WINKELWEEK
„HET HARTEVELTJE!'
N.V. v.h. fa. BERNARD
Komt
onze Etalage's bezichtigen?
De functie van de Etalage
als Reclame-Middel.
J. GUSSENHOVEN
„Veel warmte voor weinig gelcT
LEIDSCH DAGBLAD - Zesde Blad
Dinsdag 27 September 1932
CRISIS OF NIET?
8 Speculaas Mannetjes voor 10 et.
Eierkoeken (dagelijks versch)
Drogisterij Firma BR1EJER-BLEYS,
Voor een glaasje thuis
„Hartevelt in huis"
Dat de uitstalkast voor iederen winke
lier, voor den grootsten zoo goed als voor
den kleinsten, een der belangrijkste on-
derdeelen van zijn onderneming is, wordt
tegenwoordig wel door niemand meer ont
kend, schrijlt de heer Tieskens in het of
ficieel orgaan van het Genootschap voor
reclame". De etalage is een voorname
factor in de publiciteits-campagne van
Iedere zaak. Als zij goed Is, dat wil zeggen
opgebouwd volgens de thans geldende
aesthetische en commercieele normen,
geeft zij een maximum reclame-waarde.
Een groote onderneming, die over een
belangrijk budget beschikt, kan het zich
veroorloven op verschillende wijzen re
clame te maken door advertenties, door
strooibiljetten en plakkaten, door folders,
door een direct-mail-campagne, door mid
del van bioscoop en radio, maar één der
manieren, en een der gewichtigste, schuilt
In de aantrekkelijkheid van haar uitstal
lingen. Een kleine zaak, die aan publici
teit niet veel geld ten koste kan leggen,
moet het vaak uitsluitend van haar eta
lages hebben. Die vormen haar altijd ter
beschikking staande advertentieruimte,
die zeggen in prettigen vorm wat de win
kelier het publiek wenscht mede te deelen,
die geven een overzicht van wat de zaak
leveren kan.
De etalage is het deel der onderneming,
dat de eventueele kooper het eerst ziet.
De etalage bepaalt zijn indruk. Schrikt
de uitstalling hem af, of, even erg, trekt
die hem niet voldoende aan, dan zal hij
in negentig van de honderd gevallen er
niet aan denken de kennismaking voort
te zetten door de zaak te betreden. De
etalage-advertentie heeft dan haar doel
gemist. Maar zij behoeft dat doel niet te
missen als zij beschikt over de eigenschap
pen, die geen reclame, wil zij doeltreffend
zijn, missen kan. Zij moet:
a. de aandacht trekken;
b. suggestief zijn;
c. dwingen te koopen.
Zij moet, als iedere andere reclame, de
aandacht trekken. Hoe? De mogelijkheden
daartoe zijn eindeloos gevarieerd. Ieder
etaleur zal er u onmiddellijk een geheele
reeks kunnen opnoemen, een goed etaleur
zal telkens nieuwe weten te ontdekken.
Goed etaleur is dus alleen hij, die de kost
bare eigenschap der inventie bezit. Hij be
hoeft dan niet altijd na te volgen, gebruik
te maken van andermans origlneele denk
beelden hij zal die zelf hebben of al
thans bekende ideeën verbeteren.
Hij dient er evenwel rekening mee te
houden, dat een etalage ook een zeer
vluchtige aandacht moet weten te trek
ken. Het staat met een uitstalkast anders
dan met een schilderij op een tentoonstel
ling. De bezoeker van de erpositie gaat
daarheen met de vooropgezette bedoeling
schilderijen te zien. Hij loopt langzaam,
vol aandacht voor het tentoongestelde
door de zalen en gunt zich den tijd doek
na doek op z'n gemak te bekijken.
De zaal, waar de etalage is tentoonge
steld, is evenwel de straat, de drukke, pu
blieke weg. En daar ls veel dat de aan
dacht afleidt. Er zijn duizend gebeurte
nissen, die elk voor zich een stukje atten
tie vragen. Het gemakkelijkst heeft de
etaleur het natuurlijk met de menschen,
die uitgaan om winkels te kijken. Die blij
ven voor iedere uitstalling staan, óók als
zij niet dringend en gebiedend de aan
dacht vraagt. Met deze lieden behoeft de
etaleur dan ook betrekkelijk weinig reke-
jning te houden. Er zijn evenwel andere,
haastige voorbijgangers, die aan duizend
andere dingen dan uitstalvensters denken
en aan deze laatste soms zelfs in 't ge
heel. Hun aandacht moet gegrepen
worden.
Dit is des te moeilijker, wijl daarvoor
slechts een fractie van een seconde be
schikbaar is. Als de etalage niet haar on
middellijke werking doet, mist zij haar
doel. Slechts één zeer kort oogenblik glij
den de blikken van den voorbijganger over
het tentoongestelde; vraagt het op dit
oogenblik niet zijn attentie, dan zijn zijn
oogen reeds gevestigd op een ander beeld.
Hieruit volgt, dat er ln een uitstalling
steeds één punt moet zijn het attractie-
punt dat dwingt tot aandachtschen
king. Winkeliers, wier talenten op etala-
gegebled te kort schieten, zoeken een at-
tractiepunt buiten de etalage om aan te
brengen. Zoo kent ieder bijvoorbeeld den
kunstig aangebrachten spijker, die den
indruk geeft door de spiegelruit te zijn
geslagen en daarin een spinneweb van
barsten te hebben veroorzaakt. Nieuws
gierigen kijken die ramp wel even aan,
maar de etalage daarachter wordt geen
blik waardig gekeurd. En de haastigen, die
het kunstje „door" hebben, laten zich
door het trucje niet vangen. Het doet hen
geen stap van hun weg afwijken. De eta
lage-kunstenaar zal zeker dergelijke eoed-
koope middelen versmaden. Hij weet dat
ze op den duur trouwens niet pakken en
óók, dat ze principieel af te keuren zijn,
omdat ze, op on-artistieke wijze, slechts
aandacht vragen voor wat met de etalage
zélf in geenerlel of hoogstens ver verwij
derd verband staat.
Neen, de goede etaleur zal het attractie-
punt in de etalage, in het tentoongestelde
zélf aanbrengen. Een etalage zonder at-
tractiepunt loopt veel gevaar een mislukte
etalage te zijn. Zij kan in vele opzichten
voortreffelijk zijn, maar als zij den voor
bijganger niet dwingt te blijven staan, is
alle moeite, die aan haar opbouw werd
besteed, verspild. In iedere etalage behoort
in eenigerlei vorm, een magneet aanwezig
te zijn. Een aandachtsmagneet. Een boek-
verkooper, die louter boeken ln zijn uit
stalling legt. heeft nog lang geen ideale
etalage geschapen. Een slager, die slechts
vleesch tentoonstelt, een schoenwinkelier,
die alléén schoenen laat zien, een sigaren
handelaar, die zich streng aan sigaren
houdt, zij allen maken van hun etalage
niet wat er van te maken is. Wij redenee
ren hier als zakenlieden, niet als aest-
hetici. Een etalage kan uit een schoon
heidsoogpunt bezien prachtig zijn en tóch
den magneet missen, die' de kijkers lokt.
Zoo'n etalage voldoet niet aan den recla-
me-eisch. Een paar voorbeelden. Onlangs
was Ik in Londen. In een der chicste win
kelstraten der Britsche hoofdstad, in
Bondstreet, trok een schoenwinkel mijn
aandacht. Wegens de schoenen, die in de
kast stonden uitgestald? Volstrekt niet.
Die zou ik vermoedelijk voorbij geloopen
zijn. Maar vóór het kleine etalage-raam
stond een heel plukje menschen, dat met
aandacht naar iets keek. Dat wekte mijn
nieuwsgierigheid. Ik voegde mij bij hen.
En plotseling begreep ik de buitengewone
belangstelling.
In de winkelkast stond een heel klein
verguld babyschoentje, netjes onder een
glazen stolp, en daaronder was te lezen:
„Het eerste schoentje van onzen koning,
George V."
Dat schoentje was een magneet. Wat de
schoenwinkelier met zijn mooiste paren
schoenen niet zou hebben bereikt: ieders
aandacht trekken, bereikte hij nu wel. Er
was iets bijzonders in de etalage te zien.
Zóó behoort het te zijn. Iedere goede
reclame onderscheidt ziclï op één of meer
punten van elke andere reclame op het
zelfde gebied. In een etalage moet iets te
zien zijn, dat in geen enkele andere in een
geheele stad is te vinden. Dat werk mag
netisch. Dat doet de voorbijgangers stil
staan. Als er drie stilstaan hebt u het
pleit gewonnen. Dan loopen de anderen
niet voorbij.
Uw vindingrijkheid kan u de magneten
bij tientallen aan de hand doen. In een
uitstalling van een boekhandelaar het
was in Parijs zag ik onlangs een aut
hentiek handschrift van Victor Hugo. In
een winkel van vulpenhouders zag ik de
pen, waarmede door bekende staatslieden
een belangTijk politiek verdrag zou worden
onderteekend.
Men behoeft het niet zoo hoog te zoe
ken. In een slagersuitstalling trof mij kort
geleden een lengte-doorsnede van een koe,
uit was of een dergelijke substantie ver
vaardigd. Met zwarte lijntjes was die koe
verdeeld op de wijze, waarop de slager dat
vakkundig doet. Hier bevinden zich de
karbonaden, dakr zit de biefstuk enz. De
prijzen van deze soorten vleesch waren
ook aangegeven. Het was voor veel huis
moeders een aanschouwelijke les, die ze
gaarne leerden. De reclame van dezen sla
ger wekte vertrouwen.
Een vischwinkel liet allerlei zeemonsters
zien: een inktvisch, een reusachtigen to
nijn, een heilbot zoo groot als een man,
zee-anemonen, zeepaardjes bij de vleet,
een klein aquarium. Ook deze uitstalling
werkte magnetisoh. Er was iets te zien.
dat werkelijk belangwekkend was.
Dat is alles goed en wel, zult u zeggen,
maar ik kan geen schoentjes van konin
gen laten zien want ze zijn mijn klan
ten noch kostbare handschriften van
beroemde schrijvers, noch iets van het
grootste, mooiste, beste, merkwaardigste,
op welk gebied dan ook, want daar kan ik
niet aankomen.
Dat is ook heelemaal niet noodig. Mag
neten zijn veelvormig. Juist de kleinere
winkelier, die zijn weg nog maken moet.
heeft ze noodig.
Als ik een kleine winkelier was, zou ik
er juist voor zorgen regelmatig een bij
zonderheid in mijn etalage te hebben. Bij
zeer warm weer zou ik een thermometer
buiten gehangen hebben en 'n lijstje in de
etalage geplaatst met de temperatuur van
middernacht, 's morgen zeven uur en
's middags twaalf uur. Een anderen keer
zou ik een nieuwe postzegel tentoonstellen
of een nieuw bankbiljet bij de uitgifte
daarvan.
Of wel, ik zou een geestige teekening ln
mijn etalage zetten, die den lach op de
gezichten van kijkers zou brengen. Ik zou
eiken dag trouw het ochtendblad lezen op
jacht naar een nieuw onderwerp voor mijn
etalage. En ik zou dat volhouden, zoodat
de voorbijgangers de gewoonte zouden
krijgen even te kijkenwat die Pie-
tersen weer voor bijzonders in zijn etalage
heeft. Magneten zijn binnen ieders bereik.
Ze zijn kostelijke reclame, maar volstrekt
niet kostbaar. Men kan ook op andere
wijze voor „blikvang" zorgen. Hierbij komt
een zekere techniek in het spel. Lijnen, die
elkaar in een bepaald punt snijden, kun
nen saamloopen op dat punt, dat terecht
als het meest belangwekkende der uitstal
ling kan worden beschouwd en waarop dus
de aandacht moet worden gevestigd. Die
lijnen kunnen zelfs denkbeeldige zijn en
louter gesuggereerd worden door de wijze,
waarop de te verkoopen artikelen zijn
uitgestald.
Dan is er de belangrijke kwestie der
kleuren. Die zijn van ontzaglijke reclame-
waarde. Proefondervindelijk is dit uitge
maakt. 5e chefetaleur van een groot
modemagazijn richtte onlangs een etalage
in met weinig opvallende en vrij vage,
ofschoon harmonische kleuren. Gedurende
3'/! uur werd het effect daarvan op de
voorbijgangers genoteerd. Gedurende dien
tijd stonden 371 personen voor zijn uit
stalkast stil. 14 daarvan traden binnen om
iets te koopen. Vervolgens etaleerde hij
dezelfde artikelen, maar nu met een
achtergrond van zeer levendige om niet
te zeggen felle kleuren en bestudeerdo
wederom gedurende 3V- uur het resultaat.
Nu bleven 683 personen voor het uitstal
venster staan en 23 hunner bleken koopers
De heldere kleuren hadden derhalve 34 °U
méér lieden getrokken dan de doffe en het
aantal verkoopen was met 64 vermeer
derd.
Deze proef toont de waarde van den
achtergrond aan. Het „fond" van de eta
lage is voor haar reclame-waarde van
groot gewicht. Het dient met dezelfde zorg
te worden gekozen als de koopwaar zelf,
die aan het kijkend publiek wordt voorge
legd. Er zijn fonds, stemmig, degelijk,
stijlvol, en behept met nog vele andere
goede eigenschappen, die voor de meeste
étalages toch volstrekt niet deugen. Zij
nemen de artikelen als 't ware in zich op;
zij vervagen en vervlakken de eigenschap
pen van de koopwaar. Alleen van dicht-bij
doen zij aesthetisch aan. Maar de winke
lier moet nooit vergeten, dat hij niet alleen
uitstalt voor het publiek, dat langs zijn
winkelraam gaat. Zelfs niet voor dat in
de eerste plaats. De lieden, die hij te trek
ken heeft zijn die, welke aan den overkant
van de straat loopen. Deze moet hij dwin
gen tot oversteken. Dat bereikt hij mede
met zijn kleuren. Zijn die saai en dof, dan
komt er geen sterveling op af, óók niet al
zijn ze met fijnen smaak gekozen. Heldere
krachtige kleuren heeft hij noodig. Alleen
van die gaan sterke suggesties uit. En hoe
breeder de straat is, hoe „voyanter" tinten
de uitstalkast verdraagt.
Een etalage reclame-middel bij uitstek
kan nooit puur en alleen een kunstwerk
zijn. De uitstalkast stelt vooral practische
eischen. Het meerendeel der lieden, die
langs winkelramen wandelen, zijn nu
eenmaal geen kunstenaars. En voor dat
EEN WOORD VAN DEN VOORZITTER
DER WINKELWEEKCOMMISSIE
DEN HEER J. J. M. MEIJERS.
Misschien weet U het nog niet, maar
begin Augustus waren we plotseling de
crisis kwijt! Er werd zelfs niet meer over
gesproken. Iedereen had het over de
warmte, het mooie weer, over de zee en
over vacantie. En op vacantie gaat men
natuurlijk pas na de crisis of althans, als
men er niet te veel hinder meer van
heeft. En tot ons genoegen hebben wij
kunnen constateeren dat er toch nog een
paar menschen op vacantie gingen! Dit
heeft ons dan ook weer moed gegeven,
om na dat vacantiegenot, Uw belangstelling
te vragen voor de Leidsche Winkelweek.
2000 -Etalages in smaakvolle aankleeding
zullen u het allernieuwste en allerbeste
toonen, wat door de Industrie en niet in
het minst door onze Nederlandsche in
dustrie, is uitgebracht. Bewondering zult
U ongetwijfeld hebben voor hetgeen met
zooveel energie bereikt is! Door de nieuw
ste vindingen op elk gebied, zijn alle
fabrikaten weer verbeterd in kwaliteit,
verfraaid in afwerking en belangrijk ver
laagd in prijs, zoodat U verzekerd kunt
zijn nog nimmer voor zulke lage prijzen
te hebben gekocht. Kijkt en koopt daar
om gedurende de komende dagen in Lei
den! U zult er veel zien, wat U goed kunt
gebruiken en noodig hebt en door Uw
koopen tevens medewerken aan den op
bloei van handel en industrie: een levens
belang voor heel Nederland!
meerendeel stalt ge uit, niet voor de uit
zonderingsnaturen.
Het komt er niet in de eerste plaats op
aan, of de kleuren van uw etalage zich
streng houden aan de klassieke principes
der schoonheidsleer. Als ze maar opvallen,
als ze maar gezien worden, als ze maar
trekken ziedaar wat noodig is.
Dat neemt niet weg, dat ge zonder
overleg niet kunt te werk gaan. Als ge in
uw uitstalkast roze baljaponnen wilt
etaleeren, zult ge daarvoor geen schavot-
rooden achtergrond kiezen. Het harde
rood van het fond zou den glans der roze
kleedjes volkomen te niet doen. Het fond
moet het éclat der koopwaar verhoogen.
Ziedaar het algemeene principe. Strand-
pakjes doen bijzonder goed tegen een
achtergrond van blauw en geel. Geel
is het zeezand, blauw is de hemel en voor
de etalage moet dan een schitterend geel
en een diep-hemelsblauw gekozen worden.
Wat overdrijving schaadt volstrekt niet.
Een oud-eiken eetkamerameublement
detoneert echter tegen een felle achter
grond; de eetkamer vraagt rustige tinten.
Velerlei omstandigheden beïnvloeden de
kleuren in de etalage. B.v. de seizoenen.
Op heete zomersche dagen is die etalage
het aantrekkelijkst, waarvan een suggestie
van frischheid uitgaat Rood moet dan
liefst vermeden worden. Frisch-groen,
frisch-blauw koele tinten dienen voor
de uitstalling gebruikt. Voor den winter
daarentegen is rood prachtig.
De plaats van den winkel, het weer, de
maatschappelijke klasse, waartoe het
meerendeel der klanten behoort, al deze
factoren spelen bij de kleurenkwestie een
rol. Ik kan daarop binnen het bestek van
dit artikel niet nader ingaan, noch op de
verlichting der etalage, een belangrijk
probleem, dat lang niet door alle winkels
behoorlijk is opgelost. Velen vergeten, dat
etalage- geen straatverlichting, maar
binnenverlichtlng is. Het is de koopwaar,
die in het zonnetje moet komen de
kijkers kunnen er buiten blijven.
Het is evenwel niet voldoende, dat een
etalage de aandacht trekt. Zij moet die
aandacht ook korter of langer tijd weten
vast te houden. En gedurende die oogen-
blikken moeten bepaalde suggesties van
haar uitgaan. De suggesties hangen on
middellijk samen met den aard van de
betrokken artikelen. Zijn het bonbons, dan
moet de etalage de gedachte wekken, dat
de beschouwer hier voor uitzonderlijke
lekkernijen staat; zijn het vruchten, dan
moet de idee van sappige jndoorstoofde
rijpheid worden gewekt; zijn het zijden
stoffen, dan dient de soepele rijke val der
plooien denkbeelden te suggeeren van
voorname degelijkheid en sierlijke pracht.
Ieder artikel stelt zijn eigen eischen en
verlangt een afzonderlijke studie, ook in
verband met de herkomst van het ten
toongestelde. Laat geen winkelier meenen,
dat zijn artikel geen gelegenheid geeft op
suggestief terrein iets te bereiken. Ieder
artikel bezit zijn eigen reclame-mogelijk
heden.
De suggesties moeten evenwel hun doel
terdege in Kët oog houden. Dat doel be
staat daarin, dat de etalage moet dwingen
tot koopen. Zij moet als iedere reclame
bij den beschouwer de gedachte wekken
dat hij iets mist, waaraan hij toch eigen
lijk en zelfs dringend behoefte heeft, of
althans waarvan het bezit hem toch zeer
nuttig of aangenaam zou zijn.
Als een suikerbakker in zijn uitstalven
ster zou laten zien hoe het rafflnage-
proces verloopt kan dat zeer leerzaam zijn
en ook wel kijkers lokken niemand zal
zijn producten er evenwel beter om vinden.
Dit bereikt hij, wanneer hij, op eenigerlei
wiize, de smakelijkheid van zijn artikel in
het licht stelt.
De reclame-kracht van een goede etalage
het symbool, de vlag. de essentie van de
zaak daarachter, kan ontzaglijk groot zijn.
Zij zal dat steeds zijn, als slechts deliier-
boven zeer kort ontwikkelde principes der
etalagelcunst in het oog gehouden worden.
Duizend variaties zijn in de uitwerking
mogelijk de grondbeginselen blijven,
als voor iedere reclame, steeds dezelfde.
Wie ze verwaarloost zal steeds zijn doel
missen. Maar wie ze toepast kan. als hij
tenminste de practijk van het vak terdege
verstaat, van het goede resultaat de rijke
vruchten plukken.
HBBPfHQBflEJEEJEGHSEaBBBHBlIHESIin
Steunt, bij gelijken prijs
en kwaliteit,
De Nederlandsche Industrie.
Hiermede dient gij Uw land
En bestrijdt gij de werkloosheid.
Dezelfde kwaliteit als onze bekende Boterspeculaas met amandelen.
4 stuks 10 cent
OUDE RIJIV 2
B£^» ONZE ETALAGES
TELEFOON 411
-ms
U ook met de
Winkelweek
Wij leveren U alles op Drogisterij-gebied, zooals
Drogerijen, Chemicaliën, VERBANDSTOFFEN,
Toiletartikelen, ZEEPEN, Eau de Cologne, Bor
stelwerk, Wasch- en Poetsartik., Verfwaren, enz.
NOORDEINDE No. 24 - TELEF. No. 1168
NIET BOERHAAVE.
NIET DE BURCHT
NIET DE STERRENWACHTNIET DE SOCITEIT MINERVA
EEN LEIDSCHE BEROEMDHEID VAN
MEER DAN TWEE EEUWEN OUD
Reeds in anno 1734 dronken de rasechte Leïdenaars hun „Harteveltje",
een glaasje voortreffelijke Jenever uit de distilleerderij „De Fransche
Kroon" van HARTEVELT Zn. Twee eeuwen lang heeft zich
de glorie van het „Harteveltje" gehandhaafd. Onafscheidelijk
is het aan Leiden verbonden. En wie geen Café
bezoekt, zorgt er voor dat hij z'n „Harteveltje" thuis
heeft. In een HEELE of HALVE LITBR-FLESCH
Onder dit devies exposeeren wij beden de
nieuwe modellen van vooraanstaande
Haarden- en Kachelfabrieken.
HAARDEN cn KACHELS zijn vertrouwensartikelen
GEEFT U DAT VERTROUWEN AAN ONS
Onze zaak heeft een bijna 100-jarige reputatie.
HAARDEN kunnen wij U compl. plaatsen v.af f. 69.00
De bekende „TIGER" kachels, waarvan wij den
alleenverkoop hebben, etaleeren wij vanaf f. 26.50.
Vischmarkt - Telef. 479 - Koornbrugsteeg
OPGERICHT 1836.
7019
2—6