73ste Jaarcan?
VRIJDAG 13 JANUARI 1933
No. 22337
'Dit nummer bestaat uit VIER Bladen
EERSTE BLAD.
STADSNIEUWS.
Het voornaamste Nieuws
van heden.
MUZIEK.
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
PRIJS DER ADVERTENTIEN
30 Cts. ner .-egel voor advertentlën uit Lelden en plaatsen
waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn Voor alle
andere advertentlën 35 Cts per regel Kleine Advertentlen
uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts.
bij een maximum aantal woorden van 30
Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van
brieven 10 Cts porto te betalen - Bewijsnummer 5 Cts
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANTS
Voor Lelden per 3 maanden 1.2.35; per weelc t. 0.18
Buiten Lelden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.13
Franco per post f. 2.35 portokosten.
PROF. COLENBRANDER EN DE
HERDENKING VAN WILLEM
VAN ORANJE.
De hoogleeraar beschuldigd van plagiaat.
Dr. P. N. van Eyck en professor dr. P.
Geyl hebben, onder dagteekening van 10
Jan. 1933, den volgenden brief gericht tot
de Redactie van „De Gids";
fr: Geachte Heeren,
De ondergeteekenden houden zich tot
hun leedwezen verplicht "er u opmerkzaam
op te maken, dat in het bijzondere num
mer. dat door u aan de herdenking van
Willem van Oranje gewijd ls, een artikel
voorkomt, dat voor een groot deel op erger
lijk plagiaat berust. Wij bedoelen het arti
kel „Willem van Oranje" van uw redac
teur-secretaris, professor dr. H. T, Colen
brander. Van omstreeks blz. 10 tot blz. 44,
van blz. 48 tot 61, van blz. 69 tot blz. 123
is dat artikel weinig meer dan een samen
vatting, in talrijke passages een slaatsche
navolging, in zeer vele zinnen, zinsdeelen
of woorden een vrije of letterlijke vertaling
van blz. 365 tot het slot uit deel III, en van
blz. 1 tot blz. 186 uit deel IV van Pirenne's
Historie de Belgique. Bladzijden achter el
kander komen uit dit boek, zonder dat
daaraan meer dan eenige kleine passages
van twee regels en meer tusschengevoegd
zijn ,die in Pirenne niet voorkomen. In zijn
geheel genomen, is een brokstuk van 80—
90 bladzijden eenvoudig het werk van Pi
renne en niet van Colenbrander. Deze
heeft verder niet alleen nergens aangege
ven dat dit zoo is, hij heeft zich zelfs niet
ontzien om door overneming van Pirenne's
verwijzingen naar de bronnenlitteratuur,
den schijn van eigen ernstige studie te
wekken. De dozijnen noten waaruit men
den indruk krijgt, dat de heer Colenbran
der de Archives, de Correspondence de
Philippe n, de Mémoires van Hopperus,
enz. enz. zelfstandig geraadpleegd heeft,
zijn klakkeloos mét de bijbehoorende pas
sages uit Pirenne overgenomen. Een heel
enkelen keer heeft de heer Colenbrander
getracht dit wat minder ln het oog te doen
loopen, maar zijn werk krijgt daardoor te
meer het karakter van bewuste misleiding.
Toen de eerste ondergeteekende dit feit
op het spoor gekomen was. heeft hij, of
schoon het onmogelijk leek dat het opge
helderd kon worden, zich tot professor Co
lenbrander gewend. Bij het uitblijven van
diens antwoord heeft hij den tweeden on
dergeteekende. die het bewuste nummer
nog niet in handen gehad had geraad
pleegd. Een ondertusschen ingekomen ant
woord bevat naar ons beider meening niets
dan ontwijkingen en uitvluchten. Na on
derling overleg bestaat bij ondergeteeken
den geen twijfel of zij moesten hoe on
gaarne ook, u. als redactie van „De Gids",
verwittigen opdat gij de gelegenheid heb
ben zoudt te doen wat in deze gedaan moet
worden.
Op zichzelf is het feit van plagiaat ge
pleegd door een geleerde in de positie van
professor Colenbrander, ernstig genoeg. Het
wordt niet beter, wanneer de naschrijver
zich midden in dat gemakkelijke werk een
eigen uitval tegen een vakgenoot veroor
looft wegens een voorstelling welke hij
vervolgens weder, maar steeds zonder zijn
bron aan te geven, met vertaling van Pi
renne bestrijdt. Wat het geval echter on
miskenbaar tot een zaak van algemeen be
lang maakt, is, dat het feit gepleegd is in
een bijzonder nummer dat door een tijd
schrift als ,,De Gids" aan de nagedachtenis
van een groote nationale figuur als onder
deel van een nationale hulde opgedragen
wordt Niet alleen de integriteit van de
Nederlandsche wetenschap, niet alleen de
reputatie van een bekend hoogleeraar en
van een groot nationaal tijdschrift maar
de viering van Willem van Oranje's eeuw
feest zelf wordt door dit jammerlijk geval
aangetast.
Wij vertrouwen, dat gij de smet zult af-
wisschen op de wijze die wij twijfelen
er niet aan uw eigen gevoel voor de zui
verheid van ons nationaal leven, zoowel als
voor den. goeden naam van uw tijdschrift u
gebiedend zal voorschrijven. Wij vertrou
wen dus. dat de lezers van ..De Gids" in
het eerstvolgend nummer ondubbelzinnig
op de hoogte en tevens de verantwoorde
lijkheid der redactie buiten verdenking ge
steld worden. Den doorslag van een verge
lijking van twee passages, uit het begin en
uit het einde, benevens een paar voorbeel
den van de wijze waarop de heer Colen
brander de aandacht hier en daar van zijn
plagiaat heeft trachten af te leiden, slui
ten wij in.
Afschrift van dezen brief zenden wij aan
de pers.
Voorloopig antwoord van
Prof. Colenbrander.
In verband met de ernstige beschuldi
gingen ln den hierboven afgedrukten brief
geuit, heeft het Ned. Corr. Bur. zich gister
avond telefonisch in verbinding gesteld met
prof. Colenbrander.
Prof. Colenbrander deelde mede dat hij
van den brief aan de redactie van De
Gids" niet op de hoogte was hoewel het
redactieadres bij hem gevestigd ls.
Hij kon daarom ook nog niet antwoorden
op de beschuldiging van beide heeren Zoo
dra hij den brief ontvangen zou hebben,
zou hij, na bestudeering van den inhoud,
zijn antwoord mededeelen.
Thans wenschte hij echter te volstaan
met er op te wijzen, dat hij Inderdaad een
ruim gebruik van Pirenne gemaakt heeft.
Dit is op zichzelf niets bijzonders en hij
had dit ook reeds in een brief aan dr. Van
Eyck medegedeeld
Naast Pirenne zijn ook no" andere au
teurs door prof. Colenbrander geraadpleegd
maar hierover wordt door dr. Van Eyck en
prof. Geyl geen enkele opmerking gemaakt.
In een kort onderhoud, dat wij heden
met prof. Colenbrander hadden bevestigde
deze ons dat hij niet zal antwoorden voor
en aleer ook aan hem bevestigend schrij
ven is gezonden, dat reeds enkele andere
leden der ,.Gids"-redactle bereikte. Mo
menteel is dus liet tijdstip voor zijn ant
woord nog niet gekomen.
o-
DE ANTI-OPIUMFILM „RAWANA".
Een artistiek en interessant
fihndocument.
Gisterenmiddag woonden wij, op uitnoo-
diging van het Zendingsbureau te Oegst-
geest, in het Trianon theater het proef
draaien bij, van de groote Anti-Opiumfilm
„Rawana", welke op 26 Januari a.s. in de
Stadsgehoorzaal zal worden vertoond. Dit
buitengewoon artistieke en interessante
filmdocument door Henk Alsem op uitnoo-
diging der diverse zendingscorporaties
vervaardigd, heeft onze aandacht in hooge
mate getrokken. Het anti-opiumvraagstuk
is van internationalen aard, heeft de be
langstelling van den Volkenbond, is van
cultureele beteekenis en mag zich daarom
verheugen in de belangstelling van zeer
velen, ongeacht welke kring of richting
men is toegedaan.
Het gevaar van de opium wordt in dit
filmwerk, dat uitmunt door kunstzinnige
vondsten en scherpe fotografie op overtui
gende wijze aangetoond. Het opiumkwaad
heeft verschillende wortels waaruit het
opkomt.
Ten eerste de lichamelijke afmatting, want
het schuiven is vooral bij de koelies in
zwang. Zij worden van werkslaven tot
opiumslaven. Ten tweede: bij vrouwen de
zucht naar moederschap, ook bij de Chi-
neezen geldt het als een schande om zon
der kinderen te zijn. Ten derde de speel
zucht, een echte Chineesche volkszonde,
want de opium scherpt de opmerkingsgave
bij het spel. Ten vierde de sexueele onze
delijkheid en ongebondenheid. Ten vijfde:
de opiumregie en de smakelijke wijze,
waarop deze de opium in den handel
brengt.
De Volkenbondscommissie die in 1929 en
1930 in het Verre Oosten het opium-pro
bleem heeft onderzocht, constateerde dat
er aan opiumbestrijding zoo goed als niets
gedaan wordt. Ned. Oost-Indië maakt
eenigermate daarop een uitzondering. Het
strekt de Ned. Zending tot eer, dat zij iets
doet op dit gebied (o.a. het hospitaal t,e
Bandoeng).
Van dit prachtige sociale werk laat de
film veel interessants en veel aangrijpends
zien.
Haar gang is de volgende: In dolzinnige
jacht drijft een rotatiepers het papier
langs de wentelende rollen. Het is wel een
bijzonder bericht. De tijding wordt ver
breid, dat Henk Alsem van de Hispano-
filmfabriek naar Indië vertrekt. Wat gaat
Henk Alsem in Indië doen? Hij gaat een
zendingsfilm vervaardigen, die een beeld
zal geven van het opiumkwaad en van de
bestrijding daarvan door de Zending. Het
schip nadert zijn bestemming.
Men ziet het trotsche zeekasteel van de
Mij. Nederland Indië bereiken. Maar kort
te voren werpt een Chineesche bediende
eenige pakken uit een patrijspoort. Het is
de veel bestreden, maar bijna onuitroei
bare opiusmokkelarijSpannend is het ta
fereel, dat laat zien hoe deze pakken wor
den opgevischt, per prauw op een eenzame
plaats aan de kust gebracht, daar ont
vangen, per auto of per lastdragers verder
vervoerd, in een obscure gelegenhed ver
der behandeld, verpakt als de taaie zwarte
specie is in conservenblikjes, ja zelfs in
eierdoppen. Zoo komt het in de opiumkit
ten, waar een rondgang van twee zende
lingen hen en ons in contact brengt met
de daar heerschende toestanden en daar
regelmatig komende slachtoffers. Hoe zij
er komen laat de volgende scene zien, die
bijna van dramatische kracht is: de ver
leiding van den jongen man door de vrouw,
die als handlangster dienst doet van d»n
houder van de opiumkit. Wie wil, kan de
ontwenningskuur in het hospitaal in Ban
doeng doen. Van wie blijkt, dat zijn ver
slaving veroorzaakt wordt door lichame
lijke pijn, hij kan ook daarvoor behandeld
worden, zoo noodig zelfs door operatie.
De genezen ontslagenen worden gewezen
op de bron van geestelijke kracht tot vol
harding bij hun onthouding. Zij gaan
niet zonder meer naar de maatschappij
terug, maar vinden in het Doorgangshuis
nuttigen arbeid. En zal de strijd tegen de
opinm effectief zijn, dan moet de jeugd
voor deze volkszonde de oogen geopend
worden. In den strijd van die jeugd voor
een opiumvrij-Indië ligt de hoop voor de
toekomst.
Deze film is vol boeiende tafereelen. Zoo
de tegenstelling tusschen het Europeesche
Lunapark vol van vermaak en de opium
kit, waarachter een voorhangsel de ver
slaafden wellustig schuiven.
Een sympathiek Madoreesje wandelt
langs de straat, blijft even staan, een in-
landsch meisje van bijzondere bekoorlijk
heid in dienst van den kithouder lokt hem
binnen. Het Madoereesje heeft zorgen. Zij
biedt hem de opiumpijp. Sinds rookt hij
daar dagelijks. Veel meer ware te noemen!
Ook de teekenlng van de redding der stak
kers grijpt aan!
Henk Alsem heeft van zijn opdracht iets
bijzonders gemaakt. Zijn film berust niet
op fantasie, maar op droeve werkelijkheid.
Zij is geen aaneenschakeling van bewe
gende foto's, de essentie van het Evangelie
heeft er haar verbeelding in gevonden.
Niet alleen door de nieuwe techniek,
maar ook door de nieuwe kunst, die er
zich ln openbaart. Zij is een speelfilm ge
worden en biedt daarnaast een reeks fil
mische fotografieën, getuigend van de
scherpe opmerkingsgave van den cineast.
Daardoor onderscheidt zij zich van alle
overige zendingsfilms. Wie de gevaren van
de opium wil kennen, wie een beeld van
Indië wenscht te verkrijgen, zoowel van
haar prachtige natuur als van haar lage
onderwereld, wie vooral een treffend in
zicht wil ontvangen van het groote barm
hartige zendingswerk, ga deze film bin
nenkort zien!
Wij kunnen „Rawana" in ieder opzicht
van harte aanbevelen! De Zendingsdirec-
tor Dr. Brouwer leidde de film met enkele
woorden in.
VRAGEN VAN J)EN HEER SCHÜLLER.
Over loonen bij de bestrating.
De heer Schuller heeft den Raad verlof
gevraagd de volgende vragen aan B. en W.
te mogen stellen:
lo, is het juist dat de Directeur van
Gemeentewerken, bekend heeft laten
maken onder het personeel, werkzaam bij
de afdeeling bestrating, dat in den ver
volge bij het verrichten van werkzaam
heden in tariefloon, niet meer het gega
randeerde dagloon zal uitbetaald worden;
2o. indien bovenstaande vraag bevesti
gend beantwoord moet worden, willen B.
en W. den Raad dan mede deelen of zij,
of de genoemde Directeur dit besluit ge
nomen hebben en ter uitvoering bekend
laten maken;
3o. achten B. en W. zich, of de Directeur
van Gemeentewerken bevoegd, om het
Raadsbesluit d.d. 31 Mei 1905 en gewijzigd
d.d. 11 Juli en 6 September 1921 buiten
werking te stellen, zonder daarover de
Commissie voor Georganiseerd Overleg ge
hoord te hebben en de Raad hieromtrent
een besluit heeft genomen?
REIZENDE TENTOONSTELLING
DER NED, INDUSTRIE.
Georganiseerd door de vereeniging
„Nederlandsch Fabricaat".
Door de openluchtvoorstellingen in 150
verschillende plaatsen in den zomer van
1932 georganiseerd, en de daarop onmid
dellijk gevolgde winterfilmrondreis, heeft
het bestuur van bovengenoemde vereeni
ging de ervaring opgedaan, dat het zeer
gewenscht is op nog meer intensieve wijze
in deze richting voort te gaan ter bevor
dering van de daadwerkelijke belangstel
ling voor het Nederlandsch fabrikaat.
In verband hiermede heeft het bestuur
besloten achtereenvolgens in ten minste
veertig gemeenten, o.a. in Leiden, een Ne
derlandsch Fabrikaat Tentoonstelling te
houden, waarbij zooveel mogelijk rekening
zal worden gehouden met de wenschen dei-
deelnemende fabrikanten. Hoe langer hoe
meer blijkt dat het Nederlandsche publiek
wenscht te weten wat in Nederland wordt
gemaakt en waar dit te krijgen is en het
moet in de gelegenheid worden gesteld
op aantrekkelijke wijze zich te kunnen
overtuigen van de goede hoedanigheden
van onze nationale producten.
o
TENTOONSTELLING MODERNE KUNST.
De tentoonstelling van moderne beelden
de kunst uit particulier bezit in Leiden en
omgeving in het Stedelijk Museum de La
kenhal is nog slechts Zaterdag en Zondag
geopend.
Er moge aan herinnerd worden, dat de
opbrengst komt ten bate van het Leidsch
Crisiscomité.
o
RIJKSPOSTSPAARBANK.
Aan het postkantoor Leiden werd. in
den loop der maand December 1932 op
snaarbankboekjes ingelegd f. 172.256.61 en
terugbetaald f. 142.517.95. Derhalve meer
ingelegd dan terugbetaald f. 29.738.66. Het
aantal nieuw uitgegeven spaarbankboekjes
bedroeg 100.
Door tusschenkomst dezer kantoren werd
ter Directie op staatsschuldboekjes afge
schreven f. 6300.
Derhalve minder in- dan afgeschreven
f. 6300
o
Den 22sten Januari a.s. zal het 25
jaar geleden zijn, dat de heer W. H. Colpa
in dienst trad van de gemeente Lelden.
Aangesteld als smid bij den dienst van
Gemeentewerken, is de jubilaris in 1910
in gelijke functie overgegaan naar de
Lichtfabrieken Bij deze fabrieken, die
zich toen nog in het begin-stadium van
baar ontwikkeling bevonden, was er voor
den jubilaris ruimschoots gelegenheid
zijn krachten te ontplooien. Zijn goede
eigenschappen trokken zoo de aandacht,
dat hij, na in 1916 te zijn benoemd tot
bankwerker le kl., op 1 April 1917 werd
aangesteld in zijn tegenwoordige betrek
king van assistent-gasmeester.
In al deze functies heeft hij zich tal van
goede kameraden verworven. Daarnaast
heeft hij ook zeer velen aan zich verplicht,
door zijn kalme hulpvaardigheid bij onge
vallen, van welken aard deze ook moch
ten zijn.
NED. CHR. VROUWENBOND.
Socialisme, Communisme en Fascisme.
Gisteravond werd in de Graanbeurs,
welke druk bezet was, de derde winter-
lezing vanwege de afd. Leiden van den
Ned. Chr. Vrouwenbond gehouden.
Als spreker was uitgenoodigd mr A. J.
de Wilde, lid der Tweede Kamer die als
onderwerp gekozen had Socialisme, Com
munisme en Fascisme.
De presidente mei. Van Loo sprak een
kort openingswoord, waarin zij nog eens
nadrukkelijk het doel van den bond op
den voorgrond stelde.
Mr. de Wilde, hierna het. woord ver
krijgend begon met er op te wijzen dat er
hoe langer hoe meer komt een verwording
der geesten.
Twee extremistische stroomingen open-
baren zich heden ten dage sterk en wel
socialisme en communisme die spreker in
één adem wil noemen, en fascisme. Ook
op de jeugd hebben deze extremistische
j stroomingen grooten invloed.
Over Communisme en socialisme, het
eerst sprekende zegt spr. principieel tus
schen deze stelsels haast geen onderscheid
I te zien. Spr. beschouwt de S.D.A.P.. O.SP.
en de communistische partij als drie takken
aan 'n boom. Soc. en Communisme zijn
i geen bewegingen van den laatsten tijd,
maar de geschiedenis teruggaande, treft
men het Socialisme reeds bij de Grieken
aan (spreker noemt hierbii Plato) terwijl
men het echter bij de Romeinen weer
tevergeefs zoekt. Ook het Communisme
ziet men de geheele geschiedenis door.
De kracht van deze beide stroomingen
schuilt in het speciaal naar voren brengen
van een niet geheele waarheid.
Uitvoerig stond spr. stil bii de Sucialisti-
sche staatsopvoeding van kinderen, alle
ongelijkheid moet hier worden weggedoe
zeld.
Hoe meer men deze stelsels onderzoekt
des te beter ziet men de consequenties er
van in en ervaart dat de stelsels niet
opgaan.
Karl Marx teekent spr. als den stichter
van het moderne socialisme. Verscheidene
theoriën van Maix worden door spr. uit
voerig behandeld en aangetoond worden
dai de aanwezigen als Christenmannen en
vrouwen bij deze theoriën niet kunnen
leven en ook niet kunnen aanvaar
den.
Bij alle eelijkheid die wij hebben tegen
over God, bestaat er een groote ongelijk
heid in aanleg, kunde enz.: gaven die wij
van God hebben ontvangen, zoodat hier
uit dus duidelijk blijkt, dat het onmogelijk
is allen gelijk od te voeden.
Wat het socialisme ook niet heeft dat
is een eigen zedoleer; gevolg hiervan een
ontbinding van het huwelijk. Dit alles zou
uitloopen op vernietiging van den gods
dienst.
Wij zullen daav-en-tegen liet standpunt
Innemen, dat wij als Christenmenschen
trachten onrecht weg te nemen, wii moe
ten reformeeren en restaureeren, wij moe
ten beseffen dat God uit éénen bloede
het gansche menschdom heeft gemaakt.
Na" de pauze SDrak spr. over het fas
cisme. Tot op zekere hoogte is dit een
ander stelsel, alhoewel wel nunten van
overeenkomst zijn aan te wijzen.
Het fascisme belijdt de z.g. organische
opvatting van den staat en het individu.
Ook de fascistische leer werd door mr. de
Wilde duideliik uiteengezet. waaruit
blijkt dat zij den staat bovenal zet naast
het ras.
In dezelfde liin openbaart zich het Nat.
Socialisme Ook hier wordt het ras sterk
op den voorgrond gesteld.
Ten opzichte van het fascisme zijn. al
dus spr. zoowel negatieve als positieve
redenen aan te voeren.
Het fascisme is in wezen revolutionair
en niet gegrond op de Schrift: verder is
daar de miskenning van den ir.dividueelen
mensch, de vriiheid wil ook deze partij
aan banden liggen De groote fout van het
fascisme is de Staatsvergoding. Er zal
aldus spr. moeten zijn een groote inaivi-
dueele vrijheid.
Het fascisme lijkt spr niet zoo ge
vaarlijk als het communisme, omdat, deze
plant van vreemden bodem h!er toch niet
tieren zal. Voor het communisme zullen
wii echter hebben te waken.
Ook om het nationaal besef te verle
vendigen behoeven wij het fascisme niet
te hebben wii voelen nationaal. Wij hou
den van het Nederlandsche volk omdat
het. ons volk is Wii voelen nationaal maar
in hooveren zin ziin wij ook internationa*3).
Wii hebben aldus spr. niet noodig
Socialisme, communisme en fascisme,
maar wat wii noodie hebben is de be
leving .van de Schoonheid en heövliikhe:d
van onze beginselen, die daar liggen in
het Woord van God.
Na "net zingen van ..Een vaste burcht is
onze God" en dankgebed van mr. De
Wilde ging de vergadering uitee"
ARBEIDSBEURS.
Op den 12en Januari 1933 waren 3860
(v. j 2521) werkzoekenden ingeschreven.
BINNENLAND.
Wijgiging van de Kieswet; memorie van
antwoord aan de Tweede Kamer (Bin
nenland, 3e Blad).
De staking te IJmuiden; Maandag
wordt de aanvoer van visch vrijwel stop
gezet (Binnenland, 3e Blad).
Nieuwe bezuinigingsvoorstellen in Indië
(Uit Ned. Oost-Indië, 3e Blad).
De ramp van de Atlantique; huldiging
van drie Hollandsche zeelieden te Maas
sluis (Gemengd, 3e Blad).
Schoen en Buschenhagen winnen den
Zesdaagschen Wielerwedstrijd te Dort
mund (Sport, 3e Blad).
BUITENLAND.
Het program der Economische Wereld
conferentie (Buitenl., le Blad).
Steeds toenemende actie in China voor
strijd tegen Japan (Buitenl., le Blad).
Kabinetscrisis in Griekenland en Roe
menië (Buitenl., le Blad).
Besluiten van het centraal comité der
sovjets (Buitenl., le Blad).
Cosgrave doet den Ierschen boeren
groote beloften (Buitenl., le Blad).
Groote kerkbrand in Canada (Telegr.,
le Blad).
RESIDENTIE-ORKEST.
Brahms-herdenking-
Tweede luitenant D Klop, van het 4e
regiment infanterie en gedetacheerd bij
den vrijwilligen landstorm te Neuzen wordt
1 April van die detacheering ontheven en
op wachtgeld gesteld.
Aan z.g. gewetensgeld is aan 't kantoor
van den ontvanger der directe belastingen
alhier f. 800 ontvangen.
Dr. Peter van Anrooy.
Hebben we kort geleden, naar aanlei
ding van de beide kamermuziekavonden
door Toonkunst georganiseerd, de betrek
king besproken tusschen den derden der
drie groote B's uit de muziekliteratuur met
den eersten en tweeden (Bach en Beet
hoven), thans een enkel woord over wat
Brahms aan tijdgenoot en nakomeling
schap bindt of wel van dezen verwijderd
houdt. Brahms' romantiek zou men geen
gematigde romantiek kunnen noemen:
een zoodanige, die zich hield aan het
vormgevingsprincipe van Beethoven, het
beginsel van den muzikalen bouw door de
logische ontwikkeling van een enkelvoudig
melodisch gegeven. Daarnaast deed zich
een andere richting gelden, die, waarin
liet persoonlijke gevoelsleven niet slechts
schepper was van de muzikale kernge
dachte, doch ook den weg aangaf van het
verder verloop dier kerngedachte, de rich
ting dus. die het constructieve of archi
tectonische element der muzikale compo
sitie op den achtergrond drong. Ze is
vrucht van Franschen bodem (Berlioz).
Maar Frankrijk begeerde ze niet In
Duitschland vond ze waardeering bij
Liszt. Diens groot gezag en niet het minst
diens onbaatzuchtigheid deden het prin
cipe van Berlioz zegevieren: het neo-
romantisme was geboren dat in den Liszt-
kring te Weimar een centrum van de
meest toegewijde propaganda vond. De
jonge Brahms heeft, als ieder toonkunste
naar dier dagen ook Weimar het muzikale
Mekka, bezocht Maar de min of meer
stugge en in zich zelf gekeerde Brahms
voelde zich in den Lisztkring niet te best
thuis. En hij ging zijns weegs. De neo
romantiek. waarin de concreete gedachte
hoe langer hoe meer vormgevende factor