350 METER FLAMINGA DE GROOTE MODE GERZON DAGEN Riant Woonhuis EEN PRAATJE OVER BONT De groote Reclame met de J. K. L. SPRINGMATRASSEN, EEN ZAAK HET BONTHUIS - GEISE Sc STROTMANN HOOIGRACHT 4a. hoek NIEUWSTRAAT PROPAGANDA PROPAGANDA PRIJS Te Koop of te Huur ONZE BRIDGE-RUBRIEK. SCHAKEN. NU KAN IEDEREEN KAREL I ROOKEN! in de rubriek „Het rijk der Vrouwen" in „De Maasbode" van Zondag 4 October besluit: „Waaruit, we mogen besluiten, dat „bont" een ideale en tevens voordeelige dracht is voor den winter, mits men zich vakkundig laat voorlichten bij zijn keuze en koopt bij een vertrouwd adres, waar men zich tevens belast met het verrichten van kleinere of grootere reparaties. ZULK EEN ADRES IS: 4128a DONDERDAG EN VRIJDAG brengen wij in den verkoop 100 centim. breed, groot k 1 euren assorti men t. Gewone prijs. O a I O bij de „DRIE EENEN", Haarlemmerstraat No. 111, DUURT NOG SLECHTS ENKELE DAGEN Haast U, reeds velen zijn U voorgegaan. 5256 Te koop, wegens verandering van werkkring in Kruideniers- en Vleeschwaren waaraan verbonden een melk handel in een Volksbuurt in Leiden, welke een goed bestaan oplevert. Brieven Bureau van dit Blad onder No- 5235. Direct te aanvaarden TE OEGSTGEEST van Duivenvoordestraat No. 13 (6 Kamers, Keuken, Steenen Schuur, Voor- en Achtertuin.) KOOPPRIJS f. 7500.— Hütl RPRIJS I. 600. - Inl. Johan de Wittstraat4, Leiden 5278 Bij beschikking der Arron- dissements-Rechtbank te 's-Gra- vanhage van 5 October 1931 is het faillissement van D. HENNT, kellner, wonende te Leiden, Drie Octoberstraat 35a, opgeheven, 5239 De Curator, Mr. J. M. HEMPENIUS. Warmond, 6 October 1931. Heereweg A 124. FAILLISSEMENT W. H. STEENBERGEN Sr. Sieboldtstraat 40, Leiden De Curator brengt ter kennis, dat de eenige, tevens slotuit- deelingslijst heden door hem ter Griffie van de Arrondisse- ments-Rechtbank te 's-Graven- hage en van het Kantongerecht te Leiden is gedeponeerd, en aldaar gedurende 10 dagen kosteloos ter inzage ligt der crediteuren. 5269 De Curator Mr. W. HUGENHOLTZ Leiden, 6 October 1931 Kantoor: Breestraat 20 VOORTZETTING VAN HET SPELEN. XXVI. Ik ben nu gekomen tot een van de voor naamste principes bij het afspelen van Sans Atout spellen, n.l. het verhinderen van de tegenpartij in het vrijspelen van hun lange kleur. Dit is het grootste ge vaar dat bij een Sans Atout spel dreigt. Wanneer de Speler met den Blinde samen slechts 1 dekking heeft in de kleur welke door de tegenpartij wordt uitgekomen, is de kans om een Manche contract te halen als regel zeer gering. Wordt deze dekking onmiddellijk uitge speeld en is daardoor de kleur bij de tegenpartij vrij, dan is vrijwel de moge lijkheid tot het bereiken van een Manche contract verkeken aangezien men dan in staat zou moeten zijn de volgende 8 slagen te maken hetgeen niet dikwijls voorkomt. Vanaf het moment dat men van slag komt, zal de tegenpartij de vrije kleur af spelen en indien de uitkomst van een 9 kaart was, hetgeen veelal het geval is, dan is de tegenpartij onmiddellijk in het bezit van 5 slagen. Er is een methode waarbij de speler in vele gevallen dit gevaar kan ontwijken, n.l. door de winnende kaart van die kleur eerst dan te spelen, wanneer hij zeker weet of met groote waarschijnlijkheid kan aannemen dat de partner van de voorhand geen kaarten meer van de betreffende kleur heeft en dus, indien hij aan slag mocht komen, die kleur niet meer kan na spelen. Heeft men een dusdanige positie bereikt dan behoeft men er verder slechts voor te zorgen dat de speler die oorspron kelijk in de kleur is uitgekomen, niet meer aan slag komt. In vele gevallen zal men dit absoluut kunnen verhinderen, in an dere gevallen zal men wellicht een 50°/o kans hebben om de betreffende speler van slag te houden. i Heeft men bijv. als lange kleur een Heer - Vrouw - Boer - zesde, de hon neurs hetzij in één hand hetzij verdeeld, die men om het contract te kunnen ma ken moet vrijspelen, en men heeft zooda nig gespeeld dat de achterhand geen kaarten meer heeft van de uitgekomen kleur, dan zal bij vrijspelen van de lange kleur er een 50% kans bestaan dat de Aas bij de achterhand zit. Zit deze Aas bij de voorhand, dan is men toch verloren doch men heeft al het mogelijke gedaan om de verlieskans kleiner te maken. Het groote voordeel van het ophouden van een dekking in de uitgekomen kleur, is echter wanneer de ontbrekende kaart van een vrij te spelen kleur niet is de Aas doch een lagere kaart bijv. de Vrouw. Kan men in een dergelijk geval n.l. op beide handen snijden, dan zal men altijd door de voorhand dus naar den Blinde toe moe ten snijden. Lukt het, zooveel te beter, lukt het niet dan komt eventueel de achter hand aan slag en is er nog niets ernstigs gebeurd indien deze geen kaarten meer heeft van de oorspronkelijke uitgekomen kleur. Ook in het geval dat de speler tusschen twee kleuren kan kiezen, één waarbij hij op den Blinde en één waarbij hij op eigen hand moet snijden, zal hij om dezelfde reden de voorkeur aan de eerstgenoemde mogelijkheid geven aangezien hij betrek kelijk zonder gevaar op den Blinde kan snijden. Er is geen enkel probleem in het ge- heele Bridgespel hetwelk meer voorkomt dan het ophouden van een dekking in de uitgekomen kleur bij Sans Atout spellen. Bij troefspellen is ophouden van een dek king als regel noodeloos en dikwijls zelfs gevaarlijk. Of men zal zelf in de gelegen heid zijn latere kaarten in die kleur af te troeven, óf men stelt wellicht een der tegenspelers in staat in den loop van het spel dit met de eigen vrije kaart te doen. Waar men zoo dikwijls genoodzaakt zal zijn dergelijke methodes toe te passen moet elk speler volkomen doordrongen zijn van de mogelijkheden en geloof ik daarom goed te doen een en ander nog eens met verschillende voorbeelden toe te lichten waarbij met verschillende voorkomende mogelijkheden rekening is gehouden. Voorbeeld I Contract 3 Sans Atout Blinde Sch. 6-2 Ha. A-9-7 Ru H-6-5-3-2 KI B-4-2 Voorhand Achterhand Sch V-10-7-5-3 Sch. Heer-Boer-8 Ha V-5-3 Ha 10-8-2- Ru 8-4- Ru Aas-9-7- K1 V-9-8 KI. 7-6-5-3- Leider Sch Aas-9-4 Ha Heer-Boer-6-4- Ru Vrouw-Boer-Tien KI Aas-Heer-Tien Bij Schoppen uitkomst moet de speler de Aas ophouden tot in de derde ronde en daarna de Ruiten Aas er uit spelen. Zit deze bij de Voorhand, dan is het spel steeds verloren aangezien het contract, zonder het vrijspelen van de Ruiten, niet te bereiken is. Zit de Aas echter zooals in dit geval bij de Achterhand. dan wor den 4 Ruiten slagen gemaakt. Ook hier mogen de andere kleuren niet gesneden worden aangezien hierbij de gevaarlijke voorhand aan slag zou kunnen komen terwijl aan het contract zonder snijden is te voldoen. Voorbeeld 2. Contract 3 Sans Atout. Blinde Sch 6-2 Ha Aas-Boer-10 Ru Aas-10-6-3-2- K1 10-8-2 Wit: Kb6, Ta4, Lf5, en h4, Pc4, pi c6, f2, g2, g4 en h2. Zwart: Kf4, Tdl, Lel, pi a5 Ld7, e2 en h7. De volgende partij werd in 1911 te Kansbad gespeeld. Teichmann Rubinstein. 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 a6 4. La4 Pf6 Nu neemt de partij een ander verloop dan de vorige. 5. 0-0 Le7 6 Tel b5 7. Lb3 d6 8. c3 0-0 Wit moet nu, als hij d4 wil spelen, eerst h3 zetten, om Lg4 tegen te gaan. Hier volgt rustiger: 9. d3 Pa5 10.. Lc2 c5 11. Pbd2 Pc6 12. a4 Lb7 Beter was Le6. 13. Pfl Dc7 14. Pg3 g6 Verzwakt de koningsstelling, een gevolg van Lb7. 15. Lg5 Tad8 Om d5 te spelen. 16. ab5: ab5: 17. Del Tfe8 Nu had zwart d5 kunnen spelen. 18. h3 Ta8 19. Ta8: Ta8: 20. Ph2 Lc8 Erkent de fout. 21. f4 Pe8 Maar te laat, wit speelt: 22. f5 Lg5: 23. Dg5: De7 24. Dh6 Df8 Zwart wil graag ruilen. 25. Del Dg7 26. Tfl g5 Om fg6: te voorkomen. 27. Pg4 Pf6 28. Pf6:f Df6: 29. h4! h6 Na gh4: volgt Ph5 en Dh6. 30. Ph5 Dd8 31. f6 Kh7 32. hg5: Lg4 33. Pg7 Kg6 34. Ldl Dd7 35. Pf5 Lf5: 36. ef5:t opgegeven. Er kon nog Kh7, Lh5, hg5:, Dg5:, Tag8, Lg6i, fg6:, Dh4t. Dr. P. FEENSTRA KUIPER. ONZE TELEFOONNUMMERS DIRECTIE en ADMINISTRATIE 2 5oo (op 2 lijnen! REDACTIE1507 Leider Sch Aas-9-4 Ha Heer-Vrouw Ru Vrouw-Boer-9 KI. Aas-Vrouw-Boer-9-3 Ook hier moet bij uitkomen in Schoppen de Aas worden opgehouden tot in de derde ronde. Hierna wordt de Ruitenkleur aan getrokken en niet de Klaverkleur, ofschoon beide kleuren even sterk zijn. Zit de Rui ten Heer n.l. niet gunstig, dan is er niets verloren en komt A aan slag die geen schoppen meer zal kunnen naspelen. Zit de Klaverheer echter verkeerd, dan zou V aan slag komen en nog twee vrije Schop pen maken. Wordt Ruitenheer in dit ge val door de Achterhand gemaakt en Klaver nagespeeld, dan mag niet gesneden wor den. Het contract is zonder snijden te maken en mag niet geriskeerd worden dat V aan slag komt. Voorbeeld 3. Contract 3 Sans Atout. Blinde Sch 6-2 Ha Aas-10-3-2 Ru Heer-10-3-2 KI 10-4-2 Voorhand Achterhand Sch Vrouw-B-10-5-3 Sch Heer-9-4 Ha 7-5 Ha Vrouw-9-8 Ru Vrouw-6-4 Ru 9-8-7 KI Vrouw-8-3 KI 9-7-6-5 Leider Sch Aas-7-4 Ha Heer-Boer-6-4 Ru Aas-Boer-5 KI Aas-Heer-Boer Ook hier zal bij Schoppen uitkomen de Aas tot in de derde ronde moeten worden opgehouden, hoe sterk het spel ook lijkt. Hierna wordt zoowel op Harten als op Ruiten Vrouw in den Blinde gesneden. Dit zal 3 Harten en 4 Ruitenslagen opleveren. Speelt A, na met Hartenvrouw aan slag te zijn gekomen, klaveren na dan mag niet gesneden worden. Voorbeeld 4 Contract 3 Sans Atout Blinde Sch Aas-Boer-9-8 Ha 8-3 Ru 10-9-4 KI Heer-Vrouw-10-3 Voorhand Sch 6-3-2 Ha Vrouw-10-7-6-2 Ru Heer-7 KI 9-7-4 Achterhand Sch Heer-7-5-4 Ha Heer-Boer-9 Ru 6-3-2 KI 8-6-2 Leider Sch Vrouw-10 Ha Aas-5-4 Ru Aas-Vrouw-Boer-3-5 KI Aas-Boer-5 In dit geval moet Harten Aas tot in de 3de ronde worden opgehouden. Het is ver- lelderlijk de Ruitenkleur te gaan aanbre ken omdat deze de mogelijkheid tot het grootste aantal slagen opent indien de Heer bij A zit. Bij nadenken zal het den speler echter duidelijk zijn dat hij dit niet mag doen. Zit de Ruiten Heer verkeerd dan maakt V deze en ook nog twee Harten slagen. Hij moet dus onmiddellijk uit de eigen hand Schoppen spelen en eventueel de 10 met den Boer overnemen. Het is imperatief om op deze wijze eerst te zorgen voor het maken van 3 Schoppenslagen alvorens de Klaver kleur aan te breken aangezien deze wellicht moet dienen als rentrant in den Blinde voor de vrijge- speelde Schoppen. Het contract wordt al dus steeds gemaakt n.l. 1 Harten, 1 Ruiten 3 Schoppen en 4 Klaverslagen. Dit is dus een geval waarbij de speler niet zijn langste kleur moet trachten vrij te maken, in tegenstelling met wat ik in een mijner vorige artikelen als noodzake lijk noemde. Op deze regel zijn nog een paar uitzonderingen die wij later wel eens zuilen tegenkomen en waarbij ik dan wei de aandacht daarop zal vestigen. A. J. VERSTEEG. De oplossing van het probleem van Bettmann is 1. Pf7. Na Ta6i volgt dan Dd6 en na Te2ï kan De5. Speelt zwart nu in de eerste variant Pc6 zoo geeft Dd5 mat. in de tweede variant volgt na Pe4 ook Dd5. Het hier bewerkte thema heet de Brede cross-check. Ook het volgende probleem is hiervan een voorbeeld. De op lossing van het probleem van Loyd is: 1. Dh7. Het is een tempo probleem, zooals men bemerkt, daar eerst na het spelen van een der paarden een matzet ontstaat. H. WEENINK. G. C. 1923. Ie eerv. verm. Wit begint en geeft mat in drie zetten. Voorhand Sch Vrouw-10-7-5-3 Ha 5-4-3-2 Ru 8-4 KI Heer-5 Achterhand Sch Heer-Boer-8 Ha 9-8-7-6 Ru Heer-7-5 KI. 7-6-4 2500 arbeiders2}h millioen sigaren per weetcP De ongeëvenaarde Karei I melange, heerlijke geur, fijne en toch pittige aroma, vereenigd in een Karei I sigaar van slechts 6 cent, is thans binnen ieders bereik. Nu behoeft n i e m a n d meer sigaren van onbekende herkomst te rooken. De baan is vrij voor de 6 cents 8—4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 14