rui/oft in
J)ieren/and.
GOEDE OPLOSSINGEN.
De kleine Naaldenkoopman.
Cornells J. Arbouw ja hoor die brief zon
der naam verleden week was op hetzelfde
papier geschreven als nu deze brief. Die re
gen is akelig voor alle vacantiemenschen
en kinderen en heel schadelijk voor de
landbouw, want het regent nu veel te veel
en veel te hard.'
Hendrik Breuker logeerde je aan zee?
en werd je toen ziek? hoe akelig, moest je
toen weer naar huis? wat scheelde er.aan?
Ben je nu weer heelemaal beter?
Reinier den Hertog bij de namen van de
mooie ansichten kan je zien dat Annie ook
aan mij dacht. Zaterdag en Zondag was
het mooi weer en heb ik buiten gezeten,
maar de vorige week en na Zondag zóó
veel regen, afschuwelijk, dan kan ik on
mogelijk buiten zitten.
July Franke ik miste je wel de vorige
week maar er ontbreken nu velen in de
vacantie. De Heerestraat die weet ik wel.
Prettig dat je nu voortaan dichter bij je
school woont. Zoo, heb je het boek al mo
gen lezen. Ga je nog trouw in je tuintje
werken.
Koos Nieboer is het zoo'n fijn boek? en
je hebt nu in de vacantie heerlijk den tijd
om er in te lezen.
Annie Zaalberg neen als het zoo hard re
gent. is het heusch geen weer om voor de
gezondheid naar het strand te gaan. Ik
ken de olifant Betsy uit den Haagschen
dierentuin wel. toen het nog een jong oli
fantje was. Heel leelijk van die jongens
om een klap op de slurf te geven, ik ben
blij dat Betsy die jongens tot straf nat
spoot, want dieren plagen is heel leelijk.
Vroeger ging ik graag dikwijls naar den
dierentuin, de laatste jaren kon ik niet.
Jannie en Frans de Water o ik dacht
dat die 2 boeken bij elkaar hoorden, omdat
de titels zoo op elkaar leken. Aardig van je
hoor Jannie om het boek ook 3an je vrien
dinnen te laten lezen.
Jan de Graaff zoo. is Arie uit logeeren
in Voorschoten, dat is prettig voor hem,
maar natuurlijk kan jij je thuis ook best
vermaken, dat begrijp ik wel, men behoeft
heusch niet altijd uit te gaan om plezier
te hebben.
Willy van Wijk is Freddy al uit logee-
ren en volg jij nu nog zijn voorbeeld in
deze maand. Logeerde je al eens meer in
Amsterdam? O. dat kan zoo gTappig zijn,
zoo'n kindertaaltje. 2 jaar. dan kunnen ze
natuurlijk nog niet alles zeggen en dat is
juist zoo vermakelijk. Woont dat nichtje
dicht bij je?
Marijtje en Annie Wassink en Marie
Guley gaan Marijtje en Annie in Leiden
logeeren of ergens anders? Of ik Leiden
ken? Ik ben er geboren en heb er tot mijn
24e jaar gewoond en later, o zóóveel gelo
geerd. Mijn vader was predikant in Leiden.
En Groenendaal ken ik ook goed want ik
heb een jaar in Haarlem gewoond en er
later ook dikwijls gelogeerd.
Marietje van Steenbergen, iedereen die
goede oplossingen van prijsraadsels inzendt
mag meeloten. Als je uitgaat mag je na
tuurlijk overslaan. Ja ie behoort tot de
grooteren.
Marietje Latervter misschien lees je dit
nog wel als je van je logeerpartijen in
Eindhoven en Apeldoorn terug bent. Ik
hoop dat je een paar prettige weken zult
hebben met veel mooi weer.
Allen hartelijk gegroet door
Mej. A. KOOPMANS v. BOEKEREN.
Kloosterzande (Zeeland).
GOEDE OPLOSSINGEN DER RAADSELS
ONTVANGEN TAN:
Betsy en Lyda Philippo (brieven der vo
rige week, omdat er enkel A. Koopmans
zonder van Boekeren er bij stond op het
adres heb ik den brief te laat ontvangen),
Gerard de Geus, Dorus de Geus, Keesje de
Geus, Max janna van den Anker, Marius
van den Anker, Rie Oudshoorn, M. Swij-
nenburg, Jaantje van der Voet, Jo Ben
iner, Marie Guley, Annie Wassink, Marijtje
Wassink, Marietje Laterveer, Koos Nie
boer, Tom Nieboer, Annie Zaalberg-, Rei
nier den Hertog, Cornells J. Arbouw, Hen
drik Johan Breuker, Johannes Jacobus
Planje, Marietje van Steenbergen, Tiele-
man van der Linden, Vincent Rijnbende,
Coba Dexel, Conny van Vliet, July Franke,
Gerharda Eggink, Christiaan Eggink,
Cel ia Kret, Nico Keet, Hans Kret, Krijn
Haasnoot, Jannie de Water, Frans de Wa
ter, Annie Dorrepaal, Gerrit Dorrepaal,
Kootje de Wit, Riet van Berkel, Hendrina
de Ren, Stientje Griffioen, Corry van den
Kerkhof, Tonny Vos, Henny Vos, Fran-
cina de Wit, Jan de Graaff, Henk Boom,
John Delfos, Willy van Wijk, Greet van
der Biezen, Annie van der Biezen, Jan
Wassenaar, Eempien Wassenaar, Jopie
Wassenaar, Hennie de lKcluse.
~\7erioa/t/e op r//m
C&c/e £i/7e /(oaerwaarc/
't Was feest, groot feest: een bruiloft
werd
In Dierenland gevierd
En aapjes hadden heel de wei
Met bloemen mooi versierd.
2.
De koning zond zijn afgezant,
Een vos, naar 't bruiloftsfeest.
Nog nooit was in heel Dierenland
Er zóó'n party geweest.
3.
Een ieder was mooi uitgedost
Ter eere van het paar:
Twee lieve, jonge chimpansé's
Die trouwden met elkaar.
4.
De bruidegom was in het zwart-.
Hij droeg een hoogen hoed.
Een chimpansé weet immers best,
Hoe hij er uitzien moet!
5.
Het bruidje was in sleepjapon
Van glanzend, wit satijn;
Een ruiker had zij in de hand.
Zij moest de mooiste zijn!
6.
Bruidsmeisjes waren er zelfs bij,
Die droegen bruidje^ sleep.
Hun apesnoetjes glommen nog
Van lekk*re, fijne zeepf
7.
En in de stoet heusch! liepen mee
De ouders van de bruid
En ook die van den bruidegom,
Met blij en stralend snuit!
8.
Een baviaan was ook gevral
Twee wolven en een beetl
De laatste zag in feestklw
Er uit als een meneer.
9.
Voorts zebra's en een neus]
'n Gazelle en kameel
Een bok, een lama. een ginll
Nam aan de bruiloft deel,
10.
Een olifant besloot de rij.
Hij zwaaide met zijn slurf I
En riep: Zingt allen nuu
Voor 't bruidspaar! Toe a
11.
Lang leve bruidegom en brui
't Is feest bij ons! Ho<
Komt, dansen w'allen In 1
Wie doet er niet graag
12.
't Was een geloei, gebrom, geaf
Gebrul en zelfs getier.
Maar eensklaps kwam er onrd
Een eind aan het plezier.
13.
De regen viel bij stroomen n«|
Een ieder ging naar hÉ
En op de wei in Dierenland
Liep niet de kleinste Muis!
14.
Maar 't was toch heel echtfi
Je ziet nog op de plaat,
Hoe VTOolïjk of in Dierenland
Het op een bruiloft gaat!
(Nadruk 1
Eenige jaren vóór de Franse he revolutie
van 1789. was het op een kouden winter
avond, dat een kleine, arme jongen op een
der voornaamste boulevards van een groote
stad liep. om naalden te verkoopen.
Daar het triestig weer was waren er
slechts weinig wandelaars. De Jonge koop
man zag wel in. dat hü niet meer verkoo
pen zou en daar hij nog niet naar huis wou
gaan, bleef hij nog een poosje zingend op
den boulevard drentelen.
Een rijk gekleed heer. die langs hem
heenliep zei:
,,Wat zing je valsch. ondeugd".
„Mij heeft geen muziekmeester lessen ge
geven". riep het jongetje uit.
Dit antwoord deed den onbekende lachen
„Hoe heet je?" vroeg hij.
„Auguste".
„En hoe nog meer?"
„Niet anders".
„Wat, heb je geen vader en moeder
meer?"
„Ik ken slechts een oude vrouw, die voor
mij zorgt en mij slagen geeft, wanneer lk
niet genoeg verkocht heb", antwoordde het
kind.
„F.n zal je vanavond geslagen worden?"
„Hm", zegt het kind, „dat zou best kun
nen, vooral als u mij ophoudt, zoodat ik
niet kan verkoopen."
„Het kind riep nog eenige malen: „Naai
den te koop", maar hij verkocht niets
meer.
„Het is uw schuld, dat ik niet verkoop,
u brengt mij ongeluk aan", mokte hij tegen
den heer.
,Jk wil je naalden wel koopen; geef ze
mij hiervoor".
Het kind keek naar de hand van den
onbekende en zag daarin een goudstuk.
„Daar kunt ge al mijn naalden voor be
komen." zei het kind.
..Behoud je naalden maar", antwoordde
de vriendelijke heer.
„Mijnheer", zei het kind,
stuk begint mijn geluk. Wiltl
gen hoe u heet, opdat ik latei
mij geluk aangebracht heelt, f
rugvin den?"
De heer antwoordde, dat hj|
de Saent G. was en ging wefj
Het kind bleef eenige oog«
beweeglijk staan. Mn den i
zijn geheugen te prenten. M
naar huis, in zichzelf mompf"
mij hem herinneren".
Twintig jaar later was mar
G.. die vroeger zeer rijk wu!|
armoede vervallen.
Door de revolutie waren al 5
onteigend, en hij zou ze welf
hebben, indien hij geld genoej
om een duur proces te begol
Op een dag. toen hij in
kamertje zat. hield er een fraij
zijn deur stiL Hij ging zelf d'*
daar hij geen bediende had.
De onbekende, een deftig S
vroeg hem of hij ook martel
G. is, en daar hij bevestig™ r
hernam de vreemdeling: I
,Jk ben een der rijkste BjL
Parijs en heb gehoord. datSJ
genoeg geld hadt, om 'n pn*®^
nen, uw vroegeren rijkdom
terugbekomen. Ik stel mijn t<*
beschikking!"
De markies riep uit:
„Wie zijt gij dan. mijnbWJ
„Herinnert ge u nog Au
De markies dacht eenige
na, maar kon zich niets
brengen. Toen Auguste IianJj
hij die kleine jongen was
een goudstuk had gegeven.
aanbod aan. om een proces t
van Auguste te beginnen: Bi]
zoo was de markies voor
heid tegen een armen jonge»]
worden.
