ASPIRIN Waar koopt U het beste en goedkoopste UIT DE RAADZAAL. In de reiskoffer eenig op de wereld PARLEMENTAIR OVERZICHT KOHSCHULTE's SPREEKCEL LAND- EN TUINBOUW. RADIO-PROGRAMMA. FEUILLETON. De Blauwe Diamanten van Mijnheer Merchison RECLAME. VLOERZEILEN OVERGORDIJNEN TRAP- EN GANGLOOPERS UITSTEL MET EEN GOEDE ZIJDE Toen wij Maandag raadwaarts togen, waren wij geprepareerd op een langdurig raadhuisdebat, dat, naar wij vreesden, nu en dan wel iets zou weg hebben van een Babylonische spraakverwarring, gelet op de verscheidenheid der voorstellen, die ter tafel zouden verschijnen. Het is anders geloopen om kwart over vijf was alles beëindigd, of. als men dat liever wil, niets beëindigd, was de knoop op het eerste gezicht nog iets meer onontwarbaar geworden. En toch was de gang van zaken zoo heel eenvoudig. Na eenige aarzeling, wie het woord zou nemen tot tweemaal toe moest de voorzitter vragen! stak de heer Wilmer van wal met een verdediging van het voorstel der drie rechtsche fractie leiders, dat, goed beschouwd, neerkomt op het destijds door den raad geweigerd idee van een meervoudige opdracht. Daarop volgde de heer Parmentier, die naast steun aan het rechtsche voorstel de gansche kwestie reeds meer principieel behandelde en hier en daar rake opmer kingen plaatste, als b.v. over de wijze van het besluiten tot enkelvoudige op dracht. Na een korte verklaring van den heer Bosman, die, helaas, voor een deel op het terrein der politiek kwam, een factor, die van den Stadhuisbouw verre moet worden gehouden, wil men deze voor onze Sleutel stad zoo allerbelangrijkste aangelegenheid niet nog verder vertroebelen, was 't de heer v. Eek, die opeens de affaire geheel plaat ste in het licht der zakelijkheid. Kort en bondig deed hij uitkomen, dat het voorstel van rechts, zijnde in wezen een terug komen op een vroeger genomen raads besluit, thans niet kon worden behandeld volgens het reglement van orde en daar om stelde hij voor, daarover praeadvies uit te doen brengen door B. en W. Het zal zeker niet vaak gebeuren, dat uit den raad aldus het reglement van orde moet worden verdedigd, tegenover het be leid van den voorzitter. En toch had de heer v. Eek het gelijk aan zijn zijde; zelfs wethouder Splinter erkende later, dat hetvoorstel van rechts beduidde terug komen op een vroegere beslissing, al gleed de wethouder overigens, zonder gehinderd te worden, langs de orde heen, daar de voorzitter, tenslotte wijkend voor de juist heid van het standpunt v. Eek, alleen aan de orde had gesteld de wijze van be handeling van het rechtsche voorstel. De voorzitter, voelend dat het voorstel van B. en W. inzake een commissie van advies door de heeren Wilbrink en Wilmer zoo treffend in tweede instantie bestreden door het voorstel van rechts eenvoudig van de baan werd gedrongen, heeft blijkbaar de consequenties daarvan niet te sterk willen doen uitkomen, doch het heeft weinig gebaat. Na verdere be spreking heeft het college immers een eclatante nederlaag geleden, daar de raad met 238 stemmen (w.o. de vier wet houders 1) toch besloot het voorstel van rechts te zenden naar B. en W. voor prae advies. Alleen de bescherming van het reglement van orde door den voorzitter heeft een deuk gekregen. Te betreuren is slechts, dat tot het be reiken van dit resultaat zóo'n (zooals dc Dultschers het zeggen) „Kuhhandel" moest worden gedemonstreerd. Het voor stel tot praeadvies over het rechtsche idee kwam van den heer v. Eek c.s., die daaraan echter verbond een aanhouding van het gansche voorstel 11 der agenda, dus ook van behandeling van 't praeadvies van B. en W. over het plan der S.D.A.P. tot bouw aan de Lammermarkt. De heer Wilmer achtte dit laatste echter onnoo- dig, van oordeel, dat over de plaats best verder gesproken kon worden, doch be zweek, toen de heer v. Eek dreigde in dat geval tegen zijn eigen voorstel te zul len stemmen. Want dan was het zenden van het voorstel van rechts om praeadvies er waarschijnlijk niet gekomen Dit beeld was niet erg verheffend! Vreemd zal het wellicht aandoen, dat tegen den wensch van het college ln een voorstel tot praeadvies naar dit college wordt verwezen, doch bij nadere beschou wing zal die bevreemding spoedig verdwij nen. Het voorstel van B. en W. om een commissie van advies ten hunnen behoeve goed te keuren droeg, gelet op de verdedi ging van het college, speciaal na de reeds vermelde bestrijding in tweede instantie door de heeren Wilbrink en Wilmer, waar op niet, of zoo goed als niet werd gere ageerd, toch een echt ge- oltewel verlegen heidscachet. Wij zullen, na het uitvoerig raadsverslag, op de argumenten thans niet nader meer ingaan. Het zou slechts een herhaling kunnen opleveren. Daarom be hoeft men geen zorg te hebben over het uitbrengen van praeadvies in dezen. Langs de bekende lijnen van deductie is het niet- eenstemmig zijn van B. en W. maar al te zeer aangetoond, trots formeele ont kenning, dat een oordeel was geveld! Maar het practlsche resultaat, is men licht geneigd, zich af te vragen. Is de knoop Inderdaad nog meer onontwarbaar geworden? Wij gelooven het niet! Wij zit ten, zooals de heer Parmentier zeide, in een moeras inzake de stadhuis-kwestie, de heer v. Eek sprak van een Hjdenshis- torie, doch oj. is het voorstel van rechts alleszins geëigend om ons uit het moeras te helpen. Niets is dan verloren, behalve tijd en dat is in deze materie niet zoo erg. Slechts één schaduwzijde is er aan de uitstel-beslissing van de jongste raads zitting: er is niets bepaald over den bouw van Amicitia. En toch heeft Amicitia rechten, daarin zijn wij het met wethou der Splinter eens. Het uitstel- beteekent hier het schaden van particuliere rechten niet van belangen! Hoe deze te bevre digen RECLAME. Ibehooren Aspirin-Ta- IbleHen, want op reis I staaf U in 't bijzonder laan het gevaar van kouvatten bloot. Lef op oranje band en Bayerkruis. Prijs 75 ets, 7896 TWEEDE KAMER. MUZIEK-AUTEURSRECHT. Allereerst werd het wetsontwerp hou dende regeling der bemiddeling inzake het muziek-auteursrecht met 57 tegen 16 stem men aangenomen. Er tegen stemden de liberalen, de vrij zinnig-democraten. de communisten, de chrlstelijk-historlschen mej. Katz, Snoeck Henkemans, Van Boetselaer, Lovink en de heer Floris Vos. STRANDVONDERIJ. Vervolgens waren aan de orde de wets ontwerpen tot herziening van het Wet boek van Koophandel en vaststelling van een wet op de strandvonderij, De hoofd strekking van deze ontwerpen is, om ver schillende bepalingen inzake de strand vonderij over te brengen uit het Wetboek van koophandel naar een afzonderlijke wet, en om, in verband hiermede, de po sitie van den strandvonder beter te regelen Hierbij heeft de heer Knottenbelt zijn vreugde over de ontwerpen uitgesproken In ons strandrecht zal geen verandering komen, dit is voldoende geregeld. De afgevaardigde maakte echter een enkele opmerking inzake de positie van den strandvonder, die door Minister Don- ner werd beantwoord. De ontwerpen werden aangenomen. INTERPELLATIE-DE VISSER. Vervolgens was aan de orde de inter pellatie van den heer De Visser omtrent „wan-verhoudingen betreffende het loon, de huisvesting, het eten en de gezond heidszorg, die aanleiding zijn tot de reeds NATDURLiIJK II* Bedden- en Tapijtmagazijnen Zegt het voort! Het bespaart U Guldens ien VLOERZEIL EN LOOPERS WORDEN GRATIS GELEGD! 6000 OVERGORDIINEN WORDEN GRATIS GEMAAKT! uitgebroken en nog dreigende conflicten in onderscheidene werkverschaffingen". De heer De Visser hield een rede, waar in hij het kapitalistische stelsel critiseer- de, de werkloosheid schetste als een uit vloeisel daarvan en uitvoerig sprak over de toestanden bij de werkverschaffing. Zijn betoog culmineerde in een aantal vragen, waarin zijn rede was saamgevat, en die aldus luidde: 1. Is het de regeering bekend, dat in vele werkverschaffingen niet wordt vol daan aan de overeenkomsten met de ar beiders aangegaan, wijl vaak veel lagere loonen. als daarin genoemd, worden uit betaald? 2. Is het de regeering bekend, dat in vele werkverschaffingen ernstige bezwaren be staan tegen de aan de arbeiders verstrekte huisvesting, waarbij het voorkomt, dat vele arbeiders tezamen op een tochtigen zolder moeten slapen op vieze matrassen, die, naar mededeellng van de betrokken arbeiders, vroeger bij de ramp te Bor- culo reeds werden gebruikt? 3. Is het de regeering eveneens bekend, dat op het verstrekte eten en drinken door de arbeiders zeer ernstige critiek wordt geoefend, zoowel wat de samenstel ling en bereiding betreft, alsmede de wijze waarop één en ander wordt opgediend en moet worden genuttigd? 4. Draagt de regeering er kennis van, dat omtrent de zieken- en gezondheids zorg ernstige klachten bestaan: a. door het niet tijdig aanwezig zijn van geneeskundige hulp bij ziekte; b. het ontbreken van drinkwater en be hoorlijke privaten; c. het aanwezig zijn van ongedierte etc? 5. Is het de regeering duidelijk, dat ar beiders met eenig karakter en klein besef tegen zulke misstanden in verzet komen door het uitspreken van scherpe protes ten of door het organiseeren van protest stakingen van eenige uren, teneinde de aandacht op deze misstanden te vestigen? 6. Is het de regeering bekend dat in de werkverschaffingen, zooals te Wipperstum en Witteveen vertrouwenslieden der ar beiders, die de collectieve klachten ter kennis brachten van directie en inspectie en de belangen van hun kameraden ver dedigden, werden ontslagen, waardoor een proteststaking werd geprovoceerd en dat door den heer Westhof alle arbeiders wer den ontslagen? 7. Is het reeds tot de regeering doorge drongen, dat een algemeene grief in de werkverschaffing is, dat de arbeiders niet wekelijks verlof bekomen, en er geen ver voermiddel disponibel is van het dichtst- bijgelegen station naar de betreffende werkgelegenheid? 8. Is de regeering bereid oogenbllkkelijk maatregelen te treffen, waardoor de recht matige grieven van cje arbeiders worden weggenomen: a. door stipte naleving van de arbeids overeenkomst; b. door behoorlijke zieken- en gezond heidszorg; c. het eten en drinken in samenstelling, bereiding en verstrekking, waar noodig te verbeteren d. zorg te dragen dat overal behoorlijke watervoorziening en W. C. of privaten op het werk aanwezig zijn. e. de huisvesting belangrijk te verbe teren? 9. Is de Regeering bereid oogenblikke- lijk alle gegeven ontslagen en uitsluitingen te doen intrekken? 10. Is de Regeering bereid alle verplichte uitzending naar de werkverschaffing op te heffen en ervoor te zorgen, dat geen onderscheid naar politieke richting der te werk gestelden worden gemaakt? MINISTER RUTS DE BEERENBROUCK heeft medegedeeld dat sinds de vorige werkloosheid-interpellatie van drie maan den geleden de toestand niet is verbeterd. Integendeel: tegen het najaar is een vergrooting dei- werkloosheid te wachten. De Overheid moet dus aan deze zaak haar grootste aandacht wijden. Inzake de voorwaarden en toestanden bij de werkverschaffing bereiken de Regeering weinig klachten. Het is echter niet mogelijk aan alle ver langens te voldoen De Regeering kan nu eenmaal niet altijd ingrijpen. Bovendien is de financieele toestand van dien aard, dat er heel voorzichtig te werk moet wor den gegaan, Ook particuliere bedrijven hebben met de grootste moeilijkheden te kampen. De gemeenten toonen grooten ijver om aan de moeilijkheden het hoofd te bieden en staan in voortdurend contact met de vakbeweging. De Minister zeide dat hij alle vragen als een geheel zou beantwoorden. De bestaan de regelingen worden loyaal toegepast. Ernstige klachten worden grondig onder zocht. Gezorgd wordt, dat de toestanden aan behoorlijke eischen voldoen, al zal cr een enkele maal wel eens iets aan ont breken Woning- en voedsel-voorziening (aldus de Minister) geven geen aanleiding tot gegrondde klachten een enkel geval daargelaten en ook de gezondheidszorg is bevredigend. Voor 't treffen van maat regelen. als door den heer De Visser ge vraagd, is dan ook geen aanleiding. Een wekelijksch verlof zou te veel geld kosten. Men kan eventueele grieven en klachten altijd ter sprake brengen, doch voor hen, die door opruiing de boel in de war wil len sturen, is bij de werkverschaffing geen plaats. Bij zijn repliek diende de heer De Vis ser twee moties in, waarin zijn eischen waren neergelegd, doch zij werden niet voldoende ondersteund en kwamen dus niet in behandeling. De heer Drop heeft de tactiek der com munisten gecritiseerd, maar meende dat de heer De Visser wat de loonen betrof gelijk had, want er gaan menschen met 7 en 8 gulden per week naar huis. Ook de aftrek van gezins-inkomsten bij steun zet veel kwaad bloed. Op deze punten vroeg hij verbetering. Dat de loonen laag zijn gaf de heer Bakker toe, maar meende hij dit ligt ook wel aan de mindere arbeids-prestatie. Ook de loonen van plattelands-arbeiders zijn laag. De Regeering doet echter wat ze kan. al zullen er bij werkverschaffingen altijd wel misstanden blijven bestaan. De heer Ebels pleitte voor plaatselijke bestrijding van werkloosheid; de heer Kuiper wilde een plan om de moeilijk heden voor de toekomst te bestrijden; de heer Van der Heide bepleitte verbetering in verband met het te werk stellen van oude arbeiders; de heer Wijnkoop onder streepte het betoog Van den heer De Visser. In zijn dupliek heeft Minister Ruys me degedeeld. dat de Hegeering zich tot ver schillende gemeentebesturen heeft gewend om werkverruiming te verkrijgen. In en kele is dat gelukt. Hierna werden de interpellatie en de vergadering gesloten. HAGENAAR. VERONTREINIGING VAN DER WERF- STRAATJE, PELIKAANSTRAAT, O. VEST. Men schrijft ons: Tot ongerief van de bewoners komt het nog herhaaldelijk voor, dat dit straatje verontreinigd wordt, door het als reser voir voor vullnisresten te bezigen. De stank die begrijpelijkerwijs, vooral bij warme dagen daaruit voortkomt, is voor de aan grenzende bewoners onhoudbaar, afge zien nog van den onhygiënischen invloed. In belang van de gezondheid der bewo ners, dringt steller dezes, op een strenger politietoezicht aan, of verzoekt hij een bord te plaatsen met de strafbepalingen van een artikel uit het wetboek van straf recht. HOOILAND-VERPACHTING. Daling van 60 gulden tot 60 cent. Te Culemborg is door notaris G. Schou ten verkooping gehouden van hooigras en verhurng van naweiden. De perceelen deden te zamen ongeveer 37<7o minder dan verleden jaar. Als een bijzonderheid kan gemeld worden, dat verleden jaar 1.38 H.A. hooiland door den eigenaar werd opgehouden voor f. 60 en thans voor 60 centen. VOOR DONDERDAG 11 Jjjjh Hilversum, 298 M. Uitsl. AVRO rut zending 8.00—9.50: Gramofoonplatèn 10.00: Morgenwijding 10.30ll.oo- rvT mofoonpl. 11.00—11.45: Concert r Kummer—Heeroma (zang), Mare nil boom (piano) 11.4512.00: Gramotmü platen 12.00—2.00: AVRO-kwartet o i v. D. Groeneveld 2.00—2.30: Lezinil Jhrvr. H. van Lennep: „Iets over de ver edeling der lichaamscultuur." 3.00400 Knipcursus 4.004.30: GramofoonpL 4.305.30: Ziekenuurtje 5.30—6.30: Om" roeporkest 0. 1. v. W. Knikker 6 307 on Sportpraatje door H. Hollander. 7_oh_; 7.30: Vervolg concert Omroeporkest 71a —8.00: Prof. Dr. A. H. de Hartog: fler levend Realisme" 8.008.15: Gr'amn foonpl. 8.1510.30: Aansluiting c™ certgebouw. Concertgebouw-orkest 0 1 N. Treep. Helene Cals (sopraan). Mevr' Roosje KohierVan Gelder vertelt van haar vliegtocht IndiëHolland 1030 Vaz DIas 10.4012.00: Kovacs Lajos en zijn orkest. Bob Scholte (refrelnzang). Huizen, 1875 M. 8.009.15- KRO 10.00—11.00: NCRV.: 11.00—2.00: KRO Daarna NCRV 8.00—9.15: Gramofoonpi 10.00: zang Dameskoor NCRV. 1030 Zikendienst 11.00: Gramofoonplatèn 11.30: Godsdienstig Halfuurtje door Pastoor Perquin 12.00: Politieberichten 12.151.45: Concert KRO Trio 0.1 P. Lustenhouwer 1.45—2.15: Gramo foonpl 2.153.15: Handwerkcursus 3.153.45: Vrouwenhalfuurtje 4.005.00 Ziekenuurtje 5.00: Cursus Handenar beid voor de jeugd 5.456.45: Viool recital E. Staal. Vleugel G. v. Wezel 6.45: Knipcursus 7.00: Vragenhalfuurtje —7.30: Politieber. 7.45: Gramofoonpi. 8.008.30: Ir. M. C. A. Meischke: „Is het interieur van onze woning wel zooals het wezen kan." 8.3010.45: Concert Chr Radio-orkest o. 1. v. G. gtam. M. m. Mej. B. Schut (alt) 9.55: Vaz Dlas 10.4511.30: Gramofoonpi. Davcntry, 1554,4 M. 10.35: Morgen wijding 11.05: Lezing 12.20: Orgelspel door R. Foort 1.202.20: Concert. Tas (viool), Yvonne Morris (cello), Inez Tognoilni (piano) 2.25: Uitz. voor scho len 4.05: Dansmuziek 4.50: Orkest concert 5.35: Kinderuurtje 620 Dansmuziek 6.35: Nieuwsber. 7 00 Strijkkwartet 7.207.40: Lezing 7.50 Lezing 8.30: „Crisis in Spain" 9.20 Berichten 9.35: Berichten 8.40: .Idle Thoughts" 9.35: Strijkkwintet 1025 Derde bedrijf uit „Rigoletto" van Verdl 10.55' Lezing 11.10: Vierde bedrijf „Rigoletto" 11.3512.20: Dansmuziek 12.20—12.25: Televisie. Parijs, „Radio-Paris", 1725 M. 80S Gramofoonpi. 12.50: Gramofoonpi 1.25: idem 6.20: idem 9.05: Grar?- foonpl. Concert M. m. v. solisten. 9S Vervolg concert. Langenberg 473 M. —7.258.20: Gramo foonpi. 10.3511.35: Gramofoonpi 12.30: Gramofoonpi. 1.252.50: Orkest concert 5.206.20: Concert. Orkest viool en hoom 8.20: Tuin-concert 10.25: Berichten en tot 11.20: Concert 12.2012.20: Dansmuziek. Kalundborg, 1153 M. 12.20—2.20: kestconcert 3.205.20: Orkestconcert voordracht 8.208.50: Orkestconcert 8.50—10.00: Zang en declamatie 10.00 —10.25: Piano en viool 10.40—11.20: kestconcert 11.20—12.50: Dansmuziek Brussel, 338,2 en 508,5 M. 338,2 5 20: Orkestconcert 6.50: Gramofoon platen 8.20: Orkestconcert en causerie 9.10: Causerie. Daarna vervolg concert 508.5 M.: 5.20: Orkestconcert 6 Gramofoonplatèn 8.20: zang en causerie 9.20: Kamermuziek. Zecsen, 1635 M. c.a. 7.00—7.50: Gra mofoonpl. 10.30—12.20: Lezingen 12.20—1.15: Gramofoonpi. 1.152.20 Berichten 2.203.20: Gramofoonpi 3.204.50: Lezingen 4.505.50: Concert 5.50—8 20: Lezingen 8.20: Dansmu ziek 8.55: Symphonieconcert 910 Berichten en daarna uit Londen: 3de 4de acte van Rigoletto, opera van Verdl Geautoriseerde vert. uit het Engelsch van J, S. FLETCHER door Jhr. C. A. L. v. d. W. (Nadruk verboden). 8) Hoegenaamd niets, mijnheer. Binnen zjjn twee personen, die u wenschen te spreken. Iemand van de politie en de andere is een journalist. Dus is het bekend geworden, Webster? O ja, iedereen praat er over. Ik heb vandaag een paar menschen gesproken, die mijnheer Mazaroff gedurende dc eerste dagen hebben gezien, en die wisten al dat hij vermist wordt. Niemand heeft hem echter gisteravond gezien; het lijkt wel of hij plotseling verdwenen is. Dat is vrij zeker, Webster. Eerlijk gezegd, had het mij niets ver wonderd als Mazaroff met opzet plotse ling verdwenen was Hij kende dit dis trict; hij moet geweten hebben waar hij een trein kon nemen; hij zou nu in Lon den kunnen zijn, om voor de tweede maal in zijn leven te verdwijnen. Dit waren echter slechts gissingen. Ik ging de her berg binnen. Ga mee, Webster en laat ons hooren wat die menschen te vertellen hebben. Zij zaten in onze zitkamer. De man van de politie stelde zich voor als sergeant Manners; de journalist was Bownas, ver tegenwoordiger van de voornaamste cou rant in deze streek en van een der Lon- densche correspondentie-bureaun. Man ners had een flink militair voorkomen; Bownas was een klein kereltje, in zijn nopjes aanteekeningen te kunnen maken, terwijl de sergeant vragen stelde. Nadat ik het voornaamste had mede gedeeld, vroeg de sergeant: Die mijnheer moet zeker heel rijk zijn geweest, niet waar? De auto, die ik ln de garage heb gezien, is, om het zoo maar eens uit te drukken, voor geen vijf shilling te koop, hè? U kunt gerust aannemen, dat mijn heer Mazaroff zeer rijk was, antwoord de ik. En dan had hij zeker veel geld bij zich, toen hij uitging, nietwaar? ging de sergeant voort. Gaarne zou ik willen we ten hoeveel dat was. Hij had vrij veel geld bij zich, zeide ik. Waarschijnlijk een gouden horloge met ketting? vroeg hij. Een zeer kostbaar gouden horloge met ketting. Verder droeg hij een das speld, en een ring met een diamant. Ook een gouden sigarettenkoker en een gou- aen lucifersdoosje. De sergeant knikte. Dan begrijp ik wat het is! riep hij uit. En dat geloof lk zeker, het Is een roofmoord Een mijnheer, die met zoovele kostbaarheden gaat wandelen op een een zame heide, terwijl zooveel veedrijvers, die ik weet niet waar vandaan komen, hem zagen en natuurlijk volgden en overrom pelden. Moord, mijnheer dat is het, en gevolgd door roof; dat is zoo klaar als iets! Als dat zoo is, vroeg ik, hoe is het dan mogelijk dat zijn lijk niet gevonden 'is? Want er is toch werkelijk overal ge zocht. O! antwoordde hij, veelbeteekenend. U kent deze streken niet, mijnheer. Er zijn hier plaatsen, waar iemand een lijk nooit vou vinden; nietwaar, mijnheer Bownas? Bownas keek mij veelbeteekenend aan. Spleten in de rotsen, zei hij somber. Gaten in het veen, een massa plaatsen. Ik zou willen zeggen, dat als men dat wil, het mogelijk is om de sporen van een moord hier voor altijd te verbergen. En wat gebeurt er nu? vroeg ik den sergeant.' Ja, antwoordde hij nadenkend. Ik zal deze zaak aan het hoofdkwartier moe ten rapporteeren. Daar zuilen de noodige maatregelen genomen worden. Ik blijf bij mijn oordeel, dat veedrijvers den moord hebben begaan. Wij moeten deze zaak algemeen bekend maken en mijnheer Bownas zal daarover wel in de couran ten schrijven. Bownas wuifde met zijn opschrijfboekje. Morgenochtend zal men het lezen In de voornaamste dagbladen, verkondigde hij, en met een sprekend opschrift. Heeft u geen portret van den vermiste. Neen, antwoordde ik. En ik geloof niet, dat mijnheer Mazaroff zooveel drukte aangenaam vindt. Als hij terug keert De sergeant lachte; klaarblijkelijk vond hij mij zeer onnoozel. Terugkeeren! riep hij uit. De hemel beware u! Hij zal nooit terugkeeren, zeer zeker niet, ais hij met zooveel kostbaars bij zich op stap ging. U ls geen familie lid, vermoed ik? ging hij voort, terwijl hij mij nauwkeurig opnam. Musgrave zegt, dat u vrienden van elkaar bent. Zoo is het, gaf ik toe. Vrienden! En uw naam? vroeg hij. En uw adres? Marvyn Holt, oud-kapitein van de infanterie, antwoordde ik. Mijn adres is 559 A Jermynstreet, Londen en Chelling- ham, pastorie te Aylesbury En deze jonge man vervolgde hij, wijzende op Webster. Chauffeur is hij niet waar? Hij noteerde zijn naam en woonplaats. U belden moet ik altijd weten te vinden. U kunt steeds alle mogelijke inlich tingen van ons krijgen, Webster en ik blijven voorloopig hier. Daarna gingen zij heen Wat de politie deed, wist ik niet, doch wel wist ik dat toen de duisternis inviel er nog steeds geen berichten omtrent Ma zaroff waren. Evenmin hoorden wij den volgenden dag iets en toen de derde avond kwam na zijn verdwijnen, begon ik de zekerheid te krijgen, dat zijn vermis sing door hem vooraf beraamd en dus opzettelijk was. Alles omvattende, be greep ik, dat nij tot zoo iets in staat kop zijn. En toch was het niet noodig ge weest. Wij hadden met de auto kunnen vertrekken. In de schemering van den derden mor gen ontwaakte ik, daar er aan mijn deur werd geklopt. Ik sprong uit mijn bed en Het lijk gevonden bij Reiver 1 Dec. zag Musgrave en Webster, half gekleed, op den gang. Ze hebben hem gevonden! fluisterde de herbergier. Ten minste, ze vonden Toen scheen zijn keel dichtgeknepen zijn en lk keek daarom naar den chaul feur. Zijn Hjk is gevonden, mijnheer Holt zeide hij, ergens op de hei Bij Reiver's Den, onderbrak Mus grave, aan de voet van de rotsen. Zijn lijk ls hierheen gebracht, ver volgde Webster. Zijn gezicht is niet herkennen, wel zijn kleeren. Ik kleedde mij haastig aan en ging hen naar het bijgebouw, waar een politie agent en een jachtopziener het lijk had den neergelegd. Ik zal geen nadere zonderheden mededeelen; ik hoorde een ter, dat er hermelijnen en wezels en der gelijk ongedierte bü honderden in iez streek waren. Ik herkende Mazaroff kleeren en zag ook de moedervlek waar over hij gesproken had. Aan den voet van de rotsen van Re>- ver's Den, tusschen varenstruiken, fluis terde de agent. Wij kwamen op de gedachte daar eens te gaan kijken en vonden hem. Het nieuws had zich reeds verspreid en Manners, die mij ondervraagd had, kwam haastig aanloopen. Alle zakken waren leeg; horloge, ketting, ringen, zakboekje, alles was verdwenen. Hij keek mij veelbe teekenend en triomfantelijk aan. Wat heb ik u gezegd, kapitein? Zei 11 niet, dat het een roofmoord was? Hadjf geen gelijk? Dat was zoo klaar als een klontje. Ik antwoordde niet. Ik dacht aan andere dingen. Hoe hij ook aan zijn einde ®oc'1 zijn gekomen, zijn dood was thans een feit En nu was lk, voor zoover mil be kend, de eenige ter wereld, die zün heim kende, een geheim, dat ik reke moest gaan mededeelen op Marrasds» Tower. (Wordt vervolgd) -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 10