t
IDE OMWENTELING IN SPANJE
1 DE GEZONKEN SCHAT.
ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 16 April 1931
Derde Blad
No. 21802
si Koning Alfonso deed geen afstand.
GEMEENTEZAKEN.
Voor
FEUILLETON.
|e
Verklaring der nieuwe regeering.
Nader blijkt, dat koning Alfonso officieel
:en afstand heeft gedaan van den troon,
>eh zich terugtrok om een burgeroorlog
voorkomen. Volgend manifest is door
:m uitgegeven:
Manifest van den koning.
„De verkiezingen, die Zondag gehouden
n, bewijzen rryj duidelijk, dat ik van-
,ag de liefde van mijn volk verloren heb.
ijn geweten zegt mij, dat deze vervreem-
ng niet duurzaam zal zijn. omdat ik
tijd alles gedaan heb om Spanje te die-
:n. Mijn eenlg doel toch was het open-
lar belang, zelfs onder de meest kritieke
nstandigheden. Een koning kan zich
Tgissen en zonder twijfel heb Ikzelf een
ikele maal gedwaald. Maar ik weet wel,
it ons vaderland zich altijd tegenover
uten, die niet door kwaadwilligheid
aren ingegeven, grootmoedig heeft ge-
'Ond.
Ik ben de koning van alle Spanjaarden
1 ik ben zelf Spanjaard.'Ik had verschil-
nde middelen kunnen aanwenden om
koninklijke voorrechten in stand te
Wouden en mijne tegenstanders te bestrij-
;n. Doch ik wil alles nalaten, w.at mijne
landslieden in een moorddadigen strijd
iluu storten
Ik geef geen enkel van mijn rechten op,
xendat zij, buiten mijne aanspraken om,
m door de geschiedenis bijeengebracht
jed zijn en omdat ik eens strenge reken-
phap zal moeten afleggen over mijn be-
eer van onzen staat.
"'Ik wacht de ware uitdrukking van den
io il van het volk af, en tot de natie zich
enütgesproken heeft, zie ik vrijwillig van de
itoefening van de koninklijke macht af
et a trek mij uit Spanje terug. Hierdoor
)c 'ken ik, dat Spanje meester van »ijn
't is.
oe:Ook thans geloof ik, den mij door de
ifcefde tot mijn vaderland voorgeschreven
voJicht fe vervullen. Ik smeek God, dat de
adere Spanjaarden zich hun plicht even
3ed goed bewust mogen zijn als ik."
Toen de koning het paleis te Madrid
srliet, leek hij Volmaakt kalm. Toen de
Sileiswacht voor de laatste maal de ge-
eren presenteerde en „leve de koning!"
"jfep, sprak hij enkele woorden:
•t. „Ik heb te bewijzen, dat ik democrati-
„■1 icr ben dan degenen, die zich demo-
Wraat noemen. Toen ik het resultaat der
erkiezingen vernam, was het mij duide-
-\jk, dat ik slechts het land kon verlaten
"j een gewelddadige actie provoceeren.
*et laatste kon ik niet doen, omdat ik te
eer van Spanje houd. Leve Spanje".
Van Carthagcna is de koning, naar
hans blijkt, vertrokken om via Manilla
ïaar Parijs te gaan, waarheen ook de
.iverige koninklijke familie gisteren ver-
|rok.
i De Koningin en haar kinderen hebben
iiet Koninklijk Paleis gisteren verlaten
im 9 uur in auto's, die hen naar het
fcscuriaalstation brachten, waar zij om
1 0.55 arriveerden. De koninklijke familie
^egaf zich in de wachtzaal, waar zij be
roet werd door admiraal Aznar, Roma-
ionesr Garcia Prieto do Hoyos, generaal
an Jurju en talrijke aristocraten. Om
1.30 natnen de Koningin en haar kinderen
"laats in het salon-rijtuig. De prins van
.sturië werd er op een baar heen ge-
racht. De wagen werd vastgehaakt aan
ssen Zuid-Express, die zich om 12 uur in
beweging zette. Tot de grens gaan mee
eneraal San Jurju, de markies do Hoyos
lïu de hertogin Miranda. Het vertrek had
.'-laats onder groote ontroering. Verschei
dene „Leve de Koning's" werden geroepen.
it: e inwoners van Escuriaal antwoordden
d iet „Leve de Republiek", hetgeen een
f jring incident verwekte.
c Op Kensington Palace, de residentie van
rinse» Beatrice te Londen is nog niets
ekend omtrent voorbereidingen voor de
s ntvangst van de Spaansche Koninklijke
jmilie.
I Ook op het Spaansche gezantschap te
arljs is nog niets bekend over het toe-
:omstig verblijf van den koning.
De nieuwe regeering aan 't werk.
De nieuwe regeering onder Zamora is
ruk aan het werk getogen.
Zamora is een advocaat van grooten
naam en een befaamd spreker. In 1905
werd hij liberaal Kamerlid. Van 1910 tot
1913 is hij onder-staatssecretaris van Bin-
nenlandsche Zaken geweest en van 1917
tot 1918 minister van Openbare Werken,
i In het liberale ministerie van December
I 1922 was hij minister van. Oorlog. Zijn
aftreden in Maart 1923 had den val van
het ministerie tengevolge. Deze leidde tot
de algemeene verkiezingen en toen het
nieuwe liberale ministerie nog beraad
slaagde over de houding, die het zou aan
nemen ten aanzien van het rapport van
de parlementaire commissie ,over de ramp
in Marokko, trok Primo de Rivera de
macht aan zich.
Onder de dictatuur had Zamora een
nieuwe constitutioneele groep gevormd uit
liberalen van allerlei schakeeringen en
precies een jaar geleden bracht hij zijn
partij over naar het republikeinsche kamp.
Hij zeide, dat hij alle vertrouwen in de
bestaande monarchie verloren had en het
niet mogelijk achtte de dynastie te ver
anderen. Deze verklaring is een factor
van beteekenis geweest in het scheppen
van den huldigen toestand.
Volgende verklaring is door de nieuwe
regeering uitgegeven:
De voorloopige regeering der Republic*
is er vast van overtuigd, dat de politieke
en sociale krachten, die aan de vestiging
van het nieuwe regiem hebben medege
werkt. de discipline zullen bewaren.
Daarvan hangt het aanzien en het toe
komstig lot der jonge republiek af.
De regeering is daarom van oordeel,
dat ieder, die zij met macht heeft be
kleed, aan de bevestiging van het aanzien
der Republiek, welke de vijanden van
dezen staatsvorm willen ondergraven, zal
medewerken.
Wat deze tegenstanders betreft, zoo
hoopt de regeering, dat zij het buitenge
wone gewicht van het oogenblik voor de
toekomst van Spanje zullen inzien en hun
houding daarnaar zullen richten.
Wij zijn begonnen met liefde te arbei
den aan de schepping van een atmosfeer,
van gerechtigheid en achting, welke
Spanje tot nu toe niet gekend heeft, en,
om dit doel te bereiken, hebben wij ver
ordeningen uitgevaardigd inzake de be
noeming van een President der voorloopige
Republiek en van ministers, alsmede be
palingen inzake het juridische statuut der
voorloopige regeering, inzake de amnestie
en betreffende de instelling van een mi
nisterie voor Verkeerswezen uitgevaardigd.
In een memorie van toelichting op het
voorloopige statuut der republiek wordt
gezegd:
Dat de mannen die thans aan het roer
gekomen zijn geenszins alleen maar ver-
eenigd zijn door den wil om een einde te
maken aan den verouderden monarchis-
tischen staatsvorm, maar tevens door het
inzicht dat het noodzakelijk geworden
was de beginselen van rechtvaardigheid,
waarnaar het volk verlangt, als grondslag
van den staat te aanvaarden.
Het Voorloopige Bewind, dat tijdelijk het
karakter heeft van dit hoogste gezag in
den staat, heeft de moeilijke taak aan
vaard tijdelijk alle macht te vereenigen.
De rechten der staatsburgers dienen hier
niet opgesomd te worden, daar dit werk
voorbehouden blijft aan de grondwetge
vende vergadering.
Daar het Voorloopige Bewind echter
geenszins op willekeurige wijze wil regee-
ren, maakt het hiermede de beginselen
bekend waarop zij verder te verwachten
decreten zullen steunen.
Art. 1. In verband met den democrati-
schen oorsprong van zijn gezag en op
grond van het beginsel der verantwoorde
lijkheid, dat bij de organisatie van den
staat zal dienen erkend te worden, ver
klaart het Voorloopig Bewind, dat het zijn
daden en die van de individueele leden
aan de goedkeuring van de grondwetge
vende vergadering zal onderweroen, wan
neer het oogenblik gekomen zal zijn, om
zijn macht aan die vergadering over te
dragen.
Art. 2. De regeering heeft tot herziening
besloten en tot het onderzoek naar de
verantwoordelijkheid van alle overheids-
daden der regeering, welke in 1923 ont
bonden werd en van wat daarop ge
volgd is.
Art. 3. De regeering verklaart plechtig
de individueele gewetensvrijheid te zullen
eerbiedigen en af te zien van de moge
lijkheid, dat de staat van de burgers eeni-
ge verklaring betreffende hun godsdien
stige gezindheid zou eischen.
Art. 4. De regeering wenscht de vrijheid
der individuen te waarborgen en erkent
als een modern juridisch beginsel de
rechtspersoonlijkheid der syndicaten en
der coöperaties als een grondslag van het
nieuwe sociale recht.
Art. 5. De regeering verklaart het par
ticulier bezit onschendbaar. Niemand zal
van zijn bezit mogen onteigend worden,
tenzij op grond van openbaar nut en
slechts na schadevergoeding gekregen te
hebben
Daarenboven verklaart de regeering een
einde te willen maken aan het feit," dat de
Spaansche landbouwers en de landbouw
aan hun lot worden overgelaten. Zij wil
als beginsel harer agrarische politiek er
kennen dat het agrarische recht dient ont
wikkeld te worden in evenredigheid met
de groote sociale rol van den bodem.
Art. 6. De regeering erkent, dat zij zich
zelf schuldig zou achten als zij de opko
mende republiek prijs gaf aan den invloed
harer vijanden en wil daarom de indivi
dueele vrijheid tijdelijk aan zekere rech
terlijke beperkingen onderwerpen. Haar
actie op dit gebied zal echter later aan
het oordeel van de grondwetgevende ver
gadering worden onderworpen.
De regeering heeft voorts 3 decreten
uitgevaardigd:
1. tot afschaffing van het onder Primo
de Rivera gepubliceerde wetboek:
2. tot opheffing van de door Primo de
Rivera geschapen burgerweer;
3. tot toekenning van een pensioen aan
de familie der in December 1930 doodge
schoten officieren Galan en Hernandez,
ten bedrage van hun bezoldiging.
De toestand in het land.
Over het geheel is de omwenteling, zoo
als gisteren gemeld, rustig verloopen. Te
Barcelona is het echter niet zoo rustig
gegaan als te Madrid. Te San Andres
hebben groepen revolutionnaire arbeiders,
fabriekseigenaars gearresteerd en gevan
gen gezet, zonder dat hiertegen werd op
getreden. Te Barcelona heeft een menigte
de gevangenis bestormd, de deuren open
gebrand of ingeslagen en meer dan zes
honderd gewone misdadigers bevrijd. In
de vrouwen-gevangenis geschiedde het
zelfde. Bij een overval op een magazijn
zag de politie zich genoodzaakt van de
vuurwapens gebruik te maken, waardoor
vijftien personen ernstig gewond of ge
dood werden. Gedurende den geheelen
nacht werden in de stad standbeelden be
schadigd en voorwerpen in brand gesto
ken. Ook op het postkantoor te Barcelona
werd een overval gepleegd, die door de
politie afgeslagen kon worden, waarbij
twee personen werden gedood.
Kolonel Macia, de voorloopige president
der Cataladnsche republiek, heeft ver
klaard: Wij hebben de Catalaansche
republiek uitgeroepen hetgeen echter
geenszins een afscheiding van de Spaan
sche republikeinen beteekent die de
Spaansche republiek hebben uitgeroepen.
Tusschen hen en ons heerscht de nauw
ste overeenstemming, doch de openbare
meening in Catalonië, die geheel voor de
Catalaansche idee gewonnen is, mochten
wij niet verwaarloozen.
Naar uit Valencia verluidt bevindt zich
onder de daar vrijgelaten gevangenen ook
een der moordenaars van den voormaligen
eerste-minister Dato.
Toen te Tetoean geestdriftige betoogers
voor het hooge commissariaat riepen:
„Leve de Republiek!" heeft de wacht vuur
gegeven en acht betoogers gekwetst onder
wie drie zwaar.
De Spaansche Hooge Commissaris h«
Marokko heeft de voorloopige regeering
zijii steun verzekerd.
De correspondent van het Berliner
Tageblatt te Madrid heeft Fernando de
los Rios den nieuwen minister van Justi
tie te spreken gekregen. Deze zeide dat de
menigte in Barcelona, Balbao, Valencia en
Sevilla de gevangenissen bestormd heeft.
Bij deze gelegenheid zijn niet alleen poli
tiek gevangenen maar ook strafgevange-
nen in vrijheid gesteld.
De regeering die op den eersten natio-
nalen feestdag van de republiek niet al
te strenge maatregelen wilde treffen, heeft
aan alle bevrijde gevangenen zoogenaamd
voorwaardelijke vrijheid verleend, ze ver
langt echter van hen dat ze zich geregeld
bij de politie zullen melden.
Fernando de los Rios vertelde verder
dat de voorloopige regeering zich reedt
hedenochtend in verbinding heeft gesteld
met den pauselijken nuntius. Ze had dezen
verzocht te trachten de gansche geestu
lijkheld van den kardinaal-aartsbisschop
tot den laagsten plattelandsgeestelijke te
bewegen hun. de monarchie dienende
actie te staken en zich uitsluitend om het
zieleheil van de bevolking te bekommeren.
Men verzocht den nuntius ook dit verlan
gen der regeering ter kermis te brengen
van den kardinaal-staatssecretaris. Hier
toe verklaarde de nuntius zich bereid.
Een correspondent van het Journal
heeft te Irun een onderhoud gehad met
Prieto, den nieuwen minister van Finan
ciën. Deze zeide dat de nieuwe regeering
alle financieele verplichtingen van Spanje
zal nakomen, maar de buitenlandsche
leeningen leggen op het land een soort
voogdij en daar moet Spanje niets van
hebben. Stabiliseering van de peseta acht
te Prieto niet onmogelijk. De toestand is
n.l. zoo dat het land bij een goed bewina
genoeg kan voortbrengen om zijn valuta
op pari te krijgen en te houden.
BENOEMINGEN EN ONTSLAG.
Ter vervulling in de vacature, ontstaan
in de Plaatselijke Schoolcommissie door
ontslagneming van het lid dr. G. O. E.
Lignac worden aanbevolen: 1. Dr. C de
Jong; 2. B. F. Krantz.
Tegen inwilliging van een verzoek van
den heer A. M. Blok tot ontslag als ge
neesheer aan „Endegeest" bestaat noch bij
de Commissie van Beheer over de gestich
ten „Endegeest", „Voorgeest" en „Rhijn-
geest"; noch bij B. en W. bezwaar.
Ter vervulling van deze vacature beve
len B. en W., na raadpleging van de Coin-*
missie van Beheer over die inrichtingen,
aan den heer A. M. van Stipriaan Luïs-
cius, arts, assistent van den hoogleeraar
in de Psychiatrie aan den Rijks-Unjversi-
teit te Leiden.
Ter vervulling van de vacature, ont
staan door het aan den heer dr. A. Querido
verleend eervol ontslag als 2de genees
heer aan de gestichten „Endegeest",
„Voorgeest" en „Rhijngeest", bevelen B. en
W., na raadpleging van de Commissie van
Beheer over die gestichten, ter benoeming
als zoodanig aan den heer N. Verwey, arts,
assistent in de neurologie aan de Rijks-
Universiteit alhier, zulks voor den tijd van
één jaar, ingaande 1 Juni a.s.
Ter vervulling van de vacature van inge
nieur bij den dienst der Gemeentewerken,
ontstaan tengevolge van het aan den heer
Ch. C. van der Vlis verleend eervol ont
slag, bieden B. en W. aan een overeen
komstig het advies van de Commissie van
Fabricage opgemaakte voordracht ter be
noeming van een ingenieur der Gemeente
werken, in den rang van ingenieur 1ste
klasse
lo. Ir. D. Y. Lem, assistent-chef van den
technischen dienst der Bataafsche Import-
Maatschappij te 's-Gravenhage; 2o. ir. D.
A. van Aalderen, ingenieur-hoofd van den
technischen dienst bij het waterschap „De
Regge" te Almelo.
De leden van de Schattingscommissie,
bedoeld in art. 57 van de Wet op de In
komstenbelasting 1914, moeten dit jaar
aftreden, doch zijn krachtens het be
paalde bij art. 60 dier wet terstond her
kiesbaar.
Thans maken van deze commissie deel
uit de heeren D. van Lith, J. Splinter Gzn.,
R. Ensingh en J. P. Creyghton. De heer
Splinter wenscht evenwel voor een her
benoeming niet in aanmerking te komen.
B. en W. vestigen daarom, ten einde de be
noeming te vergemakkelijken de aandacht
op den heer J. A. Verhoog, wonende Hooge
Morschweg 74 alhier.
WIJZIGING BOUWVOORWAARDEN.
Bij raadsbesluit van 2 September 1930
werd aan de R. K. Coöperatie „Eendracht"
alhier, tegen den prijs van f. 8.50 per M2.
verkocht een gedeelte grond, groot plm.
396 M.2, kadastraal bekend gemeente Lei
den, Sectie N, No. 788 (ged.i, gelegen aan
bel; verlengde van de Marnixstraat, hoek
Molenstraat, o.tm onder voorwaarde dat
op den grond zouden worden gebouwd een
bakkerij met winkel en twee bovenwonin
gen. De nakoming van deze voorwaarden
werd verzekerd door het vestigen van een
servituut.
Het door de koopster thans ingediende
bouwplan omvat echter de stichting van
een bakkerij c.a. met drie in plaats van
twee bovenwoningen. Bij B. en W bestaan
hiertegen geen bedenkingen. De aange
haalde voorwaarde zal daartoe echter
dienen te worden gewijzigd.
GROND VERKOOP.
Van den heer Ir. F. H. E. Guljé, alhier,
is een aanvraag ingekomen om het ge
deelte grond, groot pl.m. 522 M.2, gelegen
bij de Leidsche Hout, aan het verlengde
van de Johan de Wittstraat, te mogen
koopen voor den prijs van f. 15 per M.2,
Met den geboden prijs, overeenkomende
met dien, welke laatstelijk werd verkregen
voor een perceel bij de Fagelstraat, kan
het College van B. en W„ evenals de Com
missie van Fabricage, zich vereenigen.
DE GEMEENTELIJKE
RADIO-DISTRIBUTIE.
B, en W. hebben den raad toegezonden
een concept voor de verordening betref
fende de aansluiting van particulieren aan
het gemeentelijk radio-distributle-net.
Hieraan is het volgende ontleend:
De door de geabonneerde op het distri
butie-net aan te sluiten of te bezigen
luidsprekers behoeven de voorafgaande
goedkeuring van het hoofd van het be
drijf.
Slechts die luidsprekers worden toege
staan, welke een gelijkstroomweerstand
hebben grooter dan 1500 Ohm en bij 800
perioden per secunde een wisselstroom
weerstand grooter .dan 5000 Ohm.
De bijdrage in de kosten van aansluiting
bedraagt voor één aansluiting f. 17.50, in
dien zij ineens wordt voldaan voordat tot
aansluiting wordt overgegaan, en f20
indien zij wordt voldaan door betaling
ineens van f. 8, voordat tot aansluiting
wordt overgegaan en voorts doqr betaling
in twaalf achtereenvolgende maandelijk-
sche termijnen van f. 1.
De abonnementsprijs bedraagt binnen
het minimum-tariefgebied en bij gebruik
van ten hoogste één normalen woonka
merluidspreker per aansluiting f. 2 per
maand Voor perceelen buiten dit gebied
gelegen wordt de abonnementsprijs ver
hoogd met f. 2 per maand voor iedere 100
meter of gedeelte van 100 meter, dat het
aan te sluiten perceel, hemelsbreed geme
ten, buiten dat gebied is gelegen.
Voor aangeslotenen bij de Eerste Leid
sche Radio-Centrale bedragen de kosten
van aansluiting voor een nieuw te maken
aansluiting f. 12.50 en f. 2.50 voor een reeds
bestaande aansluiting.
De verordening treedt in werking op een
nader door B. en W. te bepalen dag.
RECLAME.
Jong en Oud
M IS PASTOL de
/■tj^ beste mondver-
zorger. - Zoodra
de tandjes zijn ver
schenen vragen zij
een regelmatige ver
zorging met PASTOL,
de zuivere zachte tand
pasta. - De kinderen
leeren daardoor vroeg een
goede gewoonte, die hun
later veel ongemak zal be
sparen. - Bovendien wordt
door PASTOL het melkgebit
goed beschermd, wat weer het
blijvend gebit ten goede komt.
_oo» 20 ct. Tube 35 ct.
Dubbele doo» 35 ct. Dubbele tube 60 ct.
3846
Staar het Engelsch van LEO WALMSLEY.
„Zoo! zoo!" zei hij triomfantelijk. „We
flO'ijn dus nog niet dood, hè?"
„Gelukkig niet!" gaf ik ten antwoord.
,U ziet er ook weer goed uit... Meteen
ieduidde ik hem, door een zachten druk
,ip zijn arm, te gaan zitten. Hij gaf toe,
naar het volgende oogenblik schoot hij
veer overeind.
„Bah!" zei hij met een vies-opgetrokken
leus. „Hier hangt die lucht ook al! Ik
Ifflpprecieer de goede bedoeling, maar ik
vou toch maar liever, kapitein Timms, da^
kei dat goedje niet overal rondgespoten
ladt. 't Heele kamp mag uitgerookt wor
sen. Waar heeft u de formaline gelaten?"
Na even nadenken, met zijn vinger te
len zijn neus, waarschijnlijk om zich
jeter te kunnen concentreeren, verklaarde
>nze duikerkapitein dat de kist, waarin
ie formaline verpakt was, zich nog aan
loord van de dhow bevond. Bij gebrek aan
rrachtiger ontsmettingsmiddel stak de
lokter me toen maar» zijn sigarenko
ker toe.
„Zoo.dat riekt beter", zei hij na den
iersten trek, terwijl hij zich weer op mijn
led liet neervallen. „Ik begrijp niet dat
ir mannen zijn, die van zooiets houden.
Qik ken niets, dat het reukorgaan van een
oormaal mensch onaangenamer aandoet
<lan parfum."
Kapitein Timms gaf me een knipoogje.
*5Ik deed. alsof ik niets zag.
„En nu moeten we het 't allereerst over
Onze plannen van vandaag hebben", ging
dr. Flint voort. „Hoe voel jij je, Cleve
land? Geef je pols eens hieri**"
„Zoo goed als het maar kan", verklaar
de ik.
„Ja, ja, 't gaat wel. Wat kouvatten ge
weest, anders niet. Maar je moet toch nog
oppassen, beste kerel. Ik zou niet graag
willen dat je ziek werdt. Uit de zon blij
ven.... zoo veel mogelijk tenminste....
En hoe staat het met de werkzaamheden,
kapitein Timms? straks is het eb gaat
u dan naar beneden?.... Is alles al
klaar?"
De kapitein gaf niet dadelijk antwoord,
't" Leek warempel wel of hij niet recht wist
wat te zeggen. Zeker weer bezwaren over
de te strenge whlsky-rantsoeneering.
Daarom viel ik driftig uit:
„Natuurlijk is alles klaar, dokter. Dit zijn
de beste uren van den heelen dag. Hoe
denk je erover, Timms? Zullen we maar
meteen gaan?" Is de duiker van de motor
boot al aan den gang?"
„Nee", gaf de kapitein ten antwoord,
„nee, de duiker van de M. L, is nog niet
aan den gang en"hij hief zijn hoofd
op en stak zijn borst vooruit, „als alles
marcheert, zooals het moet. gaat-ie ook
niet aan den gang."
„Waarom niet?" vroeg de dokter onge
rust. „Is er wat gebeurd?"
„Of der wat gebeurd is?" herhaalde ka
pitein Timms plechtstatig langzaam „En
of! Een heeleboel!"
De dokter sprong op.
„Zehebbenhet wrak toch niet ge
vonden schreeuwde hij opgewon
den.
„Nee, dat hebben ze niet", gaf onze dui
ker kalmpjes ten antwoord. „Ze hebben
het wrak niet gevonden en dat zullen ze
ook niet, evenmin als iemand anders.
zoolang de boel niet beter geregeld is als
op het oogenblik. Ga weer zitten, dokter..
dan zal ik eris precies vertellen watter an
de hand is."
Trillend oven al zijn leden liet de dokter
zich op zijn bed neervallen. Kapitein
Timms gooide zijn sigaar weg, beet'een
versch stuk pruim af en ging nog wat
meer op z'n gemak zitten. Zijn oogen glin
sterden; naar de uitdruking van zijn ge
zicht te oordeelen genoot hij van het
effect dat zijn sensatloneele verklaring te
weeggebracht had.
„De quaestie is deze. heeren", begon hij
gewichtig, .der is staking, staking onder
de duikers!" Bij het laatste woord stond
hij op, ging onder het zeil uit, deponeerde
een kwak bruin vocht een paar meter ver
der en kwam weer terug.
De dokter begon te lachen.
,De kapitein neemt een loopje met ons,
Cleveland, maar
„Een loop-je!" herhaalde Timms met een
bedenkelijk gezicht. „Zoo zou ik 'et maar
niet beschouwen als ik u was. Kijk. ik heb
u allebei leeren kenne als schappelijke lui
de jonge meneer is alleen wat haastig
met z'n mond. maar dat is 'em niet kwa
lijk te nemen. Als je effen in de twintig
bent Daarom hoop ik datter geen ru
zie van kompt en as-u 't ook niet zoo kalm
en verstandig opneemt als alle andere
dingen op de reis. dan marcheert de zaak
ook wel. en dan drinken me op de goeie
afloop voordat de zon van een glas whisky-
soda heete groc gemaakt heb. Want dat
de sitewasie zoo zou zijn datter geen min
nelijke schikking meer mogelijk is, dat ge
loof ik niet
„Onzin", viel de dokter Timms vrij ruw
in de rede. „Doe me genoegen en zit geen
flauwe aardigheden te verkoopen. 't Is tijd
om aan het werk te gaan en over een uur
komt de vloed weer op."
Ik keek Timms scherp aan. Het was
geen quaestie van flauwe aardigheden
verkoopen dat had ik van het eerste
oogenblik af gezien. Hij vond waarschijn
lijk dat iets ernstigs het best schertsend
ter sprake gebracht kon worden.
,,'t Werk ken wachten", gaf hij den dok
ter rustig ten antwoord. „Eerst motten de
pertijen, die bij deze quaestie betrokken
zijn tot een vergelijk zien te komen."
„De partijen, die bij deze quaestie be
trokken zijn?" herhaalde de dokter drif
tig. „Waar heeft u het over, kapitein
Timms? Wees zoo goed onmiddellijk aan
uw werk te gaan. En als het een quaestie
is van meer loon.
„Dat is het niet", was het doodkalme
antwoord, ,,'t Is een quaestie van prinsipis
hebben en gezond verstand."
„Zeg dan precies waar het om gaat",
mengde ik me in het dispuut, „en schei
uit met flauwe aardigheden debiteeren.
De laatste vier-en-twintig uur is de hu
mor niet van de lucht, en je kan ook te
veel van het goede krijgen. Wat ken jij-
om te beginnen een soort commité tck
verbetering van de bewuste „sitewasie"?*
De kapitein barstte in een bulderend ge
lach uit. Van pret sloeg hij zich met zijn
vlakke hand op zijn knieën.
„Die is goed. Die is goed", prees hij nje.
„Ja, een commité tot verbetering van de
sitewasie en de leden kennen een zekere
Trout en mijn persoontje."
„En waar is het jullie in de eerste plaats
om te doen? Om den toevloed van spiri
tualiën te verbeteren?"
Hij hield op met grinniken en keek me
bewonderend aan.
„Voor iemand van jouw leeftijd, jong-
mensch". complimenteerde hij me. „ben je
deksels bij. Ja, om te beginnen is het pro
bleem whisky het verkrijgen van een
quantum whisky, groot genoeg om de ge
zondheid van de twee personen, die bij het
zoeken naar het vermaledijde wrak met
zijn lading verrotte beenen de hoofdrol
spelen, te verzekeren. De whisky staat dus
nummer één. En vervolgens komt de tijd.
de regeling van de uren datter gewerkt en
de uren datter gedronken mag worden. Ik
ljeb het tegen de jonge meneer al gezeid,
maar voor den dokter hier zal ik het nog
eens zeggen, zooals de toestand nou is, is
'et ppr toeval wie van ons tweeën het
wrak 'et eerst vindt. En wat heb je er dan
an of je je doodwerkt 't doel is niet wie
het wint, het doel is hebben. En als het
wrak der zes jaar gelegen heb, zal
het nou plotseling niet de beene nemen.
Daarom zeg ik: laten we het op onze slof
fen af doen. Me vrind Trout en ik hebben
vanmorgen der hoog en breed over zitten
redeneeren en 't end is geweest, dat ik ge
zegd heb: Goed, ik zal er met me men-
schen over praten, dan hoor je der wel
verder van."
„En hoe staat het met de andere
partij?" vroeg ik.
„Hebbe we al mee gesproken", gaf Timms
ten antwoord.
„En? Is 't resultaat bevredigend?"
„Nee, niet heelemaal. 't Kan beter, veel
beter. Het juffie zegt, dat ze al den ster
ken drank over boord gegooid heb. Na die
geschiedenis van gisteren had ze der
schoon genog van. zee ze. Henry gelooft
't niet. Hij zei dattie is an 't zoeken zal
gaan. Maar dat is zijn zaak; as hij zoe
ken wil mot hij weten. Hier gaat het er
om dat wij in pesisie bennen, om onze
chefs de wet voor te schrijven. En daarom
verklaar is hierbij, dat als het beheer
van den sterken drank niet in onze han
den die van me vrind en mijn persoon
tje overgaat, dat ik het dan als me
dure plicht beschouw om den raad te ge
ven: staking laten voortduren."
„Wat 'n nonsens!" barstte de dokter
doldriftig uit. „Wat mankeert je! Ben je
stapelgek geworden!"Dan, wat kal
mer tegen mij. „Wat heeft de vent, Cleve
land? Is hij dronken?"
Wordt vervolgd.