73,te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 16 Jnni 1932
Derde Blad
No. 22158
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Fortinbras' Toovermacht
ONTSLAGEN BIJ HET RIJK.
Uitvloeisel van het rapport der
commissie Weiter.
2ooals men weet, wordt in het rapport
Her bezuinigingscomissie Weiter. als mid
del tot bezuiniging aangegeven: inkrim-
„ins van personeel op de departementen.
Naar wij thans vernemen, is aan dezen
Toorgestelden maatregel o.a. op het De-
oartement van Koloniën reeds een begin
„n uitvoering gegeven.
Op laatstgenoemd Departement is aan
28 leden van het personeel, met ingang
van 1 Januari 1933 ontslag aangezegd. De
ontslagenen worden op wachtgeld gesteld,
totdat zii den pensioengerechtigden leef
tijd zullen hebben bereikt.
Bij alle andere Departementen zijn
soortgelijke maatregelen in voorbereiding;
men is daar echter nog niet zoover, dat de
ontslagbesluiten reeds aan de betrokkenen
zijn medegedeeld. (Vad.)
DE INTERPELLATIE-KUPERS.
Demonstratie van de S. D. A. P.
te Amsterdam.
De arbeiders, aangesloten bij S.D.A.P en
Vakbonden te Amsterdam, waren tegen gis
teravond opgeroepen om te demonstreeien
ter ondersteuning van de interpellatie-Ku-
pers tegen het voornemen van de regee
ring om steunuitkeeringen te verlagen.
Duizenden hadden aan den opgroep ge
volg gegeven. Tegen halfnegen vormde zich
een stoet met vlaggen en vaandels. Eerst
kwamen de afdeelingen van de S.D.A.P.
gevolgd door die van de Vakbonden. De
lange stoet werd gesloten door Sportbond
en A. J. C.
Door de straten van buurt Y.Y. werd
getrokken naar het Amstelveld. Hier werd
de menigte toegesproken door den heer S.
R. de Miranda, voorzitter van de Federatie
Amsterdam van de S.D.A.P. Deze verheug
de zich er over. dat de demonstratie zoo
goed geslaagd was en leidde daaruit af dat
de ontevredenheid en de ellende van de
arbeiders wel groot moet zijn. Vervolgens
stelde hij in het licht wat de regeering
voor heeft met de werkloozen door de uit-
keeringen aan de werkloozen te verlagen.
Eenige duizenden bouwvakarbeiders zou
den in Amsterdam werk kunnen vinden,
wanneer de regeering het niet belette.
Door de regeering worden de levensmidde-
lenprijzen verhoogd en de loonen gedrukt.
Over een en ander zal de heer Kupers in
de Kamer spreken. Hij kan. zeide spr. uit
deze demonstratie kracht putten. Spr.
wekte tenslotte op naar Den Haag te
gaan om daar opnieuw te demonstreeren
tegen het voornemen van de regeering. De
stoet werd daarna ontbonden.
DE EERSTE NIEUWE HARING AAN
H. M. DE KONINGIN.
Gistermorgen werden te Vlaardingen
door de VI. 80 (schipper C. v. Oosten van
de N V. Vlaardingsche Stoomvisscherij. di
rectie IJzermans en Co.i 53 kantjes kol-
haring aangevoerd. Van deze partij is de
eerste haring aan H. M. de Koningin aan
geboden.
NED. CHR. BOUW ARBEIDERSBOND.
Te Apeldoorn is onder presidium van
den heer A. J. Terwey van de Bildt aan
gevangen de algemeene vergadering van
den Bondsraad van den Ned. Chra Bouw-
arbeidersbond. In zijn openingswoord wees
de voorzitter op het drukkende van dezen
tijd en memoreerde hij den groei van den
bond. Het ledental nadert nu de 14000.
Spr wees op den omvang van de werk
loosheid en den teruggang van de aanbe-
stedingscijfers. Spr. noemde het onbillijk,
dat de regeering geen crisiswerkloosheid
in het bouwvak erkennen wil en besloot
met een opwekking om pal te staan voor
het goede recht van de Chr. sociale be
weging.
Vervolgens werden eenige voorstellen af
gedaan. Voorsteilen betreffende het werk-
loozenkasreglement werden door den bonds
penningmeester namens het bondsbestuur
uitvoerig verdedigd waarna ze werden aan
genomen. Ze beteekenen dat dit jaar de
uitkeering uit de werkloozenkas, die op
f. 940.000 worden geraamd, verzekerd zijn
en dat de uitkeeringsdagen niet tot 25
behoeven te worden ingekrompen. De re
serve bedraagt f. 400.000. (Vad.)
MR. HEEMSKERK HERDACHT.
In de Oosterkerk te 's-Gravenhage werd
gisteravond een herdenkingssamenkomst
gehouden, gewijd aan de nagedachtenis
van wijlen mr. Th. Heemskerk. Deze bij
eenkomst was belegd door de Centrale
A.-R. Kiesvereeniging Nederland en
Oranje.
Onder de talrijke aanwezigen, welke
dezen herdenkingsdienst bijwoonden, wa
ren de ministers de Geer en Dormer en de
Tweede Kamerleden J. J. C. van Dijk,
Schouten, Zijlstra en v. d. Heuvel.
Er is gesproken door mr. J. A. de Wilde,
dr. H. Colijn. en dr. C. Bouma.
DE ZEPPELINLANDING TE ROTTERDAM
Naar men ons mededeelde zal waar
schijnlijk (Ie La Cierva met zijn auto-giro
vliegtuig het vliegfeest dat Zaterdag a.s.
op Waalhaven plaats vindt ter gelegenheid
van de landing van de „Graf Zeppelin"
opluisteren.
Hoewel nog .geenszins vaststaand is het
zeer wel mogelijk, dat Dr. Eckener per
soonlijk de vlucht zal medeinaken. In dit
geval zal hij na aankomst op Waalhaven
te Rotterdam gehuldigd worden.
Onder de reizigers die de vlucht Rot
terdam— Friedrichsbafen zullen medemaken
is ook Generaal Snijders.
Naar schatting worden ongeveer 7000
auto's en autobussen met bezoekers ver
wacht. Voor goede parkeering van al deze
wagens is zorggedragen. Op het vlieg
veld zelf zullen ongeveer 100 000 personen
de landing kunnen gadeslaan. Er wordt nog
op gewezen, dat op den dag van de lan
ding alle toegangswegen tot het vliegveld
Waalhaven zullen zijn afgesloten voor alle
verkeer en dat slechts zij mogen passeeren
die in het bezit zijn van toegangs- of
doorlatingsbewijzen.
NEDERLANDSCHE REISVEREENIGING.
Aan het 26e jaarverslag van de Neder-
landsche Reisvereeniging over 1931 ontlee-
nen wij. dat het aantal leden op 1 Januari
van dat jaar bedroeg 70.009 en op 1 Ja
nuari 1932 teruggeloopen was tot f. 65.756.
Het aantal afdeelingen bleef onveranderd
op 33. Er werden in dat jaar 549 reizen
gemaakt met 19.827 deelnemers (in 1930
resp. 553 en 18.874'. Het netto verreisde
bedrag was f. 1.707.589 (v. j. f. 1.683.047).
Het financieel verslag geeft een voor-
öeelig saldo aan van f. 42.070. De lasten
en batenrekening geeft, vergeleken met.
1930, een stijging der baten aan van
f. 45.530 en een daling der lasten van
f. 29.060. waardoor het jaar 1931 niet min
der dan f. 74.590 gunstiger voor de ver-
eeniging was dan het jaar tevoren. Aan
contributies werd ontvangen f99.210
(f.6000 hooger dan in 1930), aan inkom
sten uit reizen f. 106.738. Het kapitaal der
vereeniging steeg door het groote, voordee-
lige saldo tot f. 47.562.
DE POSTVLUCHTEN.
De „Duif" (uitreis) vertrok gisteren om
9.25 van Calcutta en kwam na een tus-
schenlanding te Akyab om 16 56 te Ran
goon aan.
De „Ijsvogel" 'thuisreis' vertrok giste
ren om 4.19 uit Djask en kwam na een
tusschenlanding te Boesjir om 15.52 te
Bagdad aan.
HET BEZUINIGINGSRAPPORT.
Op een vraag van het Tweede Kamerlid
van der Waerden:
Acht de regeering het niet gewenscht,
teneinde een oeverlooze discussie te voor
komen. dat de publicatie van het rapport-
Weiter onverwijld gevolgd wordt door
mededeeling van de beschouwingen en
voorstellen der regeering ter zake?
heeft de minister van binnèhlandsche
zaken, voorzitter van den raad van minis
ters. geantwoord:
Deze vraag wordt ontkennend beant
woord. Het is regel, dat het rapport van
een Staetscommissie gepubliceerd wordt
geruimen tijd vóórdat de regeering van
haar beschouwingen en voorstellen doet
blijken. Ditmaal zal de tusschenruimte
zelfs korter zijn dan gewoonlijk. Van dis
cussie over het rapport kan wie de opge
wektheid daartoe mist, zich onthouden.
VERSPREIDE BERICHTEN.
De gewone audiëntie van den Minister
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap
pen, zal op Maandag 20 Juni e.k. niet
plaats hebben.
UIT NED. OOST-INDIE.
OPENING VAN
DEN VOLKSRAAD.
OOK IN INDIË NIJPT DE CRISIS.
BATAVIA, 15 Juni. 'Aneta). Hedenmor
gen heeft Z. E. de gouverneur-generaal
van Ned.-Indië, mr. dr. R. C. de Jonge, de
zitting van den Volksraad geopend. Z. K.
memoreerde dat het slechts negen maan
den geleden is dat hij in deze zaal aanwe
zig was ter aanvaarding van zijn ambt.
Dit is een korte spanne tijds, maar een
periode vol van gebeuren van klemmende
beteekenis en groote moeilijkheden. Spr.
memoreerde dat hij allerwege loyale me
dewerking ondervond van goede krachten,
welke zich met onvolprezen ijver en toe
wijding aan de behartiging van de zaken
des lands wijden, zoodat zijn kennisma
king met de bestuursvoering niet de groote
moeilijkheid vormde. Deze lag in bizon-
dere omstandigheden. Het bestaan van
een ernstige crisis was bekend, maar hoe
ernstig die crisis worden zou. werd slechts
door enkelen voorzien. Spreker memo
reerde de oorlogsschulden, de herstelbe
talingen, de tariefmuren en den politieken
toestand van sommige landen, waardoor
honderden millioenen buiten normale pro
ductie en consumptie bleven, terwijl ook
de toestand van Nederland allerminst tee
kenen van beterschap vertoont.
Wat wij van Nederland hooren wijst op
een noodtoestand van handel, industrie,
land- en tuinbouw. Het gevoel van saam-
hoorigheid doet ons daarom dubbel be
langstellen en meeleven. Bovendien kun
nen wij voortaan den steun van het moe
derland bij de financiering van onze geld
behoeften niet missen, zoodat het niet
alleen een pakkende uiting van eenheid is
maar ook van practische politiek is, te
doen wat gedaan kan worden ter behar
tiging van de belangen van het moeder
land. zonder die van Nederlandsch-Indië
schade te doen. Ook in Ned. Indië is beter
schap nog niet ingetreden, hetgeen op
zeer pijnlijke wijze wordt gevoeld bij de
beschouwing van onze Europeesche en in-
heemsche exportbedrijven. De goede oog
sten doen de voedingsvoorziening voor het
land geen gevaar loopen. doch de markt
waarde van alle producten verzwakt de
economische kracht van de bevolking. Spr.
memoreert de werkloosheid onder alle
groepen van de bevolking. De regeering is
natuurlijk volledig bereid het noodige en
mogelijke te doen, doch particulier initia
tief en onderling hulpbetoon verdient
verre de voorkeur boven ambtelijke be
moeiingen. Spr. doet .een beroep op aller
medewerking.
Wees sprekers ambtsvoorganger verle
den jaar op een terugvallen van de lands-
middelen tot 416 millioen gulden, thans
wordt op grond van de uitkomsten van
verleden jaar en de verstreken maanden
van het ïoopende jaar erop gerekend, dat
deze ruim nog 100 millioen te hoog is. Spr.
staat stil bij de inkrimping der formaties,
de ontslagen en de afvloeiing en spreekt
zijn oprechte sympathie en medegevoel
met de slachtoffers uit.
„Ik gevoel dit misschien meer dan
iemand anders, omdat ik mij er voortdu
rend van bewust ben, dat mijn paraaf hier
beteekent een aantal werkloozen, daar een
gebroken carrière en elders een ontwricht
gezin. In de meeste gevallen teleurstelling
leed en ellende".
Spr, wijst verwijten van partijdigheid
af en beroept zich hierbij op het feit, dat
de afvloeiing in de jaren 1931 en 1932 bij
het personeel met een maandelijksche be
zoldiging van minder dan f. 800 Th pet.
en bij het personeel met een hoogere be
zoldiging dan f. 800 per maand 11 pet.
bedroeg. Zijn wij, zooals de regeering
hoopt, aan het einde van dit jaar door de
grootste bezwaren heen. dan zal niet al
leen een aanzienlijke bezuiniging worden
verkregen, doch ook de basis zijn gelegd
voor een stelselmatig economischer en
doeltreffender verderen uitbouw van het
onderwijs, zoodra de omstandigheden dat
weer toelaten. Inzake de vraag politie-
REGENDROPJE, REGENDROPJE, VAL MAAR OP MIJN BLOOTE KOPJE.
leger of defensie-leger, zegt de gouverneur-
generaal, dat afgescheiden van de defen-
sietaak van 't leger hoe beperkt ook opge
vat het legerbestuur ook voor handhaving
van rust en orde aan een kleiner defensie-
leger de voorkeur geeft boven een grooter
politie-leger. Spr. verklaart dat de finan-
cieele nota een vollediger overzicht bevat,
waaruit blijkt, dat een benadering van het
uitgaven-niveau ad 400 millioen gulden
niet gemakkelijk zal zijn, doch hiermede is
nog niet genoeg gedaan. Als de inkomsten
niet beter worden, zullen wij verder terug
moeten. Een vast plan voor die verdere
maatregelen kan spreker niet geven.
„Al kon ik het, dan zou ik u dat toch
niet voorleggen".
BATAVIA. 15 Juni. (Aneta). De eind
cijfers van den geheeleri gewonen en bui
tengewonen dienst van de begrooting voor
het dienstjaar 1933 zijn als volgt; Ont
vangsten f. 561.148.399, uitgav. f. 659.811.612
De cijfers van den gewonen dienst zijn
hiervan: Ontvangsten f. 520.395.846, uitga
ven f. 620.390.075.
De buitengewone dienst laat dus een
overschot van f. 1.331.016.
Uit de berekening van de saldi over de
jaren 1922/1933 blijkt, dat ultimo 1932
f246.200.000 ongedekt zal zijn, aangezien
het totaal-tekort over deze reeks van
dienstjaren f.482 600 000 bedraagt, waar
voor uit de opbrengst van de verschillende
leeningen een bedrag van f236 400 000 in
mindering kan worden gebracht.
VEROORDEELD WEGENS MOORD.
BATAVIA. 15 Juni. (Aneta). De Land
raad alhier veroordeelde den inlander die
een Chineesche familie woonachtig in de
Prinsenlaan te Batavia aanviel en den heer
des huizes en zijn echtgenoote vermoordde
tot 20 jaar gevangenisstraf, zonder aftrek
van den tijd in preventieve hechtenis
doorgebracht.
SCHADE DOOR EEN SPRINGVLOED.
Ongekend hooge waterstanden.
CHERIBON. 15 Ju.ni. (Aneta). Een
springvloed welke een half uur duurde, was
oorzaak dat een laaggelegen goedang,
waarin suiker was opgeslagen, en welke
goedang toebehoorde aan de Internationale
Crediet- en Handels-Vereeniging „Rotter
dam" onderliep Hierdoor werden 1000 zak
ken suiker onbruikbaar. Het waterpeil be
reikte een hoogte welke sinds menschen-
heugenis niet voorkwam.
TEGAL. 15 Juni. (Aneta). De zelfregis-
treerende peilschaal is onklaar geworden
bij het maximum van 155 cM. boven den
laagsten waterstand. De normale, maande
lijksche springvloed te Tegal en Pekalon-
gar bereikte een hoogte van 130 c.M. Te
Tegal en Pekalongar is geen schade gele
den. Er zijn geen goedangs ondergeloopen,
echter wordt een herhaling van den
springvloed verwacht hedenmiddag om 4
uur 50 minuten.
SEMARANG. 15 Juni. (Aneta). Alhier
werd de sinds jaren niet voorgekomen
hooge waterstand van 125 cJti. boven het
Semarang-peil geconstateerd, terwtil nor
maal hoog water te Semarang is 90 c.M.
boven het Semarangpeil. Hierdoor werden
aan den havenkant overstroomingen ver
oorzaakt. welke schade toebracht aan het
kantoor van het Semarang-orauwen-veer
en dat der havenpolitie, welke onderliepen.
In een half uur tijds steeg het water on
geveer 40 c.M.
Het gegraven droogdok van 's lands bag
gerbedrijf waarin 2 booten waren opgeno
men. is volgeloopen. Een tank. toebehoo-
rend aan de Pure Casie Motasse Company
met een inhoud van 30 ton molasse is vol
geloopen. Andere tanks welke rondom het
water zijn gelegen alsmede talrijke goe
dangs zijn overstroomd.
"sar het Engelsch van WILLIAM LOCKE
door J. E. d. B. K.
221
HOOFDSTUK VIII.
Corinna, opgekwikt door in allerijl ont
boden voedsel, stak een cigaret op en ver-
Klaarde zich op sarcastischen toon bereid
baar het Orakel te luisteren. Het
wakel boog met zijn gewone welwillend
heid en sprak lang en vloeiend in ter-
roeit, die niets dubbelzinnigs hadden, om-
Jent zijn bedoeling. Om nu te zeggen, dat
j'Onnna verrast was over zijn voorstel, zou
I?ar gevoel van verontwaardigde verba
zing slecht weergeven. Doodstil zat ze
"iet vuurroode wagen en samenge
perste lippen en liet den ellendigen kerel
him Ult?praak voleindigen, voordat zij
geheel ging vernietigen. Hij sprak
J?' toen Bigourdin aan de deur ver
steen Midden in zijn zin brak Fortin-
,,en rieP ^em toe, binnen te komen,
p. ™yn beste Gaspard, zei hij in het
f.ntii .want Bigourdin kende weinig
ik ga mademoiselle Corinna een
zal hl voorleggen- dat zeei naar geluk
or(ieren en waar jij ook wel je
a»m luri,ng aan 2ult Beven. Ga zitten en
"wm deel aan onze vergadering.
tnm.J vmd ir'i voorbaat alles goed. zei de
rorsche man glimlachend.
ni~ "an,bent u zeker al van dit prachtige
-ü r£ ?e ho°gie? vroeg zij.
onbemf1 1 geheel niet maar ik heb een
«perkt vertrouwen in mijn zwager,
ttwir .1. idée is' dat ik in uw fabriek
kou vinden als opzichteres.
bit met13 Prachtig, riep Bigourdin
v schitterende oogen. Zoo iets kan
alleen maar in zijn wijs hoofd opkomen.
De zaak groeit Félise en mij boven het
hoofd. Vroeger of later moet ik een
vrouw aanstellen bij de fabricage. Ik heb
Daniel mijn moeilijkheden vertelt en nu
komt hij met deze prachtige oplossing,
het is werkelijk prachtig. Zijn heele eer
lijke gezicht straalde.
Je zoudt van meet af aan moeten be
ginnen om er alles van te leeren, voegde
Fortinbras er vlug aan toe. Dat zou ge
makkelijk gaan, want zij, die je moeten
onderrichten, zijn van goeden wille en je
hebt een flinke dosis gezond verstand. Je
zoudt iederen dag meer gevoel van eigen
waarde krijgen omdat je een werkzaam
deel neemt in het sociale organisme.
Dus, zei Corinna, ter wille van Bi-
gourdin's tegenwoordigheid een heftige
uitbarsting bedwingend, hoewel ze trilde
van woede, u zoudt willen, dat ik het
leven, dat God mij gegeven heeft, ge
bruikte om paté de foie gras te maken
Dat is beter dan je als een dwaas aan
te stellen door slechte schilderijen te
maken.
Ik heb het schilderen opgegeven, zei
Corinna. En iedere vrouw stelt zich als een
dwaas aan. Van daar het voortbestaan
van het menschdom.
In jouw geval, mijn lieve Corinna. zou
dat prijzenswaardige dwaasheid zijn.
U beleedigt me, riep ze, haar wangen
vuurrood.
Stil, stil, zei Bigourdin en hij legde
zijn forsche hand op de arm van zijn
zwager
Maar Fortinbras streek zijn witte manen
naar achter en zag beiden aan met den
rustigen blik van een ouden kalmen leeuw.
Het kan niet ais een beleediging be
schouwd worden, als men een cynischen
grap beantwoordt met het gezegde dat én
huwelijk èn moederschap het prijzens-
I waardige lot van de vrouw zijn.
Hoonend vroeg Corinna: Hoe speelt u
dat klaar om zoo te doen?
Wat te doen?
Zoo te praten.
Omdat ik onderwijs heb gehad, dat
verder ging dan gewoon lager onderwijs.
Maai' je hebt niet geantwoord op mijn
voorstel. Eens heb je gezegd, dat je het
leven bij de keel zou grijpen om er iets
groots uit te schudden. Dat wil je nog,
maar je kunt het niet En je weet dat je
het niet kunt, lieve Corinna. Zelfs zij, die
het wel kunnen, valt toch weinig geluk
ten deel. Geluk komt tot ons door de fijn
ste kanaaltjes! En ik geloof dat het voor
jou zou komen door de lever van een vet-
gemesten gans.
Na Corinna's uitval was er een schaduw
gevallen over het zonnig gezicht van
Bigourdin
Mademoiselle Corinna. zei hij op ero-
stigen toon ,als u deze positie zoudt willen
aanvaarden, deze positie, die niets oneer
vol is. dan verzeker ik u uit den gTond
van mijn hart, dat u met groote achting
en waardeering behandeld zoudt worden.
De volmaakte hoffelijkheid van Bigour
din ontwapende haar. Ze was natuurlijk
nog verontwaardigd op Fortinbras. Dat hij
haar. Corinna Hastings, het laatste type
van de geëmancipeerde, jonge, Engelsche
vrouw, er zeer op gesteld haar persoonlijk
heid te laten gelden, zou aanraden om zich
te begraven in een duf, klein. Fransch
stadje en een soort van huishoudster te
worden in een klein Fransch hotelletje!
Dat voorstel was belachelijk, een belee
diging van haar persoonlijkheid, die zij
zelve toch zoo belangrijk vond en die hij
van nul en geener waarde scheen te ach
ten. Waarom maar niet dadelijk kamer
meisje of ganzenhoedster worden? Zijn
minachtende aanmatiging maakte haar
razend. Ze was woedend op Fortinbras.
Maar Bigourdin, die de zaak behandelde
als iemand, die een gunst vroeg, verdien
de een beleefd antwoord.
Monsieur Bigourdin, zei ze met veel
waardigheid, iets getemperd door een
medelijdend glimlachje, ik weet dat u
allervriendelijkst bent en ik dank u op
recht voor uw aanbod, maar om persoon
lijke redenen kan ik er niet op ingaan u
moet me vergeven, dat ik naar Engeland
terug ga. waar mijn plicht mij roept.
Je plicht? Tegenover wie? vroeg For
tinbras.
Ze wierp hem een vernietigenden blik
toe Tegenover mij zelf. antwoordde ze.
In dat geval valt er niets meer te
2eggen, merkte Bigourdin mistroostig op.
Daar valt nog van alles te zeggen, zei
Fortinbras, maar het is de moeite niet
waard om het te doen.
Corinna stond op en nam haar hand
schoenen. Ik ben blij, dat u dat inziet.
Bigourdin stond ook op en hield haar
een oogenbiik tegen: Als u ons, met fijnen
tact doelde hij ook op Félise als gastvrouw,
de eer wilt aandoen eenige dagen onze
gast te zijn, om het aanbod nog eens te
overwegen, zoudt u misschien een ander
besluit nemen.
Maar ze was niet tot andere gedachten
te brengen, zelfs niet door Martin, die ge
durende het geheele onderhoud gezwegen
had. maar haar nu voorstelde haar ver
trek uit te stellen.
Wacht dan tenminste af wat onze
goede raadgever mij aanraadt. We zijn
toch samen op reis gegaan; dus is dit
billijk.
Ja, zei Corinna, laat ons dat eens
hooren wat voor Ordonnance de Bonheur
u voor Martin hebt.
Wil je dat zoo graag hooren? vroeg
Fortinbras.
Natuurlijk, zei Martin in het Engelsch,
want hij geneerde zich een beetje om zijn
gevoelens bloot te leggen voor Bigourdin:
Corinna kan u vertellen, dat ik u altijd
volmaakt trouw ben gebleven. Ik had in
u een blind vertrouwen. Ik heb alles over
boord gegooid. Maar nu is mijn geld bijna
op en er dient iets te gebeuren.
Zonder twijfel zei Fortinbras en om
Bigourdin er ook weer in te betrekken,
vervolgde hij in het Fransch: Om je te
zeggen, wat er gebeuren gaat, wel dat is
een van de redenen dat ik hier ben.
Vertelt u ons dat dan eens, zei Co
rinna, ik kan hier niet den heelen dag
blijven staan.
Wilt u niet gaan zitten, mademoi
selle? vroeg Bigourdin.
Corinna viel neer op een stoel. Gaat u
nu nooit beginnen?
Ik had een volledige analyse willen
maken, zei Fortinbras vriendelijk, van
den financieelen, moreelen en geestelijken
toestand van onzen jongen vriend. Maar
daar je ongeduldig bent, zal ik afzien van
het genoegen om deze heilzame mededee
ling te doen. En ik begin dus dadelijk met
de hoofdzaak. Hij bezit geen cent. Hij wil
zijn geestdoodend beroep niet meer op
vatten. Maar hij moet zooals andere ge
wone stervelingen zijn levensonderhoud
verdienen. Deze drie maanden hebben zijn
ziel volkomen tot rust gebracht. Ze moet
nu weer aangezet worden tot arbeid, die
beter voor hem is. Mijn geluksvoorschrift,
zooals jij Corinna het zoo aardig hebt uit
gedrukt. is dat Martin de plaats inneemt
van den viezen Polydore, die, zooals ik
hoorde, zoo smadelijk is weggejaagd.
Zijn drie hoorders waren allen op hun
wijze onthutst.
Oudje, dat is idioot, riep Bigourdin.
Wat een betrekking! lachte Corinna.
Dat is nooit bij me opgekomen, zei
Martin, op de tafel slaande.
Fortinbras wreef zich de handen. Ik
kom nooit met zulke doodgewone din
gen aan.
Mon vieux, je houdt ons voor het
lapje, zei Bigourdin. Monsieur Martin, een
mijnheer, een geleerde, een leeraar.
Een klompje nietig stof, dat een ziel
zoekt, zei Fortinbras.
(Wordt vervolgd).