DE RAMP VAN LEIDEN. 72!te Jaargang DINSDAG 12 JANUARI 1932 No. 22028 Leidsch Crisis-Comité. OFFICIEELE KENNISGEVING STADSNIEUWS. Het voornaamste Nieuws van heden. 9 LEIDSCH DAG BLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. PRIJS DER ADVERTENTIEN: BO Cts. per regel voor advertenttën uit Lelden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenttën 35 Cts. per regel. Kleine Advertenttën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT:] Voor Leiden per 3 maanden f.2.35, per week f.0.18 Bulten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18 Franco per post f.2.35 4- portokosten. Dit nummer bestaat alt DRIE Bladen EERSTE BLAD. Door ons werd ontvangen: 3e wekelijksche bijdrage personeel Heck's Lunchroom f. 15.B. K. f. 1.-; G. C. L. f. 10.-; E. P. L. f. 2.50; wekelijksche bij drage van de bewoners van 3 hofjes en omwonenden door mej. v. d. Z. f. 3.25. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis dat door hen aan A. J. Kat en rechtverkrijgenden vergunning is verleend tot het oprichten van een vuurwerkfabriek op het perceel kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie K. No. 3229, gelegen in den Stadspoider. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 11 Januari 1932. 1831 BEROEPEN. De heer J. Nienhuis, proponent hier ter stede heelt een beroep ontvangen naar de Remonstrantsche Gemeente te Nieuwkoop. ADRES AAN B. EN W. Over woningen aan de Voldersgracht. Aan B. en W. is volgend adres gezonden: Ondergeteekenden respectievelijk voor zitter en secretaris van het Plaatselijk ar beidssecretariaat domicilie kiezende Haven 18 b, hebben de eer Uw college het vol gende onder Uw aandacht te brengen; Gezien het feit, dat Zondag 3 Januari j.l. het huls aan de Bouwelouwesteeg in elkaar zakte en daarbij zelfs een persoon gewond is, waardoor opneming in het ziekenhuis noodzakelijk was, willen adres santen thans onder Uw aandacht brengen dat op de Voldersgracht de perceelen 47, 49 en 51 in een toestand verkeeren, die voor de bewoners onhoudbaar is, aange zien deze huizen bewoond worden door ge zinnen waar de kinderen in dezelfde kamer moeten slapen, waar de ouders den nacht moeten doorbrengen, aangezien het voor de kinderen niet meer mogelijk is zonder levensgevaar om op den zolder te slapen. Waar deze perceelen in zoo'n ellendigen staat verkeeren, is het niet meer mogelijk in perceel 47 op zolder te loopen op ge vaar af er door heen te zakken. In perceel no. 51 is de toestand zoo, dat In een klein huiskamertje de W.C. nog aanwezig is. Ondergeteekenden willen hiermede er op wijzen dat deze toestand niet langer kan voortduren en meenen, dat het de plicht is van B. en W. om ten spoedigste deze krotten te doen opruimen en dezen bewo ners een goede woning te verschaffen. Meenen B. en W., dat de toestand nog zoo erg niet is, dan zal men de verant woordelijkheid ook moeten aanvaarden als er In de naaste toekomst ongelukken ge beuren. Hopende dat thans B. en W. ten spoe digste zullen ingrijpen om aan deze krot ten in Leiden een einde te maken en de woningbouw meer dan ooit ten spoedigste op groote schaal ten uitvoer te brengen, opdat aan dezen toestand een einde komt. w.g. E. Groen, Voorzitter, w.g. L. DE BOLSTER, Secretaris Heden is het 125 jaar geleden, dat het kruitschip in de lucht vloog. Vandaag is het juist honderd vijf-en twintig jaar geleden, dat het Leidsche kruitschip, liggende in het Rapenburg, in de lucht vloog. Er bestaat over deze ramp een schat van litteratuur wij wezen daarop reeds gisteren naar aanleiding van de tentoonstelling in „Templum Salomo- nis" zoodat het niet moeilijk valt daaromtrent eenige nadere bijzonderheden te weten te komen. Wij geven dan hier het woord aan onzen stadgenoot, prof. dr. L. Knappert, die in zijn boek „De Ramp van Leiden na honderd jaar herdacht", o.m. het volgen de schreef: „Het was Koppermaandag en de druk kersgezellen hadden hun feest gevierd. Wie had eenige aandacht geschonken aan een kraakschip (binnenvaartuig met één mast) dat in den vroegen morgen de Mare ingevaren, reeds ten halftien was komen te liggen aan de noordzijde van het Rapenburg bij de Langebrug? En dit te minder, omdat niemand wist welke ge vaarlijke lading het inhield, het ook niet vermoeden kon bij de waakzaamheid der politie en de strengheid der heeren op het vervoer van buskruit. In wezenlijkheid was het geladen met 37.000 pond bus kruit. Het werd gevoerd door schipper Adam van Schie, die drie knechts had, t. w. zijn zoon Salomon, oud 23 jaar, zijn zoon Adam, oud 14 jaar en zeer gebrekkig en Jan van Engelen, oud 21 jaar. Wie ver mag uit te maken wat toen is geschied? Dat er op het oogenblik der ontploffing meer dan één man aan boord was, blijkt uit het getuigenis van Jan Overduin, een baggerman, die, kort te voren daar langs komend een man aan dek tegen anderen onder had hooren praten. Ook is er eten gekookt, maar meer is er niet bekend. Hoe het zij, toen op den rampzaligen mid dag van den 12den Januari 1807 de klok ken 15 minuten over vieren wezen, vloog het schip in de lucht. Er was een hel en schitterend licht, dan een witte wolk zichtbaar boven de huizen van het Rapen burg, die zich met rukken uitbreidde; daarna werd een doffe slag gehoord met sterke dreuning en tegelijk wankelden de huizen, spleten de muren en stortten ineen, Leiden's schoonste stadswijk om scheppend in één reusachtigen, ontzetten- den puinhoop, ijselijk graf van een aan tal harer burgers. De slag was in Leiden zelf niet zoo zwaar ais men zich buiten Leiden verbeeldde. Te Zwammerdam was het een „ver schrikkelijk geluid" en een schok als van eene „verdelgende aardbeving". In gansch Rijnland sprongen de deuren open. In Den Haag hoorde men een geluid als het suizen van een plotselingen, geweldigen wind. In Amsterdam dacht men. dat er cp de Zuiderzee een oorlogsschip gespron gen was. In Zwolle, In Deventer, ja in Friesland werd de slag gehoord, maar, vreemd genoeg, niet in Katwijk. Ter plaatse waar het vaartuig gelegen had, vóór de huizen van de weduwe Zeewold, den Utrechtschen emeritus-hoogleeraar Rau, de weduwe Tak, den predikant Broes en den hoogleeraar Rau Jr., werden wal en straat tot aan de huizen weggeslagen, terwijl het Rapenburg tuéschen de beide bruggen voor een oogenblik droog werd gelegd, en het water met groote kracht en overvloedig omhoog gestuwd en over de ruïnes gesmeten werd. In de naaste om geving vielen er bij de uitbarsting dade lijk 68 huizen tot puin, 80 stonden slechts met de naakte muren omhoog. Van de Boogaard- tot de Nieuwsteeg, langs Ra penburg Noord- en Zuidzijde, tusschen Saaihal en Koepoortsgrachtbrug, langs Garenmarkt, St. Jacobsgracht, Raamste- gen en Koepoortsgracht was het één puin hoop van als in een reuzenvijzel stukge- SaalhalPede"tcl»I,mI ramP gezien vanaf de Nieuwsteegsbrug in de richting naar de saalhal, de tegenwoordige Lodewijkskerk. Waar vrioeger de huizen ter rechterzijde Ptomtea ligt na het Van der Werffpark. stampte huizen, zóó volkomen vernield, dat b.v. het huis van prof. Rau spoorloos verdwenen was! Overal in de stad waren de vensters ge sprongen. Het anker van het schip werd later gevonden in een land buiten de Hoogewoerdspoort, enkele voeten diep in den grond. Het aantal slachtoffers be droeg 151, n.l. 19 mannen, waaronder de hoogleeraren A. Kluit en J. Luzac, 47 vrouwen en 40 kinderen, terwijl 45 doo- den niet konden worden herkend Koning Lodewijk Napoleon, een broer van Bonaparte, bevond zich op het oogen blik van de uitbarsting te 's Gravenhage en begaf zich onmiddellijk herwaarts, zoo dat hij reeds te 9 uur op de Plaats Royaal afstapte. Na een korte vergadering van de vroedschap te hebben bijgewoond, begaf hij zich naar het terrein van de ramp en nam actief deel aan het reddingswerk. Voor elk gered menschenleven loofde hij tien dukaten uit. Eerst den volgenden morgen om zes uur keerde hij naar Den Haag terug. Uit zijn persoonlijke kas stelde hij een bedrag van f. 30.000 be schikbaar, terwijl hij provisioneel uit 's lands kas f100.000 schonk tot gedeelte lijk herstel der verhezen. Inderdaad heeft ZM. zich gedragen overeenkomstig zijn woorden „Uwe dooden kan ik u niet we dergeven; dit is hoven 't menschelijk ver mogen, maar al wat in mijn magt is, zal ik voor uwe stad doen". Overal in het land heerschte groote deernis met de geteisterde stad. De totale opbrengst van de alom gehou den geldinzameling bedroeg in ons land f. 1.891.609; 2 stuivers en 7 penning". De plannen van Koning Lodewijk om op het terrein van de Groote Ruïne 'n groot- sche Koninklijke Academie met Biblio theek te bouwen, zijn nooit in vervulling gegaan evenmin als het voornemen om er een gedenkteeken (obelisk) op te richten. Alleen de gedenksteen in den walmuur van het Rapenburg herinnert aan de vree- selijke ramp welke onze stad op 12 Januari 1807 des namiddags kwart over vieren trof. INSTITUUT VOOR ARBEIDERS ONTWIKKELING. „Turf en Steenkool". De plaatselijke afdeeling van het Inst. voor Arbeiders Ontwikkeling vervolgde gisteravond haar serie z.g.n. luisterbijeen komsten met een lezing van den heer Henk van Laar uit Amsterdam, leider van den Natuur-wetenschappelijken dienst van het I. v. A. O., over „Turf en Steenkool". Spr. zette uiteen, dat er tusschen deze twee zaken meer verband is dan menigeen wel denkt. Om beter tot het onderwerp door te dringen, nam spr. z'n gehoor in gedachten mee naar een van die plassen, zooals er ook in de buurt van Leiden zijn. In die plassen groeien planten en de watermassa's, die zoo op 't oog 'n vredig geheel schijnen, zijn in werkelijkheid 'n groote verzamelplaats van planten en die ren, zij het dan ook voor een groot deel onzichtbaar. Vooral aan de oppervlakte van het water, dus daar, waar de zon het meest van haar invloed doet blijken, be vinden zich veel planten en kleine diertjes. Het kenmerk van het microscopische leven is kortheid van bestaan. Sommige diertjes leven slechts enkele uren en zoodoende wordt 't water, dat veel leven in zich her bergt ,ook 'n verzamelplaats van doode planten en kleine diertjes ,die naar den bodem verhuizen en daar 't rottlngsslik vormen. Dit rottiftgsslik is soms eenige meters diep en om die reden is het zwem men in dergelijke plassen niet altijd aan te bevelen. Spr. zet dan op zeer populaire wijze de verdere ontwikkeling van het planten leven uiteen, het ontstaan van laag- en hoogveen en het daaropvolgend inkolings- proces. Vervolgens verklaart spr. het ont staan van bruinkool, steenkool en anthra- ciet, er op wijzende, dat elk volgend sta dium feitelijk een grootere, langduriger wordingsperiode noodig heeft. Tenslotte komt spr. aan het ontstaan van de petroleum, hetwelk eteneens tot interessante beschouwingen aanleiding gaf. In zijn betoog liet spr. niet na, aan te -sporen om in de vrije uren de natuur in te trekken. De volkeren, welke op het hoogste beschavingspeil stonden, hadden alle een zeer innig contact met de natuur. Spr. wekte zijn toehoorders op in hun omgeving liefde voor de natuur aan te kweeken, omdat die een veel hooger genot geeft dan al onze verfijnde amusements inrichtingen ons geven kunnen. ■De voorzitter sloot daarna met een toe passelijk woord de bijeenkomst. ONTSPANNINGSLOKAAL VOOR WERKLOOZEN. Heden geopend. Hedenmorgen heeft in het gebouw „Patrimonium" de opening plaats gehad van een ontspanningslokaal vanwege het Chr. Comité voor ontspanning voor werk- loozen. De voorzitter van het comité, de heer J. Slegtenhorst sprak een openingswoord waarin hij wees op de ernst van den tijd waarin wij leven. We weten echter, dat God regeert en kunnen hem onze nood klagen. Als Christen-belijders hebben we den duren plicht om elkaar te helpen en te steunen en ook dit ontspanningslokaai heeft die hulp en steun op het oog. Spr. hoopt dat van dit lokaal een druk ge bruik gemaakt zal worden. Maar ook op andere wijze: door het beschikbaar stel len van Chr. dag- en weekbladen, door het houden van voordrachten, door het geven van gelegenheid aan jonge arbei ders om zich in bepaalde vakken te be kwamen zal men trachten de ontspan ning te bereiken. Het gebouw staat open voor alle werkloozen, die de Chr. begin selen zijn toegedaan. Nadat den aanwezigen een sigaar was gepresenteerd sprak ds. M. J. Punselie die er op wees dat dit Chr. Comité iets bij zonders bedoelt. De ellende van de werk loosheid bestaat niet hoofdzakelijk in het achteruitgaan van de inkomsten, maar vooral ook in het feit. dat de menschen de straa toploopen met hun ziek onder den arm, dat zij loopen te piekeren en te tobben over allerlei kwesties en proble men. Dat kan groote moreele schade te weegbrengen en het moet hun toegeroe pen worden: Houdt wat gij hebt opdat niemand uw kroon neme! Daarom moet getracht worden de Chris ten-mannen bijeen te houden en hen tel kens weer te zeggen: Wij komen bij elkaar en willen probeeren elkaar een steun te zijn op den weg naar Boven. Het is niet de bedoeling om de werkloozen tot struis vogelpolitiek te verleiden. De nood moet onder oogen gezien worden. Wij willen ge denken den nood der gevangenen alsof wij zelf medegevangenen waren. Dat is onze christen-plicht. Spr. doet een beroep op de aanwezigen om zich zelf af te vragen op welke wijze zij helpen kunnen en hoopt dat God rijn zegen aan dit werk zal geven. De heer Schoneveld, voorzitter van den Leidschen Chr. Besturenbond, sprak daarna ook nog enkele woorden, waarin hij vooral de werkloozen opwekte, naast God het oog gericht te houden op de Chr. Vakorganisatie. De heer Slegtenhorst deelde tenslotte mede dat het gebouw alle werkdagen (be halve Zaterdags) zal geopend zijn van 912 en van 25 uur. Spr. gaf de werk loozen in overweging uit hun midden een commissie te benoemen die regelend op treedt en als vertegenwoordigend lichaam voor de werkloozen gelden kan. Spr. deed tenslotte een beroep op aller medewer king. Ds. H. Thomas sloot daarna de bijeen komst met dankgebed, 's Middags te twee uur zou het lokaal, zoo gezellig mogelijk ingericht opnieuw geopend worden. Gaarne steunen wij een nieuw beroep op onze lezers om het werk van het co mité bij voorduring mogelijk te maken. Ieder kan wel iets doen in geld of natura. Laat men niet uitstellen, maar dadelijk bij zich zelf nagaan op welke wijze men helpen kan. VEREENIGING VAN CHR. ONDERWIJZERS (ESSEN). Naar wij vernemen hoopt voor de afdee ling Leiden en Omstreken van de Vereeni- ging van Chr. Onderwijzers en Onderwij zeressen in Nederland en de Overzeesche Bezittingen op Zaterdag 16 Januari a.s. om 6 uur in de groote zaal van het Nuts- gebouw, Steenschuur 21, alhier, op te tre den de heer T. S. G. Moelia, oud-lid van den Volksraad van Ned. Indië, die in ver schillende posities het onderwijs in Ned. Indië van alle zijden heeft leeren kennen. De heer Moelia is oud-leerling van de Chr. Kweekschool alhier. BINNENLAND. Heden is het 125 jaar geleden, dat het Leidsche Kruitschip in de lucht vloog. (Stadsnieuws, le Bad.) Ir. J. A. Kalff wordt waarschijnlijk voor zitter van den Ondernemersraad van Ned. Indië. (Binnenland, 2e Blad.) Werkloozenrelietjes te Rotterdam; actie tegen den socialistischen wethouder De Zeeuw. (Gemengd, 2e Blad.) Te Rotterdam zijn twee Engelschen door een ober-kellner bedwelmd en beroofd. (Gemengd, 2e Blad.) BUITENLAND. De rechtsche partijen in Duitschiand hebben Bruenings voorstel inzake verlen ging van Hindenburg's ambtstermijn door den Rijksdag verworpen. (Buitenland en Tel. le Blad.) De eerste schrik in Frankrijk over Brue nings uitlating voorbij. (Bultenl., le Blad.) Bezoek van den Turkschen premier aan Sovjet-Rusland. (Buitenland, le Blad.) Zal China de diplomatieke betrekkingen met Japan afbreken. (Tel., le Blad.). LEIDSCHE UNIVERSITEIT. Bij beschikking van den minister van Onderwijs, K. en W. is benoemd tot con servator bij de natuurkunde aan de Rijks universiteit alhier, E. C. Wiersma, thans tijdelijk. Voorts is bij ministrieele beschikking dr. Z. W. Sneller, hoogleeraar in de economi sche geschiedenis aan de Nederlandsche Handelshoogeschool te Rotterdam, tot wederopzegging toegelaten als privaat docent in de faculteit der rechtsgeleerd heid aan de Rijksuniversiteit alhier, om onderwijs te geven in de economische ge schiedenis. VOOR BEROEP BEDANKT. Ds. W. C. Lamain alhier heeft voor Het op hem uitgebrachte beroep naar de Geref. Gemeente van Ridderkerk bedankt. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Wijzigingen: Scheepsbouw- en Reparatiewerf „de Hoop" vil. Gebrs. Boot, Lage Rijndijk 103, Leiden. De statuten zijn gewijzigd. Wijzi ging Handelsnaam thans: Naamlooze Ven nootschap Scheepsbouw- en Reparatiewerf ,de Hoop" v.h. Gebrs. Boot. P. de Gruyter en Zoon, N. V. (filiaal). Maarsmanssteeg 10, Leiden. Hoofdzetel: Orthenstraat 14, 's-Hertogenbosch. Het nieuwe filiaal te Leiden, is niet gevestigd Leiden, Hoogewoerd 2, hoek Korevaar- straat, maar: Korevaarstraat 2, hoek Hoo gewoerd. Naamlooze Vennootschap Motor Omni bus-Dienst Alphen a. d. Rijn. (M. O. D. A.) Wilhelminastraat 5, Alphen a. d. Rijn. Overleden Commissaris: J. van Leeuwen Alphen a. d. Rijn, dd. 17 Jan. 1932. ACADEMISCHE EXAMENS. Geslaagd zijn voor het doctoraal exa men geneeskunde de heeren J. W. de Groot (Den Haag), H. J. B. van \yél> .(Dordrecht) en F. A, Sekhuis (Deiït). Het-(Rapenburg des daags ni de ramp, gerien .vanaf hetzelfde punt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 1