folland- België - Sluiting zitting beide Kamers der Staten-Generaal
De roede Vulpenhouder
FEUILLETON.
74ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
Geautoriseerde vertaling naar
het Engelsch van Molly Thynne,
door A. W. v. E.—v. R.
vertelde mij, dat hij In zijn
uw /«storven was. Wij hebben dat
rl onderzocht, als je dat bedoelt."
f'knm\fZ ^nige verklaring, van Gregg
insug, heeft voor ons geen waarde.
het maar eens onderzoeken!"
WonnS* Idee!" riep Fayre uit. Het ver-
da' hM^ule'.c'at we daar nooit over ge
en Ba!£ter was Gregg's vriend,
Dralmn i?- van hem haatte Gregg mrs.
ak i '//)u hem zeker beschermen,
drrmtaa-j1100^1® "as. En Baxter was een
als de mv? daardoor half krankzinnig.
Van aan atop? Julst zijn' ka° wel iets
Kjan maakte een ongeduldig gebaar.
WaarwiiLvïr®! zo° diep °P in. Hatter!
ven En 1Sude man dood en begra-
vast te i® het de moeite waard dat
Grev v/r r. Luister eens, Hatter, houd
niet m h» gg ,weg' We moeten den boel
«dig k zThurengen',en als Grey on-
en. Zei meer hwaad dan goed
eg hem, dat Us mij wel met den
dokter zal bezig houden, dat wil zeggen.
Hij brak af en de lijnen in zijn gezicht
werden scherper. Fayre begreep, dat zijn
geest weer in de rustige, half donkere
kamer verwijlde, en dat hij de woorden:
„als alles goed gaat" op de lippen had
gehad, maar bevreesd was geweest ze te
uiten.
„Ik zal er voor zorgen, oude jongen,"
viel hij haastig in, „en ik zal hem de
Baxter-theorie dadelijk voorleggen."
Kean viel in een stoel neer en sloot de
oogen. Hij zag er doodelijk vermoeid uit en
Fayre wachtte zich wel hem te storen.
Een poosje zaten zij zwijgend bij elkaar,
toen onttrok Kean zich aan zijn overpein
zingen.
„Wat de kwestie met Page betreft," be
gon hij nadenkend, „ik betwijfel het...."
Er klonk iets in de hall, en in een
oogenblik was hij overeind, alles ver
getend, behalve zijn vrouw. Zij hoorden de
voordeur dichtslaan, gevolgd door het ge
luid van gedempte stemmen.
„Het is de dokter. Wacht hier even,
oude jongen, wil je?"
Kean sprak die woorden haastig over
zijn schouder, terwijl hij de kamer verliet
en het volgerd halfuur gaf J^yre, alleen
in de groote, half duistere bibliotheek ge
zeten. zich zonder schaamte over aan de
neerslachtigheid, die hem reeds den ge-
heelen dag had gekweld.
Hij wachtte tot de dokter vertrokken
was en Kean terug kwam met het bericht,
dat zijn vrouw in ieder geval iets sterker
was. en toen wandelde hij door de stille,
verlichte straten naar zijn club terug.
HOOFDSTUK XVIII.
Voordat hij den volgenden morgen uit
ging, belde Fayre het huis van Kean op
en verzekerde zich, dat Sybil Kean een
goeden nacht had gehad en aanmerkelijk
sterker was. De dokters konden haar nog
niet definitief buiten gevaar verklaren, en
hadden Kean gewaarschuwd, dat er elk
oogenblik een instorting kon plaats heb
ben, maar Fayre voelde zich onmetelijk
verlicht, toen hij zich naar Grey's kantoor
in Chancery Lane begaf. Hij deelde Grey
in het kort zijn gesprek met Kean mede.
De procureur nam het bestaan van Baxter
eenigszins sceptisch op. maar hij gaf toe,
dat Kean's veronderstelling wel juist kon
zijn en beloofde de zaak dadelijk te zullen
nagaan. Kean's aanbod zelf met Gregg te
spreken als de gelegenheid zich voordeed,
nam hij glimlachend op.
„Heb ik u niet gezegd, dat hij niemand
dan zichzelf vertrouwt, als het er eenigs
zins op aankomt?" riep hij uit. „Dat is ge
deeltelijk het geheim van zijn succes. Dat
en zijn verbazingwekkende eigenschap,
geheel alleen het werk van twee mannen
af te kunnen. Toch zal hij de zaak flink
moeten aanpakken. Afgezien van lady
Kean's ziekte zit hij al tot over de ooren
in het werk."
„Wat zijn redding zal zijn, als het ver
keerd met haar loopt," zei Fayre. „Ik wou
dat de volgende week al voorlij was."
Grey knikte.
„Ik ook, zoowel voor ons als voor hem.
Als lady Kean sterft, zal sir Edward één
van beiden doen: trachten zichzelf te ver
geten in zijn werk, of er den brui aan ge
ven. Dat hangt van het toeval af. Als hij
er mee zou uitscheiden, weet ik niet, wat
wij zouden moeten doen. Zelfs met het
weinige, dat wij nu weten, zou Kean Leslie
wegens gebrek aan bewijs vrij kunnen
krijgen, maar geen enkele andere advo
caat zou dat gedaan kunnen krijgen. We
zitten nog erg in het nauw."
's Middags bezocht Fayre Kean en
dwong hem letterlijk de buitenlucht in te
gaan. De twee mannen liepen door het
park tot Bayswater. Maar toen beving
Kean's zoo'n angst, dat hij Fayre's aan
bod, in de dichtstbijzijnde telefooncel zijn
huis op te bellen, afsloeg, in een taxi
sprong en zich naar huis spoedde. Fayre
keerde terug en liep langzaam langs de
Serpetine in de richting van Hyde Park
Corner Hij had nog niet lang geloopen,
toen zijn oog op een dame viel, die iets
vóór hem liep Iets in haar doelbewusten
loop en haar kaarsrechte houding troffen
hem als bekend, en daarom versnelde hij
zijn pas en had haar weldra ingehaald.
Zij keerde zich om toen zij zijn stem
hoorde.
„Mr. Fayre! Merkwaardig, dat ik juist
aan u dacht en wenschte dat ik u laatst,
toen wij elkaar in den trein ontmoetten'
uw adres had gevraagd."
Fayre glimlachte haax toe.
„Als ik verwaand was, zou ik mij gevleid
voelen, maar nu vrees ik, dat u een akelig
goede reden hebt, om dat te wenschen.
Kan ik iets voor u doen?"
„Het is alleen maar, dat u eens vroeg,
of ik u iets van de vrienden van mijn zus
ter kon vertellen, en nu wou ik weten, of
u er prijs op zoudt stellen, eenige papie
ren van haar door te kijken, die Juist in
mijn bezit zijn gekomen Zij hebben al dien
tijd in een portefeuille bij haar bank ge
zeten, en werden mij gisteren overhan
digd. Ik heb ze vluchtig doorgelezen, het
schijnen meest zakenbrieven te zijn, maar
er zijn een paar brieven en foto's bijdie u
eenig idee kunnen geven van de kringen,
waarin zij zich bewoog. Zij zeggen mij
niets, maar misschien kent u enkele van
die menschen."
„Het is buitengewoon vriendelijk van u
begon Fayre.
„Onzin, mr. Fayre. Ik ben even verlan
gend te weten te komen wie mijn arme
zuster vermoodde, als u, om John Leslie
vrij te krijgen, en ik bedacht, dat twee
hoofden meer doen dan een. Misschien
hebt u al het een en ander gevonden en
kunnen die brieven er licht over werpen
Ik moet u zeggen, dat er niets bij was, dat
pnve was, uitgezonderd eenige brieven, die
ik al vernietigd heb of een bestemming
heb gegeven. Die hadden alleen betrekking
op mijn zuster zelf en konden u van geen
nut zijn, maar ik zeg het u liever eerlijk."
.(Wordt vervolgd?, j
DÉ VOOR-KAAG. De onderlinge zeilwedstrijden van
„De Kaag" te Warmond. Een jol, tengevolge van het
stevige briesje volgeloopen.
M VERBLIJF VAN 19 MAANDEN IN HET ZUIDPOOLGE
BIED $3 <ie „Discovery" te Londen teruggekeerd. De offi
cieren van de „Discovery".
De Davis Cup-wedstrijden te Scheveningen.
De deelnemers aan het dubbelspel. V.l.n.r. Tloczynski, Diemer Kool, Hebda en
Timmer.
Sluiting Van de zitting der beide Kamers van de Staten-Generaal.
Linksde kabinetsformateur dr. Colijn (links) en mr. v. Schaik op weg naar de slotzitting. Rechtsminister Ruys de Beerenbrouck verlaat het
Tweede Kamer-gebouw na de sluiting der zitting van de beide Kamers.
Voetbalwedstrijd HollandBelgië.
Links: Het eerste Belgische doelpunt, v. d. Me uien heeft 't nakijken. Rechts: Het
enthousiasme bij het Amsterdamsche politie-orkest, toen Holland gelijk maakte.