Johan de Witt" naar Indië vertrokken - Verdediging tegen overvallen j|fl gevolgen van een Operatie Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad De „Johan de Witt" maakt de reis naar Indië in plaats Van de Verbrande „P. C. Hooft". FEUILLETON. ^EGBRS de bekende hardlooper, DE KROONRAAD AAN DE GOUDKUST, PS van zijn reis naar Indië, Japan en China m Zljn >>imnis'iers k Opperhoofd van de Goudkust (Afrika) Het vertrek van het schip uit de Amsterdamsche haven. en liep vlug de trap af. „Is zeker iets van de courant". Dat was het ook. Maar het was niet de verwachte lof. Het was het bevel: „Verwachten u zoo spoedig mogelijk hier. Verdere Interviews niet gewenscht". Henri las het onder het gedachteloos weer naar boven klimmen. Kijk", zei hij met iets fataals-versla- gens in zijn blik tegen Clara. „Er is iets... Er ls iets met me.Maar wat?" NEGENTIENDE HOOFDSTUK. De „Lie-detector" en Kees. Dat moet je nu eens met Marelmau bespreken", zei Clara gedecideerd. „Als je het gevoel hebt, dat je Iets hindert, ls dat het beste". Henri gaf niet dadelijk antwoord. Wat is er tegen? Hij is knap; hij kent je gestel door-en-door; en hij heeft be langstelling voor je". Och ja", zei hij zonder belangstelling. „Als ik weer eens overkom Kom Je volgende week Zaterdag en Zondag nog?" Ja dat was wel zoo de voorloopige afspraak. Maar je weet nooit wat er ineens tusschen kan komen Wat ben je zwaartillend Ineens Misschien jagen ze me wel weer weg; net als die Meijerbeer CWordt vervolgd).. PRINSES HERMINE de gemalin van den Duitschen ex-keizer, opende te Berlijn den bazar van een naar haar genoemd steunfonds. l^trandboulevardje; en dan met lijn n®f Valkenboschplein terug; en wandelingetje over de h„a„n; Zelfs die leek hem, in nil .u id, eeh lustoord sen gauw de verschillende el evJf aar, hij vandaag nog wezen °Pbellen; en een uur afspre- I dokte? referendaris van „Defensie"; Vn ri, va" de natuurgeneeswijze t hiet alleen tegen vivisectie, L^en alle „sectie" was -; dan.... :aa' hst Departement van Defen- ,.r°u hij waarschijnlijk op ieder „;°l hunnenHij belde op, dpnCen bepaalden refenrendaris. -L Het referendans. Deed hem zijn bswi» antw°ord was bevreemdend. 'eM^,m<iendu <"e i.spe lt stntS?eYer" van De Middenweg, n het Ochtendblad heeft antwoordde Hemd gul; sche-JSS „cn tnengsel van stil geluk i lof"ili heidenheid op het gezicht i is ile.nu seker volgen moest, het mij onmogelijk u te ont vangen", klonk het op zeer strakken toon. Hè?" Henri zei het hoorbaar voor zich uit. „Maar meneer, ik zou toch nog wel graag eenige meerdere informatie. Dacht die man: hij is blijkbaar al voldoen de op de hoogte? Maar die rare toon. Henri wachtte. Er kwam geen geluid meer. Afgebroken? Zou die ander zelf het ge sprek afgebroken hebben? Verwonderd keek hij rond. Clara stond dicht bij hem, schijnbaar bezig met iets aan het buffet in orde te maken. Hij keek haar vra gend aan. 't Gesprek schijnt afgebroken te wor den," zei hij. „Ik zal het aanstonds nog maar eens probeeren". Hij schijnt niets van je te willen weten", zei Clara, moeilijk, maar kalm. Och nééjkwam hij. ;,Dat kan toch niet? Waarom zou hij Maar Clara's kalme, en een beetje be droefde blik bracht zijn zekerheid aan het wankelen. Een ver, duister \eT^oe 'ln. doemde op. Hij begreep nog niet, hoe dat zoo kon zijn; maar.... die blik van haar had de laatste maanden telkens gelijk ge had. Zij begreep meer dan hij... Het was weer dat vreemde; dat wonderlijke sebled van denken-en-voelen, waar hu vreema bleef.... Hij had zich afgewend, daarover te denken; hij had gedacht: daar heb lk geen idee vanzooals hij verzoend was met het denkbeeld van muziek niets te begrij pen... Maar nu voelde hij, hoe dat vreemde ingreep in zijn leven: noe er een tekort wasHij spande, spande al de krachten van zijn geestVoelde een ondoorbreekbare muur, waartegen zijn denk-pogen brakHij werd bleek, leun de tegen zijn kamerwand Henri", riep Clara verschrikt, en kwam, naar hem toe; streelde zijn hoofd. „Arme lieveling, wat is er?" Niks; niks", antwoordde hij moeilijk. „Het gaat al overMaarWat was er ook weer?" Niets van belang", suste zij. „Een voudig een telefoongesprek dat afgebro ken werdl" Ja, zei hij met moeitemaar jij zei ietsjij dacht Hij sloot weer de oogen. „Ik kan wacht evenJa, jij vond ls het niet? jij vond het niet vreemd, dat hij me niet wil ontvangenDus: jij vond dat artikel, waar ik zoo blij mee wasdat vind jij óók niet in orde Beste, lieve man", zei ze, angstig; want hoe moest ze in godsnaam dat nu alles uiteenzettenJiom nu eens even kalm zitten Die telefoongesprekken kan je wel even uitstellen Nu ja", zei hij half onwillig de situatie aanvaardend, die hem Ineens weer wat te sentimenteel voorkwam „laten we nu maar niet zoo tragisch doen .Er ls Iets, dat ik niet begrijp; maarnee, nee" er was een vreemd ontvlucht-verlangen in zijn stem; 'n willen-ontkomen aan wat zijn jongensblijdschap, zijn voldoening over die nieuwe toekomst verstoorde, die hem nog daareven zoo heerlijk had gesche nen. Maar dan Inééns, terwijl hij wou voortdenken, dien kant uit voort-denken, waar zijn geluk lag, was het weer verlam mend in hem: dat vreemde besef, dat hij in een llluzie leefde; dat het leven, zooals hij het gewaar-werd, het werkelijke leven niet was; dat zijn gedachten maar wat doorsloegen, als de raderen van een boot, die het water raken Ik geloof, dat ik gek ben", zei hij mat. Ach nee, nee. Zeg nu niet zulke dwaasheden, suste zij. „Dat is maar zoo'n mal idee dat meen je zelf niet Hij zag haar onderzoekend aan. Zij poogde te glimlachen. Maar het was niet echt; dat zag hij wel. De angstige plooi in zijn voorhoofd bleef, en verscherpte zich. Weet je wat je wél bent?" zei ze zoo luchtig als het haar mogelijk was. „Zenuw achtig; dat ben je. Dat komt van al dat gesjouw; dat ben je toch vroeger nooit gewend geweest! Weet je wat? Je bent hier morgen toch nog ga eens naar Ma- relman. Toe, doe dat eens!" Och ja" zei hij, maar half gehoor zaam; „dat wil ik wel doenJa, dat wil ik wel", herhaalde hij nadenkend. Nu laat dan tot dien tijd dat ge pieker; en ga dan nu Er werd luid gebeld. „Wacht even" viel zij zichzelf in de rede. „Ik moet open doen; het kind is voor boodschappen uit". Telegram", riep van beneden een jon gensachtige commandostem. Ik zal het wel halen", kwam Henri, EEN ZELFVERDEDIGINGS-Cl'RSL'S VOOR DAMES TE BERLIJN. Afweer van een roover. De aangevallen vrouw grijpt den man het wapen uit 'de hand. MORGEN WORDT IN PARIJS WEER IIET FEEST VAN DE CATHERINETTES GEVIERD. Dan loopen de meisjes van de mode-ateliers versierd door do straten. Het passen van de feestmuts.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5