ALS 'T WINTER WORDT! PRIJSRAADSEL BROERTJE LEERT LOOI vallen? dat schreef Jaantje mij en Tiny ook uitvoerig. Tiny Vliegenthart, ik kan niet alle anec dotes tegeUJk plaatsen, die van Jou zal dan zeker nog bij mijn voorraad liggen en ook eens een beurt krijgen. Je hebt een goede Sint gehad, zie ik wel. Gerda Spiecker, waarom had je zoo Spoed op de enveloppe gezet? Als je maar zorgt dat je brief vóór 9 uur Maandags morgens op het Bureau Leidsch Dagblad is, dan is het goed. Zoo heb je 22 December Kerstfeest van de Zondagsschool. Johanna van den Berg, ja dat had Je mij verteld dat Carolientje je vriendinne tje is. Praten jullie wel samen over de raadsels? Annie en Gerrit Dorrepaal, ik miste jul lie al een poos, maar hoopte wel weer eens iets van jullie te hooren. Wat jammer dat die konijnen zoo gauw zijn gestorven, hoe zou het zijn gekomen? Willie en Lena Schilp, we hebben hier ook al heel koude dagen gehad, nu dooit het weer, de zon schijnt dus zoo heel koud zal het nu niet zijn. Gelukkig dat de ge- wenschte poppewieg is gekomen en nog een pop er bij ook- Joke Kouw, wat aardig dat de heele klas een pop van speculaas kreeg- Ja, na tuurlijk hoopt iedereen gelukkig te loten, dat begrijp ik volkomen. Krijn Haasnoot, gisteren (Maandag)- avond heeft het hier flink geregend en vannacht gevroren, zoodat het vanmorgen spiegelglad was, ik zag de menschen op straat zoo angstig voorzichtig loopen. Betsy en Lyda Philippo, hè wat naar dat Lyda nog steeds moet liggen en dat Rietje nu ook ziek is geworden, dat was geen vroolijke Sint Nicolaas dus voor geen van allen. Als Lyda weer beter is, dan kan ze weer gaan meedoen, ik reken haar toch tot de getrouwen, want ze kan niet hel pen als ze door ziekte moet overslaan. Anje de Gelder, wel wel, die stoute Piet, wat heeft ze daar een onheil aangericht door die mooie bollen te bederven, ik be grijp best dat je er heel veel spijt van had, maar Piet zal gedacht hebben dat dat grint speelgoed was en het toen alles over den grond gekrabbeld hebben. Zorg maar dat Piet niet meer alleen in de kamer is bij je bollen, of dat ze ergens staan waar de poes niet bij kan. Heeft ze begrepen dat ze stout was geweest. Corry v. d. Kerkhof, ja dat bereken ik venden aap gekregen of een speelgoed aap, vertel mij dat eens. Als het een le vende is, pas dan maar op, ze pakken alles weg, of zit hij vast? jacobus Nieboer, dat wist de Sint na tuurlijk dat je tegenwoordig mee doet aan de raadsels, en daarom kreeg je een doos postpapier. Ben je al druk bezig met je meccanodoozen? Corry va. a. Kerkhof, ja dat bereken ik altijd zoo, dat de prijsraadsels met extra prijzen in December tusschen Sint Nico laas en Kerstmis komen, m zoo n donkere maand zijn die extraatjes zoo welkom- Onze hond en poes in mijn ouderlijk huis kregen ook altijd leverworst op Sint Nico laas Aciri en Abram Bavelaar, h.è wat een scnrik voor Bram het glas van zijn bril in zijn oog, hoe kwam het, was hij geval len? Het was zeker wel erg dat hij er een week voor in het ziekenhuis moest liggen. Annie van Woudenberg, was het zóó spannend op Sint Nicolaas met al die pakjes, maar toch een prettige spanning niet waar? of was je bang dat je een roe zou krijgen? De 4 nichtjes van de Hooglandsche Kerkgracht, nu waren jullie er weer alle vier, nu Jacoba weer beter was. Het briefje van Marie Guley was zonder naam, maar ik begreep het doordat het bij de andere drie was ingesloten. Ik ben blij voor Ja coba dat zij weer beter is. Jullie hebt al lerlei pretjes gehad, St. Nicolaas. concert, goochelaars, heerlijk hoor. Ziezoo nu eindig ik mijn lange corres pondentie, het waren heel veel brieven en veel te beantwoorden en jullie weten het de volgende week niet zoo'n ellenlange correspondentie met al het extra werk der prijsraadsels. Leest allen goed en aandachtig wat er bij de prijsraadsels staat en het heele begin der correspondentie, het is voor je eigen bestwil, dat ik het zeg, want wie naam of leeftijd vergeet of te laat inzendt kan niet meeloten. Hartelijk gegroet door, Mej. A. KOOPMANS VAN BOEKEREN Den Haag, van Beuningenstraat 42. door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. Grijsje, ©en dikke musch met een krom men poot, zat met wel twintig andere musschen ze hadden toch zoo'n gezellige groote familie! in de kale takken der boomen en stuiken van den tuin. Wat hadden die musschen het druk! Het waren net kinderen: ze tjilpten al.emaal door el kaar en geen mensch, die hen verstaan kon. Ja, maar de vogels verstonden hen wel! Daar kwam een roodborstje aangetrippeld en daar een paar koolmeesjes, esn gewone vink, een merel, twee pimpelmeesjes, een goudvink, een winterkoninkje en zelfs een kwikstaartje. Al dat gevederd volkje kwetterde hon derd-uit. Er was bepaald iets bijzonders! Maar wat? ,,'t Lijkt wel, of ze vergadering houden!" zei Hans, die met zijn broertje Tom en zijn zusje Lottie voor het raam der huis kamer naar dat drukke vogelgedoe stond te kijken. ,,'k Wou, dat we de vogeltaal konden verstaan!" fluisterde Lottie. Even later kwam het drietal naar bui ten en naderde de struiken, maar de de vogels wenschten niet gestoord te worden. Zij vlogen een paar tuinen verder. De kinderen keken hen na. Plotseling dacht Hans aan zijn nieuwen bal. Hij ging even naar binnen om hem te halen en bleef toen met de anderen in den tuin spelen, tot liet donker werd. Dien nacht zag Lottie in haar droom een massa vogels in den tuin. Weer was het een druk gekwetter, maar was dat niet leuk? nu verstond zij duidelijk wat zij zeiden Daar begon de grauwe musoh met den krommen poot: Kind'ren, 't is nu buiten koud! Als je van de vogels houdt, Strooi dan alsjeblieft wat brood. Winter brengt ons barren nood! En een aardig; geel koolmeesje voegde er aan toe: Apennootjes lust 'k ook graag, Maar hoe dikwijls 'k er om vraag, Niemand denkt er zelfs maar aan Ons wat pinda's af te staan! Een zwarte merel wilde ook te kennen (geven, dat de jeugd wel wat meer voor hem en zijn soortgenooten kon doen. Dui delijk verstond Lottie: Piet-piet-piet! ik heb zoo'n dorst! Negens water met die vorst! Geef ons toch te drinken, kind, Als je vogels aardig vindt! En "een blauw pimpelmeesje kwetterde: 'n Stukje spek, dat is echt fijn! Onze maagjes zijn maar klein En met weinig gauw gevuld. 'k Heb in tijden niet gesmuld! Daar hoorde Lottie een roodborstje zingen: —Rotte appels smaken goed, Houden 't vogelvolkje zoet. Pitten, o, een lekkernij! Gaan ons snaveltje voorbij Lottie droomde nu, dat zij naar buiten ging en de vogeltjes bracht, wat zij haar gevraagd hadden. Zij strooide niet alleen brood en apen- nootjes, maar schonk ook lauw water in een bruin-aarden schotel en kreeg van Moeder een stukje spek en een rotten appel. O, wat smulde dat vogelvolkje! En toen de maagjes gevuld waren, bedankten zo Lottie in koor. Duidelijk verstond het meisje, dat ze zeiden: Wees bedankt, hoor, lieve meid, Ju hebt 't vogelvolk verblijd! Dankbaar kwett'ren wij ons lied, Want nu deert de kou ons niet! Heel graag komen wij weerom Bij jou, Lottie, Hans en Tom! Juist wilde Lottie haar broertjes 't ge beurde gaan vertellen, toen Moeder in de kamer kwam, 't gordijn opentrok en zed: „O, Lottie, kijk eens! Een snoezig kool meesje zit op de vensterbank!" Lottie wreef zich eens goed de oogen uit. Natuurlijk had ze alles gedroomd! Maar ook droomen kunnen werkelijkheid wor den en de vogeltjes in den tuin voeren er wel bij. Ze kregen alles van Lottie en haar broertjes, wat hun vogelmaagjes maar begeerden. 't Werd een strenge winter, maar do vogeltjes in hun tuin hadden er gelukkig niet onder te lijden! PRIJSRAADSELS VOOR GROO EN KLEINEREN. Het is weer een grappig gcdil ik vond In een kindercourant v? een eeuw oud dus niemand vai raadseljeugd zal het gedicht kend ieder woord staan de letters in keerde volgorde, jullie moe+en de j goed op schrijven, de letters zoi ehoort. De grooteren 28 rej kleineren de eerste 20 regels gende week schrijf ik het geheL dicht op, want het is nog veell dan die 28 regels, dan kunnen jil in zijn geheel lezen. Het gedichtl klacht van Tante Pietje over hef geslacht (dus van bijna een eeuw TANTE PIETJE'S KLACHT OVEI| JONGE GESLACHT. Eid nikrden! 't si nee sobo e Tad snath po raaed tfele. Awknojsnegestmek, eugdtienstraaj Si la raaw 't stul ni fteeh. Roovneeh - noet saw 't nee ebete| Noet saw nee dnik gon toez Teh suilreted raan natset daar Ne tad taats niknerd doeg. Raam snath chtal nem nijz natset| Ne tops tem d' douremod, Ne oeh ki koo revnaam ne kej Neeg peschles fteeg re mo Un snee revsiwltes nem nijm Tem fokief tui ned kaz, 'k fuisn fokief ne - taw 't rg< 'k tez ni nijm nak atkab Nad sla ki smos nee tudej oed| Mtijl nem nijm folsnef stav Fo tez em nee keest po nav aprie| Fo nuplrted leeh nijm stak. Nem ktapl apriepjtes po nijm j Ne ki iez iennemlad Fo mteen re smos ed aglnez Sla ki taw elnez laz. Nijm eibrkrew fteeh 't ladijt egj Nijm laanned nijz dseest koez Nem pteesl nijm wukl ed akrej Nav d' nee raan d' nanedr ko< Dit zijn 28regels die de grootei 28 en waarvan de kleineren er 20| opschrijven. Van de woorden van meerdere| grepen heb ik van iedere lettergi letters verplaatst, niet alles van lif woord, dan zou het te moeilijk De kleineren van 7—11 jaar dus T en niet meer. Naam en leeft ij d erbij scj anders mag men niet meeloten. De brieven Maandags vóór 9 het Bureau Leidsch Dagblad of ofl post uiterlijk Maandagsavonds il Haag, van Beuningenstraat 42. Ikl alles bijtijds hebben met het oogf het loten. Stap-stap-stapons broertjel Loopt voor 't eerst alleen Trots kijkt 't kleine ventje Daarbij om zich heen. En wij vinden 't baasje Allemaal heel knap. Broertje zwaait met d'armeij Locpt daarbij.' stap-stap' Eind'lijk zegt ons Moesje'. Nu is het genoeg! Hoe zou jij het vtndon, Als ik je eens droeg? Even spartelt broertje, Kijkt daarbij wat sip. Zou hij nu gaan huilen? O, hij trekt een lip! Maar dan lacht hij oolijk Omdat Moes hem houdt Hoog. heel hoog. Hij juicht I Mammie is niet stout. CARLA H0| (Nadruk verboden).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 16