WAALS UitverkooD verbetert alle records. U kooot tbans bii WAALS
NOORD-ZUID HOLLANDSCHE TRAMWEG Mij. N.V.
NIET MEER GELDIG ZIJN OP ZON- EN FEESTDAGEN
Voorjaars-Cursussen -10
VR00M&DREESMANM
STRIJKSTERS
JUFFROUW
AANBESTEDING.
AANBESTEDING.
NIEUWS UIT BELGIE.
DE AVONTUREN VAN ADAMSON.
LAND- EN TUINBOUW.
INGEZONDEN.
UIT DE BONTE WAERELD.
HUIS MET TUIN
(Van onzen correspondent).
Brussel, Dec. 1931.
Een veelbesproken boek van den
chef van den generalen staf. -
De bange uren van Augustus en
September 1914. - De toenmalige
Nederlandsch—Belgische ver
standhouding.
De Belgische militaire organisatieplan
nen hebben herhaaldelijk aanleiding ge
geven tot het noemen van generaal Gal
let, chef van den Belgischen generalen
staf. Generaal Gallet heeft, sedert enkele
weken een boek laten verschijnen bij de
Parijsehe uitgeversfirma Pion, dat ge
wijd is aan de eerste drie maanden van
den veldtocht in 1914. onder den titel „S.
M. Ie Roi Albert, commandant en chef,
devant l'invasion allemande".
Dit boek heeft een geschreeuw doen
opgaan als bij het slaan met een stok in
een poel vol kikvorschen. Door 't grootste
Fransch-schrijvende katholiek dagblad te
Brussel, „La Libre Belgique" werd er
reeds het volgende over geschreven en
men zal dadelijk beseffen, dat een boek,
waarover iets dergelijks wordt te kennen
gegeven, niet tot de alledaagsche behoort.
Het blad schreef:
„Men vergeeft aan gemuilbande gene
ralen of aan chefs die gestrand zijn, deze
ontploffingen van wrok, waarin kame
raden, meerderen en minderen, afge
schilderd worden als onbekwaam en be
schuldigd worden van, door hun gebrek
aan discipline, tot de nederlaag te hebben
bijgedragen. Een dergelijke uitpakking
van vuile wasch, door de pen van den
huidigen chef van den generalen staf, die
in 1914 slechts kapitein-commandant
was, vindt nergens een verontschuldiging
of een reden van bestaan. Dit boek is, in
elk opzicht, een slecht boek: het is een
slechte daad, een ongedisciplineerde daad
en, wat nog slechter is, een zeer spijtige
daad in politiek opzicht."
Dit is een verpletterend oordeel, ver
pletterend des te meer omdat het hier een
boek geldt dat door den chef van het leger
is geschreven. Het geeft een denkbeeld
van de passie waarmee over dit boek wordt
gesproken, van de aanvallen waaraan de
generaal blootgesteld is. Maar het is vree-
selijk partijdig.
Wij hebben het lijvige boek van den ge
neraal, dat door middel van twee kaarten
flink wordt verduidelijkt, onmiddellijk met
de grootste belangstelling ter hand ge
nomen. Wij waren bezield met een zekere
vooringenomenheid, die echter geleidelijk
is geweken.
Want het is een boeiend verhaal, in elk
geval voor wie de angstige dagen van
Augustus en October 1914 in België heeft
doorgemaakt en opent heel wat nieuwe ge
zichtspunten, verklaart heel wat duistere
dingen, zonder in een opgeschroefd pa
triottisme te vervallen, dat men maar al
te dikwijls als onsmakelijke toegift bij
militaire schrijvers aantreft. Het was met
een gevoel van voldaanheid, dat wij het
hebben gesloten.
Van waar komt dan het verzet tegen dit
boek? zal men vragen. In de eerste plaats
van al degenen, die in het werk niet de
rol hebben gekregen of den wierook, waar
op zij meenen recht te hebben; van al
degenen, ook in het leger, die generaal
Gallet niet kunnen vergeven, dat hij chef
is van den staf; van al degenen, in de pers
vooral, die den generaal zijn houding niet
kunnen vergeven bij de uitwerking van de
reeds eerder genoemde militaire plannen,
het feit, dat hij de Belgische verdediging
onafhankelijk denkt en niet onvoorwaar
delijk aansluitend bij het Fransche verde
digingsstelsel; tenslotte ook van al dege
nen in België, die zich voorstander noemen
van de vrijheid van geweten, maar die het
generaal Gallet toch kwalijk nemen, dat
hij behoort tot de evangelische geloofs
belijdenis.
Generaal Gallet is van geringe afkomst
en een harde werker. BÜ werd geboren
te Erpion (Henegouwen) in 1870 als zoon
van een klompenmaker en het was slechts
bij toeval, dat hij in stede van het vak
van zijn vader te leeren, dienst nam in het
leger op 17-jarigen leeftijd. Hij werkte
hard om zich een ontwikkeling te verze
keren, om tenslotte tot de militaire school
te worden toegelaten. Spoedig werd hij tot
onder-luitenant benoemd, waarna hij spe
ciale studiën begon en als leider van de
promotie het tot onder-luitenant bij de
artillerie bracht. Hij deed vier jaren dienst
in een regiment en kwam daarna in de
krijgsschool om er een stafbrevet te be
halen en ten slotte als staf-gebreveteerd
kapitein bij den staf van de vesting van
Namen te worden gevoegd. Daar werd hij
door den Koning ontdekt, maar 't duurde
tot in 1912, tot wanneer de toenmalige
chef van den generalen staf gestorven was
dat hij zijn ware carrière kon beginnen als
ordonnans-officier van den Koning en
professor in taktlek en strategie aan de
krijgsschool.
Als ordonnans-officier van den Koning
„militair raadgever van den Koning
tijdens den oorlog" plaatst hij onder zijn
naam op de titelbladzijde van zijn boek
heeft hij de vreeseüjke dagen van 1914
doorgemaakt en de generaal was dan ook,
het spreekt van zelf, goed geplaatst om de
gebeurtenissen te volgen, gezien van het
standpunt van dengene, die, met het oog
op het hooger belang van het land. zich
niet liet beïnvloeden door persoonlijke ge
voelens of door wedijver. De Koning zelf
heeft trouwens het volgende voorwoord
geschreven voor het boek: „De gebeurte
nissen van 1914 brachten de toekomst van
België in gevaar. Het Duitsche ultimatum
van 2 Augustus beleedigde den vurlgen
vrijheidsgeest en de tradltioneele liefde
voor zijn onafhankelijkheid van het Bel
gische volk en deed een gemeenschappc-
lijken wil tot verzet ontstaan, die er
krachtig toe meewerkte om de zwakheid
van onze militaire macht te vergoeden.
Dit boek heeft tot doel uiteen te zetten.'
welk gebruik hiervan werd gemaakt in het
belang van het land."
De Koning patroneert dus het werk. Dit
wordt door allen die het tegen generaal
Gallet hebben gemunt, opzettelijk of niet,
verzwegen.
Het boek zelf is een aaneenschakeling
van harde waarheden en tragische toe
standen. Het hangt een Indrukwekkend
beeld op van tekortkomingen en zwak
heden, van den hopeloozen toestand,
waarin het Belgische leger in 1914 ver
keerde en zij die hierin alleen een bedoe
ling zien om bepaalde personen aan te
vallen en hun verdiensten te verminderen,
hebben wel een zeer bijzonder inzicht,
want de resultaten, die door het Belgische
leger worden bereikt, in dergelijke om
standigheden, zijn wel van dien aard dat
zij waarlijk alleen de gevolgen kunnen zijn
van een heldhaftige opoffering.
De Nederlandsche lezer leest met be
langstelling wat de generaal schrijft over
den toestand onmiddellijk véór de Duit
sche oorlogsverklaring. Er was namelijk
een zekere bezorgdheid over de vraag,
welke de houding van Nederland zou zijn
in het dreigende conflict. In de Belgische
operatieplannen was steeds voorzie ,n dat
de linkervleugel van het leger zou steunen
op de Nederlandsche grens. Doch ook Ne
derland kon aan een aanval blootgesteld
worden en wat werd er dan van den Bel
gischen linkervleugel? Men twijfelde er
echter niet aan. zoo betoogt generaal Gal
let, dat eventueel Nederland geen andere
houding aannemen zou dan België. Dit
vermoeden werd bevestigd door een rap
port van baron Fallon, den Belgischen ge
zant in Den Haag, waarin deze uiteenzette
dat jhr. Loudon, minister van Buitenland-
sche Zaken, bij hem had geïnformeerd
naar de maatregelen, die door België wa
ren genomen, omdat de Nederlandsche
minister van Oorlog moest weten, waaraan
zich te houden. Jhr. Loudon betoogde, dat
Nederland evenzeer als België bedreigd
was, want het was niet uitgesloten te ach
ten, dat het Duitschc-leger door Neder
landsch Limburg trok om de Luiksche for
ten te vermijden in welk geval de verde
diging van beide landen gemeenschappe
lijk moest zijn. Baron Fallon voegde hier
aan toe, dat de Nederlandsche staf in den
winter deze eventualiteit reeds had bestu
deerd en ook had voorzien, dat het Neder
landsche leger voor de overmacht zou
moeten wijken. De vraag was dan of de
aftocht moest gaan naar Amsterdam of
naar België. Verscheidene officieren waren
van meening, dat het Nederlandsche leger
zich bij het Belgische moest voegen tegen
den gemeenschappelijken vijand. Men
vroeg zich dan af wie dit leger zou aan
voeren. De Belgische Koning meenden
sommigen, vermits de troepen in België
zouden strijden. Maar anderen achtten dat
nooit een Nederlandsch leger door een
Belg zou kunnen aangevoerd worden. De
kwestie werd door den Nederlandschen
staf niet opgelost, omdat men meende, dat
ten overstaan van de moeilijkheden, deze
vraag wel een spoedige oplossing zou
krijgen.
Dit verwekte in België een goeden in
druk, maar op de vraag van jhr'. Loudon
werd niet onmiddellijk geantwoord, uit
neutraliteitsoverwegingen. De Nederland
sche regeering werd slechts gewaarschuwd
naar aanleiding van de Belgische maatre
gelen op dezelfde data als de andere lan
den. Op 30 Juli, den dag vóór de Belgische
mobilisatie, kwam een ambtenaar van
Buitenlandsche Zaken op het Koninklijk
paleis inlichtingen nemen in verband met
het antwoord dat aan Nederland moest
worden gegeven. Generaal Gallet, die het
onderhoud met den Koning bijwoonde,
gaf te kennen, dat het Belgische leger de
Maaslinie zou verdedigen en het te ver
kiezen was, dat het Nederlandsche leger
deze lijn zou verlengen. Maar het schijnt
dat dit antwoord niet werd verzonden door
den minister, als voorbarig. Op 3 Augustus
ging baron Fallon met hetzelfde doel nog
maals naar jhr. Loudon, maar toen was de
Nederlandsche houding vastgesteld. De
Nederlandsche regeering had van Duitsch-
land de verzekering gekregen, dat haar
grondgebied ongeschonden zou blijven en
deelde dit loyaal aan België mede, denzelf
den dag.
Hiermee was het hoofdstuk van de Bel-
gisch-Nederlandsche verhoudingen in het
begin van den oorlog afgesloten.
ENGELAND's INVOERRECHTEN.
Een invoerrecht op tomaten van
f. 23 per 100 K.G.
Zooals men weet, aldus het „Hbld.",
werden in het jongste decreet van den
Engelschen minister van Landbouw no
pens invoerrechten op tuinbouwproducten,
de tomaten niet genoemd, terwijl juist de
tomaat zulk een hoogst belangrijk uit-
voerproduct is in onzen handel met Enge
land. In de afgëloopen elf maanden b.v.
zond ons land 50 van de 84 millioen kg.
export-tomaten naar Engeland. 1
Zooals wij reeds vreesden, zal de vreug
de echter slechts van korten duur zijn,
want de „Daily Mail" weet mede te dee-
len, dat zeer binnenkort een nieuw de
creet zal worden uitgevaardigd, waarbij
invoerrechten zullen worden gelegd op
een nieuwe groep tuinbouwproducten, met
inbegrip van tomaten.
Het blad voegt er aan toe, dat Enge
land in het afgeloopen jaar heeft inge
voerd 152 millioen k.g, tomaten, waarvan
dus een derde deel uit Nederland kwam.
De waarde van dien invoer bedroeg
4.500.000 pond sterling. Het blad verwacht
thans een invoerrecht van 3 pence p. Eng.
pond, dat is dus op 't oogenblik ongeveer
f. 23 per 100 k.g.
De tomaten, afkomstig van de Engel-
sche kanaal-eilanden Jersey en Guernsey
zullen worden vrijgesteld van dit invoer
recht.
Tenslotte meldt het blad nog, dat de
druiven-invoer in Engeland over het af
geloopen jaar een waarde heeft vertegen
woordigd van 1.800.000 pond sterling en
dat de regeering aanvankelijk van plan
was geweest, ze met een shilling per Eng.
pond te belasten, doch dat zij het invoer
recht tenslotte heeft vastgesteld op 2
pence.
JBuiten verantwoordelijkheid der Red.)
Copie van al of niet geplaatste stukken
wordt niet teruggegeven.
EEN WAARSCHUWING.
Een diep treurig ongeval wat er sater
dag. bij den heer v. Eek heeft plaats gehad
waarbij een jongeman op zoo'n verschrik
kelijke wijze om het leven is gekomen
moet allen die dit gelezen hebben, wel
diep hebben getroffen. Ondergeteekende
vestigt er uitdrukkelijk de aandacht op bij
H.H. Automobilisten, met diepe ernst de
oorzaak van dit treurig ongeval, eens goed
onder de oogen te zien Het groote gevaar
van benzine te gebruiken om den' motor
schoon te maken, is de volle spanning, die
er op de kabel van startmotor en diverse
leidingen van lichtinstallatie altijd aan
wezig is. ook al staat het motorcontact
uitgeschakeld. Bedenk dus wel, dat bij het
schoonmaken van den motor met benzine
deze spanning wordt weggenomen door één
van de kabels van de batterij los te ma
ken. Nog beter is het om bij uw garage
houder, een hefboomschakelaar, model
Antenne-aardschakelaar. zwaar model 50-.
100 ampère, te laten monteeren. waarmede
men met een enkele handbeweging de
stroom geheel kan uitschakelen, wat ook
bij kortsluiting en het wegbergen van den
wagen de grootste veiligheid waarborgt.
Dankend voor deze plaatsruimte in uw
blad. teeken ik
Hoogachtend.
D. v. d. LINDEN.
ADAMSON TWWFELT AAN ZICH ZELF!
DE FILMCARRIÈRE VAN EEN
CHAUFFEUR.
Duizenden menschen hebb.n liet verlangen
eenmaal bij de film te komen, maar het
overkomt slechts de enkeling, dat zijn of
haar wensch in vervulling gaat. Zells be
gaafde tooneelspelers moeten soms jaren
lang wachten voor zij een rol in een film
krijgen. Aan den anderen kant zijn er
wei menschen, die door hun slimheid en
noorzettingsvermogen een kansje krijgen,
een heel klein deel van deze menschen
weten deze kans te benutten en worden
pc pulair en daarna de lievelingen van het
publiek.
Een Parijsoh taxichauffeur heeft het heel
lisiig aangelegd om zich toegang tot film-
kringen te verschaffen. Hij had zijn stand
plaats genomen voor den ingang voor het
atelier van een groote filmmaatschappij.
Zoo kwam het dikwijls voor, dat Raymond
Cordy (zoo heet de chauffeur) filmmagraten,
spelers en regisseurs mccht vervoeren. Het
lukte hem dikwijls met heil in gesprek te
komen en langzamerhand was Cordy voor
de filnïmenschen geen onbekende meer.
Op een goeden dag. gebeurde het, dat
de beroemde regisseur René Clair voor
zijn film „Le Million" (in Holland heet
de film „De Honderdduizend") een taxi
en een chauffeur noodig had. Hij dacht
toen natuurlijk onmiddellijk aan Cordy.
Deze was wat graag bereid! Het bleek,
dat Cordy zoo geschikt voor de film was,
dal hij ook later kleine rollen mocht spelen.
Er worden zelfs nu plannen gemaakt voor
een film, waarin Cordy de hoofdrol zal
vervullen. Dit is dus een voorbeeld van
iemand, die door doorzettingsvermogen en
slimheid in korten tijd een groote film
carrière gemaakt heeft. Wie ook de film
„Le Million" gezien heefl, moet toegeven,
dat Cordy in deze prachtige film wel het
eciite type van den Parijschen taxi-chauf
feur was: in taal en manieren.
DINO GRANDI EN DE VIJFTIG
DETECTIVES.
Het is zonder twijfel ook voor een
minister van Buitenlandsche zaken, zooals
Dino Grandi is, buitengewoon vervelend
steeds maar weer van de eene bespreking
naar de andere te gaan,gehaast in t Ritz-
Carlton-hctel terug te komen te eten, te
slapen en dan maar weer besprekingen
te houden. En zoo ging liet Grandi toch
bij zijn bezoek aan de Vereenigde Staten.
Er heeft zich tusschen deze besprekingen
door nog een aardige gebeurtenis afge
speeld, die de .moeite van het vertellen zeer
zeker wel waard is. Het is n.I. een ver
haaltje, hoe Grandi de vijftig beste detec
tives van Amerika voor den gek hield. Dezo
bewakers hadden de taak Grandi te behoe
den voor anti-fascistische aanvallen, maar
omdat een detective nu eenmaal niet over
al met den persoon, die onder zijn be
waking staat, kan meegaan, gelukte het
Dino Grandi, toen hij zich even verwjjderde,
de aandacht van zijn bewakers van zich
af te leiden en zoo kon hij onbemerkt
door een achterdeur van het hotel ontsnap
pen. Hij nam een taxi en reed heelemaal
alleen" van do 47ste tot de 71ste straat.
Daar stapte hij uit en begon een heerlijke
wandeling dwars door New York. Zijn vrij-
heia duurde niet lang, want een paar
minuten slechts nadat bij het hotel ver
laten had, werd zijn lijfwacht" gealarmeerd
en een klopjacht op den vluchteling werd
ondernomen. Met vdertig automobielen be
gon de achtervolging en het duurde dan
ook geen uur of men had Grandi weer
„opgepikt'Hij toonde zich in liet ge-
lieei niet verheugd over het feit, dat men
hem ziin vrijheid weer afnam. En on
omwonden' gaf hij zijn meening dan ook
te kennen. „Ik wilde weer even mensch
zijn", zoo verklaarde hij: „zonder diplo
maten en zonder detectives. Ik wilde New
York en Amerika nu eens geheel alleen
zien en wandelen in de schaduw van dezo
steenwoestijn. Lang heeft mijn vreugde
echter niet mogen duren. Nu ben ik weer
minister van Buitenlandsche zaken, mijne
heeren: ik ben tot inv beschikking".
DE DOOD VAN EEN POSTZEGELKONING
In een van de Londensche armenhuizen
is overleden een zekere J. W. Palmer. Deze
man is vroeger in zeer goeden doen ge
weest. Hij voerde zelfs een koningstitel,
n.I. die van postzegelkoning. Als zeven
jarige jongen begon hij reeds met den
posttzegelhandel en in den loop van den
tijd verwierf hij zich een eersten naam
op dit gebied. Onder zijn klanten mocht
hij de allergrootsten van het Engelsche
rijk noemen, ja, zelfs Koningin Victoria
en de Koningen Edward en George be
hoorden tot de klanten van dezen in ge
heel Engeland bekenden phitatellst. Hij ls
het voornamelijk geweest die gedaan kreeg
dat het vervalschen van postzegels en het
namaken van bankbiljetten tot de criml-
neele misdaden werden gerekend.
Tegen het einde van zijn leven is deze
postzegelkoning zeer. zeer verarmd en het
is hem niet gelukt, zich weer op zijn oude
hoogte te kunnen verheffen.
Flanellen Dames-nachthemden met lai
mouwen0
ige I Witte wollen flanel, fabr. B.K., per el 0.47i
.98 1 Blauwe Blokhandoeken per stuk 0.09
I Zephir Dames-japonschorten 0.77*
1 Jaegertricot Heerenbroeken en borstr. 0.521
DE JONGELIEDEN-ABONNEMENTSKAARTEN
ZULLEN MET INGANG VAN 16 JANUARI 1932
Gevraagd: i385
KANTOORBEDIENDE
(mannelijk), leeftijd om
streeks 15 a 16 jaar. Brieven
met uitvoerige inlichtingen
aan het kantoor van de Coöp.
VOORUIT, Korevaarstraat 30.
Gevra agd zeer bekwame strijk
sters. V»,st werk. Aanmelden
Hooge Rijndijk 166, 's avonds
na 7 uur. 1382
1691a
ZIE ANNONCE MORGENAVOND
Bij vonnis der Arrondisse
mentsrechtbank te Dordrecht
d.d. 16 December 1931 werd
de curateele van SROUL
DAVID ABRAMOFF, wonende
te DORDRECHT, opgeheven
1345 VAN TRICHT,
Officier van Justitie.
Dordrecht, 2 Januari 1932.
Voor dadelijk gevraagd nette
eenvoudige
v. g. g. v„ voor alle voork.
huiselijke bezigheden. Adres;
Voorstraat 39, Voorschoten,
tusschen 7—8 uur. 1378
te huur, Haarlemmerweg 8.
Te bevragen:
1410 Haarlemmerstraat 4.
Op Dinsdag 19 Jan. 1932 zal
des v.m. 11 uur in het Café
VAN AKKER te Ter-Aar
(Aardam) door ondergetee
kende namens den weled.
zeergel. heer Dr. A. Quartel
te Ter-Aar worden aanbe
steed:
Het bouwen van een
Landhuis met bijkomende
werken op een terrein
aan den Westkanaalweg
te Ter-Aar.
Bestek en teekening tegen
betaling van f. 5.(rest. di
rect na de besteding f. 2.501
verkrijgbaar bij den archite-t
W. B. KROON,
v. Boetzelaerstraat 17,
1372 Alphen a. d. Rijn.
^WI^^AGENVOO^mEC^
EEN r verko
opster 1
VOOR ONZE AFDEELING 1
O
G
rr\
5 E N.
1 Alleen zij die beschikken
1 over prima verkoopkracht
en de vereischte vakkennis
1 gelleven zich aan te melden
1 bij den PORTIER in de
I VISCHPOORT i
LEIDEN
Burgemeester en Wethou
ders van LEIDEN zijn voor
nemens aan te besteden op
Dinsdag 19 Januari 1932 a.s.
te 11 uur v.m. in het Bureau
van Gemeentewerken, Bree-
straat No. 125:
Bestek no. 3/dienst 1932.
„Het verrichten van bui
ten- en binnenverfwerken
aan Gemeente-eigendom
men. (In 12 perceeien).
Het bestek ligt ter inzage
op het Bureau van Gemeente
werken en is aldaar verkrijg
baar ad f. 1.— per stuk. Post
rekening 82684. 1350
Aanwijzing: Dinsdag 12 Ja
nuari 1932 des voormiddags
10 uur, aanvangende bij de
voormalige H. B. S.. Pieters-
kf.'kgracht 13.
3-2