Luchtvaart in een vorige eeuw
ItUP-KPY
Humor uit het BuitenBand.
De eerste Hollandsche Luchtvaarder
De Leidenaar: Abraham Hopman
INDIE IN ONS MIDDEN.
cTs. Cr
O
o
Voordat de vliegmachine en de luchtsche
pen hel luchtruim hadden veruverd, hadden
de groote geesten van voorgaande eetrw m
reeds diepzinnig hun gedachten over dit
vraagstuk laten gaan. Iemand als Leonardi
da Vinei een geleerde die zijn tijd hou
derden jaren vooruit was construeerde
reeds een vliegmachine, die door de heden-
daagsche-vliegtuig-construcleurs met ontzag
en verbazing wordt beschouwd als een on
begrijpelijk product van een vijftal eeuwen
geleden Daarna kwamen de Franschen en
Engelsehen, die zich voor „le plus nobto
conquête" veel moeite gaven, en de namen
van de gebroeders Joseph en Etienne Mont-
golfier, van den professor Charles en van den
eersten luchtheld op dit ondennaansche Pilk-
tre du Rosier (een jaar later de eerste die
zijn stoutmoedigheid mei den dood moest
bekoupen) komen in dit verband naar
voren.
Was de beroemde „luchtschipper" Blan-
chard de eerste die in ons land een demou-
stratie van zijn kunnen gaf te 's-Graveu-
hage hel was de uit Leiden geboortige,
en le Haarlem woonachtige Abraham Hop
man. die de eerste Hollandsche luchtreiziger
zou zijn. Deze Hollandsche fabrikant in
bonten en gazen verdient een bespreking
ten volle, daar vele aardige bijzonderheden
van zijn pogingen en zijn tocht anders in de
vergetelheid dreigen onder te gaan.
Ziedaar dan wal wij er over kunnen ver
halen. Een verhaal, dat menige glimlach
zal opwekken een verhaal echter dal ons
ontzag doet hebben voor dien eenvoudig--n
ochten Hollander Anders dan die boeren bij
Gouda, die bij de daling van Blanchard's
ballun, met stokken en hooivorken gewapend
het schuitje en de ballon aan stukken scheur
den. een weinig ingenomen bleken mei deze
rechtstreeks uit den hemel gevallen luchi-
vaardersl
Op zekeren dag kwam Abraham Hopman,
die een liefhebber was van de natuurkunde,
in kennis met Louis Samuel Loude, die met
een ..cabinet van physische instrumenten"
het land rondreisde en in het openbaar
electrische, galvanische en mechanische
proefnemingen verrichtte Zij spfaken over
diverse wetensr hapiielijke zaketi en kwamen
zoodoende op de luchtballon. Loude vertel
de Hopman dat hij er eenigen tijd tevoren in
Nijmegen waar hij toen woonde sterk
over gedacht had om een luchtreis te maken
waartoe hem twee Nijmeegschf heeren had
den willen helpen Hij had hel plan moeteil
opgeven, omdat zijn vrouw en legen was.
Hopman verklaarde eveneens daarvoor
enthousiast le zijn. doch vreesde dal ook zijn
vrouw wel een obstakel zou blijken
Zij besloten inmiddels eenige proeven te
doen met papieren ballons welke goed ge
lukten en voor hen aanleiding waren om
oen zijden ballon te vervaardigen en daar
mede de vurig begeerde luchtreis te onder
nemen.
We lezen er van: „Hoe zeer dit nu eene in
alle deelen gewigtige en kostbare onderne
ming ware, en de beide Huisvrouwen der
ondernemers even sterk er legen waren,
besloot men wederzijds tot dezelve, en
stolde de vrouwen, door herhaalde proeven
met kleine luchtbollen van verlies vervaar
digd, in zoo verre le vrede, dat ze derzelver
toeslemming aan de groote onderneming
gaven".
Op den grooten zolder der Concertzaal le
Haarlem, lot atelier ingericht, werd gedu
rende den winter al het noodige in gereed
heid gebracht en in April 1801 was de bal
lon kant en klaar. Toen verplaatsten zij
hun basis naar Amsterdam, waar Hopman
en Loude wilden opstijgen. Op een land bij
herberg Braamenburg, op den Overtoom-
schen -weg, timmerden zij een houten loods,
hingen daarin den ballon op en vulden hem
voorloopig met lucht, er in gebracht door
middel van een groolen blaasbalg Vervol
gens stelden zij hem voor „6 stuivers te
zien", waarmede zij hun kosten hoopten
goed te maken en waarmede zij hun vlieg
tocht ter algemeene kennis brachten.
Zoo was het allengs Woensdag 4 Juli
1804 geworden, toen te 's middags vijf uur
precies de reis zou plaats hebben De sterke
wind was evenwel oorzaak dat de reis tut
den volgenden dag moest worden uitgesteld.
Helaas, Donderdags bleek de ballon lek De
Amsterdammers werden ongeduldig. Het
volk liep voor de herberg te hoop en dreigde
de luchlvaarders niet meer of minder dan te
„steenigen". „De krachtdadige adsistentio
van den weled heer Stockelaar van Eijok,
als ook van den Slads-commandant belette,
dat men aan hun of hunnen Baton eenig
leed konde toebrengen".
Eindelijk Vrijdag 6 Juli wordt de ballon
opnieuw gevuld, zet zich uit en stijgt reeds
met schuitje en ballast Hopman en Loude
stappen in het schuitje, doch thans blijkt de
belasting te zwaar. Het lot moet beslissen
wie van beiden mee zal gaan, doch eerst
weigert Loude daartoe over te gaan Ten
slotte ziet hij er ook de noodzakelijkheid
van in en het lot is hem gunstig. Onze
brave Abraham Hopman stapt uil Nog wd
de opstijging niet geschieden. Uitladen van
ballast helpt niet. Het zware schuitje moet
verwisseld worden en Hopman raadt aan in
plaats van het schuitje een wijnmand te
gebruiken Loude beanlwuordt dit voorstel
mei de niel onjuiste woorden „Ik wil op die
wijs den hals niet breken" en weigert dan
verder op te stijgen.
De Amsterdamsche toeschouwers trappe
len van ongeduld en Hopman blijkt bereid
tol behoud van zijn eer en goeden naam,
zijn leven op het spel te zetten Hij vraagt
om mandewerk Zoo licht mogelijk, als hst
hem maar dragen kan. Eenige oogenblikkon
laler brengl de herbergier hem een „oude
kinderwieg".Abraham stapt er in duch
zakt er direct doorl Eindelijk vindt hij -"en
mand naar zijn genoegen, bindt die inder
haast aan den ballon vast. neemt afsche:d
van „zijne Huisvrouw, die bij alles tegen
woordig. en 'er nu zeer voor was dat heur
man de reis zoude ondernemen", doch de
ballon slaat als aan den grond genageld.
De wanhopige luchtreiziger Irekt zijn. jas
uit dat moest hel hem doenl doch te
vergeefs.
Ten einde raad liet Hopman den ballon
(Van onzen Indischen medewerker).
DE JACHT OP GROOT WILD.
In de jongste jaren is de bescherming
van hetgeen in bosch en water vrijelijk
leeft zeer toegenomen. De overheid beeft
herhaaldelijk roeping gevoeld op te komen
tegen een manier van jagen en vangen, die
strijdig is te achten met het voortleven van
planten en dieren, opdat een verarming
van de eilanden ten aanzien van flora en
fauna niet al te ver gaat. Hoezeer dat noo-
dig was en is, zal ieder begrijpen, die weet,
dal de tijd nog niet zoo lang achter ons
ligt, waarin het niel als geoorloofd gold
buiten-af, d.w.z. buiten de groote en kleine
steden, zich voorwerpen van oudheidkun
dige waarde toe te eigenen, voorkomende
bij ruïnen van tempels. Toezicht was er
niet. Bezoekers van het Diëng-plateau bij
voorbeeld gelukkig was het bezoek vroe
ger een zware onderneming zagen daar
beeldjes van goden en belden uit den Hin
doe-tijd, namen er een mee en zetten het
later in de voorgalerij van hun stadswoning
Dat teekent wel de ongebonden vrijheid,
waart nmen vroeger leefde tegenover al wat
buiten onbeschermd voorkwam. Men kan
dus nagaan, dat men voor de jacht zich vol
komen onbeperkt achltehet bewustzijn
van spaarzaam te moeten zijn ook ten op
zichte van onbeschermde goederen, plan
ten en dieren in de vrije natuur, bestond
niet. Van lieverlede heeft het gouvernement
zijn beschermende hand moeten uitstrek
ken over het leven in bosch en water, zij
het ook, dat die hand slechts bepalingen
schreef en afkondigde en de handhaving
van die bepalingen overliet aan de welwil
lendheid van het publiek, dat intusschen
van die bepalingen zelfs geen kennis had
genomen. Wie in Indië „de bepalingen"
wil kennen, zou er dagwerk aan hebben.
Hoe moderner Indië wordt, des te meer
slijt de heerlijke onverschilligheid weg,
waarin men vroeger ten opzichte van de
meeste regelingen en voorschriften kon
leven.
In 1912 werd te Buitenzorg een vereeni-
ging opgericht tot natuurbescherming, die
in hoofdzaak zou streven naar aanwijzing
van „natuurmonumenten", welke dan ver
vervolgens in ongerepten staat zouden blij
ven krachtens bepalingen van het gouver
nement. Over den arbeid dier vereeniging
moge eens een opstel in deze serie zijn
plaats vinden, maar ditmaal wenschte ik
over jacht en groot wild hel een en ander
mee te deelen. Behoeft het nog gezegd, dat
naarmate op Java, Sumatra en andere
eilanden de vestiging van ondernemingen
cln verschillende nederzettingen toenam, de
wilde dieren de wijk namen naar ontoegan
kelijke bergterreinen? Olifanten op Suma
tra laten zich in bewoond gebied zelden
zien. de tijgers op Java krioelen niet meer
zóó in bewoonde streken. De jacht er op
staat vrij. Anders is het met die op ban-
tengs, de prachtige wilde runderen, die
in afgelegen oorden op Java en Borneo
voorkomen. De slieren dragen een machlig
gewei er zijn even schuw als gevaarlijk
voor den jager De inlander zal probeeren
hel beest met een strik te vangen; de
westerling gaat er op uit, gedreven door
jaohtsport.
Veel banlengjagers zijn er niet en de
jacht is ook door de bepalingen beperkt.
Hetzelfden geldt omtrent den rhinoceros,
die in Zuid Java voorkomt. Noodzakelijk
wordt een beperking, zoodra er stelselmatig
jacht wordt gemaakt op bepaalde d:er-
soorten met een handelsbedoeling, maar
toen maar moederziel alleen op. Te 3 uur
opgestegen, bleek zij om half zes in de
buurt van Lochem gedaald te zijn
De poging was misluktl Spotprenten ble
ven met uit en op één daarvan zien we het
vullen van een ballon en het verkoopen van
plaatskaarten voor een reisje naar de wol
ken Men ziel een bureaulist, versierd met
een staliepruik, staan voor een okshoofd,
waarover een papier hangt met het oj>-
schrift' „Uiterste wille van de heeren Hop
man en Loude en Cie."
Abraham Hopman versaagde nochtans
niel. Hij wilde de eerste burger van de Ba-
taafsche Republiek zijn die eeD luchttocht
maakte en zijn doel was zooals bij
schreef „om zijn vaderland in de eer der
luchtreizen te doen deelen". En dat doel
bereikte Hopman ruim een maand later op
Zaterdag 29 Augustus te Rotterdam. Veilig
heidshalve had hij daarheen zijn tenten
verplaatst, daar de Amsterdammers hem
toch niet meer geloofden en bovendien hun
goede geld niet voor een tweeden keer zou
den wagen om het zoo onzekere opstijgen
van een ballon mede te maken
Wat vertelde men in die dagen van deze
eerste opstijging door een Hollander?
„Duizenden menschen van allerwege toe
gevloeid, hier op openbare wegen verspreid,
ginds op torens of daken geklommen, waren
de opgetogen aanschouwers van het zonder
ling verschijnsel. Hoewel omtrent den goe
den uitslag van zijn onderneming geenen
twijfel voelende, met aandoening echter
nam de heer Hopman alscheid van zijne
echtgenoote en kinderen. De christen
leeraar P Weiland, op de plaats tegenwoor
dig. wenschte met eenige dichtregelen, den
reiziger vaarwel Langzaam en statelijk was
de opvaart. Beleefd groette de luchtreiziger
de omringende aanschouwers, wien hij, tot
zekere hoogte geklommen, eenige dicht
regels, vooraf gedrukt, toewierp".
Wal presteerde onze Abraham Hopman?
Hij steeg om vier uur op en daalde vijftig
minuten laler in de buurt van Schiedam.
Hei schuitje raakte ongelukkigerwijs aan
den kant van een sloot, sloeg om en de
luchtheld tuimelde in het water. Door deze
vermindering van last steeg de ballon weer
op en bleek omstreeks hall zes op de buiten
plaats Bakkershagen onder Wassenaar te
zijn gedaald.
Abraham Hopman deed 's avonds luister
rijk zijn intocht in Rotterdam met den titel
van „eerste Bataafsche Luchtreiziger"
eneen nat pakl
RECLAME.
de sportieve jager zal niet ai
bied berooven van eenig wild
Onbeperkt is de jacht op lijja
kodillen en van die dieren
dagelijks in handen van den me
vijand, terwijl er toch niets is li
van een vermindering van hel
Zij zijn in sommige streken een
voor de menschen, juist daat
hun element niet -genoeg dierliili
vinden. Sleept de krokodil in (!e
aan Java's Noordkust dikwijle
inlanders weg, daarentegen
Bagan Api Api de kinderen
woningen lusschen de logge sch
die daar steeds hun genoegen ki>.
aan visch. Intusschen geldt de
gelijk de tijger als ondier dat ia
belaagt en niemand denkt er MS
jacht op zulke beesten wel mi(
beperkt. Maar die jacht is niet
voor ieder die wel een geweer ha
is wellicht minder ware jachtk
noodig als voor hel bereiden vu
vollen dood aan olifant, rhinoceros
teng, doch de jager dient toch te
over zekerheid van schot en hij e>'
hoe het wild te zoeken. En rok
zijn er niet zoo heel veel in Indiê.
van zoo een hoort, hoe hij bet sis
krijgt men de indruk van de
en bij zulke jagers is de harlstak
wezig, rfiooi en beheerscht. Zij hj>
len, die het brute dooden versd
zich zelf blootgeven aan hel dier.
ook de gelegenheid heeft zijn
bruiken. Daarom vallen zij ook
slachtoffer van hun kunst
Onder de zeer bekende jaren
was er een, die den tijger niet a«
schoot dan in zijn aanvnlspronl.
jager bood het gouvernement aai
gers van Atjeh te schieten op
dat hij de huid behield en nog ent"
deelen zou genieten. Hoewel de b
er destijds een geweldigen last na
had, meende het gouvernemenl l|
weigeren. Eenigen tijd later besloot
oud-kofieplanter, naar Afrika te «aa
olifanten te jagen. Lang heeft lil
van genoten, want een van d«
benam hem het leven. De nobele
geen groot wild in Indië uilroeien
alleen het gevolg zijn van een as
vangst om handelsvoordeel Pn d"
volstrekt, want wat mogelijk W'
dieren, die alleen in enkele sWj
komen en in geringen getale gehj»-
we tapir op Sumatra, is daar»-'
mogelijk bij dieren met snelle
en levend in zeer groote uiige5''"
Zoo heeft de ruwe jacht den P'"
op verre na niet uitgeroeid en
weer verschenen in die gen"
Nieuw Guinea, waaruit hii de v
nomen. De regeering kan de i#t®'
wild wel vrij laten, maar er kj*
nen zijn om stelselmatige vang5'
delsvoordeel als oogmerk ondrr
zicht te stellen, opdat de perke'
te buiten gegaan en het gebied
fauna verarmd.
DENGAN 8"
Mijn laatste roman gaat er
in als peperkoek!
'Is t waar Ook voor drie
kwartjes per kilo?
Ploegbaas:
zijn jullie
Werkman:
nen.
Ploegbaas
met mij meel
- Met
Met otu
- De
moet de reden zijn waar
om U een sigaret rookt.
Elk codeau of inlage
wordt op de kwaliteit
verhaald.
Koopt een doos
CIGARETTES
en oordeelt zelf
v°n 2a --
«1/k,
RECLAME.
„Heb Je gisteren gemerkt, noe mijn stem de zaai
ruïne V
jaou - ik zag zeilt een paar menschen weg gaan om
haar oog meer praats te geven.' Uuagej,
De eigenaar: „Agent pak dien dief." (Life). Vrouw: „George, wat bezielt je! Tante's bouffante!"
(Humorist).
Russisch administratie-onder
officier: Dat vervloekt admi-
nistratiewerk! Toen ik nog in
Vrouwlief „En als moeder niet van vader weg ging actieven dienst was verdiende ik
om bt) ons te komeD wonen, dan zou Ik Je vast en zeker met één oog dicht te doen meer
laten zitten om bij hen tn te trekken" (London Opinion) dan met beide handen te werken.
Do kleurenblinde stier.
Waarom heb je j,.
king van meid-alleen m
men
Ja, ik had nergens
van!