Mi
daadloos overgebrachte foto van Roosevelt na diens overwinning
1 ""N*
[jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
gevolgen van een Operatie
«2r
lAHARADJAH VAN JODHPUR met zijn beide
I Engeland verlatend per vliegtuig voor een reis door
Europa.
DE NIEUWE BURGEMEESTER
van High Wycombe wordt naar
oud gebruik gewogen. Als hij maar
niet te licht bevonden wordt.
mm
KitVI,E repetitie van „amazone" - het lus-
ipel van de Amsterdam sche vrouwelijke studenten-
vereenigin.g. De schrikgodinnen.
zmmtm
ROOSEVELT NA ZIJN VERKIEZING ALS PRESIDENT. Draadloos overgebrachte
foto van president Roosevelt met het gelukwensoh-telegra.m van Hoover in de hand'.
Jool voor huisbedienden te herlijn. Het
eerste wat zij leeren is de juiste houding.
JE MOET MAAR DURVEN. 't Lijkt moediger, dan 't is.
Poes is slechts boven op den kop van een tijger gesprongen,
wiens huid als vloerkleed gebruikt wordt.
OVERVLOED VN BLOEMBOLLEN. De kweekers hebben besloten een grooto
hoeveelheid bollen weg te gooien, tezamen ongeveer 30.000 manden. Alles gaat in een
grooten kuil en dan. zand erover l
l| v i1 00!t; schertsend zeggende,
l00r de gewichtige aangelegenhe-
E °ver hem wilden spreken, r.a-
m™,ve'!e beschikbaar was, maar
irm J Henri hem eens het plezier
I In n j studeerkamer „het Madera-
hl m te brengen. Verrast keek die
BW»/6.11 leuke herinnering uit zijn
n h.i i n in de vacantie soms
ai T,en Sezelligen oom-celibatair
'e hem nu en dan na de koffie-
trafr»„'v,Ilwaardsert)aar privatissimum
Er waaraan het schoolsch
met men werd- doordat het werd
Slaasje van de excellente
kfirter 0D een bijzondere plaats
M mé, d bewaard; en bovendien
leciaio K een i-itkeren Havannah; ln
(leen eonrea,ulade geborgen. Oom, die
■as vet Be'eerd. maar ook een wijs
de 'v,„e ™?adde namelijk geenszins
rre En het was in
hii !den gewoonte gewor-
I collo»iih!m i' Z!ch een middag tot
eenCX °Ctum esterna voelde,
telde- vél aan de koffietafel de
Vaara.n 111 een juridisch babbel-
jrd m.-rt01? het steeds bevestigend
▼ast het vr,éoei!ezeSd: „Zet jij dan
adera-geval klaar": welke
woorden vergezeld gingen van twee hoogst
belangrijke sleuteltjes. Ook nu werden de
sleuteltjes te voorschijn gegrabbeld, en toe
gereikt. Clara begreep den toeleg niet da
delijk. en zei: „Kan ik 't niet doen?" Waar
op Oom Sextius haar dédaigneus aankeek,
en zei: „Wat verheel jij je wel?! Jij blljlt
bedaard bij mij", en daarbij keek hij haat-
even aan op een wijze, die haar ineens
deed begrijpen. En oom bleek het juist te
hebben ingezien; de tien minuten, benoo-
digd voor de installatie van 't Madera-
geval. waren voldoende tijd voor de zoo ge-
wenschte inlichtingen-voorafdie Clara
voortdurend wel gehoopt had te kunnen
geven; maar waartoe de gelegenheid haar
had ontbroken.
Oom Sextius had echter wel meer dan
tien minuten noodig om van de tragi-comi-
sche gewaarwordingen te bekomen die de
mededeelingen omtrent de leugenloosheid
van ziin neef bij hem hadden opgewekt.
Een verdrietig medelijden was de hoofd
toon van zijn gevoelens; want hij moent
zijn knappen neef graag, al was die hem
de laatste jaren wat te zeer verhaagscht
naar zijn zin. En nu hem als een soort
psychischen patiënt te zien, dat smartte
hem; 't eomische van 't geval ontging
iemand als oom Sextius allerminst, maa.
zijn glimlach ervover was vol pijn. ooa-
dank dat het. volgens den dokter, maar
een tijdelijke toestand scheen te zijn
En nu kom jelui mijn hulp
pen?" zei hij „Enfin, dat yertel jelui
me dan dadelijk welMaar t spijt me,
Clara, dat je me niet van-t«-voren even
hebt ingelicht, en over Henri s toestand,
en dan, liefst, ook over hetgeen jelui me
vragen wilt. Een gesprek met hem in deze
omstandigheden overenfin, over wat.
dat weet ik nog niet. maar over alle
mogelijke min of meer maatschappelijke
aangelegenheden, is moeilijk; en ik dénk,
dat daar eenige voorbereiding wel noodig
voor was geweest."
Clara bloosde; de eigenlijke reden van
den plotselingen overval, namelijk, dat zij
gehoopt had. zóó. persoonlijk, een wat min
der. ontmoedigend antwoord te krijgen, kon
ze moeilijk zeggen; het was dat voelde
ze nu ze tegenover oom zat. ineens wel
heel duidelijk wel wat heel kinderach
tig gedacht, en ook een beetje beleedigend
voor zijn welwillendheid, die nooit moeite
zou schuwen, als hij zijn neef helpen kon.
Maar het antwoorden werd haar bespaard
want daar stond Henri al in de deur. en
berichtte met een gezelligen wenk-naar-
boven: „Het Madera-geval wacht" Wat
aardig van oom. om hem, naar den ouden
trant, die praeparatieven op te dragen!
Nu. dan moeten we er maar heen",
zei deze, ernstiger dan hij zich vandaag
nog had getoond, en dan in overeenstem
ming was met het gezeillgheidje van 't
„Madera-geval". En ook Clara keek ern
stig.
Wat heb jelui?" vroeg Henri, 'n beetle
ontsteld.
Niks", zei Clara. En oom voegde er
bij: „We spraken over de moeilijke om
standigheden". Wat niet onwaar was.
In het studeervertrek, de mooie, zaal-
wijde, rustig-getinte boven-achterkamer,
die verre water- en rietrijke velden over
zag, zaten en praatten ze. Het was dan
eerst Henri's inleiding; over zijn aan
staande afvloeiing als ambtenaar om
Sextius knikte begrijpend; Clara had met
een enkel woord reeds de commentaar
geleverd, met een korte aanduiding van
het geval te Straatsburg; zoodat oom niet
al te verbaasd was, dat een zoo knap, en,
nu ja. ook zoo hierarchlsch-ambtelijk voe
lend ambtenaar reeds in de eerste reeks
voor afvloeien in aanmerking was geko
men. Toen in het kort het wedervaren
aan de Bank; de slot-scène was overbo
dig, waar het ontslag, ook zonder die, een
afgedane zaak was geweest; trouwens,
oom was natuurlijk al van het éclat-ver-
wekkend faillissement op de hoogte. En
zoo was men al spoedig tot het heden ge
naderd, dat, naar men weet, ieder oogen-
blik in de toekomst overgaat; en de toe
komst was dan ook het naaste element
van het gesprek; gelijk ze het doel daar
van was. En zoo kwam men tot de quaes-
tie van een mogelijke carrière in de rech
terlijke macht; en wat oom daarvan zou
denken.
De vraag deed hem eenigszins verbijste
rend aan. Niet het feit op-zich-zelf, dat
Henri ze opperde; had die een jaar gele
den daarover gesproken, hij had het niet
vreemd gevonden, en had er zich dan zelfs
waarschijnlijk in verheugd, een bloed
verwant met wien hij veel ophad, voort te
helpen op een ambtelijken weg, dier. hij,
ondanks veel teleurstellends dat ook hij
daar had ondervonden, toch altijd een
nobel en den nobél-gezinden man zeer
waardige plaats in het leven achtte. En
nu, Henri wist niet, wat hem voor deze
carrière was gaan ontbreken, maar Clara,
die wist wèl .wat haar man ontbrak; en
meende die nu inderdaad, dat hij toch.
Vrouwen waren verbijsterende wezens; hij
had, céllbatair als hij was, evenwel met
meer dan wetenschappelijken ijver in
deze materie gestudeerd; maar ze zetten
je toch nog steeds voor raadsels! Zóóveel
naïveteit bij zooveel raffinement; zulke
plotselinge verblindheden bij zoo diep-
inzichtige peilingen, die tot den grond der
meest gecompliceerde toestanden en ka
rakters gingen! Hemel, had dan Clara, die
verstandige, nogal nuchtere Clara, had
die zoo weinig benul van wat het in de
praktijk beduidde, menschelijke verkeerd
heid te ontmaskeren, misdrijven uit te
pellen en bloot te leggen, die ieder mensch
van den aanvang af zorgvuldig met de be
dachtzaamste list geheimhoudt; met den
zorgzaamsten schijn overdekt?
Maar het was nu niet de tijd voor uit
voerige verbazingen en pogingen tot be
grijpen, Het was vóór alles zaak, Henri
van dit denkbeeld, dat kon er al iets
van de verwezenlijking komen tot niets
dan allerbelachelijkste échecs zou lijden,
te doen afzien. Hoe graag hij zijn ge-
stranden neef ook de behulpzame hand
wilde bieden. En dan zou het goed zijn,
daarna Clara eens grondig de zotheid van
zulke plannen te doen gevoelen; opdat zij
toch ook een beetje voorzichtig zou wor
den en Henri bij verdere projecten wat
meer van crltiek zou dienen.
(Wordt vetvolgd).