mSPK ',A ZL*Ot iQz/j™ 5 EEBftcfjoof J. RD j/Q ]2ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 7 November 1931 Vierde Blad No. 21975 VOOR ONZE POSTZEGEL VERZAMELAARS. WAT KIKKER KAREL EN TUIMELTJE BELEEFDEN. NI.VA TANDPAS.TA UIT DE BONTE WAERELD. ■AS»? k3 +LÜ Hw Yj.ZgS "löTrzïri/.u -ÏT 0-p o VT p '&f§ .fên. KUNST EN LETTEREN. 1 rlijki: en onheilspellende postzegels (ii.). Wat OP postzegels rekening gesteld wordt van hel a mnn"postzegel van het toen nog onder rneesche heerschappij staand Korea, is i ereer De uitgave van dit zegel, dat in „hand roet de inrichting van den post- ënst ln 1885 gedeeltelijk met Engelschen was voorzien, was de oorzaak geweest an een politieken schok. In het zoo juist .noemde jaar stond Korea op het punt .te treden tot de wereldpostunie, li. voorbereidingen waren reeds ge- i«en ook de nieuwe postzegels waren -eds uitgegeven en tot viering van de n.rijke gebeurtenis had in het minis- ne van buitenlandsche zaken een feest- aaltijd plaats. Ternauwernood hadden de gasten aan -fel plaats genomen of de vertrouwens man van den koning, Hin Yon Ik, die de derhandelingen met de wereldpostunie -t een gelukkig eind had gebracht, kwam 'evle bloedende, wankelende de zaal bin- enstrompelen. Een samenzwering van ambten had hem als offer uitgekozen slechts aan de krachtige verdediging n den aangevallene was het te danken, it. hg niet het leven erbij inschoot. Men d trouwens terecht, overal het bericht rs'preid, dat hij de oorzaak was van de -nsluiting van Korea met de wereldpost- Ie en daardoor volgens die beambten -- hij oorzaak van den ondergang van l-t land. In Soeul kwam het zelfs tot .atonlusten en dagen lang verkeerden daar wonende Europeanen in gevaar „onheilspellende vreemde duivels" ver dord te worden. Tenslotte gelukte het den koning, door ergiek ingrijpen, zijn volk er van te ertuigen dat de vreemdelingen aan dit "es geen schuld hadden. Het postkantoor werd echter niet ge- -nd; het reeds gedrukte 10 Mon-post- gel, evenals de waarden van 25, 50 en Mon. werden in Korea niet uitgegeven, ter zijn zij echter door de Japansche -atsdrukkerij uitgegeven, zoodat ze toch g in de albums van de verzamelaars zijn ïht gekomen. In het Engelsch-Egyptische condominion -edan had voor ongeveer dertig jaar een "t 8 waarden bestaande postzegelserie na een volksoproer veroorzaakt. De in i uitgegeven postzegelserie met de be nde voorstelling van den kameelpost- ter, was namelijk in Londen gedrukt op pier. dat als watermerk een kruisvormige lisbloem had. De inheemsche, Mohame- iche bevolking meende in die bloem kruis, het symbool van het christen- m te zien en nam daaraan aanstoot, om it zij zich zeer in haar godsdienstige 'voelens gekrenkt achtte. Daar de aan- -gers van den profeet dat watermerk t wilden dulden, bleef er tenslotte niets' 'ers over, dan de geheele oplaag in te kken en ze opnieuw te drukken op pier met als watermerk de ster met de 've maan. Wordt vervolgd. NIEUWE UITGAVEN. gentinië: Op 6 September 1930 ver- n hier de z.g. revolutie serie, thans 'i 1 jarige herdenking verscheen in srie de 2 P. zwart en geel, tanding iivatermerk „R.A." in ster, groot for- ralië: De uitgave 1929-'30 van de rood (koning George) 6 p. bruin en 4. groen (kangeroe) zijn ten gebruike dienst zegels voorzien van de peroratie |S (klein formaat). (ïnada: Binnen kort zal hier worden "egeven een zegel van 10 cent met de tenis van Jacques Cartier, den beroem- zeevaarder die in 1534 Canada's bin- landen exploreerde en deze in naam Frankrijks koning in bezit nam. Cuba: Met de beeltenis van José de la verscheen de 3 c. lila, watermerk ster, ding 10. inland: Het Pinsche postmuseum heeft belangrijke postzegelverzameling aan- ocht, maar zoo als dat meer gaat, men "ft er zin in, men koopt het, maar n de centen, die waren er niet, nu spant men er de verzamelaars voor, want om dezen aankoop te betalen, werd een zegel uitgegeven van 1 Mk met een toeslag van 4 Mk. De voorstelling van het zegel (het Fin- sche wapen, zwart op witten ondergrond) lijkt veel op de uitgaven van 1856. De posthoorns stonden toen echter on der, nu naast den Finschen leeuw. Het zegel is doorstoken. Het inschrift luidt: „Suomi Finland - Pro Filatelia - 1+4 Mk". Guatamala: Voor de kof Reproductie van dit land gaat de regeering reclame maken, dit doet zij door middel van de post en wel door uitgave van een 3 ct. zegel, waar van de oplage 10.000.000 stuks zal zijn. - Luxemburg. De nieuwe, in December verschijnende liefdadigheidsserie bestaan de uit 5 zegels, zal de beeltenis van Prin ses Alix dragen. NEDERLAND EN KOLONIËN. De ..Goudsche Glazen" zegels zijn geldig ter frankeering tot 31 December 1932. De verkoop duurt tot 15 November a.s. zooals echter te verwachten was, worden deze zegels ook al door den hoogen opslag niet verkocht, tenzij uitsluitend aan philate- listen. Gebruikt zullen ze dan ook wel niet veel onder nominaal waard zijn. Waarom niet, evenals in zooveel andere landen ge schiedt, een maand lang boven het gewone port, 1 cent extra opgeplakt, waarvoor dan een bijzonder zegel wordt uitgegeven? Het zegel, als zoodanig, is wat uitvoering betreft niet slecht te noemen. Ze zijn ver vaardigd in koperdiepdruk naar ontwerpen van den architct P. Zwart te Wassenaar en zijn van dezelfde afmeting als de nieuwe 36 en 70 cent. Beide zegels vertoonen de zelfde indeeling. Getracht is aan 't beeld vlak een bijzonderen vorm te geven, waar door de zegels sterk de aandacht vragen. Tekst en illustratieve beelden geven duidelijk het eigenlijke en ideëele doel der zegels aan, terwijl men er nu aan gedacht heeft den toeslag op de zegels te vermel den wat bij vroegere gelegenheden nog al eens werd vergeten. 70 Cent. Deze waarde is niet, zooals reeds eerder gemeld werd, karmijn en blauw, maar men ziet in het medaillon, buste der koningin, nog een rose tint. Nederlandsch Indië: In December zul len ook hier wederom weldadigheidszegels verschijnen, ditmaal ten bate van het Witte Kruis. De ontwerpen zijn vervaardigd door den heer A. C. N. Kreisler, ingenieur bij den C.P.T. dienst: zij zullen worden gedrukt bij de Firma Joh. Enschede en Zn. te Haar lem. De opbrengst van den toeslag komt ten bate van de Witte-Kruis-kolonie te Salatiga. Op de zegels zullen de volgende voor stellingen voorkomen: 2 en 1 cent, bruin geel. Dit zegel stelt een boer voor (tani) die zijn land (sawah) met een door twee ossen bespannen ploeg bewerkt. 5 en 2 cent. groen. Hierop zien wij een visschers- boot. 121/- en 2>h cent. karmijn, waarop wij Javaansche danseressen zien in haai nationale costuums. 15 en 5 cent, blauw. Hier zien wij het bekende Javaansche muziekinstrument, de „gamelan" door twee inlanders bespeeld. Men heeft even als vroeger wederom den toeslag der ze gels vergeten aan te brengen. De oplaag van het provisorische Cura- gaosche zegel 2'/i op 3 c. groen, bedraagt 67.419 stuks. Van het 1 gulden-zegel, in Ned. Indië uitgegeven op 1 April j.l., ter frankeering van poststukken door vlieger Pattist mee genomen van Batavia naar Melbourne zijn 18.068 in Indië. 17.710 in Nederland, in totaal aldus 35.778 exemplaren. Suriname. De serie portzegels der uit gave 1920-'30 (type 1891) werd aangevuld met de nieuwe waarden: 1, 2 en 12 cent violet. Tanding 12'/i. De zegels zijn aan de philatelisten-loketten verkrijgbaar. PHILATELIST. RECLAME. VOORKOMT TANDBEDERF en poetst 's morgens en Vavonds met 75 cts.per'/itube. 25cb.p.!4 tube. 177 115. Kikker Karei en Tuimeltje liepen zoo hard ze kon den achter den appel aan, want ze wilden hem toch niet kwijt zijn en ook de kevertjes zetten hun beste beentjes voor. „Ik hoop maar dat er niets in den weg komt", zei kikker Karei tegen Tuimeltje, „want anders gebeuren er zeker ongelukken", en toen hij dit goed en wel gezegd had klonk er in de verte een hard geschreeuw 116. De kikker en Tuimeltje gingen vlug kijken wat er nu weer was voorgevallen. En jawel hoor: midden op den weg lag een gebroken telefoonpaal. Een kikker die de draden aan het maken was viel vanaf 5 Meter naar beneden en de andere kreeg den dikken appel tegen zijn pootjes aan. Ze gilden het uit van pijn, maar de appel trok er zich niet veel van aan en rolde steeds verder. NA 19 JAREN REVOLUTIE. Mexi co-stad. Mexico heeft zijn plaats *n den Vol kenbond gekregen. Toen in 1919, het geboortejaar van den Volkenbond. Mexico geen uitnoodiging kreeg om toe te treden, moest deze negatie wor den toegeschreven aan het feit, dat de toestanden in Mexico nog heel onzeker waren en de eene revolutie de andere opvolgde. Uit de uitnoodiging, aan Mexico gericht cm toetreding, welke uitnoodiging reeds werd aanvaard, zooals men weet, mag worden afgeleid, dat de periode der bin- nenlandsche beweringen voorbij is en dat de toestanden in Mexico gestabiliseerd zijn. We. hangt nog over het politieke hoofd kwartier van de schoone stad 's avonds verlicht door bonte lichtreclames het opschrift Partido Nacional Revolutionarrio" maar vlak daarnaast is een revolutie-ten toonstelling geopend en dergelijke tentoon stellingen kunnen toch alleen worden ge houden als de revolutie werkelijk tot het verleden behoort. Evenwel Mexico blijft altijd Mexico. Sinds de Spaansche Conquistadores Yukatan bin nendrongen en Cortez met zijn 500 dappere avonturiers, als „blanke godheid" de komngstad Timixtitlan verwoestte, heeft in Mexico altijd bloedvergieten plaats gehad. Alleen Pörfirio Diaz verstond de Kunst, gedurende zijn ijzeren dictatuur, de nimmer sluimerende hartstochten in te binden, maar de tientallen jaren na hem waren overvuld van burgeroorlogen, moorden op presidenten en aanslagen. Nog kort geleden schoot een afgevaar digde in het Parlement twintig pistool schoten op zijn politieken tegenstander af, waardoor eenige personen werden gedood, niaar dat was" slechts een intermezzo van niet al te groote beteekenis. Meer dan 19 jaar hebben de Mexicanen beproefd, zich van vreemde ketenen te ontdoen en meester in eigen huis te wqrden. Men moet daaruit niet concludeeren, alsof do Staat Mexico onder vreemd protecto raat staat, maar wat in de politiek en in de economische aangelegenheden moest geschieden werd niet door het volk bepaald maar door do Noord-Amerikaansche Olie magnaten of door de grondbezitters van zuiver Spaansche bloede, die zich als een feodale aristocratie voelden, wier wil wet moest zijn. Var de rond 16 millioen Mexicanen zijn slechts 15 pet. blanken, 41 pet, volbloed Indianen en 44 pet. half-bloeds. Welnu 19 jaar lang heeft het thans moderne Mexico gestreden tegen de tvran- nie van het Noord-Amerikaansche groot kapitaal, tegen het feodaal systeem der groote grondbezitters. Heeft de moderne Staat de overwinning betaald? Ja en neen. De betrekkingen met de Vereenigde Staten zijn nu béter dan ooit te voren. Deze verandering ten goede wordt toe geschreven aan den verstandigen gezant Morrow 1). Zijn voorgangers hebben de Mexicanen uit de hoogte behandeld, hebben, wanneer dit overeenkwam met de belangen van Washington, medegewerkt, als de aan voerders der opstandelingen met geld en wapens werden ondersteund en hebben of zij gelijk hadden of niet de gehate olie magnaten beschermd. Dwight Morrow zocht, in tegendeel, de vriendschap der Mexicanen, sprak met hen als zijns gelijken en wist het door te drijven dat de wapen-toevoer uit de Ver eenigde Staten aan de rebellen-aanvoerders werd gestopt. Hij was ook bemiddelaar in bet conflict tusschen de regeering en het Vaticaan. En hij verwierf het vertrouwen van de presidenten Callis en Ortiz Rubio. Maar deze verzoening heeft ook haar schaduwzijde. De Noord-Amerikaa c b i t rs der Mexicaansche petroleumvelden begonnen hun kapitaal, sinds zij niet meer op de besliste ondersteuning der politieke ver tegenwoordiging konden rekenen, langzaam uit Mexico terug te trekken. Het Noord-Amerikaansche kapitaal in Mexico dat nog voor eenige jaren meer dan anderhalf milliard bedroeg, mag nu niet meer dan op 680 millioen dollars worden geschat. Het is dus reeds meer dan de helft verminderd. Het is voor een groot deel belegd in de rijke olievelden van Mara Caibo en Venezuela of naar andere Staten overgebracht. Deze ontrekking van kapitaal wordt ten zeerste gevoeld. De petroleumstad Tampico is niet meer dat wat ze vroeger was. De handel staat stil en de werkloosheid neemt schrikbarend toe. Van den anderen kant hebben de ver beterde betrekkingen tusschen Noord- Amerika en Mexico ten gevolge gehad, dat do „National City Bank of Mexico" de Mexicaansche staatsbank een crediet heeft verleend ter ondersteuning van den dollar, welke tengevolge van de zilvercrisis be gon te zakken. Verder begint Wallstreet zich weer voor Mexicaansche ondernemingen te interes seeren. Wat •nu de strijd tegen het feodale grondbezit betreft, de regeering heeft wel is waar het recht van een overwinning te spreken, maar of dit niet een Pyrrhus over winning is geweest, zal de toekomst moeten leeren. De agrarische hervormingen ten gunste der landlooze Indio's is met krachtige, niets orttziende middelen doorgevoerd, maar de millioenen Indio's zijn er nauwelijks beter aan toe dan vroeger en of zij ge lukkiger zijn geworden moet worden be twijfeld. Ze hebben wel «s waar grond gekregen maar zij hebben geen gereedschappen en 1) reeds overleden, hij was de schoon vader van Lindbergh. bedrijfskapitaal en missen de kennis en de ervaring den grond te bewerken. De zes millioen hectaren die tot nu toe, bijna zender schadevergoeding aan de bezitters zijn onteigend zijn meest niet bebouwd geworden en de schadevergoedingbons, die men aan de vroegere bezitters van den grond overliet zijn het object van specu laties. Als analphabeten, die grootendeels in nog primitieve toestanden leven en die met het loon der grondbezitters tevreden schenen, bevinden zich honderd duizenden van Indianen in een verschrikkelijken nood toestand. Werkeloosheid en ellende treft men overal aan. De president van de munt verklaarde op een vergadering van 7000 arbeiders in de zilvermijnen, dat de werkloosheid hun onvermijdelijk lot zou zijn. Mexico als zilverland voerde jaarliik9 gemiddeld 100 millioen onzen zilver uit. De vraag naar Mexicaansch zilver wordt even wel "op de wereldmarkt niet meer gehoord. Vooral China en Indië hebben opgehouden afnemers te zijn. Do ernstige economische crisis komt ook tot uiting in het stadsbeeld. Met uitzonde ring van het park Chapultepek met zijn slot en van eenige wegen, is alles een beetje verwaarloosd. Het Paleis van de groote opera, waarvan de bouw reeds in 1912 is begonnen is nog niet volkomen voltooid. Ook het nieuwe Parlementsgebouw is nog steeds niet gereed Het stalen geraamte zal waar schijnlijk als oud roest worden verkocht. De geweldige rijkdommen van Mexico en de verstandige leiding van den Staat zullen het land zeker in staat stellen de crisis te overwinnen. Intusschen: de prachtige omgeving, de blik op de Ixtla en den Popokatepetl, het 2cnnige klimaat in te tropen op een hoogte van 200i» meter en de overvloed van bloemen en vruchten doen de zorgen van den ec< nomischen nood vergeten. TWAALF DOLLAR SALARIS VOOR TWAALF DIENSTJAREN. Na een diensttijd van 12 jaren heeft, kort geleden, de legatieraad van het Lon- densche gezantschap der U.S.A., zijn ambt neergelegd. Terwijl andere ambte naren der Amerikaansche regeering, wor den teruggeroepen, overgeplaatst of ge pensioneerd, mocht legatieraad Boylston Beal, zijn betrekking naar eigen goeddun ken neerleggen, wanneer hij wilde. HU behoorde toch tot de zgn. „dollar-ayear- man", de vaderlander, die zonder vergoe ding voor het vaderland werken. Dit insti tuut ontstond in den oorlog en daar dë U.S.A. geen onbetaalde diensten aan nemen. werd wettelijk vastgesteld, dat de vrijwilligen een jaarwedde van 1 dollar krijgen, om miniteus, pro forma, beloond te worden. Zoo werd ook aan meneer Boyl ston Beal. die van 1919 af dienst deed, zijn; 12 Dollars uitbetaald, nadat hij de onkos ten van zijn 12-jarig verblijf in Europa uit eigen zak had betaald. vn (SLOT). TT \RHENEf)| mn/ HEEREN c VOORDRACHT Mr. KAMP. Op den eersten avond van de Maat schappij van Bevordering van Woord kunst op Dinsdag 10 November, zal mr. Kamp werken voordragen van Browning, Urban, Zetterstrom, Tsjechof en Kamp. Albert Vogel zal den avond inleiden. „HET RESIDENTIE-ORKEST". V B I N D a Tweede abonnementsconcert. Solist: Carl Flesch. Donderdag 12 November geeft „Het Re sidentie-Orkest" onder leiding van zijn directeur, dr. Peter van Anrooy, zijn 2de abonnementsconcert met medewerking van den violist prof. Carl Flesch. Het orkest opent den avond met de ouverture „Egmont" van L. van Beethoven. Daarna hoort men Carl Flesch. begeleid door het orkest, in het Concert D-dur voor viool met orkestbegeleiding op. 61. eveneens van L. van Beethoven. Na de pauze beluistert men tot slot het Orkest in de Symphonie lyrique van N. Nabokoff (1903), welk werk in eerste uitvoering gaat. DIE COMEDIAN HARMONISTS. Onder de auspiciën van de Concert directie dr. G. de Koos zullen de ver maarde zangers „Die Comedian Harmo nists" (de Duitsche Revellers) hier in Holland vooral bekend door hun opnamen voor de gramophone en hun sensationeel debuut dezen zomer in het Kurhaus te Scheveningen een groote tournée door Holland maken in de maand November. Het ensemble is als volgt samengesteld: Ari Leschnikoff, 1ste tenor; Erich Collin, 2de tenor; Harry Frommermann, 3de tenor; Roman Cyeowski, bariton: Robert Biberti. bas, en aan den vleugel Walter Joseph. Men zal deze vermaarde zangers, wier samenzang tot in de perfectie verzorgd is, in Leiden kunnen hooren op Vrijdag 20 November a.s. om 20 uur in de groote zaal van de StadsgehoorzaaL Ook in het komische genre zijn £>iö Comedian Harmonists" onweerstaanbaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 13