LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad
Zaterdag 30 April
BRIEVEN UIT BERLIJN.
FINANCIEEL OVERZICHT.
•ril l^U
LAND- EN TUINBOIJI
TUIMELTJE EN KRUIMELTJE IN HET KABOUTERLAND
(Van onzen correspondent).
Dc lente van Werder.
Berlijn, 23 April.
Al te lang hebben we op de nieuwe
lente gewacht. April is bitter koud ge
weest in Duitschland. Sinds 1917 herinne-*
ren we ons niet meer, een zoo late lente
meegemaakt te hebben. Nog geen veer
tien dagen geleden lag groezelige sneeuw
nog in sommige straten en in de bosch-
rijke omgeving. Een felle Noordwester
maakte het verblijf in de open lucht
onhoudbaar. Midden in April liepen we
in het toch al zoo koude Berlijn nog hui
verend in onze overjassen. En de weer
berichten gaven geen sprankje van hoop.
Snids een dag of drie is het nog wel
geen lente, maar de voorboden melden
zich toch. Het eerste jonge groen is er,
struiken en boomen botten uit, straks
zullen de seringen de anemonen komen
aflossen; en kijk, achter in mijn tuin
wazigt rozekleurlg de eerste pracht der
bloesemdragende vruchtboomen! Die
wekken een tradioneele jaarlijksche
herinnering op, en zijn een belofte vooi
het telkens wederkeerende lentefeest der
Berlijners: Werder!
Werder is een stadje, dat niet ver ach
ter Potsdam ligt. En Potsdam alweer, de
beroemde ex-zomerresidentie der Duitsche
koningen en keizers, is een kleine 30 K M.
buiten Berlijn gelegen. In drie kwartiei
kunnen we Werder met de auto in twee
uren met de motorboot bereiken, in een
goed uur met den trein. Dat beteekent
voor ons, Berlijners, die vaak meer dan
een uur aan één stuk in detram
moeten zitten om de city te bereiken, een
peuleschil,
Is het een wonder, dat de Berlijners, die
op alles wat „natuur" heet, verzot pleegt
te zijn, geen grooter genot kent dan zijn
jaarlijksche uitstapje naar de „Wêrdêr-
sche Baumbliite", waaraan voor alle recht
geaarde oer-Berlijners zoo tallooze jeugd
herinneringen verbonden zijn?
Wie van mijn lezers in deze weken
naar de Duitsche rijkshoofdstad komt,
moet niet verzuimen, Werder te gaan
genieten. Ik weet wel, dat voor de Hol
lander de aanblik van bloeiende appel-,
peren- en kerseboomen nu niet bepaald
een sensatie beteekent. Wij hebben ons
Westland onze geestgronden, de Betuwe
en vele andere plekjes, de tulpen- en hya-
cynthenvelden niet te vergeten, die zich
terecht in Internationale bekendheid
mogen verheugen. Maar het beeld van
Werder hebben we toch niet! Dit stadje
is. wat de oudere, zeker reeds bijna 1000
jaren oude, wijken betreft, op een schier
eiland gebouwd, dat zich uitstrekt in een
van de tallooze schilderachtige, aan na
tuurschoon, zoo rijke „Maskische" meren,
die de omgeving van Berlijn tot een bij
vreemdelingen nog veel te weinig be
kende Idylle zonder weerga maken.
Rondom en achter het stadje verTTeffen
zich de groene en ten deele met zware
bosschen bedekte heuvels waardoor deze
meren den indruk van Klein-Zwitserland
weten voor te tooveren. En overal op de
berghellingen, maar ook langs de oevers
en temidden van de oude hulzen en de
schilderachtige antieke kerken staan sinds
600 jaren de vruchtboomen geplant, ter
wijl nog tot in den regeeringstijd van
Frederik den Grooten de wijnstok
's zomers in vollen bloei placht te staan.
Inderdaad, zelfs de meeste Berlijners,
die niet in de eerste plaats om de bloe
sems, maar om den koppigen vruchten
wijn naar Werder plegen te gaan, weten
niet, dat in vroege eeuwen Werder en
omgeving heuschen witten wijn oplever
den. Het is dezelfde „alte Fritz" geweest
die in een regeerlngsdecreet aan deze
echte wijnproductie een eind maakte op
grond van de overweging, dat de Werder- I
wijn in qualitelt met Fransche wijnen
en met de heerlijke producten van Rijn,
Moezel, Saar, Nahe en andere latei-
wereldberoemd geworden centra toch niet
langer concurreeren kon. De Werdersche
wijnoogst had toen echter reeds een 1
roemrijke geschiedenis achter zich. Reeds
in 1317 kochten de Clsterciener monniken
van het klooster Lehnin, waarvan de
ruines nog heden tot talrijke uitstapjes i
van de hoofdstedelingen lokken, de „vlek
Werder" met haar 47 hoeven, haar bergen,
weiden en uitgestrekte watervlakten. De
erond was zandig en onvruchtbaar, gelijk
bijna overal in de „Mark Brandenburg".
Maar de nijvere monniken, echte harde
Pruisen blijkbaar, kenden geen rust voor
dat ze de berghellingen voor het aanplan
ten van den wijnstok geschikt gemaakt
hadden. De wiin, dien zij voortbrachten
had een goudgelen glans en moet goed ge
smaakt hebben. Maar ook de kersenboom
gaarden, die zij aanlegden en die nog
heden een middelpunt van de productie
vormen, leverden prima fruit. Al kunnen
de kersen van Werder naar mijn beschei
den meening nog altijd niet met die van
onze Betuwe concurreeren. De Berlijners
echter, die op dit gebied niet verwend
zijn. geven zeer terecht aan het fruit van
Werder de voorkeur boven de kersen, die
andere Duitsche dreven opleveren en ook
naar de miilioenenstad uitvoeren.
Omstreeks 1500 was Werder als centrum
van den wijnbouw in Brandenburg alge
meen bekend en de regeering kon er zich
in verheugen, dat deze productie voor den
fiscus niet onbelangrijke bedragen ging
opbrengen. In 1697 kreeg Werder zelfs het
recht, aan een bepaalde brug in Berlijn,
die voor haar gereserveerd bleef, met
schuiten aan te leggen om Werderschen
wijn en Werdersche vruchten aan den
man te brengen. Pas in 1840 slaagde de
concurrentie er in, aan deze bijzondere
voorrechten een eind te maken. En eerst
in 1932 wordt weer overwogen, Werder als
middelpunt van wijnbouw in eere te her
stellen
Voorloopig echter zullen we onze pel
grimstochten naar dit schilderachtige
stadje voortzetten om de bloesempracht
en om de zeer smakelijke, maar door hun
koppigheid niet ongevaarlijke vruchten
wijnen.
De „Obstwein" behoort naast het „Bock
bier" tot de allergrootste attracties- van
den Berlijnschen middenstand en de ar
beidersklasse Over het algemeen is de
Berlijner matig. Hij kan heel wat biei
door zijn keelgat laten verdwijnen, maar
tot dronkenchap laat hij zich eigenlijk
maar zelden verleiden. In Werder echter
is hij over 't algemeen een ander mensch.
Wie in zulke Jan Steen-tooneeltjes belang
stelt, moet een warmen Zondag in de i
De beurs in afwachting van de verdere
politieke ontwikkeling Nieuwe reactie
van den ponderkoers Dividendpassee-
ring der U S Steel Corporation: Het bedrijf
niet meer loonend De dividendvooruit
zichten der Koninklijke Petroleum en der
Handclsvereeniging Amsterdam Kans
op inrichting van rubberterreinen voor
andere docMnden.
De internationale fondsenmarkt heeft
het resultaat der Duitsche Landdagver
kiezingen met groote gelatenheid opgevat.
Al betreurde men de sterke verschuiving
naar rechts, men stelde zich op het
standpunt, dat de practische gevolgen,
welke deze zal kunnen hebben, dienen te
worden afgewacht. Bovendien geeft men
er zich rekenschap van, dat voor de toe
komstige Duitsche binnenlandsche poli
tiek veel, zoo niet alles, zal afhangen van
het resultaat der a.s. besprekingen tus-
schen de leidende staatslieden te Lau
sanne. Mocht het alsnog gelukken, hier
tot een oplossing, van het vraagstuk dei-
herstelbetalingen en der oorlogsschulden
te geraken, dan zou dit er niet alleen in
sterke mate toe bijdragen, rustige ver
houdingen in Duitschland te doen weder-
keeren, maar dan zou de geheeie wereld
ontheven worden van een druk, die een
herstel van het economisch leven tot dus
verre heeft tegengehouden.
In afwachting van datgene, wat Lau
sanne zal brengen, en het behoeft nau
welijks betoog, dat in dit verband ook het
resultaat der Fransche verkiezingen door
de beurs met spanning tegemoet wordt
gezien, is het op de beurs nog niet tot
een opleving van zaken gekomen. De
grondstemming, vooral op enkele der bui-
landsche beurzen, was wellicht een nuance
beter, maai- naast de onzekerheid over
den uitslag der internationale besprekin
gen waren er te veel factoren van ongun-
stigen aard. dan dat zich een herstel van
beteekenis kon doorzetten.
In de eerste helft der week wekte een
nieuwe inzinking van den Pondenkoers
ontstemming. Van 9.36 is de noteering
voor Ponden te Amsterdam in een week
tijds teruggeloopen tot 9.01"/!, waarop
slechts een gering herstel volgde. De her
nieuwde daling is voornamelijk toe te
schrijven aan het feit, dat blijkens de
mededeelingen van den Engelschen Minis
ter van Financiën in de begrootingsrede
dc Engelsche regeering niet van plan is,
binnenkort tot den gouden standaard
terug te keeren Uit de instelling van het
fonds tot nivellcering van schommelingen
in den wisselkoers meent men te moeten
afleiden, dat de regeering een voortge
zette stijging van den Pondenkoers zoo
veel mogelijk zal tegengaan.
De „valuta-premie" van ca. 25 pet.,
waarvan de Engelsche industrie bij haar
export ais gevolg van de depreciatie van
het Pond Sterling profiteert, zou door een
krachtige koersverfaeterlng van het Pond
gedeeltelijk of geheel te loor gaan, en de
concurrentie van het buitenland op de
Engelsche markt zou er weer door worden
vergemakkelijkt, zoodat de sterke verhoo
ging der invoerrechten, die tezamen met
de thans bestaande „valuta-premie" de
Brltsche industrie moeten beschermen. I
wellicht weer niet voldoende zouden blij
ken te zijn.
Om al deze redenen zal, naar men aan
neemt, de valuta-politiek der regeering er
op gericht blijven, het Pond Sterling in
geen geval veel boven het tegenwoordige i
niveau te doen uitkomen. De speculatie in 1
Ponden, gebaseerd op de mogelijkheid
van een spoedige stabilisatie boven het
tegenwoordige koerspeil, heeft dus voor
het oogenblik haar attractie verloren, i
weshalve loopende hausse-posities worden
afgewikkeld hetgeen een druk op den
Pondenkoers uitoefent.
eerstvolgende 3 tot 4 weken uitzoeken
Dan is Werder voor rustig, natuurlie-
vende menschen eenvoudig ongenietbaar
overstroomd met tienduizenden Ber-
lijnsche families, die per trein en tram,
per omnibus en boot naar dit Eldorado,
van den vruchtenwijn gestroomd zijn om
daar gewoonlijk binnen een half uur „mil
Kind en Kegel" onder de alcohol te zitten
en grenzeloos dronken te zijn. Wat voor
zuidelijke volkeren en voor den Rijnlan
der Carnaval is, voor de bergboeren in
Zuid-Duitschland de „Rau-Nacht", dat is
voor de Berlijners de „Werdersche Baum
bliite". Een uitstapje, dat in hoofdzaak
ten doel heeft, beschonken te zijn en de
dagelijksche zorgen eenige uren volkomen
te vergeten.
Een aesthetisch gezicht biedt dit volks
feest in Werder natuurlijk allesbehalve!
De vruchtwijnen, die men in vijf, zes ver
schillende soorten bestelt, worden in wijn-
flesschen op tafei gezet, en vooral de
aardbeienwijn smaakt voortreffelijk. Deze
wijnen hebben alle het bekend-zoetige
karakter, dat aan limonade herinnert.
Men drinkt ze zonder erg, of welbewust,
gaarne in groote hoeveelheden. Maar
staat men na twee of drie glazen even
van tafel op, dan merkt men, dat ze uiterst
verraderlijk in hoofd en beenen geslagen
zijn! En wie het waagt, een heele flesch
uit te drinken, kan niet meer zonder hulp
den weg naar huis vinden. De bevolking
van Werder heeft dan ook drastische
maatregelen genomen om de Berlijners na
afloop van den feestdagnaar huis te
krijgen. De tallooze uitspanningen en zo
mertuinen hebbenhellende vlakken,
die uitloopen op goederenwagens van den
locaalspoorweg of op de daar opgestelde
vrachtauto's. En of men het gelooven wil
of niet. ik verzeker u uit eigen waarne
ming, dat men de dronken hoofdstedelin
gen met hun familie, voor zoover die ook
niet meer loopen kan, langs de hellingen
naar beneden rolt en als stukgoed in
spoorwagens en vrachtauto's opeenstapelt.
Op weekdagen echter is het beeld niet
zoo afstootend. Dan komen in hoofdzaak
de kalme bewonderaars van het werkelijk
sprookjesachtige beeld der roze bouquet-
ten van bloesems, die langs de oevers en
tegen de berghellingen geplant zijn. Men
drinkt ook zijn glaasje appelwijn, maar
met mate. En de stemming is voortreffe
lijk. Het frissche lenteweer, de zon. die
dan al aardig branden kan, de honderden
zeilscheepjes op de meren de stoomboo-
ten. die met lustige muziek komen aan
schroeven het zingen van de schoolkin
deren. de knappe Werdersche meisjes, die
bedienen.
Dat is de lente van Werder!
Kunt u zich voorstellen, dat ik er mij
al bü voorbaat op verheug?
Naast de daling van het Pond Sterling
was het de publicatie van den kwartaal-
staat der Amerikaansche Staaltrust, die
wel een ongunstigen indruk op de beurs
moest maken. Het feit. dat het dividend
op de gewone aandeelen gepasseerd is,
was op zich zelf geen verrassing. Gezien
den voortdurenden teruggang der ont
vangsten ln het laatste jaar en de verdere
inkrimping der bedrijvigheid in de eerste
drie maanden van 1932 kon men niet
anders dan een ongnnstigen kwartaal-
staat verwachten. In zooverre heeft deze
echter nog teleurgesteld, omdat er uit
bleek, dat in deze periode de bedrijfs-
onkosten nog niet eens zijn gedekt, zoo
dat er een exploitatie-verlies is geleden
van 1.37 millioen dollar, dat door af
schrijvingen en na rentebetaling op obli
gaties tot 13.22 millioen dollar is toege
nomen.
Dank zij de voorzichtige fmanciëele po
litiek, die door het bestuur in den goeden
tijd is gevolgd, kan dit tekort gemakke
lijk worden gedekt uit het vroeger ge
vormde surplus, dat aan het eind van
1931 nog 422'/; millioen dollar bedroeg.
Er bestond weinig hoop, dat het bestuur
er mede zou doorgaan, om het dividend
op de gewone aandeelen uit het surplus te
betalen, zooals het sinds het laatste kwar
taal van 1930 had gedaan. Reeds in de
jaarvergadering had het bestuur ver
klaard, dat zijn financleele politiek er
voor alles op gericht is, om de liquiditelts-
positle der maatschappij zoo krachtig mo
gelijk te maken, teneinde aan eventueel
nog te verwachten moeilijke tijden het
hoofd te kunnen bieden.
De financieele positie der Steel Corpo
ration moge dan ook op zich zelf geener
lei aanleiding tot eenige bezorgdheid ge
ven, daar tegenover staat, dat, naar uit
de ongunstige bedrijf resultaten over het
laatste kwartaal blijkt, de ondernemnmg
er nog niet in geslaagd is, om zich aan
de nieuwe prijsverhoudingen op de ijzer
en staalmarkt aan te passen. Men mag
aannemen, dat er intusschen wel verdere
maatregelen in deze richting zijn geno
men. Reeds in een loon- en salarisverla
ging doorgevoerd en men schijnt hier
mede nog verder te zullen gaan. terwijl
ook op ander gebied nieuwe bezuinigin
gen worden toegepast.
Aan het eind van 1931 werkte de Steel
Trust echter slechts op 201"/» van haar
productie-capaciteit. Niet minder dan
o0°/t, van de installaties lagen dus stil en
het behoeft geen betoog, dat onder deze
omstandigheden de algemeene onkosten
sterk op het bedrijf moesten drukken,
zoodat er heel wat bezuinigingen noodig
zijn, om dit voldoende te compenseeren.
Slechts een aanmerkelijke uitbreiding der
bedrijvigheid door een toeneming van de
vraag zal het bedrijf weer op een loonende
basis kunnen brengen.
Nu lulden de berichten over den toe
stand der staalindustrie in het algemeen
iets beter. Als gevolg van de toenemende
orders van de automobielindustrie is de
bedrijvigheid iets toegenomen, zoodat de
staalfabrieken thans gemiddeld op 22"/«
van de capaciteit werken. De bestellingen
zullen echter nog heel wat grooter moeten
worden, om het als gevolg van de sterke
expansie-politiek sinds den oorlog aan
zienlijk verhoogde kapitaal opnieuw ren
dabel te maken.
Het uitstaande gewone kapitaal bedroeg
eind 1931 363.7 millioen dollar, tegen
508.3 millioen eind 1913; het preferente
kapitaal is onveranderd gebleven op 360.2
millioen. Tegenover de uitbreiding van 't
gewone aandeelenkapitaal staat echter 't
gunstige feit, dat de vroeger aanzienlijke
obligatieschuld voor het overgrootste deel
kon worden afgelost. Eind 1931 stond
slechts 90 millioen aan obligatien uit. te
gen 627 millioen in 1913. Ook in dit op
zicht is de positie der Steel heel wat be
ter dan die van vele andere Amerikaan
sche ondernemingen, waaronder in de
eerste plaats verschillende openbaar
nutsbedrijven, die als gevolg van hun
groote gefundeerde en ook vlottende schul
den in dezen tijd van dalende inkomsten
met toenemende moeilijkheden te kampen
kr-jgen.
Op de Amsterdamsche beurs hebben
aandeelen Koninklijke zich aanvankelijk
na de scherpe koersdaling in de vorige
week iets kunnen herstellen. De verbe
tering was wel niet van groote beteekenis,
maar er heerschte niet meer de nerveuze
stemming, die de vorige week voor dit
fonds bestond, en' die gevoed werd door
allerlei geruchten, de een al ongeloof
waardiger dan de andere, die echter een
maar al te gretig onthaal vonden. Door
een officieele communiqué van het be
stuur der Koninklijke Shell werd het
wantrouwen wel eenigszins verminderd,
maar daar tegenover stond, dat de on
zekerheid over de dividendpolitiek er eer
der nog door is toegenomen.
Men vraagt zich af. of uit de uiting van
het bestuur, dat zijn beleid er bij voort
during op gericht is, de krachtige finan
cieele positie der maatschappij in stand
te houden, teneinde zoowel de tegenwoor
dige als dc eventueel nog te verwachten
stormen te doorstaan, niet moet worden
afgeleid, dat in het geheel geen dividend
zal worden uitgekeerd. Hiertegenover
staan anderen, die van meening zijn, dat
in elk geval een klein dividendje, van 5
a 6"/« tegemoet zal mogen worden gezien.
Men gaat hierbij van de overweging uit,
da het bestuur er slechts in het uiterste
geval toe zou overgaan, de aandeelhou
ders door algeheel achterwege laten van
een uitkeering teleur te stellen, ook al om
dat dit ongetwijfeld een nieuwe stroom
van verkooporders zou uitlokken.
De mededeeling, dat de Venezuelan Oil
Concessions, een dochtermaatschappij van
de Koninklijke, dit jaar evenals de Ko
ninklijke zelf haar interim-dividend ge
passeerd had, een dividend van 10" 'o heeft
aangekondigd, heeft de hoop op dividend-
uitkeering door de Koninklijke doen toe
nemen. Hierbij kwam, dat een verdere
prijsverhooging voor ruwe olie in de Ver.
Sta'er eveneens tot een verbetering van
de algemeene stemming voor petroleum-
wa.irden bijdroeg.
Tegen het einde der week kwam het
jaarverslag van de Shell Union Oil Cor
poration, de Amerikaansche dochtermaat
schappij van de Koninklijke Shell, echter
weer roet in het eten gooien. Deze maat
schappij, die het voorafgaande jaar nog
met een surplus van ruim 18 millioen dol
lar had afgesloten, toont per einde 1931
een deficit aan van ruim 12 millioen, dat
in het eerste kwartaal van 1932 verder
tot ruim 15 millioen dollar is toegenomen.
Dit ongunstige resultaat is voor een aan
zienlijk deel het gevolg van de noodza
kelijke aanzienlijke afschrijvingen, vooral
op voorraden ruwe olie en petroleumpro-
ducten. De maatschappij is er intusschen
voor alles op bedacht geweest, haar liqui
diteitspositie te handhaven, en zij be
schikt over ruime kasmiddelen, zoodat wat
de toekomstige financiering betreft geen
moeilijkheden voor haar te duchten zijn.
Dat er in dezen bewogen tijd slechts
weinig toe noodig is, om nieuwe onrust te
verwekken, bleek, toen Donderdagochtend,
voor den aanvang der beurs, nieuwe ge
ruchten in omloop werden gebracht, die
wilden weten, dat Dr. Deterding als di
recteur-generaal van de Koninklijke-Shell
zou aftreden. Deze geruchten, welke van
een Parijsch boulevard-blad afkomstig
waren, zijn onmiddellijk van officieele
zijde categorisch tegengesproken. Niette
min hebben aandeelen Koninklijke toch
opnieuw aan verkoopdruk blootgestaan,
waardoor zij weer in koers terugliepen.
Opvallend flauw was de stemming in de
afgeloopen week voor aandeelen Handels-
vereeniging „Amsterdam". Ook in dit ge
val gingen de verkooporders gepaard met
geruchten, dat de maatschappij geen di
vidend zal uitkeeren. Men wilde zelfs we
ten, dat er in het afgeloopen jaar een ver
lies is geleden van meer dan f. 10 millioen.
Aangenomen mag worden, dat men hier
bij slechts te doen heeft met vermoede
lijk weinig betrouwbare ramingen, daar
de H.VJV haar jaarverslag eerst in den
loop van Juni pleegt te publiceeren. Het
ligt voor de hand, dat 1931 voor de H.V.A.
al evenmin als voor de andere cultuur-
ondernemingen gunstig kan zijn geweest.
Op de suikerondernemingen werd in 1930
reeds een verlies geleden van negen ton.
Sindsdien is de toestand op de suikermarkt
nog slechter geworden. Terwijl oogst 1930
nog gemiddeld f. 7.89 per 100 Kg. op
bracht, zal de doorsnee-prijs voor oogst
1931 vermoedelijk niet ver boven de f. 6 a
f. 6.25 uitkomen. De diverse cultuuronder
nemingen leverden in 1930 nog een
winst op van f. lO'/a millioen, maar ook op
dit gebied is de toestand als gevolg van de
verdere daling der prijzen van de desbe
treffende producten heel wat minder
goed, zoodat het de vraag is, of de ongun
stige cultures zijn gecompenseerd.
Een verliesraming als de bovenbedoelde
lijkt echter wel erg aan den hoogen kant,
en men zal goed doen, het jaarverslag af
te wachten. Bovendien bedenke men, dat
op de balans per 31 Dec. 1930 extra f. 5
millioen ten gunste van het boekjaar 1931
was gereserveerd, waaruit, op het aandee
lenkapitaal van f. 40 millioen, een divi
dend van 12V: pet. zou kunnen worden be
taald. Liquiditeitsoverwegingen zouden
nauwelijks een belemmering hiervoor be
hoeven te zijn. Op de balans per 31 Dec.
1930 kwamen kasmiddelen met ca. f. 11
millioen voor. waarnaast a deposito en op
prolongatie f. 37 millioen was uitgezet. Of
het bestuur het raadzaam zal achten,
onder de tegenwoordige onzekere omstan
digheden en de nog onzekerder toekomst
tot dividenduitkeering over te gaan, dient
intusschen te worden afgewacht.
In verhouding tot H.V.A. hebben andere
suikeraandeelen zich vrij goed gehouden;
lubberaandeelen zakten daarentegen nog
iets in koers in, onder leiding van het
hoofdfonds. Rubbercultuur Mij. „Amster
dam" De directie van deze maatschappij
heeft, naar in de jaarvergadering werd
medegedeeld, nog geen besluit genomen
ten aanzien van het sluiten van onderne
mingen, in afwachting van de verdere
ontwikkeling der markt na het besluit der
regeering om geen gedwongen restrictie
door te voeren. Intusschen gaat men voort
met maatregelen ter verlaging der pro-
>r KC-H
xigst-M
M;
ductiekosten. Deze zullen voor
weer lager worden dan voor
Naar men weet, zijn reeds vérg^B
andere Indische rubberondernem£
stopzetting van den rubbertap ov»
De vrees was echter geuit dat de t
veroorzaakte vermindering der p-
spoedig weer voor een uitbreiding
zou maken, wanneer bi] een u, I
aanmerkelijke prijsstijging de prat™
de bedoelde rubberplantages zot
hervat. In vele gevallen schijnt i
niet het geval te zullen zijn, Ver;
sluitende ondernemingen zullen
delijk binnenkort niet meer in str
erfpacht en grondlasten te betalei
neer hun geen uitstel van betali
leend wordt (die met een hooge b»
paard gaat), vervallen de erfpach:
len tot Iandsdomein, en de desbeg
gronden worden ingericht voor hi
bouwen van voedingsgewassen,
voor de rubberproductie uitges:
zijn.
De overige afdeelingen der beun
weinig aanleiding tot bijzondere i
king. Industriëele waarden kondn
goed handhaven. Daarentegen wen
Indische scheepvaartwaarden oa
beïnvloed door het passeeren van bi
dend door de Koninklijke Paketu
de Rotterdamsche Lloyd. Aandeela
meene Exploratie Mij. waren hots
het gunstige slotdividend van 7 pet
kende een totale uitkeering over Ir
13 pet. tegen 6 pet. vorig jaar.
Hieronder volgt een overzicht r,
koersverloop:
Koloniale Bank 47, 38, 40.
Ned. Handel Mij. 63, 57 7/8.
Handelsver. „Amsterdam" 152,135,
Javasche Cultuur 104, 108, 91.
Suiker Cultuur Mij. 42 3/4 33.
Koninklijke Petroleum 103, lis,
109'/;.
Perlak Petroleum 80 1/4, 84.
Aku 25, 28 1/4.
Ned. Ford 100 1/4, 95, 96.
Philips 56 1/4, 57'/;.
Unilever 95 1/4. 96'/;, 95.
Zweedsche Lucifers Mij. 61/8, 101
Alg. Exploratie 101'/;, 109, 107'/;.
Amsterdam Rubber 28'/;, 26, 27 3/4.
Oost Java Rubber 42'/;, 36 38.
Kon. Paketvaart 93. 77, 78'/:.
Rotterdamsche Lloyd 42, 39, 40
Stoomv. Mij. „Nederland" 481/4,0
Deli Batavia Mij. 93, 85'/;.
Deli Mij. 1041/4, 951/4.
Senembah 106'/;, 100 1/4.
VOOR KLEINE TUINEN.
Hel zaaien van boonen. Bruyé
witlof enz.
Indien het weer einde Apnl a
leggen we de eerste sla- en snt;
voor vroege oogst in den vota 1
Daarvoor gebruiken we de stam
en leggen deze op een beschut!
rabat. Boonen verdragen in het
geen nachtvorst; daarom is het t
leggen van boonen altijd riskant/
weer koud en nat, wacht dan lieve:
het zachter wordt. De boonen sü
een dergelijke weersgesteldheid t
grond verrotten of opkomen melt
(slecht ontwikkelde) harten. We is
zaden op 40 a 50 c.M. afstand en 4
kens 3 boonen bij elkaar.
Wie de beschikking heeft over
kan daarin nu gerust boonen legget
om deze daarin geheel te teelenol
de jonge plantjes later buiten uit S
ten. In het laatste geval zaaien i
bijeen, om niet meer ruimte in
te gebruiken als vooi' de ontwikte
jonge plantjes noodig is. Voor!
planten moeten ze dan voldoende
gehard daar ze anders te veel liji
het leggen van stokboonen wachtel
omstreeks half Mei. Wel plaatse:
de stokken, opdat we bij gunstig!
boonen dan direct kunnen legeei
We plaatsen de stokken op 70 i
afstand en verbinden telkens 2 rijt
ken op 2 meter hoogte aan een di
ger opdat ze niet zooveel van
lijden hebben. Van snijboonen I®
tot 5 en van slaboonen 7 tot 8 bw
een stok. We zaaien omstreeks b
ook kroten voor winterprovisie tt
manier is wel op rijtjes in ondiep
tjes welke op 25 c.m. of stand gfl
worden. De jonge plantjes words
gedund tot op 15 C.m. daarom zaal
niet te dicht. Evenwel is het hs|
mogelijk om kroten te verplant;:!
neer we maar zorgen dat de peaj
wortel recht in de aarde komt. Ooi
we nu winterpeen op dezelfde
rijen komen 20 c.m. uit elkaar, en
nen later uit tot op 4 c.m, W» I
selsch witlof wil teelen moet er ajl
ken dat ook dit omstreeks half
worden gezaaid. We zaaien in zeertr
voortjes welke 25 c.m. uit eikaart
Later dunnen we de jonge plant)®!
op 10 c.m. Dit uitdunnen doen we tl
keur direct na een zacht regenbui'-/-!
de plantjes er dan het minste val
85. Wat gebeurde er? Toen Kruimeltje ook op het
touw kwam staan bleken de uiteinden niet stevig genoeg
vast te zitten aan den paal en zoo schoot het koord
plotseling los. Kruimeltje lag het eerst op den grond
en even daarna viel Tuimeltje boven op hem. De ondeug
den die bang waren, dat er iemand zou komen, liepen
heel hard weg en gingen recht op een hondenhok af, dat
een eind verder in dén tuin stond.
86. Ik ga boven op dat hok wat zitten rusten, ze'
meltje eindelijk, want ik ben erg moe van al dat da-Bi
en zoo goed en zoo kwaad als het ging kroop ie n ei
op het hondenhok. Maar had hij geweten dat net in Li
onsterk zou zijn, dan had hij toch wel eens beter®*
keken. Krak krak, ging het. Daar lag Tuimeltje
schen de planken en stroo, midden op den grond
hondenhok was ingestort.