BERICHT. Indische Voordrachten aan de Leidsche Universiteit. 71s*® Jaargang DONDERDAG 15 JANUARI 1931 No. 21726 I 30 Cts. per regel voor advertentiën uit Leiden en plaatsen waar I agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere I advertentiën 35 Cts. per regel. Kleine Advertentiën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een 1 maximum aantal woorden van 30. STADSNIEUWS. Het Raadsel en de Prinses Officieele Kennisgevingen. Het Voornaamste Nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. 689S 5 PRIJS DER ADVERTENTIEN I Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT.? Voor Leiden per S maanden ƒ2.35, per week ..7^.ƒ0.18 Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week 0.13 Franco per post f 2.35 '-f- portokosten. Dit nummer bestaat uit DRIE Bladen EERSTE BLAD. Morgen zullen wij beginnen met een nieuw, zeer boeiend detective-feuilleton, getiteld T 1 Oorspronkelijke roman van R. J. BRANDENBURG. DE DIRECTIE. VERGADERING van den GEMEENTERAAD VAN LEIDEN op MAANDAG 19 JANUARI 1931, des namiddags te 2 uur, in het gebouw „TOT NUT VAN T ALGEMEEN" (Steenschnnr 21). De vergadering zal, zoo noodig, worden voortgezet: op Maandag 19 Januari, des avonds te 8'/« nor, op Dinsdag 20 Jannari, des namiddags te twee nui, op Woensdag 21 Jannari, des namiddags te twee nnr en des avonds te 8uur, op Donderdag 22 Jannari, des namiddags te lwee nnr en des avonds te 8'/< nnr, op Vrijdag 23 Jannari, des namiddags te twee nnr en des avonds te 8nnr. 7«0 H Te behandelen onderwerpen: lo. Voorstel: aJ tot splitsing van de betrekkingen van Gemeente-Archivaris en Directeur van het Stedelijk Museum „de Lakenhal"; bi tot wijziging van den staat van betrek kingen, die als nevenbetrekkingen worden beschouwd; cl tot vaststelling van eene verordening, houflende wijziging van de verordening van 31 Januari 1918 (Gem.-Blad No. 3), betret- lende de wedden van ambtenaren in dienst der gemeente Leiden. (17) 2o Benoeming van een Gemeen leArchi- varis (18, 3o Benoeming van een Directeur van het Stedelijk Museum „de Lakenhal''. (19) 4o. Begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor den dienst 1931. (238 van 1930 en 20, 21 en 22 van 1931) 5o Voorstel in zake verlaging van de huurprijzen van de woningen, deel uitma kende van verschillende Woningbouwpian- nen, tevens praeadvies op het adres van de «Berabe van te Leiden en omstreken ge vestigde Woningbouwverenigingen, te dezer zake. (23) 6p. Praeadvies op hel beroepschrift van C. van den Bosch, tegen de afwijzende be schikking van Burg. en Wellis., op zijn verzoek- om vergunning lot den bouw van ueie woonhuizen en een fabrieksgebouw op n 'crrein nabij den Zoeterwoudsehen singel, Sectie M, No. 1162. (11) iJf^T5161 inuzate hel aan de N-v- Tex- Yprieone Get>r' VSn Wi)k en C°' vf ^gunning tot het maken ïbLZl'l"n<i'n?sbr"2 ever de 3e Groene- straat enl n Perceelen aan de Veste- perceol fmJaeren"acht eenerzijds en het perceel Groenesteeg No. 55 anderzijds. (13) RAADSCOMMISSIE. J:JzTeest"van Leiden brenstier zijne vertrad0""15, da' de Gemeenteraad, in benoemd ra"5 "n 12 ',anuar' i-1 heeft Mark' u Van de Gommissie voor den Waal Havendienst, den heer J. L. de .^HJ^ieester voornoemd, A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN. Hden, 15 Januari 1931, 7iiG AFSLUITING MEDUSASTRAAT. brenUgegnmueler ,en We'houders van m.h' a'eemeene kennis, dat tot nod Vanaf Vri'da3 16 Januari hel uit™ aankondl«ine. in verband Iieswil ïan bestratings- en n. veertuinp ,V°°r het verkeer met rij voertuigen zal zijn afgesloten A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN I VAN STRIJEN, ■Leiden, 16 Januari 1931. Leiden de a.s. met riolee- en KONINKLIJKE VEREENIGING „LITTERIS SACRUM" Een hooge en zeldzame onderscheiding. Het bestuur van de welbekende tooneel- vereeniging „Littens Sacrum" deelt ons zoo juist mede, dat het Hare Majesteit de Koningin heeft behaagd aan die vereeniging het praedicaat Koninklijke" te verleenen, zoodat zij voorlaan zal heelen Koninklijke Vereeniging „Litteris Sacrum". Ongetwijfeld vormt deze hooge onder scheiding het glanspunt van de viering van het 75-jarig bestaan bij welke gelegenheid zij is verleend, temeer waar slechts heel enkele tooneelvereenigingen in den lande gerechtigd zijn dit praedicaat te voeren. „Ldtteris Sacrum is een sieraad van onze gemeente schreef de burgemeester in zijn voorwoord tot het jubileumboekje. Moge de diepere zin van het „noblesse oblige" de jubileerende vereeniging in de toekomst inspireeren tot prestaties, welke haar roemrucht verleden nog in de schaduw stellen. Onzerzijds bieden wij het bestuur der „Koninklijke" vereeniging onze hartelijkste gelukwenschen aan. Jhr. mr. VAN EYSINGA. Bij Kon. besl. is aan jhr. mr. W. J. M. van Eysinga, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als hoogleeraar aan de Rijksuniver siteit alhier, met dankbetuiging voor de belangrijke in die betrekking bewezen diensten. VIERDE VOLKSBITEENKOMST. Een avond van vroolijke knnst. Jan van Riemsdijk, met zijn gezelschap, trad gisteravond op in de vierde Volks bijeenkomst, en in de groote belangstelling weerspiegelde zich z'n populariteit! Zoo vol was het, zoo sterk de toeloop, dat men stoe len moest bijzetten en verschillende leden der Commissie genoegen namen met een plaatsje tegen en terzijde van het podium Ja, Van Riemsdijk hoort men gaarne,'om dat men weet dat zijn werk een avond van prettige ontspanning waarborgt. Zóó was het vroeger, zoo is het ook thans en zoo zal het stellig ook in de naaste toekomst blijven. De samenstelling van zijn gezelschap moge af en toe eens een kleine verandering onder gaan. de leider behoudt in alles dezelfde lijn, wetende dat alleen op die manier de roem van Ihem en zijn kameraden kan wor den gehandhaafd. Zijn programma van gisteravond was vrij wel volkomen nieuw; het was rijk geva rieerd en van een zoo goede vertolking dat het de vele honderden toeschouwers tot enthousiasme stemde. Het begin was, zooals Van Riemsdijk dat noemt: hoog-HoIlandsch Rie van de Roovaart, aan den vleugel bege leid door mevrouw Van Riemsdijk, zong op hoogst verdienstelijke wijze eenige liedjes van Clinge Doorenbos, en Van Riemsdijk zelf verhoogde direct daarop de al groeiende vreugde door zijn lofdicht op den nieuwen hoed, waarbij het refrein door de zaal werd overgenomen. Rie van Rovaart en Hans Snel brachten het stemmige „Kaarslicht" en vervolgens het merkwaardige Billy-boy, dat met zijn melancholisch melodietje (resul taat van de tournée naar Amerika?) tot een zeer groot succes is geworden. Het optreden van dit duo besloot het eerste deel van den avond; daarna kwam Van Riemsdijk aan het woord ter vertolking van het Veluwsche boerenlied, het lied dat zijn glorie is en z'n liefde, het lied, dat het be staansrecht inhoudt van dit genoeglijke gezelschap! En sóms begeleid door zijn harmonica, sóms ook door „de vrouwe" aan den vleugel, zong hij er fcijn geestige wijsjes, vertelde hij er zijn verhaaltjes en grappen en de jolijt kwam over zijn zeer geïnteres seerd auditorium, dat van den eenen scha terlach in den andere vielI Een aardige één-acter waarin mr. Rom- bout van Riemsdijk als gast zijn medewer king vefleende alsmede eenige duetten, vormden het slot van een cabaretavond, die door het publiek op hooge waarde is gesteld! ERNSTIG ONGELUK VOORKOMEN. Gristeravond omstreeks elf uur bemerkte rie bestuurder O. van een tramtrein, ko mende van Den Haag, dat nabij de Lamme- brug een balk dwars over de rails was ge legd. Hij slaagde erin den trein bijtijds tot stilstand te brengen, zoodat ongelukken werden voorkomen. De politie stelt een on derzoek in naar de bedrijvers van deze laffe en roekelooze daad. Prof. van Ronkel over de Maleische litteratuur. Na een korte onderbreking gedurende de Kerslvacantie heeft gisteravond prof. dr. Ph. S. van Ronkel de reeks Indische voordrach ten aan de Leidsche Universiteit voortgezet met een lezing over de Maleische litteratuur. Hieraan is het volgende ontleend De on geschrevene, van mond tot mond overgeleverde Maleische litteratuur, bevat tende een schat van verhalen en sproken, moet in vroegere eeuwen bestaan hebben, evenals bij de verwante Indonesische volke ren, zoowel dicht bij, op Sumatra, bij Atjehers en Minangkabauers als verder af, op Celebes, bi] Makassaren en Toradja's. Van die primitieve litteratuur is nagenoeg niets bekend. Hetgeen wij van de oudere Maleische letterkunde weten is dat wat op schrift gesteld is. en wel in het Arabische schrift, dat krachtens zijne rol als boek- stavingsmiddel van d e voertaal des Islams (ihet Malei9C'h) in den Indischen Archipel niet geschikt werd geacht voor vastlegging van populaire, grappige, aan alle religie vreemde litteratuurproduclen, zelfs nauwe lijks geduld werd voor opteekening van oorspronkelijk Hindoesche, ver-Maleischte materie. Alles wat in schrift werd gefisceerd werd dus onnatuurlijk en geïslamiseerd. Wat is ons van de Maleische litteratuur overgebleven en bekend geworden? In de overgangsperiode der Maleische geschiede nis, d.i. het tijdvak van de komst der Por- tugeezen, bestond in de hoofdplaats Malaka eene koninklijke bibliotheek, die o.a. wer ken over Mohammedaansche heldensagen bevatte. Hare handschriften zijn niet meer aanwezig, maar wel vele van iets jongeren tijd, en uit die geschriften kan de oude Maleische litteratuur gekend worden, die zich door dé eeuwen heen in vorm en stijl heeft gehandhaafd, en als model gediend en als klassiek gegolden heeft voor lallooze latere auteurs, zoowel in prosa als in poëzie. Die schal van handschriften is reeds vroeg in Indiö bestudeerd door enkele ijverige pioniers, voornamelijk door predikanten, die al sludeerend hun eigen woordenboek moes ten maken, en de taal beoefenden met het oog op de uitbreiding der gereformeerde leer onder „de Muharnetisten". evenals vóór hen de Jezuïeten te Malaka hadden gedaan voor de propaganda der Katholieke belijdenis. Wat voor materie vonden die naarstige on derzoekers? Van alles, gedichten, vooral uit voerige berijmde verbalen, tallooze romans, veelal van vreemden met name Hindoe- «cfren en Perzischen, oorsprong, enkele echt jnheemsche, frisch gestyleerde, zij 't ook in islamischen zin gecastigeerde, verhalen. Tot de meest populaire behooren de ver telsels van „Vader van Kever" en „Pater Ongeluk" en vooral de in zooveel andere Uostersche talen, in en buiten den Archipel, bekende fabelen van het listige dwerghert, dat de groote, sterke dieren door slimheid overwint. Maar het allermeest waren 't romans die de onderzoekers leerden kennen. De bij de Maleiers meest geliefde waren de verhalen die handelden over personen uit de omgeving van den Profeet Mohammed. Voorts vele uit Perzische bron herkomstige, uit Hindoesche sfeer gesprotene en uit Ara- bischen oorsprong stammende, dus van vreemde regionen tot de Maleiers gekomene, romantische vertellingen. Door Maleiers, en de talrijke andere Indonesiërs die Maleisch Konden lezen, werden die verhalen genoten, met graagte aangehoord of gelezen, geco- pieerd nagevolgd, in eer© gehouden tot voor enkele jaren. Van het karakter dier romans geeft spre ker een kenschetsing; enkele behandelt hij iets uitvoeriger in hunne eigenaardigheid, matelooze fantasie, overvloedige actie, een vormige samenstelling, en hunne in oor sprong en wezen, trots alle islamiseering, animistische, magisch-dynamische struc tuur. De „klassiek" Maleische litteratuur, vervolgt spreker, is gecristalliseerd bijna verstard; hare taal werd ouderwetsch, een centrum van Maleische taal bestond niet meer, het idioom verbreidde zich over vele grenslanden, steeds verwijdde zich de peri- lerie, en verjonging door verband met een zich ontwikkelend centrum van taal en litteratuur kon niet plaats vinden. Wat zou ze geworden zijn, indien evolutie mogelijk ware geweest? Om deze vraag te ueantwoorden, zij 't ook zonder absolute zekerheid, moeten wij, zegt spreker, omzien naar de naasle verwanten der Maleiers: de Minangkabauers, bij wie ook wel de vast legging in Arabisch schrift remmend werkte, maar ontwikkeling mogelijk was, omdat er een centrum tevens focus, was, dat leven wekkend inwerkte op de ander9 zeker tot verstarring gedoemde litteraire materie. Van de Minangkabau9clie verhalende litteratuur geeft spreker eenige voorbeelden, om te be sluiten met het voorlezen van enkele ge dachten, in vertaling, van twee der beste populaire vertellingen, de eene volgens eene gelukkig niet te zeer verislamiseerde tekst uitgave, de andere naar een tekst, dien spre ker indertijd in West-Sumatra heelt kun nen opteekenen. Na eene beschouwing over de mogelijkheid eener moderne ontwikke ling der Maleische litteratuur beëindigt spreker zijne voordracht DIëS DER UNIVERSITEIT. De in de laatste jaren in stijgende mate gebleken onmogelijkheid om bij de rectorale oratie, welke dit jaar op 9 Februari in het Groot Auditorium der Leidsche Universiteit zal worden gehouden, aan alle 'belangstellen den plaats te geven, heeft den Academischen Senaat ook thans genoodzaakt een regeling te treffen, waarbif slechts zij, die voorzien zijn van een persoonlijke toegangskaart, zul len worden toegelaten. De iritnoodigingen aan hen, die daarvoor in de eerste plaats in aanmeiiking komen, zijn verzonden. Het spreekt vanzelf dat met tbij den prosecretaris van den Senaat (prof. dr. N. J. Krom, Witte-Singel 18) inkomende aanvragen om een toegangskaart voor niet- ge noodig den, zooveel mogelijk rekening zal worden gehouden, maar de geringe ruimte in het Groot Auditorium verbiedt ten deze al te optimistisch te zijn. Wat de studenten betreft, zijn maatregelen getroffen, opdat de leden van de V.V.S.L., van het LeidsCh Studentencorps, van de Uni tas Studiosorum Lugduno-Batava en van Sanctus Augustinus bij de besturen dier cor poraties kaarten kunnen verkrijgen, voor- zoover de voorraad strekt Niet bij een dier corporaties aangesloten studenten kunnen op vertoon van hun in- sChrijvingsbewijs een toegangskaart verkrij gen bij het Bureau voor Inlichtingen der Rijksuniversiteit, Rapenburg 71. eveneens voorzoover de voorraad strekt. ACADEMISCHE EXAMENS. Geslaagd voor het candicaats-examen geneeskunde de dames J. H. Posthuma (Den Haag) en T. Monshouer (Den Haag) en de heeren O G. L. de Roos (Rotterdam), II. A. Holt (Amsterdam), Sastrawinangoen (Den Haag), H. Verbiest (Rotterdam), Th. F. A. A. van Stekelenburg (Den Haag). A de Ronde (Den Haag), C. M T. C. Lagerwerff (Den Haag R. G Veenenbos (Heerenveen), H. J. E. J. de Ruyler de Wildt (Den Haag). W. A. J. M. J. Kortman (Zoelerwoude), K. J. Troost (Naaldwijk) en J« Bijloos (Den Haag). VOORSTELLEN AAN DEN RAAD Het raadslid mevr. Brag gaar"De Does heeft volgende voorstellen bij den Raad in gediend: O nd erge toekende stelt voor een gemeente lijke commissie te benoemen, belast met de zorg der Leidsche blinden, Ondergetoekende stelt voor de schoolkin- dervoeding ook tijdens de vacantie te ver strekken. Ondergeteekende stelt voor bij den post Schoolkindervoeding en -kleeding, schoenen te verstrekken inplaats van klompen en de daarbij beboorende reparatie. Ondergeteekende stelt voor over te gaan tot de benoeming van een gemeentelijke commissie voor schoolkindervoeding en -kleedtng. En tenslotte stelt zij volgende motie voor: De Raad spreekt de wensc/helijkheid uit, dat aan het politiepersoneel een vrouwelijke functionaris wordt toegevoegd. RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDEN. Archaeologische lezingen en cursussen. Het voorjaars-programma voor 1931 bevat de volgende avondlezingen: 27 Januari: Dr J. H. Holwerda, Een schat uit den Rijn en het legaat-Gilde- meester. 3 Februari: Prof. dr. P. Jacobsthal, (Mar burg a/d Lahn) Griechen jn Südfrankreich. 17 Februari: Mej. Joh. P. J. BTants, De antieke dans. 3 Maart- Prof. dr. J Capart, (Conserva- teur en rhef des Musées Rovaux du Cin- quanlenaire). Quelques vues sur l'art égyplien. 17 Maart: Dr. W. D. van Wijngaarden, Nieuwe vondsten in het graaf van Toet-anch- amon. BINNENLAND. Rapport der Leidsche commissie voor Handel en Industrie aan het Gemeente bestuur. (2e Blad). Voorstellen van B. en W. van Leiden inzake verlaging der hnren der Woning- bcuwvereenigingen. (Gemeentezaken, 3e BTJ Aan de Leidsche Tooneelvereeniging Litte- ris Sacrum is het praedicaat „Koninklijk" toegekend. (Stadsnieuws, le Blad). De heer A. Fokker over de toekomst van het luchtschip. (3e Blad). Te hooge goederen tarieven der spoor wegen; een commissie van onderzoek benoemd (Binnenland, 2e Blad). Een rumoerige zitting van den Haarlem- schen gemeenteraad. (Gemengd, 2e Blad). BUITENLAND. Een nota der sovjets over de ontwape ningsconferentie. (Buitenl., le Blad)'. Het conflict op de Dnitsche sporen is bijgelegd. (Buitenl., le Blad). Motie van vertrouwen voor de Belgische regeering. (Buitenl., le Blad). Ook een aardbeving In Mexico. (Tel., le Blad). VER. „VOLKSONDERWIJS". Lezing van mr. A. J. Romijn over „Be wa arscho ol onderwijs". In verband met de door B. en W. ïnge-i diende voorstellen met betrekking tot hef bewaarschoolonderwijs in deze gemeente had de Leidsche afdeeling van de vereeni ging „Volksonderwijs" gisteravond in hef Nutsgebouw een vergadering belegd, waar de desbetreffende voorstellen door mr. A. J. Itomijn nader werden toegelicht. Behalve tal van door hun betrekking bij de voor stellen geinteresseerden gaven de raads leden Koole en Zitman door hun, aanwezig heid blijk van hun belangstelling, In zijn openingswoord wees de voorzitter, prof. dr. B. D. Eerdmans, op de continuïteit in onze wetgeving, d. w. z. dat eenmaal aan genomen wetsvoorstellen of besluiten al verandert de samenstelling der betrokken colleges uitgevoerd worden, zulks in ver band met de door de raadsvergadering van 20 Juni 1927 aangenomen voorstellen van wijlen den heer Sijtsma tot oprichting van een openbare bewaarschool in het Kooi- distnet; aan welke besluiten tot nog toe geen uitvoering was gegeven, terwijl de thans ingediende voorstellen van B. en W. hier zelfs tegen in gaan. Hierna was het woord aan den spreker, die er allereerst op wees als buitenstaander niet de technische details te zullen bespreken; doch uitslui tend de uit de voorstellen voortvloeiende financieele veranderingen. In de raadszitting van 20 Juni 1927 kwa men gelijk gezegd in behandeling de voor stellen van B en W. betreffende het be waarschoolonderwijs. De strekking daar van was de gemeenteraad te doen uitspre ken, dat stichting van nieuwe openbare be* waarsc'holen niet op den weg der gemeente lag en dit bewaarschool-onderwijs uitslui tend over te laten ter verzorging aan het particulier initiatief, waarvoor een subsidie regeling werd aangegeven, welke aanmerke lijk verder ging dan de toen bestaande, doch die aan den anderen kant weer een beper king medebracht, doordat de toelatingsleef tijd werd gebracht van 3 jaar op 3 1/2 jaar. Door een toevallige absentie was de lin kerzijde in die vergadering met één stem in de meerdeiiheid en met 1615 stemmen werd in afwijking met het praeadvies het principieel besluit genomen wel gemeen telijke bewaarscholen te doen stichten. Met een aanmerkelijk grooiere meerderiieid (18 12) werd de verhooging van den toelatings leeftijd verworpen. B. en W. vroegen hierop schorsing van de beraadslaging om hun houding nader te bepalen. Nu. 3 1/2 aar later zien wij het resul taat van deze nadere bepaling voor ons in een reeks meerderheids- en minderheids- voorstellen van B. en W alle tol in details uitgewerkt, principieel van elkaar verschil lend, met daarbij een subsidie-regeling vol gens geheel eigen maatstaf. Op meerdere punten is dientengevolge een onderlinge

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1931 | | pagina 1