OKW SlAKi
goede oplossingen.
oplossingen.
raadsels.
anekdoten.
als 't mist!
OEDE OPLOSSINGEN DER RAADSELS
ONTVANGEN VAN:
jin Wassenaar, Eempien Wassenaar,
hanna Wassenaar, Nelly Kalshoven,
idré Klapwijk, Janny Ravensbergen,
rkje Geertrui de Rooy, Pieter Johannes
Rooy, Maria Cornelia Stikkelorum. Ietie
iXnberg, Anje de Gelder, Lien de'Mooy
endrina de Ren Adé Pool, Rie Harte-
lt Pryna Hartevelt, Janny Hartevelt,
11'Koevoet, Ali Varkevisser, Lies Schen-
velcl. Trudy Bonnet, Aaltje van Vliet,
pukje van Vliet, Adrianus van Vliet, Mar-
van der Meer, Bep Planje, Francina de
it Bald de Wit, Dikkie de Wit, Maartje
BSwiem, Bep Riebeek, Gerda Spiecker,
ne Punt, Tieleman van der Linden, Jo
n der Linden, Tine van der Star, Suze
ok Willie Kok. Andries Coert, Marie Bro-
^Antje de Nie, Jacobus Nieboer, Marie
leuvel. Rietje Trap, Rini Vlasveld,
Hissink, Marietje Zaalberg, Hennie
PEeluse, Kees Hoogeveen, Nico Kret,
elia Kret. Hans Kret (ook een mooie
JShkaart). Johan Mulder, Hendrik
aider. Nellie Mulder, Rika de Graaf, Rei
len Hertog, Annie den Hertog, Jannie
sboom. Stienie Neuteboom, Alie Hozee
Hozee. Ali de Blauw, Mientje Plan-
larjanna van den Anker. Nicolaas
t, Rie de Moed. Jannie de Moed,
jé Zaalberg, Christiaan Eggink. Ali
Weerden. Corry van Driel. Jan van
Gerard de Geus, Dorus de Geus,
de Geus. Lilly van der Leeuw,
lert Moraal, Jacobus Moraal, Corrie
te. Daniël van der Steen, Jannie de
,ter. Frans de Water, Gerard Oostergo
ef der vorige week).
PSS1NGEN DER RAADSELS HIT HET
VORIGE NUMMER.
Joorwegen, Noor, wegen.
3een enkele.
Boterbloem, bot, roer. boter, mot,
bert.
priebergen.
Vie kaatst moet den bal verwachten.
Bet hospitaal.
Dan doet de keukenmeid onderwijl
kat anders.
IPeer, teer, beer, heer, veer.
dom toch, grootmoedertje, dat jij niet
waar de planten groeien, uit welker
"ren je den geurigen drank, door mijn
telen, ja, door mijn domheid, hebt
reltü Het veld, waar je de blaadjes
uktc. behoort toch aan den grooten
larijn Thé-In-Ho, hetzelfde veld,
'aar eens diens dappere voorvader, die
BjLiong-Wang heette, den draak ver-
BSg! Kom. vertel dit vlug den Keizer,
"oltmoedertje San-Tjio
Op ditzelfde oogenblik ontwaakte de
0 vrouw. ,,Ja, 'tis waar," mompelde zij,
heesters, waarvan ik blaadjes plukte,
ie door de andere kruiden te mengen,
ten waarlijk op een der velden van
nlrijken Thé-In-Ho! Nu weet ik het. Nu
n ik het den Keizer vertellen. En een
"Ierkruid is het niet!"
Nog dienzelfden dag verzocht zij den
(Jlker te mogen vertellen, dat zij zich nu
enlnaam herinnerde. 'tWas wel niet den
aajai van het veld, doch van den Man-
kixn, wien het veld toebehoorde.
,.k Plukte de blaadjes op Thé-In-Ho's
hoogverheven heer," sprak ze, ter-
Tlze bevende van angst, weer naar het
ttere hokje terug te worden gebracht,
en[Keizer aanstaarde.
ar angst duurde echter niet lang
k. want de Keizer, die juist van den
"k, dien hij uit de geurige, gedroogde
Jjes had laten bereiden, een aantal
es had gedronken, was daardoor zóó
Wikt, dat hij de arme San-Tjio, voor
angst dien hij haar had bezorgd, met
H'lnrke som geld beloonde. En de geu-
blaadjes, waarvan hij het aftreksel
T™ dag verlangde te drinken, noemde
|..The-In-Ho kruiden", omdat ze wer-
geplukt op Thé-In-Ho's veld. Doch
u riep hij, als hij den drank be-
"Br,enE mij dadelijk Thé!"
kn zoo is het voortaan „Thé" zonder
gebleven, zegt de sage.
Een der
nen
eesten.
1 (Nadruk verboden).
voornaamste Chhreesche
TANTE JOH.
Juffrouw Slak zou eens op reis,
Maar zij had toch niets te pakken;
Heel haar huisje nam zij mee
Naar den aard van alle slakken;
't Was gemakk'lijk ook niet duur
En daarbij wel erg secuur.
Juffrouw Slak zei: Nu, ik ga!
Tegen alle burenvrinden
Als ik weg "ben, is mijn plaats
Heel niet meer terug te vinden.
Ik verdwijn met pak en zak.
Ieder riep: Dag Juffrouw Slak!
(Nadruk verboden).
Juffrouw Slak keek naar de lucht:
Wolken pakten zich daar samen,
Maar om regen gaf ze niet;
Foei, sprak zij ik zou mij schamen!
Ik ben altijd onder dak
'k Kruip in huis zóó doet een slak! 1
Na een langen, langen dag
Was zij nog niet ver gekropen,
Want een slak kan niet als wij
Heele uren zoo maar loopen.
Alles doe 'k op mijn gemak!
Zachtjes aan! sprak juffrouw Slak.
HERMANNA.
RAADSELS VOOR ALLEN OM HIT TE
KIEZEN. DE GROOTEREN 4,
DE KLEINEREN 3.
I.
Ingezonden door Jacobus en Leendert
Moraal.
Een woord van 11 letters zijn vroolijke
dagen. 6 8, 9, 11 is niet koud, 6, 2, 3, 4 een
viervoetig dier met lange ooren, 7, 8, 9, 10,
11 is iets prettigs, 4, 5, 6, 2, 3, 1 is een
viervoetig dier. In deze dagen is dit woord
heel gemakkelijk te raden.
II.
Ingezonden door Nelly en Bep van der Blij.
Welke 3 groote steden in Nederland
staan hier: Mhealar, Nleederuaw, Maerhn.
III.
Ingezonden door Mar janna en Marius
van den Anker.
Welk soort van steenen zou dat zijn
In Oude Maas en Kromme Rijn?
IV.
Ingezonden door Annie Dorrepaal.
Welke rivier is gelijk een ketel die ge
soldeerd moet worden?
V.
Ingezonden door Abram Wijnnobel.
Zit er maar één gat in, dan is het goed
Dat gat stop je met je voet.
Doch zitten gaten aan een andere kant
Dan stop je die gewoonlijk met de hand.
Je trekt het uit, je trekt het an
Raad nu eens wat dat wezen kan.
VI.
Ingezonden door Stientje Griffioen,
Wie kan er 5 van 5 aftrekken en dat Je
er dan nog 5 overhoudt?
VII.
Ingezonden door het drietal de Geus.
Wie is er wel het domste in de school?
VIII.
Ingezonden door Andries Coert.
Met welke hand roert men in de thee of
koffie, met de rechterhand? of met linker
hand?
Ingezonden door Marietje v. d. Mey.
Jan: „Zeg Wim ik zou maar niet op het
ijs gaan, Klaas van den klompenmaker is
er door gezakt".
Wim: „En is hij verdronken?"
Jan: „Veel erger, toen hij thuis gebracht
werd, kreeg hij een pak slaag en moest
zonder eten naar bed".
Ingezonden door Johanna van den Berg.
Vader: „Pas op Jan, als je zoo stout
bent, dan stop ik je in het kippenhok".
Jantje: „Dat kan me niks schelen, ik
leg toch geen eieren, dat doe ik niet".
Ingezonden door Trijntje Slot.
Zoontje: „Hó Pappie geeft u me eens
tien gulden".
Vader: „Ben je heelemaal mal, wat moet
jij met tien gulden doen?"
Zoontje: „Nou, u zegt toch altijd, dat
een kind moet leeren sparen en hoe kan
ik dat nu leeren, als ik nooit geld krijg".
door
C. E. DE LILLE HOGERWAARD.
De wereld is zoo kiein vandaag
En in onz' eigen straat
Kan 'k 't huis aan d'overkant niet zien,
Al weet ik, dat 't er staat!
Ik snap heusch niet, dat mist op eens
Verbergt de lieve zon.
Die dikke mist maakt alles grauw
VVegtoov'ren alles kon!
Na n tijdje zegt de trouwe zon:
Kom mist, nu is 't genoeg!
Je hoorde toch, dat mensch en kind
Verlangend naar me vroeg?!
De wind bemoeit er zich ook inee,
Scheurt 't mistgordijn, floep! door.
En 't duurt niet lang, daar gluurt de zon
En blij klinkt 't kinderkoor:
Dag zonnetje, wij wisten 't wel:
Al leek je heusch ook zoek,
Als wij geduldig wachten, dan...,
Kijk jij weer om den hoek
De wereld is nu niet meer klein.
De mist ging op de vlucht,
En zon staat op haar oude plaats
Te lachen in de lucht!
{Nadruk verboden).