De ducht van het Balbo-eskader - Het
gouden feest van den A.N. W.B.
In het Paleis van den Koning
74ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
Het Balbo-eskader te Schellingwoude.
Na aankomst van Balbo en zijn mannen te Schellingwoude. De Italiaansche luchtvaartminister in gesprek met
minister Deckers.
DE ESKADER-VLUCHT VAN DE LUCHTVAARTAFDEEUNG TIJ
SOESTER»ERG ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan der af-<
deeling. Zestig militaire vliegtuigen namen er aan deel. Foto ge
nomen kort voor het vertrek.
Pen liefdesgeschiedenis uit *t oude Madrid
door F. MARION CRAWFORD.
Naar het Engelsch door W. H. C. B.
25)
HOOFDSTUK VII.
Toen de plechtigheid voorbij was en
iedereen op de estrade ruimte maakte voor
de vorstelijke personen, maakte Adonis van
het oogenblik gebruik om achter Don Jan
te komen en zijn mouw zachtje aan te
raken, teneinde zijn aandacht te trekken.
Don Jan keek vlug om en was ontstemd
toen hij daar den dwerg zag staan. Hij
bemerkte niet dat Dona Ana de la Cerda,
op zij kijkende, zonder het hoofd te ver
draaien, beiden in het oog hield
„Het is een zaak van gewicht," zei de
nar zachtjes. .Pees den brief vóór het
souper, als u kunt."
Don Jan keek even naar hem en wendde
toen het hoofd weer af zonder te ant
woorden en zonder zelfs te toonen dat hij
hem verstaan had. De dwerg ontmoette
Dona Ana's oogen en verbleekte, zoodat
zijn gezicht een geel masker leek, want hij
was bang voor haar.
De deur aan de overzijde van den troon
werd geopend en de koning en koningin
gevolgd door Don Jan, en voorafgegaan
door den opperceremoniemeester, verlieten
zaal. De dwerg liep met zijn zonderlin
gen stap, alsof hij op wieltjes stond ach
ter hen, zijn lange armen onregelmatig
zwaaiende, alsof zij niet tot zijn lichaam
behoorden, maar opgevulde dingen waren,
die los van zijn schouders af hingen.
Evenals bij al dergelijke officieele feesten
waren in verschillende vertrekken afzon
derlijke soupertafels in gereedheid ge
bracht, één voor den koning, en één voor
de ministers van staat en de hofdignita-
rissen. Voorts stond er een groot souper
klaar in een zaal tegenover de troonzaal,
voor hen. die slechts gasten waren en die
geen functie aan het hof bekleedden, noch
eenig voorrecht genoten. Het was toenter
tijd gebruikelijk dat het souper een uur
duurde, waarna allen in de troonzaal terug
kwamen om te dansen, behalve de koning
en de koningin, die óf zich naar hun par
ticuliere vertrekken terugtrokken, óf wel
voor korten tijd terugkwamen om zich in
de zaal met enkele grandes en ambassa
deurs te onderhouden.
De tafel des konings was gedekt in een
sombere ovale kamer, donker door de ge
weven wandbekleedsels en prachtig met
goud versierd. De koning en koningin za
ten naast elkaar, terwijl Don Jan tegen
over hen aan de ovale tafel was geplaatst.
Vier of vijf kamerheeren, wier functie dit
was, bedienden het koninklijke echtjaar;
zij kregen de spijzen en wijnen van den
opperlakei, die, bijgestaan door twee la
keien, persoonlijk Don Jan bediende. Alles
was tot in de geringste kleinigheden ge
regeld overeenkomstig de onveranderlijke
regels van het hof in Europa waar de
strengste vormen heerschten, zelfs dat van
Rome niet uitgezonderd.
Philips zat somber en zwijgend aan tafel,
hij at niets, maar dronk van tijd tot tijd
wat Tokayer, die met de uiterste zore uit
Hongarije naar Madrid was vervoerd. Daar
hij niets zei, konden noch de koningen,
noch Don Jan spreken, aangezien het voor
geschreven was dat de koning de eerste
moest zijn, die iets zei. De koningin ech
ter, die, trots haar bijna zwak uiterlijk,
jong en gezond was, genoot van alles, wat
haar werd voorgezet, schuchter kijkend
naar haar echtgenoot, die geen notitie
van haar nam, of wel dit voorwendde. Don
Jan maakte als goed soldaat slechts een
matig gebruik van hetgeen hem het eerste
werd aangeboden, en zat daarna stil te
kijken naar de beide anderen. Hij begreep
heel goed dat zijn broeder hem alleen
wenschte te spreken en zich ergerde dat
de koningin den maaltijd langer rekte dan
noodig was. De dwerg merkte dit ook en
moest er in stilte om lachten, inmiddels
gereed staande den koning op diens bevel
te amuseeren, wat echter vanavond alles
behalve waarschijnlijk leek. Maar soms
werd hij bleek en zijn lippen vertrokken
zich eenlgszins, alsof hij hevige pijn had.
Want nog altijd had Don Jan den in zijn
handschoen verborgen brief niet gelezen
en hij verbeeldde zich in de donkere hoe
ken van de kamer de wreede, half gesloten
oogen van de prinses van Eboli te zien,
haar diepe stem te hooren, die bijna altijd
lieflijk klonk, maar die hem nu telkens zei
dat als Don Jan den brief niet las, voor
dat hij vanavond met den koning alleen
zou zijn, het niet lang zou duren of hij zou
geen hofnar meer zijn en heelemaal op
houden iets te zijn „dat eet en drinkt en
slaapt en kleerea droeg," zooais Dante
zich had uitgedrukt. Wat Dona Ana zei,
zou zij ook doen, was zoo goed als reeds
gedaan, zoowel toen als gedurende de vol
gende negen jaren maar na dien tijd
moest zij voor al haar daden boeten, en
nog meer. Maar die zaken vallen buiten
het bestek van dit verhaal, dat slechts
handelt over hetgeen dien eenen avond
gebeurde in het oude Alczar van Madrid.
Koning Philips zat eenigszins voorover
gebogen in zijn stoel, blijkbaar starende
naar een punt in de ruimte, en deed zijn
lippen niet van elkaar dan om te drinken.
Maar zijn tegenwoordigheid vulde de heele
kamer, waar het in de hoeken zoo donker
was; zijn groot, geelachtig gezicht scheen
zelfs van uit de verste hoeken duidelijk
zichtbaar en zijn stille oogen beheerschten
alles en allen, uitgezonderd zijn broeder.
Het was alsof langzamerhand een boven
natuurlijk, boosaardig schepsel alle aan
wezigen besloop, alsof een monsterachtige
spin volkomen roerloos in het midden van
haar web zat en alles, wat binnen haar
bereik was, door den onnatuurlijk fasci-
neerenden blik van haar altijd geopende
oogen naar zich toehaalde; het was alsof
de dienstdoende kamerheeren hulpelooze
vliegen waren, steeds dichterbij cirkelende,
die tenslotte in de mazen werden gevan
gen, en de koningin een glinsterend kapel
letje en Don Jan een witte vlinder, die
reeds gegrepen waren om weldra te wor
den verslonden. De dwerg in zijn hoek
overdacht dit alles en een koude rilling
liep hem over den rug, want reeds drie
koninginnen lagen in haar graven in drie
schemerige kathedralen, en zij, die aan
tatel zat, was de yierde, die had gesou
peerd met de koninklijke spin in haar
web. Adonis sloeg hem gade en de alles
doordringende vrees, die hij al zoo lang
kende, bekroop hem als een rilling, die
aan een opkomende moeraskoorts voor
af gaat, zoodat hij met alle macht zijn
kaken op elkaar hield geklemd, opdat hij
niet hoorbaar zou klappertanden. Hij ver
beeldde zich dat 's konings gezicht gelei
delijk aschgrauw werd en toen weer geel
achtig, zooals hij het leelljke lichaam van
een spin had zien verschieten, naar mate
de vlieg dichterbij kwam, om dan weer
een andere kleur aan te nemen, zoodra
er één in de mazen was gevangen. Hij
meende dat de gezichten van iedereen in
de kamer ook veranderden en dat hij
daarin een blik zag, die alleen het gevolg
kon zijn van een nabijen en wissen dood,
een blik van menschen, die met saamge
bonden handen naar de galg worden ge
bracht. Dat gevoel van vrees bekroop
soms den dwerg en dan was hij bang dat
juist op zoo'n oogenblik de koning hem
zou roepen om hem met woorden of ge
zang te verstrooien. Maar dat was tot nu
toe nooit gebeurd. Er waren nog anderen,
in de kamer, die datzelfde gevoel van
angst kenden, zij het ook in mindere mate,
misschien omdat zij den koning minder
goed kenden dan de nar, die bijna altijd
bij hem was. Maar Don Jan zat kalm op
zijn plaats, even weinig beseffende dat
er gevaar kon dreigen als wanneer hij
aan het hoofd van zijn ruiterij op de
Mooren chargeerde of wel met getrokken
zwaard in een gevecht van man tegen
man was gewikkeld.
(Wordt vervolgd}, J
PRINSES JULIANA woonde de ruiterfeesten te Oirschot bi.j
van den Bond van Landelijke Rijvcreenigingen. Dc Prinses bij
het verlaten van het feestterrein.
HEI' ITALIAANSCHE VLIEGTUIG-ESKADER jn ons land. Het bij de daling te
Schellingwoude omgeslagen toestel. Een inzittende werd gedood, vier gewond.
HET GOUDEN JUBILEUM VAN DEN A.N.W.B. - T]jdens het feest in het stadion. £)e Koninklijke Militaire Kapel in Parijs.
Wedstrijden op oude fietsen om den A.N.W.B.-jubileumprija. j i i. mm. A a nu
4 Het voorbijtrekken yan de kapel, die te Parijs deelneemt aan een militair muziekfeest, op de Avenue des Ghampd
Ely sées.
ENKBLE DElt ITALIAANSCHE VLIEG-
TUIGEN waarmee generaal Balbo en zijn
mannen naar Chicago vliegen, na de daling
te Schellingwoude. Op den voorgrond een
matroos op wacht.