R.H.W.
opening der Ontwapenings-conferentie.
SASSENHEÏM ONDER DEPRESSIE.
FRUITSÖÖA
feuilleton.
P LEVEN OM EEN LEVEN
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 3 Februari 1932
Derde Blad
No. 22047
Jaargang
MET EEN REDE VAN HENDERSON.
Drie commissies ingesteld
tnwezigheid van vertegenwoordigers
164 staten, is gistermiddag om half
Ew. tijd), in het Batiment Electoral.
I anders de jaarlij ksche plenaire zit-
■f van den Volkenbond worden ge
il, de wereld-ontwapeningsconferen-
Apend
delegaties zaten in alfabetische volg-
JLangzaam vulde de zaal zich. De
Iken waren bezet door militaire des-
Igen. meest hooge stafofficieren,
f dan 500 journalisten uit alle dee-
ler aarde waren ter conferentie aan-
Idpor den Volkenbondsraad benoem-
psident der ontwapeningsconferentie,
fSegere Engelschc minister van bui-
Idsche zaken Henderson, nam plaats
%i voorzitterszetel. Aan zijn rechter-
pat de secretaris-generaal van den
lbond, sir Eric Drummond, die te-
fcretaris-generaal van de conferen-
:s van Henderson zat de tolk.
Openingsrede van Henderson.
Henderson zeide in zijn ope-
iede o.m.:
Arthur Henderson.
wolkenbondsraad heeft in het jaar
besloten tot de bijeenroeping van de
Jeonferentie. De conferentie staat
feet tragische feit, dat op het oogen-
Tlat haar werkzaamheden aanvangen
let Verre Oosten een buitengewoon
pfce toestand is ontstaan. Het is een
Töende plicht voor de staten-onder-
feirs van het Volkenbondspact en
RUöjpact zich te houden aan de na-
dezer beide groote zekerheden
ranties tegen oorlog en geweld. Nim-
jn de geschiedenis heeft een confe-
f plaats gehad, welke een dringender
Jwr de menschheid weldadiger taak
Bdan deze. Wat de moeilijkheden be-
[men mag zich hierover geen illusies
JBn Wij moeten den krachtigen wil
Jen deze moeilijkheden te overwinnen
pen v/eg banen voor nieuwe gunstige
Tltzichten der menschheid. De taak
conferentie bestaat derhalve volgens
fcvatting van Henderson uit de vol
's drie punten:
Een gemeenschappelijke overeen-
Pt betreffende een effectief program
practische voorstellen ten einde zoo
'mogelijk te geraken tot een wezen-
I verlaging en beperking der bewape-
jen van alle landen.
J) Geenerlei bewapeningen buiten het
fs vast te stellen kader van het ver-
B. waardoor alle naties zich verplich-
net groote doel der algemeene bewa-
*ngen te bereiken.
I Veiligstelling der verdere werkzaam»
R' te,n e^nc^e het definitieve doel te
VKen langs den weg van soortgelijke
■pre n ties. welke periodiek zullen bijeen-
jet kan evenwel niet worden ontkend,
Irw vr?s der. naties voor aanvallen
Ir 5l0 en *s geweest voor de hand-
der zware bewapeningen. Niette
min beteekent het bestaan van bewape-
ningen een der hoofdoorzaken voor de
I wederzijdsche vrees, welke het internatio-
nale leven vergiftigt. Steeds krachtiger
I wordt de erkenning dat er geen grooter en
ernstiger bedreiging van vrede en veilig-
he id is dan de handhaving der buitenge-
j wone bewapeningen. De Volkenbond heeft
sinds zijn bestaan voortdurend gewerkt
aan de organisatie van den vrede, doch
I het gevoel van onveiligheid is tot nu toe
blijven bestaan en heeft geleid tot nieuwe
i bewapeningen en de toeneming der be
wapeningen harerzijds leidt weer tot een
voortdurend toenemend gevoel van onvei
ligheid.
Om deze reden is de ontwapening een
der belangrijkste onderdeelen in het Vol
kenbondspact geworden. De leden van den
Volkenbond hebben zich bij art. 8 van het
Volkenbondspact, dat de handhaving van
den vrede door een verlaging van de na
tionale bewapening tot het laagste punt
eischt, dat vereenigbaar is met de natio
nale veiligheid, verplicht door gemeen
schappelijk optreden de internationale
verplichtingen te versterken
Tot nu toe bestond de algemeene ver
wachting. dat d3 verplichting van art. 8
van het Volkenbondspact zoo snel moge
lijk zou worden nagekomen. Deze ver
plichting blijft ook verder op alle leden
van den Volkenbond rusten en ieder af
zonderlijk moet thans trachten den Vol
kenbond van deze verplichting te bevrij
den. De Volkenbond heeft tot nu toe geen
tijd laten verloren gaan dit probleem aan
■te vatten.
0
0
Henderson gaf vervolgens een lang his
torisch overzicht van het optreden van
den Volkenbond tot nu toe op het gebied
van de ontwapening, schetste voorts de
besprekingen in de volkenbondsvergade
ringen. de werkzaamheden van den Vol
kenbondsraad en van de voorbereidende
ontwapeningsconferentie, de verschillende
pogingen op het gebied van arbitrage te
geraken tot een algemeene regeling en
wijst daarbij in het bijzonder op de werk
zaamheden der voorbereidende ontwape
ningsconferentie, waaraan ook werd deel
genomen door vertegenwoordigers van
staten, die geen lid zijn van den Volken
bond,
Henderson zette vervolgens de richtlij
nen uiteen van de door de ontwapenings
commissie uitgebreide voorloopige conven
tie. welke slechts de methoden der ontwa
pening behandelt. De ontwapeningsconfe
rentie moet thans de definitieve cijfers
bepalen voor de verlaging en de beper
king der bewapeningen. Het ontwerp-ver-
drag is veelvuldig op ernstigen tegenstand
gestooten. Zelfs inzake de methoden der
ontwapening bestaan ..verschillende op
vattingen De ontwapeningsconferentie is
vanzelfsprekend vrij ook ieder ander voor
stel of ieder nieuw ontwerp voor een
overeenkomst te bespreken, dat haar
mocht worden voorgelegd.
Tenslotte verklaarde Henderson, dat het
probleem der ontwapening van vitale be-
teekenis is voor de huidige ernstige eco
nomische en financieele crisis, waarmede
de meeste naties thans hebben te kampen
De bewapeningen zijn een der voornaam
ste oorzaken van den huldigen moeilijken
toestand en van de ontredderde staatsbe-
grootingen in verschillende landen. De
openbare meening eischt. dat thans een
werkelijke verlaging zal worden bereikt
van de legeruitgaven. welke op alle vol
ken drukken. De oogen der geheele
menschheid zijn thans gericht op deze
conferentie. Ik weiger de mogelijkheid
onder de oogen te zien dat deze conferen
tie zou kunnen mislukken. Niemand kan
zeggen welke gevolgen een mislukken der
conferentie zou kunnen hebben.
Henderson besloot: Thans kan slechts
sprake zijn van gelijke rechten voor iedere
natie in de door ons opgebouwde vrije ge
meenschap van volkeren.
Er kan slechts een verbroedering van
alle volkeren bestaan, welke in de toe
komst niet meer zullen zijn vijanden, doch
I vrienden. Thans kan er nog slechts vri.i-
heid bestaan voor ieder volk zijn leven te
1 willen leven zonder vrees voor ongelijk
heid, verdrukking of oorlog. Laat ons de
groote taak aanvatten, laat ons beslissin
gen nemen en de naties leiden naar den
verlangden vrede.
Drie commissies ingesteld.
Na de openingsrede van Henderson,
werd de president van Zwitserland Motba
tot eere-voorzitter der conferentie geko
zen. Motta deze benoeming aannemend,
sprak daarbij de hoop uit, dat een atmos
feer van duurzame bevrediging uit de
conferentie zal geboren worden en dat
collectieve overeenkomsten zullen worden
gesloten, die het algemeen vertrouwen
onder de volkeren zullen herstellen.
De conferentie riep vervolgens drie com
missies in het leven voor drie spoed-
eischende kwesties. De eerste commissie,
die voorde geloofsbrieven, heeft weder
om zooals op iedere Volkenbondsverga
dering, den Cubaan Aguero y Bethan-
court tot voorzitter.
De tweede commissie zal onder leiding
van Henderson zelf besprekingen houden
over het aan te nemen reglement van orde
der conferentie en zal een oijtwerp-regle-
ment aan de goedkeuring der conferentie
voorleggen De commissie bestaat uit zes
tien leden, waarbij natuurlijk vertegen
woordigers van alle groote mogendheden,
met inbegrip van Sovjet-Rusland.
De derde commissie zal algemeene rege
len opstellen voor de aanbieding van pe
tities aan de confeientie en voor de even-
tueele openbaarmaking van haar tekst in
het officieele orgaan der conferentie. Deze
commissie zal tevens den tekst der petities
onderzoeken alvorens deze aan de confe
rentie worden voorgelegd In deze com
missie van vijf leden is ook de Nederland-
schegedelegeerde prof. mr. V. H. Rutgers
benoemd, een benoeming, die zeker wel
mag worden opgevat als een erkenning
van de zeldzame beteekenis van de door
de Nederlandsche Dagbladpers georgani
seerde petitie van het Nederlandsche volk,
die zooals men weet. bijna twee en een
half millioen handteekeningen heeft ver
kregen De andere leden dezer commissie
zijn gedelegeerden uit Chili. Frankrijk en
Zuid-Slavië, alsmede de Amerikaansche
gedelegeerde, mej. Wooley, waardoor ook
aan de In zooveel petities tot uiting geko
men krachtige ontwapeningspropaganda
der vrouwen een vetdiende hulde is ge
bracht.
Op voorstel van Henderson werd beslo
ten, dat de ontwapeningsconferentie Za
terdagochtend in buitengewoon openbare
vergadering zal bijeenkomen tot het in
ontvangst nemen van die petities, die
reeds hier zijn ingekomen en die dan reeds
door de desbetreffende commissie zullen
zijn onderzocht.
Hierna werd de eerste bijeenkomst der
ontwapeningsconferentie gesloten. Ver
moedelijk zal de eerstvolgende vergade
ring Vrijdag piaats hebben voor de gered-
keuring van het reglement van orde
RECLAME.
Burgemeester Gouverneur maakt zich zorgen.
Wat zal de toekomst brengen?
De heer J. P. Gouverneur, burgemeester der gemeente Sassenheim, in zijn
werkkamer op het Raadhuis.
M i n era a I w ate r m.
Vruchten sir» aak
AHeen echt met dit merk.
1&06 Limonadefabriek te Leiden.
Volgens Handelsbelangen werden sedert
1 Januari bij de gezamenlijke griffies in
Nederland gedeponeerd 138 crediteuren-
lijsten met een totaal passief van
f. 3.576.711 09 waarvan prefer, f. 978.249.83.
Uitgesproken faillissementen:
Noord-Holland lexcl. Amsterdam) 46,
Amsterdam 54, Zuid-Holland (excl. Den
Haar en Rotterdam) 40, Den Haag 32,
Rotterdam 40. Utrecht 13, Gelderland 19,
Noord-Brabant 26. Limbugr 13, Zeeland 8,
Friesland 9. Groningen 5. Drente 5,
Overijsel 12.
Totaal over Januari 322 faillissementen.
Totaal zelfde tijdvak vorig jaar 318
faillissementen.
Failliet verklaard:
G. Strating, bloemenhandelaar, te Kat
wijk aan Zee, Wethouder Meerburgstraat
38. Rechter-comm mr. A. B. Bommezijn.
Curator: mr. J. M. Sormani. te Leiden.
De tijd schrijdt voort en het wordt er
helaas niet beter op! Vooral in het nieuwe
jaar. dat door velen met hoopvolle ver
wachtingen werd ingegaan, brengt iederen
dag zorgwekkander berichten. Nu wij weer
in snel tempo achter elkaar eenige inter
views te verwerken krijgen, stroomen op
nieuw de mededeelingen der burgemees
ters op ons af Dikwijls is het niet gemak
kelijk de tallooze indrukken zorgvuldig en
systematisch te rangschikken. Naarmate
de weken verglijden, wordt de menschheid
pessimistischer gestemd. Een geheele eco
nomie lijkt bedreigd, matelooze import
schijnt handel, industrie en landbouw
dood te drukken. Zelfs volbloed tegenstan
ders van protectionisme gaan contingen-
teering bepleiten, eenvoudig omdat het
op het oogenblik niet meer anders schijnt
te kunnen. Omgekeerd ziet 't er ook met
onze export treurig uit.
Vooral is dat het geval in de
bloembollenstreek, waar wij sinds eenige
v/eken niet meer vertoefden doch die nu
door ons weer werd bezocht, om er een
praatje te maken met den heer Gouver
neur. Zelfs het gezicht van dezen burge
meester. die wij toch zeker vroeger leerden
kennen als een optimist, staat bij onze
eerste vragen ernstig.
Och, och wat kan 't verkeeren! Dat zijn
de eerste woorden na de begroeting. „Wij
leeïden hier de laatste jaren in een wel-
vaartsroes; men kan zich nauwelijks reali-
seeren. hoe het reeds is en wellicht nog
worden zal 't Heeft geen zin. den toe
stand optimistischer te belichten, dan hij
is. Ik behoef 't U eigenlijk maar met een
paar woorden te zeggen: het ziet er bij de
Sassenheimers op 't oogenblik héél droevig
uit. (De oorzaken van dezen toestand zijn
in ons blad reeds voldoende beschreven.
iRed.). Als U bedenkt dat nog eenige
jaren geleden het totaal inkomen hier
f. 4.500.000 bedroeg, hetgeen bij een bevol
king van 4500 zielen neerkomt op f. 1000.
per inwoner, dan kunt U wel begrijpen,
hoe prachtig er verdiend werd! Voor de
belastingjaren '29'30 en '30'31 bedroeg
dit resp. f. 3.500.000 en f. 3.800.000.
De omslag is eigenlijk in één handom
draai gekomen! Wanneer U mij dus vraagt
„hoè zal 't dit jaar zijn?" dan moet ik U
antwoorden„ik weet het niet er valt geen
peil op te trekken. Maar ik verzeker U:
fraai zal 't niet zijn!"
Den dag, waarop ons nieuwe Raadhuis
werd gebouwd nu 2 jaar geleden in het
voor ons „gulden tijdvak" kwam er nog
zoo maar een „aanvullingskohiertje" dei
belasting binnenwaaien, waarop liefst 6
inkomens van meer dan f. 100.000 p. j. ver
meld stonden. Nu hoort men beweren, dat
er het volgend jaar zelfs vele bloemisten
zullen zijn, die hun belasting in 't geheel
niet kunnen betalen. Vroeger g'old hier als
een gevleugeld woord: „Als er geklaagd
wordt, dan kun je er wel iets van geloo-
ven" „als er niet geklaagd wordt, dan is
't zeker, dat de zaken ook wel buitenge
woon goed gaan!" Nü is er echter voor
klagers stellig reden, want de tijden zijn
werkelijk zeer critiek!"
Maar dan breekt zich toch weer bij den
Burgemeester het krachtige en gezonde
optimisme baan, dat men onwillekeurig
steeds intuïtief bij hem aanvoelt. Zijn
trekken ontspannen zich en hij vervolgt:
,,A1 zijn de groot-bloemisten zeer pessi
mistisch gestemd, de groote inkomens op
't oogenblik met één slag voor een belang
rijk percentage verdwenen: de „bollen-
handel" zal toch altijd blijven bestaan,
terwijl bijv. industrieën kwamen en gin
gen. Ongetwijfeld zal de toestand ook wel
weer eens veranderen! Het bedrijf was
steeds wisselvallig, ook tengevolge van de
weersgesteldheid. Doch nü wijzen de tee
kenen zeker nog niet op een opleving! De
draagkracht onzer gemeente is. wegens de
eenzijdige instelling der inkomsten, sterk
geschokt. Al heb ik er geen kijk op, hoe
het totaal inkomen zal uitvallen (als
de helft van verleden jaar gehaald wordt,
mogen wij héél tevreden zijn), al zijn de
dagen voorbij, waarin hier, als in Amerika
letterlijk alles mogelijk was, we mógen en
kunnen den moed tóch niet laten zakken!
Gelukkig blijft een ieder even actief als
voorheen. De omzet was zelfs grooter dan
verleden jaar, doch de prijzen waren veel
lager. Steeds tracht men nieuwe afzetge
bieden op te zoeken de geest van het
reizen blijft er in! en diverse pogingen
worden gedaan, om weer tot betere prijzen
te komen.
Ik wijs U slechts op het streven, om
door een wettelijke teeltregeling de enorme
overproductie tegen te gaan. Het valt ech
ter te bezien, of men op dit punt tot over
eenstemming kan komen. Vroeger leden
dergelijke pogingen wel eens schipbreuk,
een gevolg van de geringe solidariteit dei-
kweekers. Men streeft elkander voorbij.
Bonden en Vereenigingen moesten 't meer
eens zijn inzake de prijsbapeling. Gelukkig
hebben wij het voorrecht te kunnen be
schikken over iemand als onzen eersten
wethouder, den heer Warnaar, deskundige
pr het Engelsch van MORICE GERARD
door Emma A, H.
iira„ e hümitën werd zij beide ge-
pten gewaar als een paar stipjes tegen
fchavS".™ horiz°n. Ze wierp hun een
■uk!? 2(1 wist, hoe het een onmo-
Tüjmeid was dat ze haar zouden zien,
kon haar groet overdragen.
Jmoij 2en!e lachen om dezen inval en
Fvoeiae z.ch weer lichter gestemd wor-
oen van lieverlede de gestalten van
ruiters al duidelijker te
,vlelen en zü haar verloofde
15011 nu ook zien het gemak
,-j teeslerschap, waarmee hij zijn
mach. nu en dün schonk hij zijn
P'J sir Evelyn, of die dit bij-
had- 0ok kon het zij" dat
zei luisterde naar iets, wat
b"erte<HeÜ, 1:)ark binnen; ineens nam
f hait t. ud af en wuifde daarmee
>r hem nit£e8foeten; bij wist' dat zlï
:en ïanJi Ze bleef een paar mi
lter 7i^h sJaan, waarop zij de deur
;en kwartiert e.n de w°nteltrap .af ging.
Inaast Rnwa™r knielde ZU in de ka-
I haar «f Darcy, in de koorstoelen,
te sK1 ,b'i het nltaar had laten
h; er lag elyn alleen zat tegenover
fijn besnéden611 Van vermoeid!ieid 0,3
|"daï bes'and tegen den "rit van dien
gelaat: hij was haast
[die van Rn? .den' v°elde zij haar hand
kar een ring een seconde later werd
I duurde mg°!,Verid6n vinBer geschoven.
OnmiddeUuv a ondeelbaar oogen-
Pid het hoofd i» d.aarna boog Darcy bid-
Het deed hepi aangenaam
aan die gedachte, dat zij stonden inge
schreven in de registers van dat oude
familieheiligdom.
Maar een andere gedachte benauwde
haar. ze wist haast niet waarom, maar zij
vond ze hinderlijk, verontrustend; in
datzelfde gebouw had zij een anderen
ring gekregen. Dien droeg zij op haar
boezem. In gedachten werd zij terugge
voerd naar dien angstigen nacht, toen het
mogelijk leek dat haar vader, die nu in
vrome aandacht neerknielde, vreedzaam
en onverstoord, zou betrokken worden in
een van die treurige dingen, die helaas
maar al te dikwijls in Engeland voorkwa
men en waarbij hij zijn trouw met zijn
leven zou moeten bekoopen.
De hoeken van het gebouwtje waren
reeds in duister gehuld, waardoor het ge
heel iets sombers en geheimzinnigs kreeg;
het leek Lucille of de stem van dr. Flet
cher van verre klonk, haast onwezenlijk;
ze kon nauwelijks gelooven dat het hei
ligdom weer hersteld was tot zijn oor
spronkelijke bestemming; ze mocht nog
eens met verwoesting en verval dreigen.
Lucille keek naar Robert, als om zich te
overtuigen, dat zij niet onder den invloed
was van de een of andere zinsbegooche
ling; zijn gelaat schonk haar weer zeker
heid: hierop stond kracht en schoonheid
te lezen, overtogen als het was door een
blos van opgewondenheid. Hij koesterde
in elk geval geen twijfel en door zijn ver
trouwen voelde zij haar eigen geestelijk
evenwicht hersteld.
Lucille's hart was te vol voor woorden,
toen ze aan zijn zijde de kapel verliet. Sir
Evelyn Lee was nog achter gebleven om
dr. Fletcher mee te brengen voor het
avondeten; de kapelaan bediende een
klein district met zijn dorpskerk, een paar
mijlen va nde Abbey af, behalve dat hij
dagelijks minstens één dienst leidde in het
particuliere heiligdom van de Lee's.
Het was nu zoowat half zes; de zon ging
onder. Hier en daar waren donkere
laantjes onder de schaduw van de hoo
rnen; dan kwamen er weer open gedeel
ten, waar ieder blad van varen of struik
gewas was. ieder grassprietje glinsterde,
of er rijkelijk diamanten waren gestrooid
op hun pad; iedere droppel water, die uit
dén avondnevel was afgevloeid, straalde
in den laatsten groet van de zon aan de
aarde.
Darcy was zeer verwonderd over dat stil
zwijgen van Lucille en de uitdrukking op
haar gezichtje maakte hem ongerust. Ze
was de kapel binnengetreden, opgewekt,
en blij hem weer te zien na enkele uren
van scheiding. Nu was er blijkbaar een
wolk bij haar aan den hemel gekomen, die
een schaduw had achtergelaten op haar
uiterlijk
Je hebt het koud Lucille, vroeg hij.
Een lichte rilling liep haar door de
leden.
Er zijn zoovele herinneringen voor mij
aan de kapel verbonden, verklaarde zij.
Ja, maar die betrekkingen met het
verleden zijn er achter gelaten.
Wordt er iets in dien geest ooit ge
heel achter gelaten? vroeg zij, naar hem
opkijkend. Is niet het heden, wat het ver
leden het gemaakt heeft3
Het heden is de anti-chambre van de
toekomst en de toekomst zullen wij, Godc-
zij dank, hand in hand ingaan, om met
moed onder de oogen te zien wat ons
overkomen moge, elkaar helpend. Dit is
het zinnebeeld van een onverbreekbaren
band.
Terwijl hij dit zei, nam hij haar linker
hand en hield die op, waardoor de met
diamanten bezette ring fonkelde.
Ja dat denk ik graag; hij is heel
móói! Ik kan nog haast niet gelooven..
Ze hield op, toen keek ze rond; er was
niemand te zien, haar vader en dr. Flet
cher hadden waarschijnlijk een anderen
weg genomen Ze borg het hoofdje tegen
Robert's schouder; hij kuste 't zachte haar,
Dat ik waarhjk de jouwe ben!
HOOFDSTUK IV.
Een voorspelling'.
De maand, die volgde, was zeker een
van de gelukkigste, die ooit door twee
menschen werd beleefd. Robert Darcy en
Lucille waren veel op elkaar gezelschap
aangewezen en geen van beiden verlang
den ze iets beters. Ze reden samen, wan
delden in het park, haalden soms de bpot
uit het schuitenhuisje en gingen op den
Avon roeien.
Luciile vertelde Robert alles van dien
belangrijken tijd toen Karei, als vluchte
ling en in levensgevaar verkeerend. zich
aan de genade van de Lee's had overge
geven. Ze staken de rivier over naar de
plek, waar de paarden hadden staan
wachten op den Prins en zijn geleider; sir
Evelyn had ze gewezen aan lady Lee en
zijn dochter, al kort na de gebeurtenis.
Darcy, die zijn kleine rol had gespeeld
in hetgeen hierop gevolgd was wat de
aanvulling was geweest van de vooraf
gaande geschiedenis had er levendig
belang in gesteld. Zij had hem alles ver
teld, behalve van dat dragen van den
ring: misschien maakte het bewustzijn
van de plaats, waar zij dien borg. haar
wat verlegen. Hij had natuurlijk dikwijls
het gouden kettinkje gezien, dat zij bij
alle gelegenheden droeg en dat wel aan
den dag moest komen door de lage halzen,
die in dien tijd gedragen werden. Hij had
er nooit in zooveel woorden op gezinspeeld,
als toen zij dien ochtend aan den anderen
kant van de rivier stonden, onder de
schaduw van de boomen, die de paarden
voor het oog verborgen hadden gehouden
op den dag van de vlucht
Denkende aan Karei, had zij met de
hand naar het kettinkje gevoeld.
Waarom draag je dat altijd, Lucille?
Het was van mijn moeder, antwoord
de zij ontwijkend.
Hangt er iets aan een medaillon
bijvoorbeeld?
Ze draalde een oogenblik met haar ant
woord, toen haalde ze den ring op en liet
hem Robert zien.
Hij werd dadelijk de fleur-de-lis ge
waar.
Waar is die vandaan? vroeg hij.
Van den koning, antwoordde zij.
Bij welke gelegenheid? Maar ter
wijl hij het vroeg wist hij het, want er
kon er maar één zijn.
Lucille was niet eens aan het hof voor
gesteld sinds de Restauratie, daar sir Eve
lyn niet hieid van do vrije manieren, die
ingang hadden gevonden in Whitehall en
Windsor.
- Hij legde 'm in mijn hand in de ka
pel, even voordat Vader hem de schuil
plaats bood. Ik dacht er juist gisteravond
aan, omdat je mij den ring, dien ik draag,
op dezelfde plaats gaf.
Terwijl ze dit zei keek ze naar haar lin
kerhand.
Het is zeker een eigenaardig samen
treffen. was hij het met haai- eens, daar ik
het toch deed zonder in het minst eenig
vermoeden te hebben van wat voorafge
gaan was.
Ja. dat dacht ik wel.
Ze liet den ring weer op z'n plaats terug
vallen.
Ik geloof niet, dat ik het heel prettig
vind. dat je den ring van een ander zoo
dicht bij je hart draagt, Lucille, zei hij.
Al is het dan ook die van den ko
ning? vroeg zij.
Misschien wel het minst omdat het
die van den koning is; er ligt een betoo-
vering over het koninklijke, die van min
deren in rang niet uitgaat.
(Wordt vervolgd)