Zuidpool-tocht üan de Discovery - Fransche kuiser te water gelaten Tweede Blad ite Jaargang LE1DSCH DAGBLAD FEUILLETON. De roode Vulpenhouder IE DISCOVERY" IN HET ZUIDPOOLGEBIED. De „Dis- pvery", welke dezer dagen na een reis van 19 maanden in het Juidpoolgebied te Londen is teruggekeerd, gefotografeerd in de Sand Fjord Baai (South Orkney-eilanden). KARDINAAL CERETTI vroeger nuntius te Parijs, is te Rome overleden. EEN OUD GEBRUIK is de jaarlijksohc dans te Halston (Corn wall). Dansende gaan de bewoners door de straten van het stadje. DE NIEUWE FRANSCHE KRUISER „E.H1LE BERTIN St. Nazaire te water gelaten is. TE WEENES IS EEN GERENKTEEKEN OPGERICHT VOOR DEN UITVINDER VAN DE NAAIMACHINE Josef Madersperger, die in I860, na langen tijd bittere armoede geleden te hebben, overleed. kant van een kaartje en legde het op tafel neer. Fayre nam het op en legde het in zijn zakboek. „Alles is de moeite waard in het sta dium, waarin de zaak nu verkeert," gaf hij ten antwoord. Aarzelend overwoog hij zijn volgenden zet. Gregg's opvliegendheid kennend, vond hij het heel moeilijk de vraag, die hem op de lippen zweefde, zoodanig te stellen, dat de ander, die niet dadelijk als een beleediging zou opvatten, maar hij wist ook, dat hij hem niet kon laten gaan, eer hij het antwoord wist. „Ik wou, dat u mij nog één ding ver telde," zei hij eindelijk. „Kom er maar mee voor den dag. Ik ben niet van plan weer boos te worden, als u daar soms bang voor bent," antwoordde Gregg met ontstellende intuitie. „Kunt u mij vertellen, wat u vanaf zes uur gedaan hebt op den avond van den moord? Ik heb er een goede reden dat te vragen." Gregg keek uiterst verbaasd, toen lachte hij grimmig. „De duivel hale u. U weet zeker alles al, is het niet? Het was zoowat vijf uur, toen ik het huis verliet, en ik wed, dat u daar volkomen van op de hoogte bent, dat ik regelrecht naar Stockley's garage te Whit- bury ging en een auto huurde. De mijne liep niet. U hebt hard gewerkt, mr. Fayre, en ik laat me villen, als u al niet weet, dat ik naar de Willow-hoeve ging voor een be valling. Maar ik zal het heele programma voor u afwerken. Ik haalde de auto onge veer om half zes bij Stockley vandaan en ging regelrecht naar de Hammonds, dat wil zeggen de Willow-hoeve Ongeveer drie mijlen van Whitbury ligt, naar u al of niet weet, een klein dorpje op den weg naar Besley. Daar reed ik doorheen, toen een jongen uit een van de huisjes kwam rennen en mij iets toeschreeuwde. Ik stopte en schreeuwde terug, dat ik, tenzij het dringend noodig was, op dat oogen- blik niemand kon bezoeken. Mrs. Ham mond is een teer vrouwtje en ik vreesde voor haar. Maar het was dringend. Een ongelukkige baby had een ketel kokend water omgegooid en zijn beentjes en een arm verbrand. Hij was er leelijk aan toe en het duurde meer dan een uur, voordat ik weg kwam, met het gevolg, dat ik pas bij zevenen op Willowhoeve kwam. Ik ver liet de Hammonds zoowat om negen uur, reed naar huis en ging bijna oogenblik- kelijk daarop naar Lesley's boerderij." Fayre keek hem wat verdrietig aan. Het was duidelijk, dat de man de waarheid had gesproken, in ieder geval kon zijn ver haal gemakkelijk aan de waarheid ge toetst worden. „Ik kan u wel vertellen," zei hij droog, „dat u mijn beste leiddraad vroolijk hebt afgebroken. Als het niet om John Leslie ging, zou ik u eerlijk vertellen, dat ik bui tengewoon verheugd ben. Nu voel ik mij vrij minderwaardig. Ik was van al uw be wegingen op de hoogte, behalve van het uur, dat u op weg naar de Willowhoeve hadt verloren. U moet toegeven, dat het erg verdacht leek, in aanmerking geno men. dat mrs. Draycott ongeveer om half zeven vermoord werd." Gregg staarde hem een oogenblik aan. „Groote God!" barstte hij uit. „Het verwondert mij niet, dat u in mijn zwart verleden hebt gewroet. IR had er geen idee van, dat u mij zoo in het nauw had gedreven!" Hij dook in zijn zak en haalde er een potlood en een gebruikte enveloppe uit. „Als u wilt, zal ik er den naam en het adres van dfe ongelukkige baby bijvoe gen! Het is beter, dat u nagaat, of mijn verhaal juist is, en bekijkt u dan het lid- teeken op den arm van den jongen. Ik ben er trotsch op dat het zoo mooi is ge heeld, kan ik u zeggen!" Met een vriendelijken glimlach stak hij de hand uit. Fayre greep die en meteen was zijn oude weerzin tegen den man voorgoed verdwenen. „Tusschep twee haakjes," zei hij, „hoe kwam u er bij vandaag den strijdbijl te komen begraven?" Gregg lachte. „Omdat ik niet van plan was mij door een verwenschten advocaat te laten ringelooren! Zooals u kunt denken, loop ik niet graag met deze geschiedenis te koop, en ik besloot, als ik ze dan toch vertellen moest, dat aan een menschelijk wezen te doen. En ook zag ik in, dat ik u een verklaring schuldig was. Toen sir Ed ward Kean mij vanmiddage opbelde en probeerde, door mij vrees aan te jagen een samenkomst met mij te krijgen, vroeg ik uitstel, en beide tien minuten later zijn huis op, daar ik vrij zeker wist, dat dan een dienstbode aan de telefoon zou komen. Het geluk diende mij en ik kreeg den butler aan de telefoon, en die gaf mij uw adres, waarna ik regelrecht naar u toe ging. Jammer, dat u het vroeg! Ik hoopte, dat uzoudt denken, dat ik het spontaan gedaan had." AWordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 5