zoo'n bengel "in den vijver raadsels. oplossingen. correspondentie. Verhaaltje op Rijm door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. ooi weer was 't en Pietje's Ouders Waren op een middag uit. ietje wilde graag naar 'tbosch toe.... t Zonnetje scheen door de ruit! !aar zijn Vader had vóór 't weggaan Tegen hem gezegd: Weet goed: Jij moet op je zusje passen; Speel met haar en houdt haar zoet! erst speelt Pietje met zijn zusje. Doch dan valt hem plots iets in: Is vacantie! Naar de bosschen! Daarin heelt hij toch zoo'n zin! aar zijn zusje kan niet meegaan, t Is te ver voor 't kleine ding. ihij haar eens thuis liet en dan Heel alleen het bosch in ging! ee, dat kan niet! Pietje denkt eens En dan plots.... hij weet nu raad! (et zijn zusje staat de bengel Even later in de straat. aar ,,'t bero" neemt hij haar mede, Zegt daar tegen een agent: 'k Heb een kleine meid gevonden! Doet net, of hij haar niet kent!) En mijn Ouders zeggen altijd: Als je soms op straat wat vindt, Moet je 't naar ,,'t bero" toe brengen! Nou hier hebt u dan een kind! ietje laat zijn „vondst" dus achter En de „slimmerd" is nu vrij, aat aan 't zwerven door de bosschen. Loopt een eind zelfs op de hei. egen vijven keert hij weder En.... haalt dan zijn zusje aan. moet hij het wel bekennen.... Heel gemak'lijk zal 'tniet gaan! krijgt er van langsgeweldig! Maar't is zijn verdiende straf. ind'lijk loopt hij met zijn zusje Dan naar huis toe op een draf. Is hij alles aan zijn Ouders Vol berouw nu heeft bekend, egt zijn Moeder: 'k Vind, dat jij toch Een heel domme jongen bent! Een verloren voorwerp breng je Naar 't bureau. Maar weet je niet. Dat een kind geen ding kan wezen? Wat ben jij een domoor, Piet! ietje weet niet, wat te zeggen, Moet voor straf heel vroeg naar bed. at is 't einde van zijn „slimheid". Nu heeft hij niet langer pret! (Nadruk verboden). door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. t en Loe logeerden samen Bij hun Oma. Wat een feest! ooit nog waren beide kleuters Zonder Moeder uit geweest. n hun Oma woonde buiten. Heerlijk dicht bij bosch en duin. Maar het allermooiste vonden Zij toch eig'lijk Oma's tuin. Want die tuin had - heusch! - een vijver, Lotje nam een kloek besluit: aaide vlug haar speelgoedeendje, Liet dat zwemmen, onze guit! at gebeurde? Op een morgen Zwommen zeven donsjes daar hi den vijver. Loetje juichte. Lot riep blij: „Kijk eens, nee maar! Echte eendjes met hun Moeder! Onze eend zwemt er naar toe! Is die nu op eenmaal Tante? Vraagt heel ernstig kleine Loe. Zeven donsjes in den vijver Zwemmen vroolijk. 't Is een lust! Moeder heeft het druk, dat snap je! Uit is 't ook met Tante's rust. Steeds weer gaan de meisjes kijken En de eendjes groeien goed. die Tante zullen missen. Als zij weer naar huis toe moet? 'Nadruk verboden.) RAADSELS VOOR ALLEN OM DIT TE KIEZEN, DE GROOTEREN 4, DE KLEINEREN 3. L Ingezonden door Prancina de Wit. Ik ben iets van 13 letters dat maar eens in de 4 jaar komt. 1. 5, 6 een klein baard je, 6, 5, 7. 6. 8, 13 is een springer onder de dieren. 11. 12, l gebruikt de hengelaar. 3, 5. 8. 9 zit aan je voet. 10. 11 is een be vestiging. 1. 2, 3, 12, 11, 4 is om mee te knippen. n. Ingezonden door Lientje Keiler. Arabië is mijn vaderland. In Neerland word ik bruin gebrand. In molens word ik fijn gemalen. Dan voel ik heete waterstralen. En eindelijk suiker en melk erbij. Zeg lieve kindren kent gij mij. III. Ingezonden door Jacobus en Leendert Moraal. Ik ken een groot zwart paard. Hardloopen is zijn aard. Hij wordt niet moe wat hij ook doet. Zijn adem is zoo zwart als roet. Hij hinnikt niet. maar gilt wel dol En gaat toch nimmer op de hoL Hij is nooit lui of traag. Maar werkt nooit met een leege maag. IV. Ingezonden door Martin v. d. Meer. Welke dingen ziet men het meeste op de wereldbol. V. Ingezonden door Mien Planjer. Welke schoenen passen aan geen enkele voet? VI. Ingezonden door Marietj,e Laterveer. Welke stok dTaagt vruchten? VII. Ingezonden door Corrie Delfos. Wanneer heeft de knapste man ter we reld geleefd? vin. Ingezonden door Marius v. d. Anker. Wat loopt er somtijds over t water, Van u. als gij zelf loopt langs 't pad. Zoo vlug als gij dezelfde kant op. En wordt niet koud. ja zelfs niet nat. OPLOSSINGEN DER RAADSELS DIT HET VORIGE NUMMER. 1. Drente, rente 2. Johan van Oldenbarneveldt, lever traan, Jan. vodden, bal hoen. 3. Edam. 4. Nico. Tine, nicotine. 5. Hand. zand, wand, band, mand, pand. 6. Echo. 7. Maart. Maarten Maartje. 8. De zon of de maan. -o Ja, hoor, de reis is doorgegaan, ik ben ben sinds Donderdag 8 Juni in Klooster- zande. Natuurlijk was ik. wel heel moe van de reis na zoovele maanden ziek te zijn geweest, maar nu ben ik al wat uitge rust. Tot nu toe heb ik hier weinig mooi weer gehad, veel te koud om buiten te zitten en een paar dagen veel regen dus in huis blijven was de boodschap. Maar zoodra het weer zacht, mooi weer wordt, hoop ik veel buiten te zitten en daardoor sterker te worden. Hartelijk dank voor alle vriendelijke vragen naar mijn ge zondheid en hoe ik. de reis er afbracht. Ik hoop hier eenige maanden buiten te kunnen blijven. Vóór de groote vacantie komen er nog prijsraadsels, ik denk in begin Juli. Drietal van Vliet, ik begrijp best dat je kleinste zusje het naar vindt om een bril te dragen, want een pretje is het nu niet. Adriaan is ouder en vindt zeker prettig dat hij nu beter kan zien. Paula en Eduard ten Hooven, de raad sels die goed zijn, zal ik eens plaatsen. Jan van der Mark. ja hoor je hebt heer lijke dagen gehad, dat merk ik wel uit alle verhalen in je brief, je hebt ge noten van het mooie weer en uitgaan. Ben je erg blij met je hond; wat is het voor een soort? Janie van Iperen, ik kwam hier met goed weer, maar daarna werd het erg guur en veel wind, zoodat ik niet buiten kon zitten Drietal de Geus, o ja ik was heel erg moe van de reis, maar ik was ook maan denlang ziek geweest, dus dat was te be grijpen. Als de buitenlucht mij nu sterker en beter zal maken, zal het heerlijk zijn. Adriana Struik, ben je al zoo heerlijk m zee geweest? Dat begrijp ik best hoor, dat je kleine broertje erg schrok toen hij onderste boven viel in zee; hij was er misschien nog niet dikwijls in geweest. Corrie Delfos, dat is heel best hoor, als je den volgenden winter weer wilt mee doen, 's winters in huis zittend komt men er eerder toe. Aardig dat je mij nu toch nog even schreef om mij in Zeeland te verwelkomen Marjanna en Marius van den Anker, reker moest ik over de Westerschelde, ik eat in een auto vanaf Bergen op Zoom en reed in die auto op en af de boot en zoo naar Kloosterzande en in Den Haag moest ik ook met een auto naar den trein. Ik vertrok Donderdagmorgen en was hier 's middags om 3 uur. Leo Balje, dat was een heele fietstocht die je toen gemaakt hebt; ik begrijp dat je moe was en toen maar gauw naar bed ging. Drietal Wassenaar en Toos Schipper, zpo genoten van het mooie weer verleden week? Het was hier Zondag volstrekt geen goed weer om buiten te zitten, wel jam mer! Reinier en Annie den Hertog, met Pinksteren was het prachtig weer, groot gelijk hoor, dat jullie toen eens oversloe gen met de raadsels. Adé Pool, het is een mooi buiten waar ik hier logeer, dus als het maar beter weer mag worden dan de laatste dagen, zal ik veel buiten zitten. Ik wensch je goed succes op 7 en 8 Juli. Hennie de l'Ecluse, Kloosterzande ligt niet op een eiland, maar ln Zeeuwsch- Vlaanderen. dicht bij het stadje Hulst, dat staat wel op je atlas. Drietal de Wit zoo prettig uit geweest met de tram? En gesmuld van ijsco's? Neen hoor die eet ik nooit, dat is niet goed voor mij. Ik heb vroeger 12 jaar in Kloosterzande gewoond, ben hier o zoo goed bekend en ben hier erg graag. Ali de Blauw, ja ik ben verleden Don derdag naar hier gereisd, dus als je dit leest, ben ik hier al een week. Ans en Rietje Vollenga, met Pinksteren hebben o zooveel kinderen eens overge slagen doordat ze uit gingen, dat was niets erg hoor. Cornells J. Arbouw, je hebt mooi post papier gekregen op je verjaardag, maar je mag mij gerust ook wel eens op ge woon papier schrijven. En een horloge, wat een mooi cadeau. Wim Kiuit, dank voor je goede wen- schen van beterschap. Beb Nieboer je schrijft mij dat ik nu zoo van het mooie weer kan genieten, maar ik heb hier nog geen mooi weer ge had Hè wat jammer dat je broertje niet meer trek heeft, want üink veel eten zou zoo goed voor hem zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 13