72ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 27 Juni 1931
Derde Blad
No. 21862
i Buitenl. Weekoverzicht.
IHEVEA
fietsbanden;
1 lichtloopend
yzersterk 1
NIEUWS UIT BELGIE.
DE DEENSCHE OCEAANVLIEGERS TE KOPENHAGEN.
KUNST EN LETTEREN.
FEUILLETON.
De Blauwe Diamanten
van Mijnheer Merchison
Licht aan den horizon
Toen de Amerikaansche minister van
jnancien, Mellon, naai Europa kwam en
ie Londen besprekingen voerde met Mc
Donald, Henderson en den directeur der
jngelsche Bank, toen was aangekondigd,
jat ook de Amerikaansche minister van
staat Stlmson ons oude werelddeel met een
iezoek zou vereeren, toen werd de moge-
I iijldieid geopperd, dat Amerika zijn oude
I <tandpunt: zich niet in te laten met den
I ;3ng van zaken in Europa, zou willen ver-
liitenWeinig kon men nog vermoeden,
I jat deze mogelijkheid zoo spoedig werke-
I tukheid zou worden! Totaal onverwacht
I swam opeens uit de lucht vallen het voor-
I nel Hoover, dat Amerika bereid was een
I moratorium voor een jaar toe te staan aan
al zijn debiteuren, zoo deze op hun beurt
Duitschland een jaar lang respijt gaven
I ien aanzien van alle tribuut-betalingen,
schadevergoeding of wat ook. Voor het
eerst accepteerde Amerika door dit voor
stel verband tusschen de schadevergoe
dingsschulden en de oorlogsschulden, het
geen het totdusver hardnekkig had gewei
gerd; Engelsche zoowel als Fransche pogin
gen in die richting hadden steeds gefaald!
Er moeten wel dringende redenen zijn
geweest, die Hoover er toe hebben ge
bracht, het Amerikaansche standpunt al
dus te wijzigen want daarop komt het
neer, trots Hoover's nadrukkelijke poging
om dat te ontkennen, waarbij hij alle
zwaarte legde op het verband tusschen
welvaart in de oude en nieuwe wereld, die
zonder elkaar niet mogelijk zouden zijn.
Wat op zich zelf volkomen juist is, maar
dat is altijd zoo geweest, niet nu opeens.
Die dringende redenen moeten gezocht
worden in den noodtoestand in Duitsch
land, die veel erger nog is, dan totnutoe
werd ondersteld; zoo erg, dat een oogen-
blikkelijk ingrijpen noodzakelijk was, wilde
men een debacle voorkomen. Mellon is
daarvan te Londen blijkbaar overtuigd,
dank zij het Duitsche bezoek aan Chequers
waarvan de gevolgen zich aldus reeds
doen kennen.
Hij rapporteerde dat naar Washington
en Hoover Informeerde zelf in haast bij
de hoogste Duitsche bron. president Hin
denburg. Daarmede was het pleit be
slecht. Hoover vergewiste zich nog even,
dat zijn voorstel bij het Amerikaansche
Congres in goede aarde zou vallen op
dat het hem niet zou vergaan als destijds
Wilson, die den Volkenbond stichtte, doch
door zijn eigen parlement werd gedesa
voueerd! en zijn voorstel ging in zee;
op den zeer korten termijn van ingang
met 1 Juli a.s. Een schok ging door de
wereld; plotseling zag men van over den
haringvijver een reddende hand uitge
strekt en alleen dit gebaar is voldoende
geweest om aan de beurs een directe ver
betering te doen intreden, om ernstig
weer de hoop te zien opleven, dat het
mogelijk zal zijn uit het slop te geraken,
waarin men al dieper en dieper was be
land. Men dacht er aanvankelijk niet aan,
dat het nog maar een voorstel was, dat
nog moest worden aanvaard door alle be
trokkenen, men zag een uitweg en daar
aan klampte men zich vast. Enkele nuch-
terlingen wezen er terstond op en
inderdaad met recht dat Amerika in
de eerste plaats aan zijn eigen belangen
dacht, het veilig stellen van zijn finan
ciën in Duitschland, doch wat doet dit er
toe, zoo Europa mee profiteert? En daar
van is thans ieder wel volledig overtuigd.
Men voelt, dat Hoover den weg heeft ge
wezen, waarlangs herstel op den duur
mogelijk zal zijn. Op den duur, want licht
te begrijpen is, dat een moratorium voor
een jaar alleen geen redding kan bren
gen, dat daarop verdere stappen zullen
moeten volgen
Met gejubel is Hoover's voorstel ont
vangen behalve in Frankrijk en zijn
vazal-staten. Engeland en Duitschland
hebben zonder aarzelen het voorstel aan
vaard, waarbij Engeland zelfs zoo royaal
was, om, al kan het geld kosten, wat het
zelf moeilijk missen kan, de Dominions
te doen deelen in de moratorium-gelegen
heid, waartoe het allerminst verplicht
was, daar de regeling met de koloniën
zuiver een interne aangelegenheid is! Na
eenig twijfelen volgde Italië dit goede
voorbeeld, al ondervindt het er eenig na
deel van. Oostenrijk en Bulgarije betoon
den hun volle instemming!
Anders stond het, gelijk gezegd, met
Frankrijk, en voor een deel is dat te be
grijpen, dat dient a priori erkend. Door
een moratorium, zooals Hoover voorstelt,
verliest Engeland betrekkelijk weinig,
daar het immers aan Amerika ongeveer
zooveel betaalt (feitelijk iets meer), als
het van Duitschland etc. ontvangt; Frank
rijk daarentegen ontvangt van Duitsch
land beduidend meer als het Amerika be
taalt! En afgezien van de financieele las
ten en baten. Hoover's voorste) tornt aan
het Young-plan. hetgeen voor Frankrijk
taboe is Genoemd plan voorziet toch ook
de mogelijkheid van een moratorium, doch
slechts gedeeltelijk; in ieder geval moet
Duitschland volgens het Young-plan de
onvoorwaardelijke gedeelten (plm. een
derde van het geheel) opbrengen. Hoo
ver's plan trekt dit onvoorwaardelijke
gedeelte ook in het moratorium en treft
aldus Frankrijk's heilig huisje! Frankrijk
voorvoelt, dat het, wanneer het eenmaal
laat tornen aan het Young-plan. als van
zelf komt tot 'n verder aantasten daarvan
en daarin heeft het gelijk. Het jaar van
het moratorium van Hoover zal toch on
getwijfeld leiden tot nadere besprekingen
tot wijziging van het plan Young Be
paald enthousiast betoonde men zich der
halve in Frankrijk direct niet aanvan
kelijk voelde men zich zelfs ietwat over
rompeld door het onverwachte doch
weigeren zonder meer durfde men ook
niet, daar men niet het odium wilde dra
gen van een mislukking van Hoover's red
dingspoging. Een weigering zou Frankrijk
in een geïsoleerde positie hebben gebracht,
bovendien! De agressieve toon der wereld
pers tegen Frankrijk's aarzelen heeft dat
reeds voldoende aangetoond Trots alle
mooie woorden, heeft Frankrijk zich toch
steeds alleen om eigen belang en dat zijner
bondgenooten bekommerd, hetgeen het
moreel al zeer verzwakte!
De Fransche regeering was in een lastig
parket, temeer, waar een direct aanvaar
den ongetwijfeld haar val zou hebben be-
teekend. gelet op de houding der Kamer.
Om uit de imnasse te komen, heeft zij een
handige vondst gedaan: zij stelde voor.
dat Duitschland het verplichte gedeelte
zou storten aan de bank voor Internat,
betalingen, die dit geld dan weer aan
Duitschland zou leenen! Zoodoende zal
zij vermoedelijk den eersten storm in eigen
land tot bedaren weten te brengen, terwijl
zij door het winnen van eenigen tijd ge
legenheid vindt naar andere uitwegen om
te zien, als Hoover, zooals vrijwel zeker is,
bliift staan op aannemen of verwerpen.
De Duitsche rijkskanselier Briining, die
de moeilijkheid voor de Fransche regee
ring blijkbaar goed aanvulde heeft mis
schien kans daartoe geboden door een
aanbod om met Curtius „een Chequers" te
Parijs te komen doorbrengen, hetgeen
vermoedelijk met graagte zal worden ge
accepteerd.
Zooals de zaken thans staan, is het
vooruitzicht op een algemeen aanvaarden
van het voorstel Hoover gelukkig heusch
niet slecht.
Er doemt licht aan den horizon
Ook waar Hoover indirect het ontwape
ningsprobleem in de kwestie betrok en tot
verwezenlijking daarvan een stoot gaf
door dit als noodwendig gevolg aan zijn
moratorium te verbinden. Dat België, dat
achter Frankrijk staat, juist groote mili
taire credieten voteerde, strekt het niet
tot eer.
RECLAME.
9057
(Van onzen briefschrijver)
De moeilijkheden om zich te
Brussel vlug te verplaatsen.
Geen autobuslijnen en traag
maar comfortabel tramverkeer.
De toestanden <in het taxi
bedrijf. Op het oorlogspad.
Brussel, Juni 1931.
Hoe meer Brussel uitbreiding neemt,
hoe meer het verkeeresvraagstuk wordt
ingesteld Niet alleen wat de gewone ver
keersregeling betreft .maar ook wat de
mogelijkheid aangaat voor de Brusselaars
om zoo vlug mogelijk de verschillende
stadsgedeelten te bereiken. Stadsuitbrei
ding die naar volledige afzondering van
de nieuwe wijk leidt door gebrek aan een
vlugge en praktische verbinding, blijkt
steeds een slechte onderneming te zijn.
Zooals in elke groote stad is te Brussel
het verkeersvraagstuk ook langs deze
zijde een ernstig probleem geworden. De
Brusselsche tramwegmij., die feitelijk
een monopolie in handen heeft, daar zij
het heeft klaar gespeeld, sedert enkele
jaren ook de aandeelen in handen te
krijgen van de maatschappij die een paar
autobusdiensten in exploitatie had. Zij
heeft nu volop de gelegenheid om te be
weren, dat exploitatie van autobusdien
sten niet mogelijk is. Er is niemand om
het tegendeel te bewijzen. De tram in het
centrum van de stad heeft echter op
punten met druk verkeer volledig afge
daan. Te Parijs werden verscheidene tram
lijnen aldus afgeschaft en vervangen
door autobusdiensten. Te Brussel denkt
men er nog niet aan. Alleen hebben de
autoriteiten van trammaatschappij ge
daan gekregen, dat zij, op zekere lijnen
zoo deze die het laag gedeelte, langs het
centrum en niet langs de groote buiten
lanen van de stad met het hoog gedeelte
verbinden, geen aanhangwagens zou la
ten rijden. Dit was feitelijk een verplich
ting die in de vergunning is bepaald met
het oog op de algemeene veiligheid. Tij
dens den oorlog had de maatschappij,
wegens de bijzondere moeilijkheden voor
de exploitatie, toelating verkregen om
aanhangwagens in dienst te brengen en
na den oorlog vond de maatschappij niets
gemakkelijker en winstgevender dan met
dit stelsel voort te doen. Verder heeft de
maatschappij heel wat geld uitgegeven
om de tramwagens comfortabel in te
richten. In dit opzicht is het een feit, dat
Brussel bijzonder is bevoorrecht. Op de
ceintuurlanen rijden, zooals men hier zegt
ware Pullmanntrams. -
Dit comfort is evenwel nog geen oplos
sing. Er moet een vlugger verkeer komen.
Het is niet mogelijk, dat om zich van het
eene naar het andere stadsgedeelte te be
geven ook nog in de verre toekomst, de
Brusselaars soms een uur en nog meer in
de tram zullen moeten doorbrengen. De
trammaatschappij begrijpt dit ook wel en
er duiken dan ook af en toe geruchten op
over een metro, die door dezelfde maat-
schappij zou worden geëxploiteerd. Er
is niemand die er aan gelooft. Het eenige
dat wellicht nog tot stand zou kunnen
komen is een tunnel onder de centrale
lanen tusschen Noord- en Zuidstation, in
de verbreede bedding van de Zenne, welke
thans wordt afgeleid, en waarin de trams
zcuden rijden, zoodat in het centrum de
trams geen opstopping meer zouden kun
nen veroorzaken. Maar hier ook zijn de
sceptici het talrijkste. En de taxi's dan?
zal men zich afvragen. De Brusselsche
taxi's zijn talrijk genoeg. Daarover wordt
niet geklaagd Maar de taxi-chauffeurs
staan bij het publiek doorslecht aange
schreven Hiervoor waren voorheen rede
nen te over. Er is ten eerste 't teit, het
welk gelukkig steeds zeldzamer wordt, dat
een persoon die zich 's avonds naar een
eenigzins afgezonderde plaats voeren liet
zijn chauffeur in een bandiet verande
ren zag en werd beroofd. Dit was vooral
in de eerste jaren na den oorlog het ge
val. De gevallen van dien aard deden zich
veelvuldig voor. Er werd echter zoo'n
stemming gemaakt onder het publiek te
gen de taxi-chauffeurs, dat de betere
elementen onder hen zelf de zuivering
ondernamen. Er werden maatregelen ge
nomen als b.v de stichting van een coo
pers tie voor taxi-bestuurders met onder
meer als voorwaarde voor lidmaatschap
de eigenaardige bepaling, dat het stral-
register onbevlekt moest zijn! Dan was er
ook nog de nu nog volstrekt niet verdwe
nen ervaring dat het „vrachtje" van een
taxi-chauffeur steeds leelijk wordt ge-
j vild wanneer het op betalen aankomt.
Het is mij nog bijna nooit gebeurd dat,
voor hetzelfde ritje van een bepaalde
plaats tot mijn huis, mij hetzelfde be
drag werd gerekend. De klant is er altijd
mee gefopt Hij betaald steeds meer dan
het tarief. De Brusselsche taxi-chauffeurs
schijnen over een bewonderenswaardige
virtuositeit te beschikken, om hun klanten
te bedriegen.
Dit bedrog wordt in de hand gewerkt
door het bestaan van verschillende auto
nome gemeenten die, tot voor enkelen tijd,
elk een verschillend reglement hadden
inzake taxi-verkeer. Men had een stelsel
aangenomen, waardoor een door den
meter aangeduid tarief werd verhoogd met
een percent, dat afwisselde volgens de
duurte. In den taxi was het bericht aan
geplakt echter op een wijze, die het on
mogelijk maakte er kennis van te nemen.
Wanneer het dan op betalen aankwam
was er gelegenheid te over om geplukt te
worden. Dit alles is nu verbeterd door de
invoering van een definitief aan de duurte
aangepast tarief, dat ook op de meters
wordt aangegeven, zonder dat er nog een
verhooging bij te pas komt. Wat niet be
let, dat de Brusselsche taxi's nog heel dure
tarieven hebben, die geregeld gebruik dooi
het groote publiek, in een mate zooals b.v.
te Parijs uitsluiten, zoodat het vlug-ver-
keers-vraagstuk er bezwaarlijk kan wor
den door opgelost. Wat de veiligheid be
treft zijn de rollen thans vrijwel omge
keerd. Er is geen taxi-chauffeur meer of
Otto Hiilig.
De Deensche Oceaanvliegers Hillig en
Holris zijn gistermiddag om 2 uur op het
vliegveld van Kopenhagen geland
De vliegers ohtvingen bij aankomst de
gouden medaille, de hoogste onderschei
ding der Deensche Aero Club.
Ter begroeting waren op het vliegveld
van Kopenhagen ongeveer 50 000 personen
aanwezig, die den beiden piloten een
enthousiaste ontvangst bereidden Het toe
stel. de Liberty, was getooid met de Deen
sche en Amerikaansche vlag
Holris werd het eerst door zijn moeder
verwelkomd.
Hierna sprak de voorzitter der ont
Holzer Holris.
vangstcommissie hartelijke woorden tot de
beide aviateurs.
De met lauwerkransen omhangen vlie
gers werden vervolgens door den Deen-
schen minister van Verkeer namens de
regeering gecomplimenteerd.
Tot slot maakten de vliegers in een open
auto. met een 50-tal volgauto's, hun
joveuse entrée in de stad. Langs den weg
stónden duizenden menschen, die de koene
piloten hartelijk toejuichten.
Op het Raadhuis werden de vliegers door
den eersten burgemeester verwelkomd.
In de stad werd druk gevlagd.
hij is wanneer hij 's avonds met een klant
wegrijdt, voor zijn leven beducht Het is
een misdaad in de mode geworden een
taxi huren, zich op een eenzame plaats
laten voeren en dan den chauffeur een
revolver onder den neus duwen met be
leefd verzoek zijn portefeuille te ledigen.
In den jongsten tijd zijn er ook wel eenige
gevallen geweest, waarin de klant-bandiet
er maar dadelijk op los schoot of sloeg.
Dan kon de chauffeur ohder deelneming
van een eindeloozen stoet collega's die
allen met hun wagen opkwamen, worden
begraven maar was dit indrukwekkend, het
was ook alles. In een geval heeft de dader,
die niets had kunnen stelen, en berouw
had, zich gevangen gemeld. In het andere
zijn de chauffeurs zelf op het oorlogspad
gegaan en hebben zij de daders van een
aanranding voor de politie ontdekt en in
haar handen overgeleverd.
Er zijn taxi-bestuurders, die erkennen,
dat de tarieven te duur zijn. vooral de
nachttarieven. Dat zijn de chauffeurs van
de Brusschelsche voorsteden. Deze leven
op een voet van oorlog met de taxi's van
die op het grondgebied van de stad Brus
sel hun standplaats hebben om deze reden
En ook nog wel om andere redenen maar
dat willen zij niet zoo gemakkelijk erken
nen. Volgens hen is het niet noodig
's nachts dubbel tarief te doen betalen om
's nachts ook zijn broodje te verdienen Zij
hebben zich dan, zooals reeds gezegd, in
een coöperatie vereenigd en elk lid draagt
op zijn wagen een blauwe ster wat betee-
kent, dat hij 's nachts het dagtarief toe
past. Dit is zooveel als oorlog aan de maat
schappij, die op het eigenlijke Brusselsche
grondgebied een monopolium heeft van
het taxi-verkeer. Want daarom gaat het
feitelijk. De kleinere taxi-ondernemingen
zien met leede oogen dat een groote maat
schappij de beste standplaatsen heeft in
de stad.
De topographie van de stad is echter
zoo dat het plein voor het Noordstation en
dat voor het Zuidstation onderscheidenlijk
op grondgebied liggen van St.-Joost-ten-
Oode en St. Gillis. Zoodat op deze stand
plaatsen op enkele meters afstand van el
kaar, des nachts taxi's zijn te vinden,
waarvan de een dubbel dagtarief vraagt,
en de andere gewoon dagtarief. Welke
soort het publiek kiest laat zich gemakke
lijk raden. De ster-taxi's hebben er ook
een specialiteit van gemaakt door de stad
te rijden om er voorbijgangers, die een
taxi willen, op te pikken. Wanneer de po
litie het opmerkt volgt er wel een proces
verbaal, maar daar storen zij zich zooveel
niet aan. Doch nu kan men het soms be
leven dat een monomolium-taxi het spel
letje van zijn concurreerenden collega in
de gaten krijgt. Dan rijdt hij hem achter
na en wordt het voor den strooper op
Brusselsch gebied dikwijls gevaarlijker
De ster-taxi-chauffeurs verklaren, dat
zij het stelsel van de vrije standplaats wil
len bekomen, zooals te Parijs. Dit zou het
mogelijk maken, volgens hen, de tarieven
ernstig te verlagen. De stad Brussel heft
een dubbele onrechtstreeksche belasting
op het taxiverkeer daar zij niet alleen een
vast standplaatsrecht ontvangt van de
maatschappij, maar ook nog een deel in
de winst opstrijkt De stad voert hiertegen
aan. dat de maatschappij verplicht is o.m.
een dubbel nachttarief te hebben, omdat
zij verplichtingen heeft, die alleen het
openbaar belang op het oog hebben.
Zoo bijvoorbeeld het verzekeren van
standplaatsen, dag en nacht in weinig
drukke wijken. Op deze standplaatsen kan
men ook om vier uur 's morgens een taxi
vinden, in welks chauffeur men vertrou
wen hebben kan. omdat er een zeker toe
zicht bestaat Wat niet het geval is voor de
chauffeurs van de agglomeratie, die hun
standplaats op bepaalde uren verlaten om
in de buurt te komêin waar „vrachtjes" te
vinden zijn en die ook in de kleine uur
tjes liever te bed gaan, omdat zij tot niets
zijn verplicht.
WILLEN FELTZER t
Willem Feltzer, directeur van de Muziek
school van de afdeeling Rotterdam van
Toonkunst, is, 57 jaar oud, na een lang
durige ziekte te Dordrecht, waar hij ten
huize van zijn dochter verpleegd werd,
overleden.
DE ABONNEMENTSVOORSTELLINGEN.
Naar wij vernemen is van de gelegenheid
om zich op te geven voor de nieuwe serie
abonnementsvoorstellingen -n den Leid-
schen Schouwburg voor 't komend seizoen
een ruim gebruik gemaakt, zoodat het
Schouwburgbestuur besloten heeft deze te
doen doorgaan. Loge is nog disponibel, be
nevens een enkele baignoire- en parterre
plaats.
Geautoriseerde vert. uit het Engelsch van
J. S FLETCHER door Jhr. C. A. L. v. d. W.
(Nadruk verboden).
23)
En dat is alles wat je weet, Cot-
tingley?
Alles!
Zoo zeide Maythorne. We weten nu
iets meer van Mallison. We weten ook,
dat hij naar het Noorden is gereisd. Nu
zou ik nog willen weten of hij en Maza-
roff elkaar na hun ontmoeting te Hut-
tingdon en York nog weer hebben ont
moet.
Waarom? vroeg Crole met verbazing.
En waar?
Uw tweede vraag is van meer belang
dan de eerste, antwoordde Maythorne. De
plaats van zulk een ontmoeting, dat is het
punt van beteekenis.
Hetgeen wij moeten weten is het ver
band tusschen den moord op Mazaroff en
het feit, dat Mazaroff de blauwe diamant
no. 2 bij zich had. toen hij vermoord werd.
Hoeveel personen wisten, dat hij de dia
mant bij zich had. Mallison wist dat vrij
zeker omdat hij de diament van Mazaroff
had gezien. Vermoedelijk was het bod van
sir Samuel het onderwerp van hun ge
sprek in Huntingdon en York. Wij moe
ten Mallison daaromtrent inlichtingen
vragen. Ik zal vanavond trachten er ach
ter te komen, wanneer hij waarschijnlijk
In de stad terugkeert, of waar hij zich nu
ophoudt; ik zal dat zelf eens gaan infor-
meeren bij de Leeke's. Maar nu Armin-
trade? Die moeten wij ook spreken, hij
weet meer dan hij verteld heeft; eigen
lijk heeft hij niets verteld. Holt! is de
man. die je in „de Houtsnip" hebt achter
gelaten, de chauffeur Webster, nog al bij
de hand?
Webster is een slimme, handige
kerel, antwoordde ik. Flink en betrouw
baar.
Geef mij een paar telegram-formu
lieren, Cottingley. zeide Maythorne. Holt,
ik ga Webster telegrafeeren uit jouw
naam; ik zal hem vragen om een oogje
te houden op High Cap Lodge en hoe hij
dat moet doen. Wat den dag van morgen
betreft, wil jullie morgen om tien uur
hier komen?
Crole en ik gingen heen en lieten May
thorne het telegram aan Webster klaar
maken. Buiten gekomen gaapte Crole.
Ik ga naar huis Holt; ik ga eten en
naar bed. Daar verlang ik naar. En jij,
wat ga jij doen?
Zoo ongeveer hetzelfde, ik ga ergens
eten en dan naar mijn kamer. Ik ben ook
moe. Ik vermoed, dat wij morgen ons
spoor moeten vervolgen?
Wij zien elkaar morgen om tien uur
weer bij Maythorne, gaf hij toe met een
hoofdknik. Ik ben benieuwd om te weten
of wij vandaag iets verder zijn gekomen.
En dan tot morgen!
Hij gaapte nog eens, glimlachte veront
schuldigend, gaf mij een hand en ging in
de richting van het naaste station van
den ondergrondschen spoor. En toen hij
vertrokken was voelde ik, dat ik moe was,
vermoeidei dan ik besefte. De opwinding
van de laatste dagen het gejaag, de gees
telijke arbeid dat alles liet zijn invloed
gelden Ik keek op mijn horloge, het was
zes uur Ik besloot dadelijk te gaan eten
en dan naar huis te gaan.
Ik ging eten in een rustig restaurant,
at goed en deed geruimen tijd over mijn
diner. Dat deed mij goed: ik begon er
zelfs over te denken mijn vriend Harker
te gaan opzoeken, om hem mijn avontu
ren te vertellen. Maar bij eenig nadenken
vond ik het verstandiger naar huis te
gaan. want ik begreep dat wij morgen een
drukken dag zouden hebben en misschien
moesten terugkeeren naar Marrasdale.
Daarom kocht ik eenige avondbladen en
ging naar Jermyh Street, met het voor
nemen om negen uur naar bed te gaan.
Ik zat te knikkebollen over de couranten
en besloot daarom naar mijn slaapkamer
te gaan, toen Maythorne binnenkwam.
Ik begreep, dat hij eenig nieuws had.
Ik ben bij sir Samuel Leeke geweest.
Holt, zeide hij. nadat ik hem een whisky-
soda en een sigaar had aangeboden. Ik
ging daar nog eens heen en maakte een
aannemelijke verontschuldiging. Ik heb
een feit ontdekt, dat misschien en mis
schien ook niet met de zaak in verband
staat. Natuurlijk over dien Mallison.
Zoo, zei ik.
Mallison, vervolgde Maythorne, ging
op reis naar het Noorden, omstreeks den
zelfden tijd dat jij en Mazaroff dat
deden. Hij maakte de reis in een van de
auto's van Leeke en met een bepaald doel.
De heer Leeke wil het volgend jaar een
jachtterrein huren voor korhoenders,
weet je en hij dacht dat het verstandig
zou zijn als Mallison daar nu op uitging
om jachtterreinen in oogenschouw te ne
men, omdat de jacht in vollen gang is.
Naar hetgeen hij mij vertelde ben ik vrij
zeker, dat Mallison in de buurt van Mar
rasdale was gedurende denzelfden tijd dat
jullie daar logeerden.
Hij keek mij aan alsof hij van mij
eenige opmerking verwachtte. Ik had
echter niets op te merken; alles wat ik
kon zeggen was, dat ik Mallison nooit
daar gezien had. Hij glimlachte.
Natuurlijk heb je hem niet gezien
of liever, zou je hem niet gezien hebben,
als.... Maar dat hangt nog in de lucht.
Toch was Mallison daar. En
Hij zweeg en bleef zwijgen, totdat ik
zeide, hetgeen mij op het hart lag;
Ik ben benieuwd of wij ooit achter de
waarheid zullen komen!
Hij keek mij aan.
Wij zullen er achter komen, Holt. en
als wij zoover zijn, zal er iets heel bijzon
ders aan den dag komen! Kijk eens! Her
inner jij je, dat ik, toen wij bij Reiver's
Den waren, iets opraapte dicht bij de
plaats, waar Mazaroff's lijk werd gevon
den? Herinner jij je dat? Nu...
Hij hield op. Er klopte iemand aan mijn
deur, zachtjes maar aanhoudend. Wij
keken beiden in die richting en luister
den. Er werd weer geklopt en daarna ging
ik naar het portaal, opende de deur
en week verbaasd terug.
Daar stond Sheila alleen!
HOOFDSTUK XVII.
Het testament.
Haar naam kwam onwillekeurig op mijn
lippen, terwijl ik haai' stond aan te sta
ren; ik had gedurende den avond voort
durend aan haar moeten denken. Zij
lachte, een beetje verlegen ,doch had
haar zinnen beter bij elkaar dan ik, want
zij stapte de deur binnen, alsof er niets
bijzonders was in dit voor mij zoo verras
sende bezoek.
Ik had de deur van mijn zitkamer open
laten staan; zij keek naar binnen en zag
Maythorne.
Mijnheer Maythorne is bij u? Dat
treft uitstekend! zeide zij.
Ik volgde haar in de kamer. Maythorne
sprong op en gedurende eenige oogen-
blikken keken wij elkaar aan. Maythorne
trok een stoel naar den haard en noodde
Sheila om plaats te nemen.
Juffrouw Merchison is hier omdat
er Iets gebeurd is, zeide hij.
Juist!
Zij had een zwaren reismantel aan,
maakte die open en haalde uit een bin
nenzak een opgevouwen stuk papier. Zij
overhandigde het aan mij.
Mijnheer Maythorne heeft gelijk. Er
is iets gebeurd. Daar is het testament. Ik
kom het persoonlijk brengen.
In de stilte, die toen volgde, drongen
twee zachte geluiden tot mij door, zooals
dat in kritische oogenblikken kan gebeu
ren .Het eerste was het afstrijken van een
lucifer door Maythorne, die juist zijn
sigaar had willen aansteken, toen Sheila
aanklopte; het andere was het kraken
van het papier, dat ik openvouwde. Ik
keek naar de onderteekening: dit was on
getwijfeld het testament, dat te York
was opgemaakt. Ik gaf het aan May
thorne; hij las het door, vouwde het weer
op en wendde zich tot Sheila.
Hoe komt u daaraan, juffrouw Mer
chison?
Het antwoord was duidelijk en kort,
met een harden toon geuit.
Gestolen!
Gestolen! Van wie?
Het heeft geen zin er omheen te
draaien. Ik heb het gestolen van mijn
moeder.
Maythorne en ik keken elkaar aan.
Sheila keek van den een naar den ander.
Toen viel haar blik op het buffet.
Heeft u een glas wijn of port voor
mij. Ik heb in den trein geluncht en daar
na in Euston iets gegeten, maar ik heb
nu trek in een glas port en wat biscuits;
dan zal ik alles vertellen!
Ik had nog zeer goede port, een ge
schenk van mijn vader en ik haastte mij
haar een glas te geven en een trommeltje
met biscuits naast haar te zetten. Zij had
iets gegeten en een slokje port gedron
ken, toen zij naar Maythorne keek
Wordt vanelgd).