Het gouden Jubileum
der Leidsche Ambachtsschool.
TENTOONSTELLING
DE PLOEG - LEIDEN
Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 29 April 1933
Derde Blad
No. 22427
KERK- EN SCHOOLNIEUWS.
KUNST EN LETTEREN.
FINANCIEN.
Steunt met Uw qaven
het Leidsch Crisis-Comité.
Hoe de school zich in de afgeloopen halve eeuw ontwikkelde.
Het aantal leerlingen sedert de oprichting 20 maal zoo groot geworden.
t
Maandag 1 Mei a.s. zal het 50 jaar ge
leden rijn, dat een tot ver over de grenzen
der Sleutelstad bekende en hoogst nuttige
inrichting van onderwijs, hier ter stede
werd geopend. Wij bedoelen de Ambachts
school aan den Haagweg.
Eet initiatief tot de stichting van een
he Ambachtsschool ging uit van de
;bazen-organisatie „Bouwkunst en
hap", welke in Januari 1881 uit
hare leden een commissie benoemde, ten
einde de statuten en het algemeene plan
tl ontwerpen en met steun der burgerij
iftctische verwezenlijking dier plannen
Hogelijk te maken.
K®ank zij het ijverig werken dier com
missie kon op 18 April 1882 de Vereeniging
„De Prscüsche Ambachtsschool" worden
«jjgericbt. nadat uit giften een bedrag van
t.3000 was samengebracht en circa 150
Hpezetenen als lid waren toegetreden.
In het eerste bestuur werden gekozen de
bóeren prof. dr. J. M. van Bemmelen,
voorzitter; W. A. van Lith. onder-voorzit-
Ut: A. L. de Sturler, secretaris: J. Filippo.
penningmeester; prof. dr. M. J. de Goeje,
L.pfaas, P. Marks. H. W. F. Bakker en J.
C. Timmermans, terwijl Z. K.H. Prins
Alexander bereid werd gevonden het be-
Bhermheerschap der vereeniging te aan-
den. De grootste moeilijkheid vormde
het bestuur het vinden van een pas-
d gebouw, daar de financiën niet toe-
en een nieuw, aan alle eischen beant-
rdend gebouw in te richten,
e gemeenteraad vond hiervoor een op-
Jssing door een gedeelte van het voor
malle Caecilia-pasthuis in de Sionsteeg
«schikbaar te stellen. Als directeur was
■imiddels benoemd de heer Adr. J. van
Achterberg.
9Het eerste jaar begon met 34 leerlingen:
timmerlieden en 6 smeden.
Door verschillende omstandigheden had
de officieele ODening eerst op Maandag 2
fuli 1883 Dlaats. De voorzitter, orof. dr. J.
M van Bemmelen hield bij die gelegen
heid een uitvoerige rede, waarin hij een
♦verzicht gaf van de beweegredenen, welke
Bidden tot de stichting der school.
De toenmalige burgemeester van Leiden,
Je heer L. M. de Laat de Kanter, beant-
■rnrdde deze toespraak.
I Pij Koninklijk Besluit van 7 Januari
1883 werden de statuten goedgekeurd
I
j[ Reeds in het tweede leerjaar verloor de
«chool haar koninklijken Beschermheer
door het overlijden van Z.K.H. Prins
Alexander van Oranje.
De leergang 1885—1886 ving aan met 52
leerlingen. waardoor alle beschikbare
plaatsen waren bezet en vele aanvragen
om plaatsing, vooral bij de smeden,
moesten worden afgewezen
Op l October 1885 werd voor de eerste
maal het getuigschrift uitgereikt, dat de
geheele cursus met vrucht was gevolgd.
Het v'el ten deel aan de timmerleerlingen
I- L, Th. van Oosten en J. Verpoorten en
de smidsleerlingen W. N. Cunaeus en A.
vemoorten Zij konden allen direct een
jrerkkring vinden op een loonbasis van
9—12 cent per uur
De vele aanvragen van leerlingen om
Plaatsing noodzaakten het bestuur nog
twee leslokalen in te richten, waardoor de
sJnogeliikheid werd geschapen ook een ver
trek als meubelwerkplaats te bestemmen.
1 D^ behoefte aan uitbreiding deed zich
echter in toenemende mate gevoelen,
vooral ten aanzien van de opleiding der
smeden. De beschikbare ruimte in het
gebouw maakte evenwel iedere expansie
onmogelijk, zoowel ten opzichte van de
materieele middelen als wat betreft het
aantal leervakken, dat nog steeds tot vier
beDerkt bleef.
Eindelijk, in 1891 ging de langgekoes
terde wensch naar uitbreiding in vervul-
Oo 5 SeDt. van dat jaar henleitten twee
bestuursleden in een audiëntie bij den
toenmaligen Minister van Binnenlandsche
Zaken Tak van Poortvliet de toekenning
Jan een jaarlijksche riikssubsiidie van
x. 6000. waartegenover zij de toezeeein?
«lelden een school voor hnnderd-en-7Pstig
J^rhneen in vier ambachten te zullen
bouwen en inrichten. Op dit verzoek werd
«oor den minister goedgunstig beschikt en
De tegenwoordige directeur,
de heer G. E. E Kuijntjes.
's Avonds was er een feest in de Ge
hoorzaal. terwijl tot besluit der festivi
teiten op 27 Mei aan de leerlingen een
uitstapje naai" Amsterdam werd aange
boden
Korten tijd daarna herdachten drie
leden van het onderzend personeel
hun 25-jarige onafgebroken wertaaam-
Het gebouw in de Sionsteeg, waar de Ambachtsschool het eerst gevestigd was.
zijn voorstel door het Parlement be
krachtigd.
Dank zij het edele aanbod van een
warm vriend van het ambachtsonderwijs
in het algemeen en van de Leidsche school
in het bijzonder werd het bestuur in
slaat gesteld af te zien van het aanvan
kelijke voornemen om de gelden, benoo-
digd voor den bouw van een nieuwe school
tegen behoorlijke rente en aflossing op
te nemen. Bedoeld persoon bood namelijk
aan een renteloos voorschot van f. 40.000,
te verstrekken met een aflossing van
f.2000 'sjaars. Dit aanbod werd door het
bestuur met grooten dank aanvaard. Er
vormde zich een bouwcommissie, be
staande uit .de heeren: Kaiser. Bonger,
Filippo. Hasselbach, Van Driel en Van
Achterberg welke de kosten van de' door
den secretaris, den heer G. van Driel, ont
worpen plannen, begrootte op ten hoogste
f. 45.000.
De gemeente Leiden stelde den benoo-
digden grond op gemakkelijke betalings
voorwaarden voor f.6000 beschikbaar,
I waarna de uitvoering der bouwplannen
I voor f. 37 490 werd opgedragen aan den
1 laagsten inschrijver, den heer A, P. P.
I Boef te Rotterdam.
I De leerlingen vervaardigden de geheele
I inwendige betimmering en meubileering
en voerden al het schilder- en smeedwerk
uit en zoo kon, dank zij den door alle bij
i den bouw betrokkenen betrachten spoed,
I de nieuwe school, staande aan den Haag-
i weg in het laatst van Augustus 1392 m
gebruik genomen worden. In hetzelfde
1 jaar werd H. M. de Koningin-Moeder
idestijds nog Koningin-Regentes! bereid
gevonden het Besehermvrouwschap der
vereeniging te aanvaarden.
Op Maandag 3 Juli 1893 had in tegen
woordigheid van vele gemeentelijke auto-
riteiten, waaronder de burgemeester, de
j officieele opening van het nieuwe gebouw
1 plaats, waarbij de voorzitter, prof. dr. P. J.
Kaiser een uitvoerige toespraak hield,
I waarin hij de ontwikkeling der school
schetste, een overzicht gaf van de bereikte
resultaten en hulde bracht aan allen, die
op eenigerlei wijze hadden medegewerkt
om de school op het huidige peil te bren
gen. In het bijzonder bracht spr. hulde
aan den directeur voor diens onvermoeid
werken in het belang der school.
Bij de opening der school bedroeg het
aantal leerlingen 100, welk aantal jaar
lijks toenam en daarna geruimen tijd
achtereen schommelde tusschen de 140 en
150 In 1908 werd het 25-jarig bestaan
der school herdacht. Deze plechtigheid
vond plaats op Donderdag 30 April in de
Stadsgehoorzaal
heid aan de school, nJ. de directeur, de
heer A. J. van Achterberg en de leeraren
J. W. Verstraaten en A. H. Catin. Van
zelfsprekend werden deze jubilea In den
lntiemen kring van bestuur, leeraren en
leerlingen gevierd.
Gedurende het meer dan 25-jarig be
staan der school had het vakonderwijs
zich langzamerhand een waardige plaats
veroverd in het plaatselijk maatschappe
lijk leven. De praktijk wees uit, dat de
jongelui, die met vrucht het onderwijs
hadden gevolgd, een belangrijken voor
sprong hadden op hen, die niet in deze
omstandigheden verkeerden. En het
spreekt vanzelf, dat deze laatste categorie
op middelen zon om in die leemte te voor
zien De nieuwe strooming ontging het be
stuur niet en dit leidde in 1911 tot de
opening van een avondschool voor vol
wassenen.
Deze eerste cursus werd van 15 Januari
tot 15 Maart 1912 gedurende twee avon
den per week gegeven aan timmerlieden,
meubelmakers, metselaars, steenhouwers,
huis-, vuur- en rijtuigsmeden, machine-,
bank- en constructiewerkers, zoomede
aan vormers van 20 jaar en ouder.
Daar de proef volkomen slaagde, be
sloot het bestuur over te gaan tot de
definitieve stichting van een avondschool
voor volwassenen, beoogende hen, die
reeds in het vak werkzaam waren de noo-
dige theoretische kennis bij te brengen,
aangevuld met lessen uit de praktijk
Voor het eerste officieele leerjaar meld
den zich 147 deelnemers aan. die allen
werden geplaatst; het volgend jaar be
droeg het aantal reeds 155.
Ook de dagschool mocht zich in een
toenemende belangstelling verheugen,
vooral de afdeeling metaalbewerking. Het
bestuur besloot dan ook door den grooten
houtzolder in drie vertrekken te splitsen
het aantal leslokalen uit te breiden. Deze
verbouwing was in den loop van 1913 ge
reed en kwam voornamelijk het timmer-
onderwijs ten goede. Daarnaast kwamen
lokalen vrij voor de metaalbewerking en
het voortgezet lager onderwijs. Dit laatste
was een gevolg van de wenschen van den
minister en den inspecteur van het M. O.,
cïie sterk aandrongen op opname van dit
leervak in het programma der dagschool.
Deze uitbreidingen bleken reeds na
enkele jaren onvoldoende om alle leerlin
gen te bergen. In 1915, toen het aantal
leerlingen de tweehonderd overschreed,
werd de wenschelijkheid uitgesproken
van vermeerdering van het aantal les
lokalen met vier en der onderwijzers met
drie. Men kwam al heel gauw tot de con
clusie. dat de bestaande school te klein
was. Na gevoerde onderhandelingen werd
van de directie der Staatsspoorwegen een
I stuk grond ter grootte van circa 50 x 12
Meter aangekocht, gelegen aan de West
zijde van het bestaande schoolgebouw
De oorlog belette echter uitvoering der
plannen.
Op 6 Juni 1923 het aantal leerlingen
van de dagschool had inmiddels de 300
overschreden! had de officieele opening
van den nieuwbouw plaats door den mi-
n'ster van Onderwijs Kunsten en Weten
schappen, nu wijlen dr. J. Th. de Visser.
Deze nlechtigheid ging gepaard met de
feestelijke herdenking van het 40-jarig
bestaan der school.
De voorzitter van het bestuur, de heer
A M. Touw schetste ln een uitvoerige rede
den groei der school en huldigde aan het
einde van zijn toespraak de heeren Van
Achterberg en Verstraaten, die beiden
veertig jaar aan de school verbonden
waren.
Hierna ging minister De Visser over tot
de officieele opening.
H M. de Koningin zette in letterlijken
en figuurlijken zin de kroon op het werk
door den voorzitter, den heer Touw te be
noemen tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau
In de vergadering van 29 April 1925 nam
de heer Van Achterberg afscheid als
directeur.
In zijn plaats werd uit zestig sollici
tanten met ingang van 1 Juni 1925 be
noemd de heer G. E. E. Kuijntjes, voor
dien directeur der Ambachtsschool te
Emmen, die zich al spoedig deed kennen
j als een waardig opvolger van den voor-
treffelijken heer Van Achterberg. Lang
heeft laatstgenoemde niet van ziin wel
verdiende rust mogen genieten; 28 October
1928 nam zijn werkzaam en welbesteed
j leven een einde.
Het aantal avondcursussen werd in
1926 weer met twee uitgebreid, nJ. een
voor landmachinisten en motordrijvers en
een voor Leidsche werkloozen.
i In 1929 steeg het aantal leerlingen van
de dagschool weer boven de driehonderd,
I terwijl dat van de avondschool nog iets
grooter was. Uitbreiding van het onder
wijzend personeel bleek opnieuw noodza
kelijk. Op veler aandrang organiseerde het
bestuur in dat jaar cursussen voor stuca-
doors, voor politie-agenten in kennis van
auto's en motoren, voor typografen, las-
schers, rijwielherstellers, schoenmakers en
in uitgebreid technisch onderwijs. In to
taal volgden in 1929 niet minder dan 808
leerlingen het onderwijs aan de Am
bachtsschool of daaraan verbonden cur
sussen. terwijl nog ettelijke tientallen
wegens gebrek aan ruimte moesten wor
den afgewezen.
Nadat pogingen hadden gefaald om
door aankoop van het aangrenzende ter
rein uitbreiding der school aan het be
staande gebouw mogelijk te maken, be
sloot het bestuur in 1930 aan de overzijde
recht tegenover de school aan den Haag-
weg een stuk grond aan te koopen, dat
voldoende ruimte bood om vijf flinke les
lokalen voor het practisch onderwijs te
bouwen
Deze uitbreiding, welke bij den aanvang
van den cursus 19321933 in gebruik kon
worden genomen en bij de viering van het
gouden jubileum officieel zal worden ge
opend gaf een aanmerkelijke verbetering.
In de eerste plaats konden meer leerlin
gen worden toegelaten, zoodat dat jaar
zoowaar de vierhonderd werd bereikt en
in de tweede plaats vonden de smeden-
bankwerkers hier een betere huisvesting
dan zij ooit tevoren hadden gehad.
De opzet is uiterst eenvoudig; een
groote, aan twee zijden afleesbare klok,
aangeboden door den voorzitter, den heer
Touw en een fraaie monumentale drink
waterfontein geschonken door de oud-
leerlingen en ontworpen en vervaardigd
door den heer A. N Zekveld vormen vrij
wel de eenige verslering ln deze overieens
uitermate practisch ingerichte lokali
teiten.
Ds. JOH. RAUWS 23 JAAR ZENDINGS-
DIRECTOR.
Maandag 1 Mei zal het 25 jaar geleden
zijn dat ds. Joh. Rauws werd benoemd tot
Zendingsdirector te Oegstgeest. In deze 25
jaar is in de geschiedenis van de Neder-
landsche Zending ontzaglijk veel gebeurd,
ook door de medewerking van den Jubi
laris. Door zijn groote werkkracht in tal
van kringen en groepen heeft de jubilaris
zich een reeks van vrienden verworven.
Toen in 1920 ds. Rauws zijn 25-jarig
ambtsjubileum als predikant herdacht,
bleek reeds hoe velen met groote belang
stelling en waardeering zijn werk volgden.
Bovendien viel hem toen de onderschei
ding te beurt om te worden benoemd tot
officier in de Oranje-Nassau-orde.
Op den 2en November 1874 werd ds.
Rauws geboren. Hij bezocht de Prins Wil-
lemschool te 's Gravenhage. het gymna
sium te Delft en de Universiteit te Leiden.
Den 2en Juni 1901 werd hij als predikant
bevestigd te Aduard en in 1905 te Beilen,
beide malen door zijn leermeester dr. van
Gheel Gildemeester. In 1908 werd de
pastorie verlaten door het aanvaarden der
benoeming om naast wijlen dr. J W. Gun
ning op te treden als director van het
Nederl. Zendelinggenootschap en der
Utrechtsche Zendingsvereeniging, waarbij
zich in den loop der jaren een aantal
andere Corporaties aansloten.
De werkzaamheid van ds. Rauws in een
kwart eeuw viel in een merkwaardige pe
riode van ontwikkeling der samenwerking
in de Zending, welke hij vrijwel van het
begin af heeft medegemaakt. Met het werk
is ook de werker gegroeid in geest er er
varing. Steeds meer werd aan hem toe
vertrouwd Als men het geheel van de
werkzaamheden overziet, vraagt men zich
met verwondering af hoe al deze belangen
door een en den zelfden persoon behar
tigd kunnen worden. Naast director van
de Samenwerkende Zendingscorporaties is
hij Secretaris van de Nederl. Zendings
school, Secretaris van de Algemeene Zen
dingsconferentie, Voorzitter van het Chr.
Nat. Zendingsfeest, Secretaris van de Ver
eeniging Meisjessschool te Tomohon,
Secretaris van het Comité Depok en Secre
taris van den Nederlandschen Zendings
raad. Alle periodieken die in het Zendings
bureau te Oegstgeest worden uitgegeven,
staan onder leiding van den jubilaris.
Er zijn ook moeilijke jaren geweest.
Toen in 1917 de Zendingsschool van Rot
terdam werd overgebracht naar Oegst
geest waren Dominee en mevr. Rauws
Laats belast met de leiding van het Inter
naat van de Zendingsschool. 7 Jaren lang,
van 1913 tot 1920 hebben Dominee en
mevr. Rauws dit werk volgehouden. In dat
zelfde tijdvak viel ook de geheele wereld
oorlog met al de daarmee samenhangende
moeilijkheden van voedselvoorziening en
anderen aard. Wat het echtpaar Rauws in
die jaren voor de Zendingsschool gedaan
heeft en geweest is wordt in Zendings
kringen nog steeds met groote dankbaar
heid herdacht.
Behalve op de reeds genoemde terreinen
heeft de jubilaris zich bewogen op dat der
Internationale Zendlngs-aanrakingen. Hij
was een zeer trouw en geregeld bezoeker
der Bremer conferenties, waar vertegen
woordigers van continentale Zendingsactie
om de drie jaren plegen samen te komen.
Ook de groote Zendingssamenkomsten te
Edenburgh in 1910 en te Jeruzalem in
1928 zagen hem als afgevaardigde van
Nederland Bij het overzien van al de
werkzaamheden van dezen jubilaris komt
als vanzelf zijn persoonlijkheid voor ons
te staan. Hij heeft zich een veelzijdige
kennis en ervaring verworven, welke o.a.
telken jare duidelijk aan den dag treedt
in de jaarverslagen die worden saamge-
steld. Ds Rauws staat met zijn kennis en
ervaring met zijn groote welwillendheid
steeds ieder ten dienste die zijn hulp in
roept. Hij is de raadsman en helper van
zeer velen geworden, die zelden tevergeefs
bij hem aankloppen. Deze zelfde plaats
neemt hij ook in ten opzichte van het
Zendingsbureau, waar hij steeds met alle
belangen van het geheele sterk uitge
groeide personeel medeleeft en ieder er ten
allen tijde van verzekerd kan zijn op zijn
aandacht en welwillendheid een beroep te
moven doen.
Wij twijfelen er niet aan of velen zullen
Maandag dezen jubilaris gaan gelukwen-
schen.
Maar al voorziet de school momenteel
in de bestaande behoeften, het gesplitste
onderwijs maakt den toestand alles be
halve ideaal.
Het oude gebouw behoeft telkens her
stellingen en vernieuwingen en de toe
komst zal dan cok onafwijsbaar leeren.
dat eerlang een grooter en meer naar de
eischen ingericht gebouw zal moeten ver
rijzen
Moge de Leidsche Ambachtsschool het
zij in deze. doch liefst in een meer mo
derne omgeving nog tal van jongelui tot
zegen strekken en nog veie iaren haar
goeden naam welken zij in kringen van
het nijverheidsonderwijs geniet, hoog
houden.
Voor de feestviering zelve verwijzen wij
naar het 1ste Blad.
JO VINCENT MAG NIET IN
DUITSCHLAND ZINGEN.
Mevrouw Jo Vincent deelt mede. dat ook
zij thans ernstig gedupeerd wordt door
het nationalistische regime dat in
Duttschland niet meer tolereert dan al
leen uitingen van onvervalscht Dultscho
origine.
Geruimen tijd geleden kreeg mevrouw
Vincent een uttnoodiging uit Berlijn om
aldaar op te treden ln het kader van de
Brahms-herdenklng, welk optreden gelijk
zou vallen met een tweetal concerten,
waarvoor de zangeres ln Londen was ge
inviteerd. Daar de Londensche concerten
haar meer aanlokten dan het Berlijnsclie,
liet Zij Berlijn afzeggen. Daar kon niets
van komen, antwoordde Berlijn, Men wil
de onze befaamde zangeres nu ook eens ln
de Duitsche hoofdstad hooren In Londen
had zij al vaak genoeg gezongen.
Mevrouw Vincent zwichtte en zegde
Londen af voor Berlijn. Intusschen is er
veel veranderd in Dultschland en dezer
dagen heeft men Jo Vincent uit Berlijn
laten weten, dat men op haar optreden
aldaar geen prijs meer stelt, omdat zij een
„Auslanderln" is.
Als het geval niet zoo ernstig was. zou
het zelfs vermakelijk zijn, wat Jo Vincent
in Hamburg ondervindt. Zij heeft daar
een contract voor een concert op 12 Mei.
Na er reeds twee keer te zijn opgetreden,
laat men haar nu weten, dat zij er niet
mag terugkeeren, tenzij zij kan bewijzen,
dat zij geen.. Jodin ls.
BOUWMEESTERS REVUE.
Komt niet meer in Leiden.
Door de belangrijk hoogere kosten van
de bedoeling, dat mevr. Tartaud bij het
meesters Revue besloten Leiden van haar
tournee te schrappen.
HET NIEUWE ROTTERDAMSCHE
TOONEELGEZELSCHAP.
Hoewel de vorming van het Nieuwe Rot-
terdamsche Tooneelgezelschap nog ln vol
len pan-» is. kan de heer Joh de Meester
reeds mededeelen. dat voorloonlec verbin
tenissen zijn aangegaan met de heeren
Paul Huf. Frits van Dtlk Hans van Meer-
ten en met mej. Ank van der Moer
Mevrouw Alida Tartaud-Kleln heeft ook
haar medewerking toegezegd. Het ligt in
de bedoeling dat mevr. artaud bij het
nieuwe gezelschap de feestelijke herden
king van haar OOsten verjaardag zal vieren.
HET SCHOUWTOONEEL LIQUIDEERT.
Men meldt uit Amsterdam aan het
„Vad":
Naar we vernemen, heeft de directie
van Het Schouwtooneel aan B, en W.
medegedeeld, dat het zijn zaken niet kan
voortzetten en deze zal llquideeren.
RECLAME.
tot io mei JOE RAPHAEL
SCHILDERIJEN
HOUTSNEDEN
39
BREESTRAAT 3
EERSTE NED. MAATSCHAPPIJ VOOR
Z1EKENHUISVERPLEGING.
Aan het verslag der Eerste Nederland-
sche Maatschappij voor Zlekenhuisverple-
ging (M.V.Z.) te Gouda over 1922 ls het
volgende ontleend:
In vele gevallen beteekende de te beta-
I len premie, hoe laag ook gesteld, een te
j zwaren last, zoodat dit zijn afspiegeling
vond in toenemend royement. JDat des
niettemin de netto-vooruitgang van ons
i premie-inkomen slechts een gering bedrag
1 beneden dien van 1931 bleef, stemt tot
tevredenheid.
De effectenportefeuilie waarop het vo-
rige boekjaar een koersverlies van f. 13 431
moest worden geboekt, gaf thans een koers
avance van f. 11.542 van welk avance een
bedrag van f. 11.000 is aangewend tot vor
ming van een reserve voor koersverschillen.
De netto-winst bedraagt f29.928 Ver
meerderd met het onverdeelde saldo a.p. is
ter verdeeling beschikbaar f 30.633 De di
rectie stelt voor. een reserve van f. 30.000
te vormen en f. 633 naar het nieuwe
boekjaar over te brengen.
DE „BIJENKORF" EN DUITSCH
KAPITAAL.
In de gisteren gehouden vergadering
van aandeelhouders der N.V. Magazijn de
..Bijenkorf" vroeg een der aandeehouders
of het inderdaad juist is dat een g-oot
deel van het kapitaal der Bijenkorf" zich
ln handen van Duitschers bevindt
De voorzitter mr. Z. van der Bergh,
merkte op. dat waar de aandeelen aati
toonder luiden, het moeilUk te zeeeen ls
in welke handen de aandeelen zich bevin
den. Voor zoover het bestuur den toestand
echter kan bennrdeelen neemt men aan
dat er zich noe eeen 5 "rit der aandeelen
in Dultschland bevindt Rii de ionerte uit
gifte van m-eferente aan-ieeieri heeft men
kunnen vaststellen dat Duitschers hierop
niet