ijspret begonnen - De „P. C. Hooft'' in het dok - Saalborn 's jubileum Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. gevolgen van een Operatie 'T WINTERT. Bij de laatfte rennen op Duindigt was voor de bezoekers een ,,kachel': op het terrein geplaatst, om de koude voeten wat te verwarmen. 1IEÏ V'EltSLEEPEN VAN DE P. C. HOOFT naar het Prins Hendrik-dok te Amster dam. Het uitgebrande schip wordt in het dok getrokken. FLO It ET-WEI) STRIJDEN om het nationaal kampioen schap in de zaal Gysberti Hodenpijl alhier. De wissel- beker-winnaar de heer Olman. Reohta de heer Paoli. ZELFS DE KONINGIN VAN HET IJS HEEFT 'T KOUD. Sonja Henie in het Palais des Sports te Parijs, zicli warmend bij de kachel. VAN DE ROTTEHDAHSCUE DROOGDOK MIJ. -aan de Heiplaat te Rotterdam is met goed gevolg te water gelaten de onderzeeboot K XV. stilstaan. Vertel nu eens even verder je ..avontuur"!" Henri draalde. „Je opent me daar een heel gebied van mogelijkhedenals ze voor mij mogelijk waren. Ja, als lk zóó praten kon Hij zweeg, en schudde hulpeloos het hoofd. De dokter wierp zijn helpers even een knipoog toe, die tevredenheid bedui de. Ja, dien wensch van Henri wensch- ten ze allen meeEn het was onge twijfeld wel een zéér hoopgevend symptoom, dat hij nu tenminste bewust ging beseffen, waar het met hem heen moest Kom", zei Marelman. „Vertel nu verder". Henri „fasste sich". En vertelde: Ik zei dan, dat ik heelemaal niet meer van haar hield. En toen antwoordde zij Dus nog grof ook". Ik zei: Wat bedoel je? Werkelijk, ik begreep niet, waarom lk „grof" was: en ik begrijp het nog niet. lk had niets gedaan, dan geantwoord op de vraag, die zij me uit eigen beweging gesteld had". Hij keek inlichting-vragend rond, maar niemand antwoordde. Dus ging hij maar verder: Ze keek me toen echt valsch aan; en in haar toon werd ze toen ook weinig ladylike. Ze zei: Je bedoelt dus, dat je me maar wilt laten stikken". Nu, wat zal je daarop antwoorden. Niets antwoorden ls het beste, geloof ik. En toen ging ze door: Ik heb nog wél belangstelling voor jou. En dat zal ik je bewijzen. Ik heb nog een heel pakje brieven van Je. Erge lieve brieven. Ik lees er nog wel eens in. En er staat geen datum boven. Wat zou Je wel zeggen, als lk die brieven eens aan Je vrouw ging brengen, en lk vertelde erbij, dat lk die, laten we zeggen: een jaar gele den van Je gekregen heb?" Nu, toen voelde lk dadelijk: Dat ls een leugen; of liever: dat zou een leugen zijn. En dat zei ik haar. Toen begon ze te lachen, zoo, als iemand een kind uitlacht; en ze zei: .Lieve jongen, is dat alles wat je te zeggen hebt? Dan zal ik die „leugen" maar op me nemen! Ik heb toch al een zwarte ziel!" En toen?" vroeg Haas. Toen heeft ze nog eens gezegd, dat ze die brieven „onder de oogen van mijn vrouw zou brengen" dat waren precies haar woorden en toen ik daar niet op antwoordde, heeft ze mij gevraagd, of lk er dan geen prijs op stelde om dat te voorkomen. Nu, dat deed ik wel; en dat heb ik haar dus gezegd. En toen keek ze mij heel lief aan, en zei: „Jij overwint toch altijd het kwade in mij. Kom mor genmiddag om vier uur bij me; dan zal ik ze je geven". Enjij bent zoo stom geweest om daar werkelijk heen te gaan?" Ja Er ontbreekt toch nog heel wat aan zijn zin voor leugen, ook bij anderen, dacht Marelman.... En hij zei: (Wordt vervolgd). Een gevaarlijk moment bij den te Los Angeles gehouden polo-wedstrijd op den motor. ZILVEREN TOON EELJ UBILEU31. Dc huldiging na afloop van dc opvoering van Goethe's „Egrnond" te Amsterdam. Wethouder Boekman overhandigt den jubilaris een krans. VAN DE WERF -Ik wandelde 'n paar dagen geleden oe Boschjes: Het was er erg mooi en ®nnetje scheen; ik voelde mij heerlijk, zoo, dat je al best in de zon op tankje kon zitten. Dat deed ik. En daar een poosje zat, kwam er een tan ik herkende haar niet dadelijk. tij blijkbaar wel. 't WasNee, naam zeg ik liever niet. Beste kerel", zei Marelman, snel het a nemende, vóór een van de anderen "goedhartigheid kon laten spreken, "moet natuurlijk niets. Je behoeft m' -.J1*1?1 noemen voorloopig. Maar ilsruit Je beste vrienden; wat je ons (uT' hoort niemand, dan wie het 't t met je meenen en die meer van °p 't oogenblik door Je ziekte «aki ^2eIf- Als lk Je een raad mag ge~ i dan een raad, maar die goed is hit ür n'e' u't nieuwsgierigheid voor- '■Can zou ik zeggen: Verberg niets, niets". "lieu dtaalde met het antwoord en keek „"d rond. ivrnnH 'ooruit dan", zei hij. „t Was °Uw Wervelman". Die dame met wie je voor je huwelijk een liaison hebt gehad en die je telkens daarna lastig viel?" Henri knikte. „Ik had nu in een jaar of vier niets van haar gemerkt", zei hij toen. „Wel had ik gehoord dat haar man, die al dien tijd in Indië zat, gestorven is. En ik geloof, dat ze in nogal moeilijke om standigheden verkeerde. Nu, ze kwam naar mij toe en vroeg: Mag ik even bij je komen zitten?" Dat kon ik natuurlijk niet weigeren. En toen praatte ze zoo'n beetje over alles en nog wat en daarbij keek ze telkens naar me, nu eens van terzijde, dan recht w m'n gezicht. En ineens zei ze dringend, terwijl ze me strak in de oogen keek: Houd je nu heelemaal niet meer van me?" En wat antwoordde je?" vroeg Kees Bender, toen de ander even zweeg. Wel. ik antwoordde: Neen, heelemaal niet, Julie". Wacht even", viel Dr. Marelman hier in. „luister nu eens, Lugt. Heb je toen geen oogenblik het gevoel sehad, dat je dat wat zachter moest zeggen? Wat bedoel je?" Nu ja Kon je bijvoorbeeld niet zeggen: ik denk nog soms met dankbaar heid aan onze mooie oogenblikken van vroeger, maar Houd es even op", zei Henri, zijn hand op Marelman's arm leggende. „Nu spreek jij, terwijl je je mdenkt in de situatie, dat jij ik zou zijn....' Ja". En daner schoot een licht straal in Henri's oogen „dan zou je liegen Precies. Het is een wat erg woord, voor een ongemeend vriendelijkheidje, dat je zou zeggen om de zaak wat te verzach ten; maar enfin, ja: het zou liegen zijn Henri keek moeilijk-zinnend vóór zich. „Dus: als ik je goed begrijp, dan wou je., dat ik zelf ook zou „liegen"?!" Hij sprak de laatste zes woorden uit op den toon van iemand die een ander de dwaze, ondenkbare conclusie van diens redeneering voor oogen wil stellen. Ja, Lugt", zei Marelman ernstig; en de oogen der anderen steunden en beves tigden zijn uitspraak. „Jij moet ook zelf leeren liegen". Ajasses, dat meen je niet Beste kerel, we meenen het wel. We moeten het wel meenen; want als je niet 'n beetje liegt, met mate liegt, dan ten je onmogelijk in de maatschappij Je hebt nu, op onzen raad en aansporing, je zin voor de leugen ontwikkeld, door de leugens van anderen op te merken. Maar dat is niet voldoende, 't Is net als bij het leeren van een vreemde taal. Alleen van het hooren-spreken en van het lezen leer je die niet. Je moet je zelf in die taal uiten. Dat ls het moeilijkst. Henri's oogen trokken al pijnlijker. De dokter zag het, en zei: Laten we daar nu niet langer bij ZWIEREN WEER OVER DE BAAN. - De ijsbaan te is al opengesteld. Vroolijk zwieren de paren over de baan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5