaart! Gethryn, je bent zwak
hoofdig. Neem je toevlucht tot een haak
werkje."
Hij liep naar d,e veranda-deur. Halfweg
hield hij opeens stil. Hij had de rivier ver
geten? Maar het idee was bespottelijk.
Maar, bjj slot van retoalng wel, Ui) sou
er tien minuten aan geven, in ieder ge
val, Nu, om te beginnen aangenomen,
dat de vrouw hier was gekomen uit de
rivier en het noodig gevonden had (won
derlijk schepsel!daarheen terug te kee-
ren wilde hij haar meest-waarschijn-
lijken weg onderzoeken en volgen. Indien
hij binnen vijf minuten niet meer teeke
nen van haar vond, zou hij er mee ophou
den. Na een oogenblik van berekening ging
hij er op los, üep door het gat in de
taxisheg, langs de grashelling naar bene
den en vervolgens door den rozentuin, aan
welks overkant een pergola begon.
Bij den ingang van de pergola vond hij
aan den doornigen tak van de klimroos,
die van den eersten boog afhing, vier
lange zwarte haren.
Anthony onderdrukte zijn opwinding.
Misschien waren ze niet, dacht hij, van
hetzelfde hoofd. Maar In ieder geval was
het moedgevend. Het klopte wel. In het
donker hollend, en in paniek, had zij niet
laag mogelijk gebukt. Hij kon in zijn ver
beelding haar zien rukken om haar haar
los te krijgen. Goed, hij zou doorgaan.
Maar dat dwaze idee van een zwemmende
vrouw kon toch niet waar zijn!
Aan het andere einde van de p>ergola
kwam hij uit op een grasveld, met in het
midden een kleine, springende fontein.
Een kiezelpad, waarlangs, naar hij zich
herinnerde, hij naar het huis toe geloopen
was, liep rechts van het gras naar beneden
naar het hek aan den rivierkant, waardoor
hij was binnen gekomen. Hij stond stil om
de situatie te overzien, besliste dan, dat
iemand is een ren naar tiet UeU tiet gras
zou oversteken. Hij vond de bevestiging.
Rond het ondiepe bassin van de fontein
was een kring van nat gras, waarvan het
diepe groen een contrast vormde met de
verschoten kleur van de rest. Aan den
rand van de smaragden-oase waren twee
onduidelijke afdrukken van de sandaal en
haar draagster, en twee lange modder-
schrammen, waar het gras opengereten
was, zoodat de bodem er onder zichtbaar
werd. Iets verder, maar nog binnen den
kring, waren twee diepere, ronde afdruk
ken; nog iets verder, Juist waar het natte
gras ophield, was nog een lange smeer.
Anthony stelde de diagnose vast; uitglij
den, wankelen en vallen. Niet meer zoe
kend naar andere aanwijzingen hij had
er genoeg haastte hij zich naar het hek.
Aan den anderen kant daarvan, op het
pad, dat liep langs de ruischende dwerg-
rivier, aarzelde hij, om zich heen ziende.
Weer twijfelde hij. Was het waarschijnlijk,
dat iemand de Marle 's nachts kon over
zwemmen? Dat was het beslist niet. In de
eerste plaats was er ongeveer 300 Meter
stroomafwaarts rechts van hem een vol
maakt goede brug, die de twee helften van
het dorp Marling verbond. In de tweede
plaats leek de Marle, ofschoon daar geen
twintig meter breed, heelemaal niet ge
makkelijk over te zwemmen, zelfs voor een
man. Terwijl zij altijd onstuimig was, was
zij op het oogenblik werkelijk gevaarlijk,
gezwollen als zij was door de maanden
van zwaren regen, die voorafgegaan waren
aan deze het record-breiende droge
Augustusmaand.
iWordt vervolgd), j