Wat zij vergeten hadden
71ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 7 October 1930
Derde Blad
No. 21643
Heropening Gevers-Deutz Bewaarschool te Oegstgeest.
RADIONIEUWS.
LAND- EN TUINBOUW.
Taai en Sterk
Kreymborg
VRAGENRUBRIEK.
RADIOPROGRAMMA.
FEUILLETON.
o
Enorm uitgebreid.
Gistermiddag had de plechtige heropening
plaats van de verbouwde en opnieuw geres
taureerde Gevers-Deutz Bewaarschool.
In een der lokalen waren met het school
bestuur, gevormd door den Kerkeraad der
Ned. Herv. Gemeente, aanwezig als verte
genwoordigers van het college van Regenten:
mevr. v. d. Poll geb. Gevers en jhr. v. Tets
van Goudriaan; van het Gemeentebestuur
de Burgemeester, de heer A. J. van Gerre-
vink en wethouder Rubenkamp, de heer J.
G. M. van Griethuysen, de heer B. J. v. d.
Meene, hoofd der Bijz. School Endegeester-
straatweg, ds. A. J. Ruijs, mej. Kenbeek,
hoofd der Gevers-Deutz Bewaarschool, de
heer A. T. Kraan, architect, de aannemers
en eenige genoodigden.
Toen allen hadden plaats genomen las
ds. T. J. Jansen Schoonhoven Markus
10 1316 en 9 37 en ging voor in gebed.
Dan sprak hij ongeveer als volgt:
Als voorzitter van den Kerkeraad der Ned.
Herv. Gemeente is het mij een genoegen U
allen bij de ingebruikneming van deze geheel
herbouwde school een hartelijk welkom toe
te roepen.
Z. E. verzocht daarna allen op te staan
om met diepen eerbied te herdenken mevr.
Douairière ixevers van Kethel en Spa-land,
die na het Wverlijden van de stichtster dezer
school mevr. Gevers-Deutz van Assendelft
van zoo groote beteekenis is geweest in het
College van Regenten. Zij heeft deze school
een buitengewoon goed hart toegedragen.
Vervolgens riep spr. welkom mevr. v. d.
PollGevers en jhr. v. Tets v. Goudriaan,
als vertegenwoordigers van het college van
Regenten en dankte hen namens het be
stuur voor de betoonde medewerking.
Zich richtende tot den burgemeester en
wethouders, ziet hij in hun tegenwoordigheid
een bewijs van actief medeleven met de be
langen van de Oegstgeester inwoners. Spr.
denkt dan terug aan den crisistijd in 1923,
toen met door den gemeenteraad verleende
subsidie een opheffing van de school is voor
komen en brengt daarvoor hartelijk dank.
Hierbij wordt betrokken de heer J. G. M. v.
Griethuysen, die tijdens de vervulling van
zijn burgemeestersambt bewezen heeft deze
school en haar belangen een dankbaaT hart
toe te dragen.
Een bijzonder welkom roept spr. aan
3. Ruys toe. Dat hij nog langen tijd getuige
moge zijn van een bloeienden vooruitgang
der school aan welke hij zooveel van zijn
kracht gegeven heeft.
Tot den heer v. d. Meene roept spr. welkom
als vertegenwoordiger van het Ghr. onderwijs
Tot de school zelf komende schetst spr. in
korte trekken de gebleken noodzakelijkheid
der uitbreiding. Nadat in 1927 de leiding is
opgedragen aan mej. Kenbeek is het aantal
leerlingen steeds grooter geworden met als
gevolg gebrek aan plaatsruimte. Een depu
tatie van het bestuur bracht eenigen tijd
daarna rapport uit over de gehouden bespre
kingen van de Regenten-vergadering en
nader werd meer en meer aangedrongen op
uitbreiding, die dan ook eenmaal tot stand
kwam.
Spr. brengt daarom dank aan de afgevaar
digden van den Kerkeraad, de heeren
Vroom, van Riessen en v. d. Voet, en inzon
derheid aan den heer van .Donkelaar die
zoo verbazend veel aan deze school heeft
gedaan en nog doet.
Komende tot de uitvoerders zegt spr.: Wij
prijzen ons gelukkig met een zoo energieken
ondernemer als den architcet, den heer A. T.
Kraan, onder wiens technische leiding de
verbouwing is tot stand gekomen. Hij brengt
hem dank voor de keurige uitvoering en be
toonde toewijding. Aan den staf van mede
helpers brengt spr. dank. t.w. de heeren W.
Mulder, aannemer, Schippers, verfwerk,
Arnold us, stucadoorswerk, Hol, electr. aan
leg, Plaizier stoffeering, van Helden, lood-
gieterswerk, A. E. v. d. Voet, centrale ver
warming en H. Vroom, afd. meubilair.
Hierna richt spr. zich tot het onderwijzend
personeel, mej. Kenbeek, als hoofd, mej.
Plaizier en een drietal helpsters. Wel zeer
duidelijk is gebleken dat met U, mej. Ken
beek, een gelukkige keuze is gedaan. Het
door U geleverde werk is in hoofdzaak oor
zaak dat tot uitbreiding moest worden over
gegaan. Moge Hij, die de bron is van wijs
heid en van liefde, U op Uw ingeslagen weg
blijven helpen. In korte trekken brengt spr.
het Zondagsschoolonderwijs in verband met
dit schoolgebouw als een werk, dat uitgaat
van dezelfde beginselen en dankt de leidsters
w.o. mej. van Griethuysen voor hetgeen zij
hebben verricht.
De opzet van de stichting dezer school is
beschreven als uitgaande van een positief
Christelijken geest door opneming van kin
deren van alle gezindten. Moge dit nieuwe
gebouw een bron zijn en blijven voor de
kinderen opdat zij dit plekje kunnen bewa
ren in hun hart en tot eer van Hem, die
gezegd heeft: Laat de Kinderkens tot Mij
komen en verhindert ze niet, zoo eindigde
spreker.
Als volgende spreker trad op ds. A. J.
Ruijs, die zeide dankbaar te zijn voor de
ontvangen uitnoodiging. Uit eigen herinne
ring gaf spr. een kort historisch overzicht
van de school sedert zijn komst hier in de
gemeente vanaf 1888 en herdacht daarbij
hen, die in die jaren zoo krachtig hebben
medegewerkt aan de opvoeding der jeugd en
reeds zijn heengegaan.
Inzonderheid herdacht spr. de stichtster,
mevr Gevers-Deutz van Assendelft en mej.
G. M. Huge, die zoo trouw en moederlijk
leefde voor de kleinen. De beste jaren van
haar leven heeft zij gegeven aan het bewaar -
schoolonderwijs in Oegstgeest. Korten tijd is
de school gesloten geweest en na overleg
met Regenten, waarbij oud-burgemeester
Van Griethuysen zijn volle medewerking
verleende, is weer tot heropening over
gegaan. Spr. denkt daarbij terug aan den
arbeid van wijlen den heer A. Spruyt die
daarna als tusschenpersoon arbeidde tus-
Schen Kerkeraad en Regenten.
Ook herdacht spr. het werk der Zondags
school, waarbij nu wijlen Douairière Gevers
van Kethel en Spaland geheel in den geest
harer tante het innerlijk leven op de school
deed voortgaan. Vervolgens herinnerde spr.
aan het werk van den heer J. v. d. Voet en
nu wijlen P. van Santen, die hem trouw
ter zijde stonden. Spr. -uit, zijn groote blijd
schap met de enorme uitbreiding dezer
school en wenscht hiermede Regenten en
Schoolbestuur van harte geluk en mej. Ken
beek bekroning op haar werk en besluit met
de woorden „Dat er wasdom kome van
boven".
Burgemeester van Gerrevink sprak na
mens het Gemeentebestuur woorden van
dank en waardeering voor dit groote tot
stand gekomen werk en bracht ten slotte
eerbiedige hulde aan de nagedachtenis van
de stichtster dezer school.
Wij hebben deze verbetering gezien en
bemerkt, dat deze van een breede opvatting
getuigde en biedt Regenten en bestuur
namens het Gemeentebestuur hartelijke ge-
lukwenschen aan.
Jhr. v. Tets van Goudriaan dankte namens
het college van Regenten allen die aan deze
verbouwing hebben medegewerkt, inzonder
heid den heer Kraan en hoopt dat de samen
werking tusschen Regenten en School
bestuur mag blijven voortbestaan als voor
heen.
Mej. Kenbeek dankte voor de tot haar ge
sproken woorden en hoopte dat het werk in
de school vele en goede vruchten moge
voortbrengen.
Met een kort woord dankte ds. Jansen
Schoonhoven, waarna ds. Ruys eindigde
met dankgebed.
DE NIEUWE CHEF VAN HET
PAUSELIJKE RADIOSTATION
De „Osservatore Romano" bericht dat 3ls
chef van het nieuwe Vaticaanstad radio
station benoemd is Guiseppe Gianfranceschi
S. J. van de Pont. Academie van weten
schappen.
VAN DE OLYMPIA-EXHIBITION
De belangstelling van het publiek voor
radio in Engeland schijnt nog niet te ver
flauwen, integendeel. De eerste 6 dagen
van de tentoonstelling draaiden er 170.000
bezoekers door het tourniquet van Olympia
Het daggemiddelde was even 6000 hooger
dan in 1929. Financieel is het succes dus
enorm, hetgeen niet verwacht was oor
spronkelijk.
Opvallend is het dat in Nederland, waar
de radiotentoonstellingen steeds zoo druk
bezocht werden, ook dit jaar geen speciale
radiotentoonstelling gehouden zal worden. De
belangstelling van het publiek is wel aan
wezig, doch de groote radiofabrieken hebben
dit met hun besluit om daaraan niet meer
deel te nemen onmogelijk gemaakt.
pluimvee;
IN DE STADSREN.
Als hij 's morgens het eerste bezoek aan
zijn kippen brengt, ziel de ware liefhebber
met één oogopslag of alle exemplaren in
orde zijn of dat er iets hapert. Blijft er een
achter bij de voedering, dan is het noodig
de oorzaak daarvan te ontdekken. Het kan
vrees zijn voor de anderen of een onwelzijn.
waar het gebrek aan eetlust een gevolg van
is. Veelal is er onder een toom kippen een
exemplaar dat door de overige min of meev
onaangenaam behandeld wordt. Zulk een
verstootene neemt men nu en dan afzonder
lijk om wat bij te voeren, daar anders ach
teruitgang, vooral in eierproduclie er een
gevolg van zou zijn. Daarbij is het een nood
zakelijke vereischte, dat er ruimte en gele
genheid zich te bergen voor het ver
volgde dier aanwezig is, dan duurt dé vijan
delijkheid veel korter, dan wanneer die door
de erg kleine ruimte telkens vernieuwd en
aangewakkerd wordt. Gebrek aan eetlust
is bij een afzonderlijk dier zelden te ver
klaren, alsook het weer plotseling ophou
den van die afwijking. Mag dan al het graan
minder gretig genomen worden, dan zal toch
groen, zacht voer en vooral dierlijk voed
sel met minder tegenzin gebruikt worden.
Wanneer echter alle dieren van den toom
weinig eetlust toonen een paar dagen achter
een, en als gevolg daarvan in conditie een
weinig achteruitgaan, dan mankeert er iets
aan de voedering en moet men ingrijpen door
wijziging van voederstoffen, althans voor
een paar dagen.
Afgezien van de standaard-eischen naar
ras en variëteit behooren gezonde hennen
en hanen aan de volgende uiterlijke voor
waarden te voldoen
Frissche, zindelijke, ongehavende beve-
dering, voorzien van een zekeren glans,
speciaal bij de rassen, welke zich moeten
kenmerken door hun metaalachtige lakglans
als Minorca's. Austra*lorps. Hamburgers en
Java Krielen. Verder moeten de beenen glad
van schubben zijn, volkomen vrij van schim,
melige uitslag, die het bewijs is van infectie
door een zekere soort van schurfmijt. waar
door soms vrij vlug de beenen als het ware
met kalkachtige korsten overdekt zijn Het
eerste verschijnsel van deze besmettelijke
aandoening is te zien door het opstaan der
beenschubben daar waar de teenen uit het
loopbeen zich splitsen. Hoewel hier voorko
men gemakkelijker is dan genezen, kunnen
vaseline met wat creolin en zwavelbloen
toch nog heel wat opknappen. Zoowel bij
hennen als bij hanen behooren de teenen
recht en goed verspreid te staan. Kromme
teenen zijn een reden een fokhaan af te
keuren. Kromme beenen nog meer. Veel zegt
het oog. Het moet zuiver rond zijn, dus niet
amandelvormig, hetgeen op slechte conditie
wijst De kleur van de oogen wordt bepaald
naar het ras en doet op den gezondheids
toestand niets af. Ze moeten als het ware
uitpuilen, mogen in de hoeken niet vochtig
zijn. Schuimige oogen wijzen op een aan
doening der ademhalingsorganen en moeten
dan voortdurend gereinigd worden met zui
ver water.
De neusgaten vragen vooral onze aan
dacht. Zij behooren volkomen droog te zijn,
zelfs bij eenig drukken- met den vinger moet
er geen vocht te voorschijn komen. Neus
gaten waarop men aarde-deelen ziet gekleefd
zijn al eenigzins verdacht. Schoonhouden is
noodig. Bij openmaken van den snavel moet
de keelholte blijken vrij te zijn van slijm
of van roodheid en volstrekt niet bezet met
aangroeisels. Een slijmerige keel kan een
gevolg zijn van een lichte, maar ook van een
meer gecompliceerde keelaandoening zelfs
van diphterie. De kam en de lellen ziet men
graag frisch rood, behalve bij Zijdehoenders
en Sebrights, waar deze deelen blauw of
donker purper zijn. Een geelachtige, bleeke
ziekelijk paarse kleur van de kopversierse-
len wijst op een meer of min abnormalen
toestand, zooals bloedarmoede, ruien, lever
ziekte, enz. De kam mag ook niet bepoederd
schijnen of met zoogenaamde huilen en kan-
kerplekken bezet wezen. Het is daarom wel
goed nu en dan onzen dieren een weinig
vaseline op de onbevederde kopversierselen
te geven. Vooral bij vriezend weer doet hun
dat goed. Bij aankoop en bij schifting is het
goed bovenstaande wenken in acht (e nemen
daar ze voor teleurstelling kunnen behoeden
RECLAME.
moet de hold van een
olifant zijn om zóó zon
der het minste letsel
door het dik en dun der
dichtbegroeide oerwou
den met doornige strui
ken te kunnen trekken.
Zoo taai en sterk moet
ook jongenskleeding
zijn. Want jongens let
ten er niet op, hoe hun
kleeren het er af zullen
brengen. De beste raad
die wij U geven kunnen
is: Neemt de sterkste
jongenskleeding. Dat is
bovendien ook de meest
zuinige manier. U zult
het ondervinden met
onze Kreymborg-coupe.
Die is niet alleen sterk
van stof en sterk ge
maakt, maar bovendien
kwiek en chic van model
en het oog wil toch ook
wat hebben, nietwaar.
Vergeet vooraJ niet
onze kwaliteit met onze
prijzen te vergelijken 1
Haarlemmerstr. 143
278
B. te L. U kunt U nog niet opgeven.
Dat komt straks vanzelf in de courant.
VOOR WOENSDAG 8 OCTOBER.
Hilversum, 1071 M. Vóór 6 uur: 298 M.
Uitsl. VARA.-uitzending 8.00 Gramo-
foonpl. 10.00: Morgenwijding (VPRO.)
10.15: Voordracht 10.30: Ziekenuurtje
11.30: Gram.pl. 12.00: Concert. VARA.-
Septet 2.15: Gramofoonpl. 2.30: Kin
dervertellingen 3.00: Cursus: ..Maak-het-
zelf!" 4.00: Vraaghalfuurtje voor kinde
ren 4.30: Pianoconcert door Betsy van
Praag 5.00: Concertorgelbespeling en
gramofoonpl. 6.15: Lezing over den Alg.
toestand in Europa 6.45: Saxophoonsoli
7.00: Gramofoonpl. 7.05: Vervolg
Saxophoon-soli 7.-15: Gramofoonpl.
8.00: Concert. VARA.-Orkest. Rede van G.
J. Zwertbroek 9.30: Spaansch concert.
Marg. Couperus (zang), L. Contran (piano)
10.30: Vervolg orkestconcert 11.00:
Persber.11.1512.00: Gramofoonpl.
Huizen, 1875 M. Uitsl. NCRV.-uitz.
8.15—9.30: Gramofoon 10.30—11.00:
Ziekendienst o. l.v. Ds. Kruyswijk 11,00
11.30: Gramofoon 11.3012.30: Orgel
concert door M. F. Jurjaanz 12.302.00:
Solistenconcert (sopraan, piano, viool, cello)
2.002.45: Concert door het Arnhemsch
Instrumentaal Trio (piano, fluit, fagot)
2.45: Lezen van Ohrist. Lectuur 3.15
4.15: Vervolg Concert 4.155.00: Gra
mofoonpl, 5.006.00: Kinderuurtje
6.006.45: Landbouwpraatje door H. Pilon
6.457.15: Halfuurtje voor de rijpere
jeugd 7.157.45: Cursus electrotechniek
8.0010.00: Concert in de Geref. Kerk
te Rotterdam. Solo-mannenkwartet „Sur-
sum Corda" en het Delftsche Trio (piano,
viool, cello). Sprekers: Ds. Knoop en Ds.
Kuyper, M. J. Schreuder 10.00: Persber.
10.1011.30: Gramofoon.
Daventry, 1554.4 M. 10.35: Morgen
wijding 11.05: Lezing 12.20: Gramo
foonpl 1.20: Orkestconcert 2.20: Con
cert. G. Jones (alt), E. Hargraeves (tenor)
2.50: Uitz. voor scholen 3.15: Berichten
3.20: Lezing 3.50: Concert. Orkest. H.
Kindier (cello) 5.05: Orgelspel door
R. New 5.35: Kinderuurtje 6.20: Le
zing 6.35: Nieuwsber. 6.55: Berichten
7.00: Zang door P. Molchanoff 7.20:
Lezing 7.45: Lezing 8.05: „The Rid-
geway Parade". III 9.20: Berichten
9.40: „The Imperial Conference" 9.55:
Concert. K. Taylor (piano). Orkest 11.20:
Dansmuziek 11.35—12.20: Dansmuziek.
Parijs .Radio Paris" 1725 M. 12.50
2.20: Gramofoonpl. 405: Orkestconcert
en soli 8.20: Concert. Orkest en solisten.
Langenberg, 473 M. 473 M. 6.20
7.20: Gramofoonpl. 9.3510.35: Gramo
foonpl. 10.40—11.20: Muziekuitz. voor
scholen 11.30: Gramofoonpl. 12.25—
1.50: Orkestconcert, sopraan 4.505.50:
Orkestconcert 7 20: Orkestconcert 8.20
Concert. Koor en solisten. Toespraak. Daar
na tot 11.20: Dansmuziek.
Kalnndboig, 1153 M. - 11.201.20: Or
kestconcert 2.504.50: Orkestconcert en
voordracht 7.20—8.20: Kamermuziek
8.509 10: Liederen-voordracht 9.30
10.30: Orkestconcert10.3011.50: Dans
muziek.
Brussel, 508.5 M. 5.20: Trio-concert
6.50: Concert 8.35: Orkestconcert m.m.v.
zangeres.
Zeesen, 1635 M. 5.056.20: Lezingen
6.206.50: Gramofoonpl. 9.5011.20:
Lezingen 11.20—12.15: Gramofoonpl.
12.15—1.20: Berichten 1.201.50: Gra
mofoonpl. 1-503.50: Lezingen 3.50
1.50: Concert 4.50—7.20: Lezingen
7.20: Dansavond 9.20: Berichten en
Orkestconcert. Intermezzo: Zang door Anita
Hellwig.
door
ELI SE WESSELINK—RUTGERS.
2) SLOT.
„Voor den oorlog?"
„O neen alleen maar voor de industrie
en voor auto's, luchtschepen en zoo wat
meer
„Waarom komt u dat dan juist hier doen?'
„U bent een slimmerd, ik zie wel, dat ik
zóó niet van u afkom. Wij mosh.i zoc
geheimzinnig doen, omdat wij niet willen,
dat anderen die hetzelfde zoeken, onze ge
heimen zou Jen kunnen stelen Want op
die manier zouden wij het werk doen en
een ander zou met de vruchten ervan gaan
9trijken. Dat begrijpt u toch zeker wel?"
„Jawel. Maar ik heb het niet erg op die
duivelskunsten van tegenwoordig begTepen".
„Het zijn heusch geen duivelskunsten,
dat moei u niet deuken
„Het zijn mijn zaken ook niet", bromde
de oude vrouw, blijkbaar niet overtuigd
van de onschuld van de bedoelingen harer
meesters. „Ik krijg mijn geld en zal er mij
niet mee bpmoeien.
„Mooi! En wij rekenen er ook op, dat u
tegenover anderen uw mond zult houden."
„Het zijn mijn zaken niet," herhaalde de
vrouw schouderophalend, terwijl zij op
stond.
Zij vroeg verder niets meer en bediende
de beide mannen met onveranderlijke
vriendelijkheid en zorg.
Alleen voor de maaltijden en voor wat
heen en weer loopen in den zoogenaamden
tuin verlieten zij de werkkamer, waar zij
des nachts op hun meegebrachte veldbed
den sliepen.
Urenlang stonden zij over hun werkbank
gebogen, aan een kleinen dynamo de be
weegkracht voor hun werktuigen ontlee-
nend.
Dikwijls ook waren zij met een distilleer
kolf en retorten in de weer, onbegrijpelijke
formules raadplegend en volgens een voor
uit vastgesteld systeem zoekend en wer
kend.
Zij hadden niet wijzer geoordeeld, de oude
vrouw niet te vertellen, dat zij een nieuwe
springstof wilden bereiden, die alle vroe
gere in kracht overtrof. De proeven, waar
bij hevig geknal en gesis onvermijdelijk
was, namen zij alleen des avonds, als hun
gedienstige naar haar dorp was afgedaald.
„Wie loopt daar?" riep Pierre Denis op
een middag verschrikt uit, naar een der
ramen van de werkkamer snellend.
Mare Lemoine schoot eveneens toe.
Beiden zagen een mannenfiguur in een
groep hoornen verdwijnen.
Haastig doorzochten zij den naasten om
trek, echter zonder een menschelijk liezen
te ontdekken.
„Is er iemand aan de deur geweest?"
vroeg Lemoine aan de oude Bretonsche.
„Ja, een mijnheer, die vroeg, wat u hier
uitvoerde. Schilderen, heb ik gezegd.
„„Mooi," lachte Mare, „dat is braaf van
u. Zeg het maar tegen iedereen, die hier
komt neuzen. Wij kunnen geen pottenkij
kers gebruiken."
„En vooral niemand in huis laten",
waarschuwde Pierre Denis.
„Waar denkt u aan. mijnheer
„Was het een stadsche heer?"
„Tenminste niet hier uit de streek. Dat
hoorde ik wel aan zijn praten."
,,Zij hebben onze verblijfplaats dus blijk-
blaar gevonden," prevelde Lemoine. „Wij
zullen dubbel voorzichtig moeten zijn."
Sinds dien dag gebeurde er echter niets
meer, dat de achterdocht van de beide
mannen gaande maakte.
Een maand later drukten zij elkander in
oplaaiende geestdrift de hand.
De laatste, beslissende proef was gelukt.
Met een paar onschuldig uitziende, kleine,
witte korreltjes hadden zij een oud 9tuk
muur achter in den tuin tot puin verpul
verd. even gemakkelijk als de hand van
een kind een stukje koek tot kruimels
knijpt.
Hun vreugde kende geen grenzen.
„Wij moeten onmiddellijk op ingrediën
ten uit", sprak Lemoine levendig „Ons
laatste snippertje is verbruikt. Maar de
juistheid van onze formules is bewezen.
Zoodra wij een nieuwe hoeveelheid hebben
gefabriceerd kunnen wij ons succes be
kend maken en demonstreeren. Jongen, dit
is de kroon op ons werk. Wij zullen rijk
worden en onze namen zullen over de ge-
heele wereld worden genoemd.
Zij gaven de oude vrouw vacantie. sloten
eigenhandig deuren en luiken af en klau
terden langs een rotsig binnenpad omlaag
naar het dorpje, waar zij den trein naar
de hoofdstad konden nemen.
Des avonds zij konden niet vóór den
volgenden morgen weder vertrekken,
genoten zij van het lang ontbeerde Pa-
rijsche straatleven.
Op de Place de I'Opéra keken zij naar
de nieuwsberichten, in verlichte reuzen
letters langs den hoogen dakrand van
een kantoorgebouw schuivend.
„Beursberichtenijij een aanslag op denze
„.Beursberichtenuitslagen van wed
strijden een aanslag op den gezant van
een bevriende Oostersche natieeen
brand in Bretagne, een hooggelegen land
huis in de buurt van Morlaise. Onbewoond.
Blusschen onmogelijk'
Verder zagen zij niets.
Als aan den grond genageld bleven zij
staan.
„Het kan niet", steunde Pierre Denis, „het
kan niet".
„Het moet een ander huis zijn. Je hebt
immers alles uitgedraaid. Er kan niets zijn
gaan smeulen.'
,>Neen, neen, onmogelijk. Ik heb niets
vergeten. Ik weet zeker, dat ik niets ver
geten heb."
„Ik heb zelf ook alles nagekeken. Neen,
wij hebben niets vergeten. Het kan niet.
Wij hebben niets vergelen."
Maar toch sneldep zij naar een auto-ver-
huurderij en reden als waanzinnigen door
den donkeren nacht naar het Westen.
Het daglicht was reed? aangebroken, toen
zij het stadje bereikten, waar zij kort te
voren hun autotocht naar het gebergte had
den aanvaard.
Zi] ontbeten in een klein hotel.
„Weet u iets naders omtrent den brand
van een landhuis in de buurt?" vroegen
zij den eigenaar.
„O ja", vertelde de man. „Het was een
oud huis, dat lang heeft leeggestaan. Den
duivelskunstenaar noemde men den man,
die het liet bouwen. Hij beoefende geheime
wetenschappen, meende men. Het huis
werd opeens verhuurd aan twee heeren uit
Parijs Heel het dorp sprak er over. Ook
zij werden voor duivelskunstenaars gehou
den, Het laiidvolk daar is zoo dom. zoo
dom Als er een koe stierf, was het do
schuld van die twee. Als er een kind ziek
werd, hadden die twee het gedaan. Zij
moesten verjaagd worden met al hun ge-
heimzinnigen, knallenden, rookenden rom
mel, zeiden de boeren De heeren gingen
een dag weg en de dorpelingen maakten
van de gelegenheid gebruik om den brand
in de oude kast te steken. Menschen-
levens wilden zij niet op hun geweten heb
ben, maar de opwinding in het dorp was
zoo groot, dat er wel een uitbarsting moest
vólgen. Dat alles is mij gisteren verteld
door een van de dorpsbewoners, die hier
toevallig in de stad moest zijn. De daders
zijn natuurlijk niet bekend. Die liggen op
het kerkhof."
Gebroken, vernietigd, leunden de beide
mannen in hun stoel terug.
Wegl Hun formules, hun werktuigen,
alles wegl
Het werk van maanden en maanden ver
woest I
Zij wisten thans, wat zij vergeten hadden.
Zij hadden vergeten, rekening te houden
met de domheid, de achterlijkheid van het
Bretonsche landvolk, met het bijgeloof, dat
in die streek nog hoogtij viert.
DM hadden zij vergeten!