DE GEZONKEN SCHAT.
'2«te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 25 April 1931
Derde Blad
No. 21810
g Buitenl.
Weekoverzicht.
Jriesche 7€e£renéaai,
maar dan, ook
uil de oudste 'Jriesche.
Tabaksfabriek vtuc
f)cnuoe Cyfrerts tc,
youre Ut JriesCaneC
(fpgerichttfSS
tckte Jriesche
y&eren -T^aai
verscJtaft U wolken, van genot!
Londensch Aanteekenhoek.
FEUILLETON.
Moeilijke tijden,
lopt critieke moment ten opzichte van
L uitwapemng ter zee is naoy! lt dezer
tea te houden ue ouueruandeimgen
JTen de drie Betrokkenen, FrannrjjK,
rind en Italië, worden herval, doen
ï'aösver is daarvan nog niet gekomen.
J' V gevolg van hel teit, dat frankrijk,
breeds eerder vermeld, weigerde een
Tweed al te stappen van het rnge-
''pn standpunt, waartegen van diverse
,„(7verzet was gerezen, ook van de twee
rechtstreeks, doch zijdelings by deze
f ue betrokkenen, n.l. de Vereenigde
i/ten en Japan. Dientengevolge bleet de
SnMamste Fransche algevaardigde Mas-
fcï weg en kon de bespreking te Londen,
Kenen van enkele ondergeschikte redac-
L moeilijkheden, niet worden voortgezet.
Ler den drang der omstandigheden
Lit Frankrijk nu echter nieuwe voor-
Ellen gedaan, waarvan de porté nog niet
Etend ls- Van Fransche zijde wordt het
Lsvvaar voorgesteld alsof de gedane stap
Jn ontspanning zal veroorzaken, doch
_ft staat nog allerminst vast. Wel, dat
Ender Fransche concessies de met zooveel
Tibel begroette vlootovereenkomst ten-
lotte als mislukt moet worden beschouwd.
Joeclaal in Italië wordt groot ongeduld
Eerkbaar en Frankrijk kan dit niet negee-
fcn wil het niet het odium der mislukking
Eb'eel op zich zien geworpen!
Inmiddels is het optimisme niet erg groot
.er helaas; hoever zelfs het zwartste
sslmisme de overhand heeft verkregen,
wijst het feit, dat een gewoonlijk goed
gelicht blad te Genève als waarschijnlijk
temde een uitstel der ontwapeningscon-
jfentie van 1932 tot 1933! Mocht het
fcverhoopt daartoe komen, dan ziet het er
ut de ontwapening inderdaad zeer treurig
ht en vreezen wij, dat practisch het
tnlge middel, dat een nieuwen oorlog zou
hnnen tegengaan, der wereld uit handen
geslagen. Hopen wij. dat alle betrokke-
L je ernst hiervan erkennen, dan is de
fcp'titnd moeililk, doch niet verloren
lHet tweede groote heete hangijzer in de
■uropeesche politiek, de Duitsch-Oosten-
Hlbche tolunie, blijft zich bij voortduring
Ik jltlld verheugen in de algemeene be-
Enestelllng, hoewel uit den aard der
Bak geen nieuwe gezichtspunten meer
jaar Toren worden gebracht. Welke te-
jentet Briand heeft uitgedacht, die deze
vereenkomst moet vernietigen voor zij
|en fait accompli is geworden, ligt nog
leeds In nevelen gehuld,al hebben enkele
fransche persorganen getracht een tip
jaamn te onthullen. Blijkens de rede
fan den Tsjecho-Slowaakschen minister
JenesJ zou Frankrijk den steun van de
feheele kleine Entente genieten, doch dat
Ikt ons nog zoo zeker niet, gelet op de
jnderhandelingen tusschen Duitschland
i Roemenië over een handelsverdrag,
e op het punt heeten te staan van te
been!
1 Roemenië heeft Inmiddels een nieuwe
feceering, die onder veel moeilijkheden ls
[eboren Titulescu was feitelijk reeds ge-
1 ln het formeeren van een kabinet,
[toen de koning een spaak in het wiel
Rak door een post od te eischen voor een
'door hem gewild persoon; toen was het
pils en Titulescu moest plaats maken voor
orga. Deze voldeed aan de wenschen van
en koning, maar of zijn ministerie een
"n? leven zal zijn beschoren, staat nog te
ien. Zelfs inwendig ls het allesbehalve
n eenheid! Het lijkt er op, alsof koning
arol sympathie koestert voor een dicta-
ur. die langzaam maar zeker moet wor-
Itn voorbereid
Laat hij zich spiegelen aan het voor
leid van konlne Alfonso! Ook hem is de
Ictatour noodlottig geworden! De
ieuwe Spaansche regeering beweegt zich
tusschen geheel ln republikeinsch-
"ciallatlschen geest, gelet op de maatre
den die successievelijk worden genomen,
aarin schuilt echter voor het nieuwe
eeime een groot gevaar, daar alle voor-
anders der renubliek geenszins gediend
Jn van een streven in democratischen
'n. Bovendien grijpt de actie voor onaf-
nkelijkhpid steeds verder om zich heen;
an Catalnnlë onder Macla is deze feite
ik al verleend, a! doet men ziin best dit
veel mogelijk te verdoezelen. Madrid
eeft te Barcelona voortaan een gezant..
ëat spreekt voor zich zelf! En hoe het-
-dfde te weigeren aan de Basken?
Voor Spanle breken thans de zeer ee-
arlljke tiiden aan van consolidering
n den toestand, waathii steeds meer het
eizet zich zal gaan organiseeren, nadat
It aanvankelijk overromneld was en
Imtengevolge ongeschikt tot eenigerlei
actie.
Overigens vertoonen diverse landen het
"kende beeld der tweedracht. Hoe in Por
tugal de toestand ln werkelijkheid is,
blijft, trots alle geruststellende verklarin
gen van de regeering en trots het breken
van den opstand op de Azoren een twijfel-
numiner: België is in beweging tengevolge
van de arrestatie van een leeraar aan een
gymnasium dr Moulin ln Italië bij een.
een vacantie-reisje derwaarts Te Brussel
heeft men zelfs gedemonstreerd tegen de
Italiaanschue ofifcieele gebouwen en eeni-
ge ruiten zijn 't slachtoffer geworden Van
Itallaanscne zijde wordt dr Moulin be
schuldigd anti-fascistisch propaganda
materiaal mee naar het land van den duce
te hebben gevoerd, hetgeen natuurlijk
strafbaar is volgens een dictatoriale re
geering. Bulgarije staat voor parlements
verkiezingen en koning Boris heeft nu een
beroep op den oud-premier Malinoff ge
daan om een zoo uitgebreid mogelijk con
centratie-kabinet te vormen. In Grieken
land voeren de communisten een extra
krachtige actie, die evenwel ontdekt is en
wel onschadelijk zal worden gemaakt.
In Engeland de strijd tegen Labour, met
de regeering als succesvol verdediger; in
Duitschland voortzetting der pogingen om
de Pruisische coalitie te breken, voor-
voorloopig eveneens met negatief resul
taat en zoo zouden wij uit diverse landen
nog voorbeelden der tweedracht kunnen
aanvoeren
RECLAME.
4051
(Van onzen bijzonderen correspondent.)
Het meest lucratieve regeeringsambt.
Engeland heeft geen minister van Justi
tie, maar een functionaris, de „Attorney
Geneial" (Procureur-Generaal), die lid
van het Kabinet is en er in zekeren zin
de positie heeft, die ln andere landen een
minister van Justitie heeft. Hij dient de
regeering van advies in alle juridische
kwesties en treedt daarenboven op in alle
rechtzaken waar de uitvoerende macht'
partij is. Voor dit laatste ontvangt hij ho
norarium (waarvan de opbrengst over een
zeker tijdsverloop dus afhankelijk is van
het aantal processen, waarin de staat be
trokken is geweest). Voor het eerste ont
vangt hij een salaris. De Attorney Gene
ral van de huidige regeering in Engeland
is sir Wililam Jowitt, die, totdat de La-
bour-regeerlng optrad, liberaal Parle
mentslid was geweest en die als knap ad
vocaat bekend stond. Toen Macdonald
zijn ministerie moest vormen, had hij geen
geschikt man voor den post van Procu
reur-Generaal onder zijn eigen politieke
aanhangers Hij wendde zich daarom tot
Jowitt, die graag toehapte en ijlings over
ging naar het Labour-kamp. Hij heeft er
bittere verwijten en bijtende opmerkingen
over moeten hooren, maar die heeft hij
elegant (Jowitt is nogal een sierlijk type)
langs zich neen laten gaan.
De onderminister van Financiën (van
de Schatkist zooals men hier zegti heeft
deze week in het Parlement in antwoord
op een verzoek om inlichtingen onthuld
hoeveel de „Law Officers of the Crown"
(en Jowlt is een hunner) verdienen. In
de 21 maanden dat Jowitt dan Attorney
Generaal ls geweest heeft hij aan salaris
taal 39218 p.st. ontvangen. Toen..
12G5i p.st. en aan honoraria 26564 p.st., in
totaal 39218 p.st. ontvangen. Toen een
conservatief lid dit hoorde, riep hij spot
tend uit: Is dit socialisme in onzen tijd."
(„Socialisme in dezen tijd" is een kreet,
die vaak in de llnkergroepen van Labour
wordt aangeheven).
Het cijfer toont aan. dat deze functio
naris niet onmiddellijk gevaar loopt hon
ger te lijden of om de werkloosheiduitkee-
ring zal moeten vragen. Het bedrag is
hoog genoeg om voor de rest van zijn leven
den wolf van de deur te houden.
Jowitt heeft zich onwillekeurig blootge
steld aan meer sarcastische pijlen, omdat
hij slechts een paar dagen, voordat de
cijfers var zijn verdiensten werden be
kend gemaakt, .zijn liberale vrienden"
had verzekerd dat het onwijs was „rillend
aan den kant te blijven staan." „Zij zou
den wellicht profijt kunnen trekken van
mijn ervaung", had hij er aan toegevoegd.
Zijn bedoeling was natuurlijk die Libe
ralen, die soms hun partij-verknochtheid
voelden verzwakken, te nopen zich bij
Labour aan te sluiten. In het licht der
mededeelingen over Jowitt's winstgevend
baantje merken de Liberalen nu scham
per op, dat „het profijt" zeker niet ge
lijkwaardig kan zijn aan dat van Jowitt,
omdat ei maar één regeeringspest is,
welke in 21 maanden bijna 40 000 p.st. op
levert, en die post is bezet door.Jowitt.
Men erkent, dat Jowitt niet heeft staan
„rillen aan den kant", doch ijlings in het
goudmijntje gesprongen is. dat Labour
hem had aangeboden.
Bandieten in Londen.
Het publiek in Londen krijgt in zijn
populaire Kranten eiken dag verhalen te
lezen van de verfoeilijke daden der „gun
men" in New-York en Chicago. Maar de
verfoeilijkheid der daden treedt er nim
mer in aan den dag. De nieuwe journa
listiek zooals ze wordt beoefend door
de reporters van de luidruchtige kranten
en door de buitenlandsche corresponden
ten van nieuwsagentschappen (die mee
moeten doen. willen zij hun berichten en
„stories" geplaatst krijgen) kenmerkt
zich in de eerste plaats door algeheele
afwezigheid van ernst. Dit air is niet oor
spronkelijk niet Britsch maar Ameri-
kaansch. En één van de bewijzen van het
feit, dat de Britten hun zelfstandig oor
deel en „de leiding" in de wereld hebben
verloren, is de snelheid, waarmede het
leven in Engeland wordt veramerikani
seerd. Met de populaire pers is dit proces
reeds nagenoeg voltooid. Voor bijna al
het nieuws, dat binnenkomt, geldt de in
structie „snappy and bright" (frlsch, jeug
dig, opgewekt). En het nieuws moet al
heel tragisch zijn, wil het ontsnappen aan
deze „snappy" behandeling. Weinig blijft
heilig voor dit journalistiek vandalisme.
De „gunmen" der Amerikaansche ste
den worden in de Londensche pers held
haftige. luisterrijke kerels. De toon der
berichten en beschrijvingen is zoodanig,
dat van den lezer klaarblijkelijk wordt ge
vergd, dat hij de bandieten zal bewonde
ren. Men vindt er geen enkel woord van
afkeuring, van verontwaardiging in over
de woestheid, de wetteloosheid, de mee-
doogenloosheid en de afschuwelijke geld
zucht, die het snood bedrijf der „gang
sters" kenmerken. De toon der verhalen
is lichtzinnig, als geschreven door een
persoon van afgestompt gevoel, maar met
een flair voor levendige voorstelling.
Deze berichtgeving schijnt er op berekend
weifelende deugnieten, die wankelend
voortloopen aan den goeden kant der
maatschappij, de grenzen naar den mis-
dadigen kant te doen overschrijden. Want
elke krant, die zij opslaan, verschaft iets
dat men zou kunnen lezen als een glori
ficatie van misdaad en wetteloosheid.
Het behoeft daarom geen verwondering
te wekken, dat de practijken der „gang
sters" van Amerika hier geleidelijk veld
winnen. Ook de misdaad ontkomt niet
aan het proces van Amerikanisatie. En nu
schreeuwen de populaire kranten, klaar
blijkelijk onbezwaard door een slecht ge
weten, moord en brand omdat Londen de
gunmen" aan den lijve begint te voelen.
Zoo dichtbij zijn zü veel minder heldhaf
tig dan in dat „gekke" Amerika.
In het begin van deze week beroofden
motorbandieten in het hart van de stad,
ln het licht van een zonnlgen morgen, ten
aanschouwe van veel menschen, een win
kel in Kingsway van eenige honderden
horloges. Een merkwaardige bijkomstige
omstandigheid was, dat de winkel een fi
liaal was van een Amerikaansche fabriek.
Verder had de roof plaats ln de schaduw
van „Bush House", het door een Ameri
kaan gebouwde kantoorpaleis, waarin
boven in een nis een beeldhouwwerk
staat, voorstelling van Brltsch-Amerikaan
sche vriendschap. Misschien had het Ame-
rlkaansch cachet van de omgeving de
bandieten aangemoedigd. Maar het meest
Amenkaansch was, dat de bandiet, die in
de auto bleef zitten, terwijl zijn trawanten
hun slag sloegen, met een revolver was
gewapend en dit onvriendelijk voorwerp
onder den neus hield van een straatve
ger, die wat „neuzig" was uitgevallen. De
held van den bezem hoorde zich toevoe
gen; „Clear out quick or this will speak!"
En nu willen de ontstemde en ontstel
de populaire kranten, dat de politie paal
en perk zal gaan stellen aan dit vuig be
drijf der revolverhelden, dat Londen on
waardig is. Londen mag geen Chicago
worden. Londen is een nette, voorbeeldige
stad, „de ordelijkste stad van de wereld",
ook nu nog want zulk driest revolverspel
is een uitzondering, die slechts den regel
van veiligheid en orde bevestigt. die
voorstelling is er ook naast, zooals hon
derden bewoners der voorsteden, die door
brutale leurders en door brutalere inbre
kers worden gekweld, terstond zullen be
vestigen. De politie richt weinig uit. De
roofpartijen op klaarlichten dag hebben
altijd succes. De inbrekers hebben vrij
spel. omdat de agenten zich met allerlei
beuzelachtigheden van het verkeer bezig
houden. Men heeft de toenemende misda
digheid ten deele toegeschreven aan het
feit. dat het hoofd van de politie lang met
ziekenverlof is geweest. Deze man. de oud
krijger Lord Byng. is nu terug en gaat.
naar men zegt. den politiedienst „reorga-
niseeren". Daar moet men dan maar het
beste van hopen. Maar het zou toch ook
wel aanbeveling verdienen, indien de po
pulaire kranten hun jeuigheid in het be
schrijven van misdaad als ongepast prijs
gaven en het leelijke kindje bij zijn waren
naam gingen noemen.
BERLIJN'S NIEUWE BURGEMEESTER.
Hij moet „bezemen".
(Van onzen correspondent).
Berlijn, 18 April.
De wereldstad Berlijn heelt een nieuwen
burgemeester. Voor de eerstvolgende twaalf
jaren. Een, die er wezen mag. Twee meter
lang, en met een reputatie van vriendelijk
als alles goed gaat, en streng, als er in
gegrepen moet worden. Zoo iemand had
Berlijn noodig.
Toen de revolutie uitbrak, zocht men na
tuurlijk een ni uwen burgervader. Dat was
toen niet gemakkelijk. De socialisten hadden
de overhand. Maar de burgerlijke pariijen
van links beteekenden toch óók 't noodige.
In die dagen ontstond een zeer sterke
democratische partij, gesti.ht door mijn
illusteren collega Tneodor Wolff, hoofd
redacteur van het „Berliner Tageb att". Hij
wil allang niets meer van deze par lij weten,
die met liet jaar zwakker werd en th ns nog
slechts een groep van den derden rang
voorstelt, althans wat het aantal leden en
kiezers betreft. Maar in 1919 zocht men voor
een eersten burgemeester van de rijkshoofd
stad toch liever onder de zeer intellectueele
leden van deze partij en vond den heer
Boess. Niets meer en niets minder dan den
heer Boess. In die oproerige tijden, toen
alles wat rechts stond afwachtend in een
hoek gekropen was, waren onder de socia
listen niet al te veel kopstukken te ont
dekken die van het besturen van een zoo
geweldig groote gemeent\ die meer inwo
ners telt dan het halve Nederland, veel
kaas gegeten hadden Boess was in Berlijn
reeds een hoog gemeenteambtenaar. Spe
ciaal met financieele dingen belast. Hij
had steeds zijn plicht gedaan en be
schouwde zich ook onder het keizerrijk
als democraat en als republikein in zijn
hart. Dies nam men Boes.
En deze heer Boess nu bleek een braaf
man. een ijdel man, een slappe figuur,
een al te goed vertrouwend man, kortom
i'uist precies, wat Berlijn ni 't gebruiken
:on. Zijn regeeringstijd werd tot een kata-
strofe. De lezer herinnert z cli waarschijn
lijk wel het eindeloos aantal Schandaal
zaakjes, dat Berlijn's internationa'e repu'atie
naar de maan hielp. De corruptiezaak,
waarin de gebroeders Sklarek, eens vrijwel
de rijkste inwoners van deze stad. de hoofd
rol spee'den (hun proces komt d zer dagen
aan de orde) gal ook den eersten burge
meester den doodslag. Het bleek, dat de
heer Bo'ss, zij het dan ook sirchts zijdelings
door enkele onvoorzichtigheden, in deze
dingen mede betrokken was. Dat was aan
leiding voor een algemeen onderzoek. En
het bleek al spoedig, dat de corruptie tot
in de hoogste ambtelijke gemeent bestuurs-
kringen doorgedrongen was en de heer
Boess te veel tijd had besteed aan het
openen van tentoonstel,ingen en het inwij
den van sportgebouwen om zich met ai»
conuptieverschijnselen Ond er zijn ambte
naren, die hij te zeer vertrouwd had, te
kurnen bezig houden.
Berlijn was tien jaren lang erbarmelijk
slecht bestuurd. Ondanks de omstandigheid,
dal ook de Duitsche gemeenten door ds
inflatie ten siott" schuldeloos waren ge
worden, zag de Rljksho f is'ad evnals tal
van andere groote Duitsche steden kins,
zich weer in hond rrden m ll o >n?n schuld te
steken. Totdat dr. Schacht, toenmaals pro.
sident van de DuiLche Rijksbank, er een
stokie voor s'ak en verder? buitenlandsche
leeningen onmoge'ijk maakte.
Het zotte van de situatie was, dat men
den braven maar te zwakken burgervader
bijna anderhalf jaar lang niet kon kwijt
raken. Dat zat 'm in verschillende bezwa
ren. Er werd een commissie van onder
zoek tegen hem en zijn ondergeschikten
ingesteld, een soort eereraad, die ten slotte
bes'iste, dat d2 heer Boess weliswaar on
voorzichtig en al te goedgeloovig geweest
was, maar toch te goeder trouw, zoodat
men nu weer genoodzaakt was, hein een
groot pensioen uil te betalen. Zelden zal
een gemeente zulk een pijnlijke situatie
doorgeniankt hebben a's h-t arme Ber'ijn,
dat behalve onder sehu'.den ook nog onder
een gemeentelijk-polili ke:i strijd gebukt
gaat, die in zijn raadszittingen vaak hand
tastelijke vormen pleegt aan te nemen.
Boess had steeds naar populairi teit ge
streefd. Hij was een man, die zich gaarne
ihiddelpunt van een of andere demonstratie
wist, die op du z nd-en-oen foto's te be
wonderen was en zich slechts gelukkig
vorlde a's hij kon „repros mteeren'hooge
gast .ie st buit nland ts, ontvangen en
aajtsvaderüjk-gemoedelijke redevoeringen
houden.
Zulk een karakter stond machteloos tegen
over een val, die in hoofdzaak niet ver
diend was. Deze man moest plotseling
vaststellen, dat hij geen vrienden meer had.
Pas toen het gepeupel hem na zijn reis
naar Amerika aan een van de Berlijnsche
stations opwachtte, zijn vrouw en hem met
gefluit en gejoel ontving en de ruiten van
zijn villa met steenen inwierp, werd hem
bewust, hoe dun het vernisje van zijn ge-
Jiefdheid geweest was. In plaats van nu
in de duistenis te verdwijnen, begon hij
te chicanoeren over zijn pensioen en dregde
zijn ontslag niet te nemen en daardoor,
ofschoon hij tot een soort non-activiteit
was overgegaan, Berlijn nog jaren lang
(tot het einde van zijn dienstpcriode) zon
der burgervader te laten. Hoe onverkwikke
lijk deze strijd werd kan men begrijpen als
men zich her'nn^rf, dat een zeker deel van
de Duitsche pers in zulke dingen groeit
en geen grooter genot kent dan het schrij
ven van jiatelijk-pcrsronlijke smaadar ik 1-
tjes en het woelen in private omstandig
heden. De goedk one bontjas, die de heer
Boess door bemiddeling van de Sklareks
vooi zijn echtgenoote „gekocht" had (in
werkelijkheid was de prijs zoo laag, dat
het bedenkelijk veel op een geschenk leek),
heeft maanden lang in Duitschland een
rol gespeeld zelfs in de „groote" politiek!
Maar al dat leed schijnt nu achter ons
te liggen.
De nieuwe „Ober'dr. Sahm, ls een
mannetjesputter en waarempel niet alleen
om zijn lichamelijke lengte. De ex-baas
van den Vrijstaat Danzig heeft heel wat
ervaring op het gebied der gemeente
politiek achter zich en is ook op het par
ket der internationale politiek geen vreem
deling me-r. De eerstvolgende maanden zal
hij met de twee burgemeesters, en den
stedelijken minister van finanriën, die o k
nieuw zijn, handen vol te doen hebben
om aan de misstanden in een van de
grootste gemeenten op aarde voor goed
een einde te maken.
Het is inderdaad ongelooflijk, dat in een
land, dat door een zoo ordelievend en ar
beidzaam volk als het Duitsche (en in het
bijzonder het Pruisische') bewoond wordt,
de corrnntie zulke afmetingen kon aan
nemen. Wel een bewijs, hoe ontzenuwend
oorlog en inf'atie, revolutie en burgeroor
log, algemeene ineenstorting van midden
stand en monal op de menschen hi°r moet
gewerkt hebben! Die periode schijnt nu
Naar het Engelsch van LEO WALMSLEY.
44)
„Als we water vinden, kunnen we ze
beter gebruiken," zei ze opgewekt. „Met
nsch of mosselen of zoo iets zouden we
er jen stamppotje van kunnen maken."
„Ja, maar hoe komen we aan visch of
mosselen of zoo Iets?" zei ik met een mis
troostig gezicht.
„Wat een optimist bent u!" lachte ze.
."nu hon?er' he? Mannen zijn altijd
ujt hun humeur als ze niet behoorlijk te
t,,r„ ben maar nee, u maakt u na
tuurlijk ongerust?" voegde ze er, opeens
«nstig aan toe.
7° Piet?" w-oeg ik.
Ae begon wat zenuwachtig te lachen.
verschnkkelijk! Zoo erg, dat ik er
met langer over kan nadenken, t' Is te
el *°5r tnijn zwakke geestvermogens ge-
eest Maar men zegt, dat een man dat
ïrL. Je ,verantwoordelijkheid noemt, ster-
iVSn11 dan een vrouw."
j"t geval was dat waar. Een tijdlang
i we. zwijgend voort, wat onder den
wncfalii.r?or daf- sroote woord: verant-
Lnto*oHr d" Maar dan zagen we de
Kti.vvl- voor ons houtvuur: groote
zeraatï. rïrtifhout, uitgebeten door het
noorii. 1 ™.het was in de eerste plaats
iets >.1=?™ Timms te laten weten, dat er
denri.r. in orde was A's hij dien bran-
tuurliik rf7JtHr,el 7as aou hij on<: na"
minste dadelijk te hulp komen Ten-
piiehtiee wasi °°k dupe en nlet mede-
°pWeeiTh!ame'd('n het hout en legden het
noop. Daarna gingen we op zoek
naar water. Maar we vonden niets. Het
water, dat na den regen in de holten tus
schen de rotsen was blijven staan, was al
lang weer verdampt.
Miss Howard stelde voor om op het
strand te blijven. Maar toen ik haar wees
op de groote hoeveelheden krabben, die na
zonsondergang aan land waren gekomen,
was ze het met me eens, dat het op de
smalle strook vlak terrein boven langs de
klippen veiliger zou zijn. Daar droegen we
het hout dus heen, bouwden een minia
tuur-brandstapel en staken hem aan. Nog
voor de eerste vurige tong omhoog sloeg,
was het volkomen nacht.
De plek, die we voor ons vuurtje-stoken
1 uitgekozen hadden, lag iets ten westen
I van het rotsen-complex voor den ingang
van het pad. 't Was een van de weinige
gedeelten van het eiland, die schaars be-
i groeid waren met lage struiken, meer niet.
Ik besloot dezd plek dan ook tot kamp
plaats te promoveeren. Bij het schijnsel
van de oplaaiende vlammen toog ik aan
i het werk. Ik sneed gras, maakte er twee
I bundels van, die ik elk aan één kant van
het vuur neerlegde op den rotsigen
grond slapen was niet te doen legde
een langen stok op het knetterende hout
en wachtte tot hij vlam gevat had. Daar
na ging ik met mijn metgezellin naar de
plaats terug, waar de neger nog steeds
verstijfd van angst voor zich uit zat te
staren.
„Wat een lafaard ben je", verweet ik
hem.
„Bwana, hier niet goed", gaf hij ten
antwoord „Vol kwade geesten." Hij zat te
klappertanden of hij koorts had. De arme
stakker het was om medelijden mee te
krijgen Ik ging naast hem zitten en be
werkte zoo lang 7ijn eergevoel, dat hij op
stond en met ziin brandenden tak als fak
kel brandhout ging verzamelen. In
een paar minuten had hij voldoende voor
een vuurtje. Maar verder dan een paar
meter van de waterlijn kreeg Ik hem niet.
De bewuste kwade geesten huisden blijk
baar in het struikgewas.
Dat privé-vuurtje van hem bleek een
pracht-uitvinding te zijn. De felle gloed
lokte een schooi kleine visschen groote
sardines leken het wel, naar. vorm en
kleur te oordeelen uit de diepe zee ten
zuiden van ons eiland, waarin ze thuis be
hoorden, weg. Ze raakten verzeild ln het
ondiepe water van de baai en werden door
elke aanrollende golf, bij tientallen op het
strand geworpen Tijdens een verblijf van
een paar weken voor den oorlog aan de
Westkust van Afrika had ik datzelfde meer
dan eens zien gebeuren, maar dan was
het toeval geweest, dan was de visch op
het strand blijven liggen. Nu haalde ik
vlug mijn zakdoek te voorschijn zocht er
een paar handenvol bijeen en ging met
mijn vondst naar het kamp op de klippen
terug.
Met het weten, dat we geen gebrek aan
voedsel zouden hebben, steeg mijn stem
ming. En mijn metgezellin was een won
der. Ze zat te lachen en te schertsen of
ons gedwongen verblijven op dat ongure
Fish-Island een fuif was! Elk ander
meisje een van het conventioneele slag
tenminste zou het op de zenuwen ge
kregen hebben bij de gedachte, dat ze ln
gezelschap van een vreemd Jongmensch en
een van angst verstijfden neger een nacht
on een onbewoond eiland zou moeten door
brengen. En een van het niet conventio
neele slag het tyne meisje met een ver
weerde huid en dikke enkels, dat den
heelen dag aan sport doet, dat rondloopt
in slordige kleeren, dat sigaretten rookt
en scheldt op haar sekse, zou het allicht
niet op haar zenuwen gekregen hebben
Maar of ze de situatie met het phlegma,
door Miss Howard ten toon gespreid ge
accepteerd zeil hebben, dat betwijfel ik.
Zelf werd ik langzamerhand door haar
opgewekt humeur aangestoken, mijn
wantrouwen ten spijt! Na een minuut of
wat zat ik zelfs grapjes te maken.
„Hoe wilt u ze hebben?" vroeg ik op een
gegeven oogenblik, met het gedienstige air
van een kellner. „Gekookt, gebakken, ge
rookt of gestoofd in zout water, met be
schuit?"
„Ik ben bang, dat het laatste niet be
paald een succes zou zijn," gaf ze twijfe
lend ten antwoord. „Maar verder laat ik
het aan u over, kapitein Cleveland, u bent
een man van ondervinding."
Met een diepzinnig gezicht dach ik na.
En. werkelijk ik kreeg een ingeving. Ik
herinnerde me namelijk, dat ik tijdens
genoemd veertiendaagsch verblijf aan de
Westkust op een goeden dag tegen een
negerin opgêloopen was figuurlijk, ge
lukkig! die boven een houtvuurtje visch
zat te roosteren. Ik was geïnteresseerd
blijven kijken en als dank voor die hulde
had ze me na afloop van de operatie een
van de slachtoffers ter keuring aangebo
den. En, als ik me goed herinnerde, was
het resultaat toen buitengewoon goed ge-
weest.
In eik gevat konden we de methode pro-
l beeren Ik zccht twintig van de grootste
uit. reeg ze aan een dunnen tak, dien ik
vooraf met mitn pennemes mooi glad ge
maakt had en hing ze boven een hoopje
nagloeiende sintels op. Na een poosje be
gonnen ze te sissen op een manier, die i
alles voor het resultaat beloofde
„Prachtig!'' riep Miss Howard enthou
siast. toen het sissen begon. „Schitterend,
gewoonweg! Als het maar niet te lang
duurt! Ik heb geen lunch gehad, moet u
weten. Net even ervoor begon Trout over
het wrak, dat het gevonden was En toen
is er van eten niets meer gekomen ik
was zóó opgewonden."
„Wat een merkwaardig type bent u
toch", zei ik niet bepaald complimenteus.
„De manier, waarop u dit alles opneemt.,
alsof het niets buitengewoons ls."
„Wat zou het me geven", gaf ze me on
verschillig maar toch met iets verdrietigs
in hare oogen, ten antwoord. „Dat drukte
maken leer je wel af nadat je tien.
twintig keer ondervonden hebt dat je er
geen steek verder mee komt. Wilt u ge-
looven. dat iets als dit me goed doet! Door
het onverwachte zie je te duidelijker dat
je in dingen waar het op aankomt on
machtig bentdat alles voor je beslist
wordt, dat het begrip verantwoordelijk
heid eigenlijk nonsens is. Heeft u dat
gevoel nooit gehaddat je niets kan
doen dat je alleen kunt afwachten0
Misschien ten ik fataliste! 't Kan zijn!
Maar ik weet door ondervinding, dat het
als opvatting niet zoo slecht is Neem dit
bijvoorbeeld. Ik voel me absoluut niet on
gelukkig ot onrustig. We hebben gedaan
wat we konden, we hebben dit vuurtje,
ons S.O.S.-sein, aangemaakt en verder
hebben we af te wachten".
,.U heeft gelijk" stemde ik toe. „We zijn
onmachtig .dat is waar. Maar ik kan me
daar maar niet zoo in schikken Misschien
omdat ik niet alleen aan mezelf te den
ken heb.
„Maar ook aan mij", viel ze me schert-
gend in de rede „Ja, dat comniiceert de
zaak wei. t' Is geen kleinigheid Op een
onbewoond eiland zitten met een onseru-
puleuse intrigante, een avonturierster,
een meisje dat er niets in ziet om ie door
allerlei trucs aan het praten te krij
gen
Nu was het mijn beurt om te lachen
„Ik was niet bepaald van plan om het zóó
te zeggen Maar nu u zoo vriendelijk ge
weest bent om dat onderwerp ter sprake
te breneen. wil ik er graag op dooreaan.
Het ls een feit dat sommige dingen, die u
gedaan heeft
(Wordt vervolgd.)