schip gestrand - De man die Huize „Doorn binnendrong we Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. gevolgen van een Operatie belettend, zijn ex-chef in het knusse hoekje zijner voorkeur, en toen bleef hij, zeer ongemakkelijk, maar bevallig, half vóór, half terzijde van hem staan; en zei: „Gaat u daar staan; daar staat u werke lijk beter; de tram is zoo over-bezet". Zoo vlug en handig ging dit in zijn werk, dat de heer Colver, in zijn verbazing, zich de boudeer-gevoelens, die hij tegenover zijn hoofdcommies had, voelde ontglijden, en ietwat onthutst, met een hoofdknik be dankte. Toen zei Henri Lugt niets meer, maar bleef met het eerbiedig gezicht van een staatsburger die besef heeft van wal hem past, in zijn ongemakkelijke positie staan, met als belendingen het machine- kastje en een koperen staaf; en meneer Colver, die alle eigenschappen van den ambtenaar bezat, waartoe ook goede ma nieren behooren. deed nu, ter hoogte van de Plaats, een vraag naar het welvaren van den heer Lugt; een vraag die nog wel een vrij drogen en zelfs Ietwat gering- schattenden klank had; maar waarop de ander niettemin op een toon van eerbied en vereerd-zijn antwoordde; verklarende, na een innig-gemeend „dank u zéér", dat het hem nu weer héél goed ging; en dat hij gelukkig volkomen hersteld was, van al de ellendige storingen die zijn ziekte had meegebracht. Aan welke mededeeling hij onmiddellijk de bezorgd-belangstellen- de vraag naar meneer Colver's gezondheid verbond; en naar die van mevr. Colver? „En Mej. uw dochter? Of ls 't al Mevrouw uw dochter?" Henri wist heel goed, dat het Mevrouw-uw-dochter was; en dat het haar, althans maatschappelijk, niet zoo heel goed ging; want de schoonzoon was, zelfs ondanks de protectie van den schoonvader, volkomen niet-te-handha- ven gebleken ln de positie aan het Mi nisterie, die door Henri's afvloeien was opengevloeid; en had nu weer een zeer nette, en intellectueel niet veel vergende, betrekking bij het Vreemdelingen Verkeer Maar daarover sprak Henri natuurlijk niet; en ook de heer Colver sprak er niet van; natuurlijk. Maar de tramrit was lang; en er werd dus nog wel over iets ge sproken; zij het aanvankelijk van de zijde van den heer Colver op ietwat onwillige wijze; met rustige vlotheid van Lugt's 1>£ LAATSTE MAAL HET ZEEGAT GIT. De P. C. Hooft is naar Pernis versleept. Het schip in den hevjgen mist bij de pieren te IJmuiden. IIEINRICH FüCKER de man, die lil)VEh 1IET VLIEGVELD 1114 MADRID is hoog in de lucht een huwelijk in- in Huize „Doorn" binnendrong, ge- wapend met een revolver en een gezegend. Het bruidspaar tijdens de plechtigheid. dolkmes. Utrecht waren gekomen. Van zitten-bin- nenin was geen sprake; meneer Colver re kende daar ook niet op, maar was heel gelukkig, als hij het hoek-staanplaatsje naast het machinekastje op het achter- baicon van den motorwagen kon bemach tigen. Dat wisten al zijn ondergeschikte ambtenaren; zulke dingen moet men als ambtenaar weten; en Henri wist het ook. En daar hij den tijd nu aan zich had, stelde hij zich een morgen op, aan het Staatsspoor, het beginpunt van lijn 1, op de plaats die de heer Colver zoozeer ambieerde. Het ging alles, naar wensch en opzet hadden voorzien. Aan het Tournooiveld stond de heer Colver; precies op het punt waar lijn I halt maakte; precies tegen over het achterbalcon van den motor wagen. Aanstonds zag hij, dat zijn plaats bezet was; hetgeen een grimmig vertikaal groefje tusschen zijn wenkbrauwen kerfde. Hij wierp een blik op den vermetele, die daar stond opgesteld; en hoe weinig socia listisch zijn gevoelens anders ook waren, hier had hij een moment volkomen de sensatie van den staker tegenover den onderkruiper En dat was waarachtig die weggejaagde Lugt! Maar de weggejaagde Lugt hief met hoffelijkste onderdanigheid den hoed; en met verrasten en verheugden eerbied zei hij: Meneer Colver!" Het waren maar twee woorden; maar de toon die volgens het spreekwoord „de mu ziek maakt" maakte op dit luttele woord- motief een volkomen aangrijpende huldi- gings-compositie. De nadruk op „Col - vooral zette zoo fijn-dynamisch in en ver liep zoo streelend, dat de heer Colver, wiens herinnering andere tonen aan het verschijnsel-Lugt associeerde, wezenlijk verbaasd was, en, sprakeloos, ook den hoed lichtte. En door wilde loopen. Maar dat voorkwam Henri; met rappe zachtheid voorkwam hij hetuitvoerende een zachte glijbeweging vlak vóór den heer Colver; een beweging niet ongelijk aan een figuur uit de thans helaas uitmodisch quadrille-des-lanciers; en ook als bij die figuur, maakte hij een lichte buiging, en drong mln-of-meer, hem het voortgaan kant beantwoord. Een enkele vraag van Lugt naar de drukte der werkzaamheden, met voortreffelijk geslaagden ernst uitge bracht, ontmoette bij den ander aanvan kelijk een wantrouwenden blik; maar toen herinnerde de ondervrager in verband hiermee aan een begrootingsperiode van zes jaar geleden, toen men inderdaad enkele dagen den geheelen dag door had gewerkt, en er zelfs ook nog avondwerk te verrichten was geweest; een periode waar aan de heer Colver altijd met trots terug dacht, want toen had hij, door een mis verstand in de Kamer, een pluim over zijn toewijding gekregen, die den chef eener andere afdeellng toekwam. Er was door ondergeschikten aanvankelijk nog wel eens in vleienden zin in die „zoo juiste erkenning", op „dat moment van gerecht vaardigde zelfvoldoening" gezinspeeld, maar allengs was het uit het geheugen ge gaan; de tijd spaart nu eenmaal niets. Maar kijk, die Lugt, die wist het nog; en dat deed zijn chef wel zeer plezierig aan. Die Lugt was dan toch waarachtig nog zoo gek niet; en hij betrapte zich zelfs, dat hij het wel gezellig vond, met iemand die ook allang had meegeloopen nog eens over den ouden tijd te praten. Zoo was het gesprek zelfs bijna geanimeerd te noemen, toen het oogenblik van afscheid-nemen daar was, en de oud-hoofdcommies van Hoghen Lugt op plots weer allereerbiedig- ste wijze afscheid nam; zoodat de heer Colver het aangename gevoel had, dat alle andere medebalconisten, de conducteur incluis, hem als iemand van wel zéér aan zienlijke autoriteit moesten beschouwen. Ja, die Lugt was toch indertijd wel een heel goed ambtenaar geweest, dacht hij onder het naar huis gaan; jammer, jam mer; jammer, maar dat is voorbij. Toch, Henri geloofde, dat het niet hee- lemaal-en-voorgoed voorbij behoefde te zijn. Hij besloot de zoo gelukkig begonnen campagne tot het weder aanknoopen der particuliere genegenheden die hem van nut konden zijn, te vervolgen; tegelijk zich op de hoogte te houden van wat er voor hem van belang op het Ministerie kon ge beuren; om dan na eenigen tijd, als het terrein behoorlijk geprepareerd was, over te gaan tot een officieele sollicitatie Voor deze laatste was noodlg een met doeltref fende handigheid geredigeerde verklaring van Dr. Marelman, bij welker samenstel ling Henri zich thans bewust was, voor treffelijke diensten te kunnen bewijzen; en die meening berustte niet op zelfover schatting. Er werd dan in dit stuk, op Henri's aandringen, met de grootst moge lijke openhartigheid een chirurgische fout erkend; waardoor bij de operatie een zeer klein gedeelte van de hersenen was ge stoord; een storing en wellicht een om wending door het operatiemes waar door een tijdelijke, maar constante denk fout bij den patiënt was teweeggebracht, die het noodlottig gevolg had gehad, dat hij steeds het tegenovergestelde had moe ten zeggen van hetgeen hij bedoelde tot uiting te brengen. Het verschijnsel kwam meer voor, o.a. bij partieele verlamming door beroerte; als wanneer de lijder bij voorbeeld bewegingen met de linkerhand maakte, die hij bedoelde met de rechter hand uit te voeren. Volgden eenige verwij zingen naar artikelen ln medische tijd schriften; want het is altijd goed, den leek naar een blijkbaar grooten voorraad van kennis te verwijzen; de al-of-nlet wezenlijke beteekenis van zoo'n parallel wordt door het Imposante steeds voldoen de verdoezeld. We moeten trouwens tot ontlasting van Dr, Marelman opmerken, dat de heele opzet en indeeling van dit geleerde stuk van den nlet-medtcus Henri Lugt was, en dat de dokter, door een com plex van dankbaarheidsgevoelens de lie-detector was zijn fortuin geworden en van vriendschap, zich alleen misschien wat al te gemakkelijk had laten overhalen om hier eenige titels van wetenschappe lijke artikelen in te vullen. Waarbij dan nog als verzachtende omstandigheid mag worden aangevoerd, dat Dr. Marelman van heel dezen betoogtrant van zijn ex- patiënt met een zekere, het moreel oordeel verduisterende vreugde kennis-nam; er was zooveel fijnzinnig bedrog, zooveel on waarheid in, dat het stuk als het ware als een meesterproef in de herwonnen leugen achtigheid kon gelden. (Wordt vervolgd). dat ambtenaarschap stond voor hem open; Henri was en het afvloeien was in dit met een waterval-snelheid geschied; was blij geweest, hem kwijt te zijn. wist de commissie maar al te goed men zij er met Henri zelf over spraken, deze, wiens inzicht-in-zijn-verleden <ut stadium van zijn bestaan ook wel verhelderd was, die ook zelf goed te Maar lntusschen: hij verlangde weer ambtenaar te zijn; en bij de dingen die hij nu begreep, behoorde dat hij wel besefte, hoe zijn afgrijse oprechtheid, zijn zotte waarheids- "este, zooals hij het nu zelf noemde, de iar?!.?e 00rvaken waren geweest, dat een laa ar> die zoo voortreffelijk stond I,•ingeschreven en zoo uitnemend in het I,™Sachtend dienstverband paste, het kind I «mL bezuinigende rekening had kunnen 1.,'den. En fier op zijn verworven lieg- IS. i 'ten, zon hij fel op een manier Ihst »?°?r zUn over-gezondheid te dezen K"tren tekort zou kunnen neutrall- zorgde hij, eens toevallig meneer I a»ini0p de tram te ontmoeten. Heel I brat was dit toeval niet in actie te meneer Colver kwam met de I j-E'deid die hem kenmerkte, steeds om I deur - minuut over twaalven uit de I bin jVan iret Ministerie; wandelde dan I feL uniformiteit, die ook zijn nota s I te ^ijte, langs steeds denzelfden weg. het t door de Lange Houtstraat, naar liln Hrnooiveld, en stapte daar op trarn- ook j.,le was ook vrij stipt; maakte dan t*dri?t „.uit van een semi-overheids- Idienl waren alles omstandigheden. tanSf21erlB als plan-elementen, waren te I 'edoi^ren' Voorts was die tram op dat uur dj. J nogal vol; rijk-beladen met reizigers «et een wel-beklanten morgentrem uit HET SPAANSCHE STOOMSCHIP „CAItTAHRIA" tijdens mist op de rotsen bij Selsombe (South Devon) geslagen. De bemanning werd gered. EEN ZlSTER TAN DEN EX-KEIZER VAN CHINA arri veerde met haar echtgenoot te Londen. Zij verblijven onder den naam mr. en mrs. Cheng ,in Engeland

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5