XXIIISTE UTRECHTSCHE JAARBEURS. Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 9 September 1930 Derde Blad No. 21620 UITEINDELIJK EEN OPTIMISTISCH GELUID! WEER UITBREIDING. - OP ZOEK NAAR HERSTEL DER WERELD-CRISIS. H. P. H. KEEREWEciri KERK- EN SCH00LNIEUWS. FEUILLETON. DE PIRANHAS. [leicr zal menig journalist gisteren gevoel van bezorgde onzekerheid lijn naar de persconferentie, die tel les den voordag van de opening der te Utrecht gehouden wordt, na vele vette jaren, keerde het getij iifn tot ebben. Het attentiesein was laaanden geheschen: het liep van ■rlijk" naar „Weest op uw hoede" vde met den stormbal in topt peek, alsof de magere seizoenen hun iJidden gedaan: vandaar de vele bedrukte gezichten met het sinistere j „crisistijd"! iou secretaris-generaal Graadt van ions hierop hebben mede te deelen? sfen we deze, van energie blakende, lite persoonlijkheid ditmaal in een itische stemming aantreffen, zou ook j stem verheffen in het koor der klu- b. dat nu reeds zoo lang in de gansche rereld wordt gehoord? gelukkig neenl Hetgeen de heer Ivan Roggen ons mede te deelen had, woorden van „niet bij de pakken tien"; hij heeft ons aangetoond, dat Immer den moed dient te laten zinken, lil zakenleven nimmer stil staat, ai |let tempo van voorwaarts gaan lang- zijn,- dan in dagen van welvaart, [en aanbod blijven bestaan, aan maat- hüjke behoeften moet worden vol- |ie techniek brengt telkens verbete- en nieuwe vindingen, rbij zijn de toestanden stabieler dan vorige crisis, de valuta's geslabi- het groote bankwezen staat krachtig zd, het aantal onopgeloste politieke en l-aische waagstukken is aanmerkelijk er in een overdreven optimisme te kien, is het ons duidelijk gemaakt, dat j.erminst noodig is de wolken zwarter s, dan zij waarlijk zijn en hoe de Jaar- juist in tijden als deze, den handel kan wat men te doen heeft om uit de van heden tot betere tijden te komen, liet er nog niet zóó ellendig uitziet, als heelal gelieft rond ',e bazuinen, blijkt pil het feit, dat de beurs weer geheel het deelnemersaantal wijst zelfs nmerkelijke stijging met de herfstbeurs tl vorige jaar aan: 890 in het jaar 1929 1012 in 1930. De beurs zal binnenkort Jreede uitbreiding moeten ondergaan. ïht toonde gisteren dan ook weer de life internationale drukte van ieder |iisof er geen wolkje aan de luoht wasl pt het er in het binnenste van menig nan niet opgewekt uitzien, naar buiten liaarvan, althans gisteren, niet veel te fn. Men laat de hoop niet zakken, dat lig anders worden zal; hoop doet j vooral wanneer zij gebaseerd is op Ite feiten, die vertrouwen verwekken! geven hieronder eenige gedachten en |ee!ingen uit de rede van den heer van Roggen, die zonder twijfel gen voor de toekomst bemoedigen zul- het koninklijk woord „Ik zal hand- l'doen zegevierenl eter dan. wees er op, hoe wij ons om bevinden in een dichten economi- nevel. De uitkijk is buitengemeen fcjt. Het melancholiek geluid van den |i«rn wordt van alle zijden gehoord, piste plaatsbepaling van de positie der nark; is niet wel mogelijk. Beluistert jee publieke opinie, dan is men geneigd nemen, dat handel en industrie en ïw en ook de scheepvaart niet te ver- i— zich dichter bij het eiland Onrust pi de Kaap de Goede Hoop bevinden! De wereldcrisis. f zomer van 1929 was nog een econo- „hoog-seizoen". De „Gold Rush" is inmiddels van richting veranderd, cisis begon op de fondsenmarkt. Aan kijk maakte het den indruk, dat zij slechts in beperkte mate op de goede- "tkt zou doen gelden en voor ons land ie depressie veel later in dan in andere ee- Dat bewijst de statistiek van in- en (Van onzen eigen verslaggever). uitvoer, die, wat het gewicht aangaat, zelfs in Maart 1930 voor ons land nog topcijfers vertoonde; dat verklaart tevens het destijds niet aanstonds definieerbare verschijnsel, dat de Voorjaarsbeurs 1930 nog een opge wekt beeld van levendigen handel ver toonde, terwijl verschillende buitenlandsche jaarbeurzen, omstreeks denzelfden tijd ge houden, een flauwe stemming, gebrek aan kooplust en moedeloosheid in zaken signa leerden. In April kwam ook voor ons land een merkbare omslag Ons Hollandsche zakenleven volgde snel de algemeene ver zwakking van de wereldmarkt. Zoo er nog vraag bleef bestaan, betrof deze voorname lijk de woorden crisis, depressie, malaise, misère, debacle, contramine en liquidatie, in welke woordenkeus het Nederlandsche pu bliek zijn vroegere voorliefde voor buiten- landsch fabrikaat nog eens kon uitleven. Vreemdsoortige verschijnselen. Vreemdsoortige verschijnselen vertoonden zich aan het economische uitspansel, spe ciaal in de sferen van de handelspolitiek: Amerika ging zeer drastisch te werk met een beschermend recht zonder weerga; Engeland kwam met beveiligingsrechten voor den dag, Nederland wierp in den vorm van een Sui kerwetje den bietenbouwers een zwem gordel toe. Verhoogingen van invoerrechten waren schering en inslag en tóch waren, heel kort te voren, de meeste staatslieden, zoo geen Poolsche Landdag ware tusschen- beide gekomen, het over de vrijhandels- gedachte in theorie eens geworden. De prak tijk echter ging lijnrecht tegen de theorie van Genève in. Tot welk soort van maat regelen landen zich genoopt voelden hun toevlucht te nemen, heeft de jongste geschie denis van de Finsch-Duitsche boter- en kaas overeenkomst geleerd. Hoe zelfs de nuchtere Hollander daarop reageerde, bewijst de boycotbeweging van den Algemeenen Neder- landschen Zuivelbond. Spr. toont dan aan, hoe overdreven pes simisme juist die krachten ondermijnt, die noodig zijn voor het herstel. Niet uit het oog verloren mag worden, dat liet medewerken aan het aankweeken van een overdreven pessimisme voor een deel bewust in de hand gewerkt wordt door hen, die meenen uit do ruïne van anderen voor deeion voor zichzelf te kunnen halen: ook het sloopeTSvak kan gewin brengen. Het klakkeloos of moedwillig aankweeken van pessimisme is óók een vorm van economi sche depressie, waartegen vooral do pu blieke opinie in staat is krachtig stelling te Een optimistisch geluid! Indien het Jaarbeursbostuur, tegenover de sombere klanken, die de lucht vervullen een meer optimistisch geluid doet hooTen, dan ligt daaraan onder meer ten grondslag: de deelneming aan de XXIIIe Nederlandsche Jaarbeurs. Wel heeft ook het Jaarbeurs- instituut in het algemeen te kampen gehad met moeilijkheden, maar zooals zij heden hare poorten zal openen, maakt zij geens zins den indruk van een „lijdend voor werp". Integendeel; zelfs wanneer de ont wikkelingslijn van den algemeenen econo- mischen toestand zich in opgaande lijn was blijven bewegen in plaats van naar beneden omgebogen te zijn. zou de bezetting van deze Najaars/beurs een goed figuur, een be vredigend resultaat zijn geweest. De beide Jaarbeursgebouwen en semi-permanente hal zijn geheel gevuld èn nog een Vreden- burgterrein in den omvang van dat der vo rige Najaarsbeurs. Het aantal deelnemers, vergeleken bij dat der vorige Najaarsbeurs toen de zakenwereld nog van welstand blaakte is geslegen van 890 deelnemers tot 1012; het aantal M2. verhuurde expo sitieruimte steeg van 9800 M2 tot 12.800 M2. Er zijn zakenmenschen, die oen drukke deelneming aan de Jaarbeurs juist als een teeken van diepe depressie beschouwen: om dat men geen orders krijgt, wil men het ten einde raad dan nog maar eens op do Jaar beurs probeeren. Het Jaarbeursbostuur heeft indertijd deze beschouwing ook ge deeld. Maar deze opvatting is niet juist ge bleken. De Jaarbeurs verricht geen wonde ren; in tijden van voorspoed niet en in tij den van crisis en terugval nog minder. Wie buiten de Jaarbeurs niet mee kan, kan het ook niet op de Jaarbeurs. ft Goed-voorbereida inzendingen. De deelnemers aan deze beurs hebben zich over het algemeen niet door de depressie laten beinvloeden om aan hun, reeds vroeger geopperde wenschen naar grootere expositieruimte, te voldoen, zich door de crisis niet van hun 9tuk laten bren gen om zich voor geregelde deelneming in de toekomst meer permanent te installee- ren en zich evenmin door de moeilijke tijdsomstandigheden laten influenceeren om aan de inzendingen van deze beura hunne beste krachten te wijden en met goed-voor- bereide inzendingen voor den dag te komen. De tijden zijn wel zwaar, maar er zijn tal rijke factoren, die een vasten grond vormen voor een regelmatig herstel, De houdiap van de handel. Hoe zal de handel staan tegenover deze XXUIe Nederlandsche Jaarbeurs? Dat valt vooruit niet te zeggen. Men zat voorzichtig zijn met koopen. De koopkracht van het pu bliek is gedaald; verbniik echter blijft be staan en zoodra de abnormale omstandighe den zijn uitgewerkt, stijgt onmiddellijk <3o kooplust. Lage prijzen zijn bovendien voor den koopman een niveau, waarop hij pleegt in te koopen om stock te maken. De hausse-periode, welke in het najaar van het vorige jaar een einde nam, was van dusda- nigen aard en van zoo korten duur, dat de tusschenhandel ook al bij gebrek aan kapitaal na den oorlog toen betrekkelijk weinig op speculatie heeR gekocht; met enorme en dure voorraden zat, over het algemeen, de tusschenhandel niet opge scheept. Voor aanvulling van bestaande be hoefte zal op de aanstaande Najaarsbeurs ongetwijfeld gekocht worden, zij het dan ook met mondjesmaat en beperkt tot het nood zakelijkste. Of de handel tevens, gebTUik makende van de lage prijzen, grootere voor raden zal aandurven met het oog op prijs stijging, zoodra het dieptepunt der malaise zal zijn overschreden, moet worden afge wacht. Een feit is het, dat de Beurzen in cri sistijd dikwijls wat den directen omzet aangaat de verwachtingen hebben over troffen. Maar de ervaring der 22 gehouden beurzen heeft wel geleerd, dat directe omzet ter beurze voor de meeste deelnemers en voor de meesle bezoekers slechls voor oen gering deel het antwoord beheerscht op do vraag, of oen beurs een gunstig dan wel een ongunstig verloop had. Het maken van rela ties en het verstevigen van het persoonlijk contact tusschen producent en wederver- kooper spelen een vee! gewichtiger rol. De nawerking eener beurs is voor menigen deelnemer en bezoeker waardevoller dan de werking zelve. En nu kan juist in crisis tijden, d w. z. in tijden van onzekerheid, in tijden van zich-herzien een jaarbeurs goede diensten bewijzen, doordat de twee paTtijen, die den handel beheerschen, de partij van het ..aanbod" en de partij van de „vraag", zich met elkander zeer nauw, op éénzelfde oogenblik en op éénzelfde plaat? kunnen verstaan en daardoor wederzijds peiling kunnen nemen wat betreft moeilijkheden, maar ook wat betreft.de mogelijkheden om voor vraag en aanbod hot evenwicht te hervinden. Een bevredigend druk bezoek aan deze Jaarbeurs wordt dan ook verwacht; de cij fers van den voorverkoop der aangevraagde foegangsbewijzen zijn gunstig; van verschil lende plaalsen zijn collectieve bezoeken van handels- en middenslandsvereenigingen aan gekondigd. Natuurlijk zal een Jaarbeurs In lijd van depressie met levendigen omzet, wat handel en vertier aangaal. een vergelijking met „iop"-beurzen moeilijk kunnen door staan. In crisistijd komt een andere taak van het Jaarbeursinstiluut meer naar voren. De vooruitzichten zijn voor het Jaarbeurs instituut niet ongunstig om steun te vinden voor bet vertrouwen in die taak. De greepen. Over de XXUIe Nederlandsche Jaarbeurs in engeren zin nog eenige mededeelingen. De gebouwen zijn vol, een gedeelte van het terrein Vrcdenburg wederom mede in ge bruik genomen. Hel aantal deelnemers be draagt 1012. De Oostenrijksche groep is weer present en speciaal zij in dit verband genoemd do deelneming van de Oostenrijk sche Tabak-Regie; een kleine Hongaarsche groep te r plaatse, waar tijdens de Voorjaars beurs een groep Zwitsersche industrieën (dio alleen aan de voorjaarsbeurzen deel- I nemen) was samengebracht, is tevens, als nieuwe verschijning' voor de eerste maat ter Jaarbeurs aanwezig. De plaatsing der groe pen is dezelfde gebleven. De groep Bouw materialen. die alleen aan de voorjaars beurzen deelneemt, is in de nieuwe zalen beganegronds vervangen door inzendingen op automobielgebied en in de semi-per manente hal door de groep Werktuigen en Machineriën voor de Zuivelindustrie. Voor inkrimping van het aantal beursdagen zooals te Leipzig Sn verband met de eco nomische omstandigheden heeft plaats ge had achtte het Jaarbeursbestuur geen reden aanwezig. De beurs zal, als gewoon lijk, tot en met Donderdag over acht dagen duren. De gemeente Utrecht heeft haar Lichtweek met onze Najaarsbeurs doen samenvallen, zoodat de avonduren ongetwij feld menigen bezoeker in Utrecht zullen welen vast te houden. De indeeling. Wat de indeeling van het nieuwe gebou- wen-comaplex betreft, bevindt het Jaar beursinstiluut zich nog eenigermate .,m de verhuizing". Hiermede in verband staat de afwezigheid ditmaal van de Koloniale Af- deeling. Het Handelsmuseum van het Kolo niaal Instituut te Amsterdam, dat van de ecr9te Jaarbeurs at op elke beurs iets nieuws op het gebied der Koloniën wist te brengen' is dit jaar en het volgende jaar buitengewoon bezet met werkzaamheden voor de Koloniale Tentoonstelling te Parijs, hetgeen in gemeen overleg met het Jaar beursbestuur geleid heeft tot een tijdelijke opheffing van de Koloniale Afdeeling met behoud echter van het Inlichtingenbureau. De bedoeling is echler, dat do Koloniale Afdeeling aan de Voorjaarsbeurs 1932 wederom zal deelnemen. Tn de aldus vrij gekomen ruimte zal tijdelijk do Jaarbeurs- administratie worden gevestigd. In verband met het ook op deze Najaarsbeurs gebleken gebrek aan expositieruimte, heeft het Jaar beursbestuur onderhandelingen aangeknoopt voor een tweede uitbreiding van het Jaar beursgebouw met de bedoeling, dat deze voor 1 Januari 1932 met het oog op den. terug keer der Koloniale Afdeeling op de Voor jaarsbeurs 1932 zal kunnen worden tot stand gebracht. De Zuivelbondkwestis. Men heeft getracht het Jaarbeursinstiluut te betrekken in de boycotbeweging tegen, Duitsche waren. Het bestuur van den Alge meenen Nederlandschen Zuivelbond richtte een brief tot het Jaarbeursbestuur, waarin hot, in verband met da ingezette boycot beweging tegen Duitsche goederen, verzocht de actie van den Bond te willen steunen door geen 9tandruimte voor Duilsche goe deren te verhuren en aan do contractanten der eventueel reeds voor Duitsche goederen verhuurde ruimten te verzoeken, ditmaal, in verband met de boycotbeweging, geen deel aan de zuivclbeurs te nemen. Het Jaarbeursbestuur heeft het bestuur van den F.N.Z. laten weten, dat het zulks prinoipieel in strijd acht met het, door de Nederlandsche Regeering erkende, inter nationaal karakter van het Nederlandsche Jaarbeursinstituut om buitenlandsche goe deren te weren. Deze beslissing bad een principieel ka rakter. Een ander standpunt is nu en later voor een internationaal Jaarbeurs instituut niet mogelijk. Open voor allo deel nemers, onder welke omstandigheden ook, is onafwijsbaar parool voor een Jaarbeurs, die zich internationaal noemt. Het buitenland moet daarop kunnen vertrouwen 1 Elke poging in anderen zin zal bij het Jaarbeursbestuur nul, maar dan ook een groote nul op het request krijgen! De koloniale aideeling. De „Koloniale Jaarbeurs". Het Jaarbeurs bestuur heeft eenige tijd geleden het initiatief genomen om bij de Regeering aan te dringen op eene demonstratie, ten einde den Neder landschen uitvoer naar Nederlandsch-Indië te bevorderen. Dit initiatief heeft geleid tot do instelling van eene Commissie tot Bevordering van den Nederlandschen Uit voer naar Ned. Indië, onder voorzitterschap van den voorzitter der Jaarbeurs, den heer Fentener van Vlissingen en bestaande o.m. uit verschillende Indische specialiteiten op het gebied van industrie en handel. Deze commissie heelt einde van het vorige jaar reeds haar taak aangevangen door het uit zenden van den heer van Goor naar Indië met de opdracht aldaar zooveel mogelijk monters te verzamelen van buitenlandsche goederen in Indië gangbaar, benevens van gegevens op die goederen betrekking heb; bende. Eenige weken geleden is de beer van Goor met een belangrijke oollectie thuis- gevaren. De demonstratie, waaromtrent binnen zeer korten tijd nadere bijzonder heden gepubliceerd zullen worden, zal in October of November, in het Jrai beurs gebouw alhier worden gehouden. De 23ste Jaarbeursklok, zal door den nevei heen zijn geluid doen weerklinken, om de zakenmenschen te zarnen te roepen tot werkzaamheid en waakzaamheid. Aan Schiller zjj ontleend de klokkespreuk „Vivos voce", want ook de Jaarbeurs roept tot zich: „de levenden!" ft Na afloop van deze, als steeds belang wekkende rede van den heer Graadt van Roggen, vond een korte voorbezichtiging plaats. Het was nog de bekende chaos, die op den openingsdag echter onverbiddelijk tot do grootste orde herschapen moet zijn. Aan het persdiner werden hartelijke woorden gesproken o.a. door Jhr. Op ten Noort, namens den Raad van Beheer en de hoeren Rade- maker en H. Hanteliffe resp. namens de Nederlandsche en buitenlandsche journa listen. Er heerschte naar aanleiding van de woorden van den secretaris-generaal een opgewekte stemming. RECLAME. BEGRAFENISSEN T«l. B61 AUTO-TRANSPORT Aalmarkt 16. CREMATIE 4762 NED. HERV. KERK. Drietal; Te Breda: C. D. Israël Jr. Ie Hattem; G. do Vries te Hoerde en J. F. L. A. de Jagher te Delden. Beroepen: Te Nes en Wierum. J H. F. Engel, cand. te Groningen. Te Hol- landscheveld, J. F. Th. v. d. Linde, te Heeg. Aangen o m e n; Naar Koekange, H. G. Mooi, cand te Hallum (Fr.) Naar Oost'huizen, E. B. Meijer, te Gasselte (Dr.). naar Nieuw Beerla H. Bax te Akersloot. Bedankt: Voor Abbenbroek, J. W, Roobol, te Winterswijk. Voor Groenlo, Mr. C. J. Bartels, to Lathum c.s. (Geld.) Voor IJlst, C. D. Israël, te Hallem. REM. GEBET. GEM. Tweetal: Te Meppel, J. H Grosnê- wegen, te Arnhem; en W. N. v. Nooten, té Boskoop. GEBET. GEMEENTEN. D riet al; Te Grijpskerk (Gr), H J. Jager, te Jutrijp-Hommerts; L van Urk, te Scxbierum; en J. Velsink, te Muaselkanaal Beroepen: Te Urk, S. Wouters, te Dronrijp, Te Oudega-Smallingerland, J. C. J. Kuvper, cand. te Haarlem. TE VEEL SCHOLEN. Men schrijft aan het H'bld. To Haulerwijk (Fr.) zal het aanlal scholen met een Hervormd Chr. onderwijs vermeer derd worden. In dat dorp met 2434 zielen zullen dan zes soholen zijn, twee openbare en vier Christelijke. Dal is voor elke 406 inwoners een school! zaten in hotel „Chiquilo" beliagelijk. Makkelijke rieten stoelen, bij elkaar en al en toe aan onze cocktails, die in jlazen vóór ons op een tafeltje ston- a genoten van onze vrijheid en ons - mijn vriend Astrugo en ik. •te heeren, zeer speciale typen, die vol- het karakteristieke vertoonden van ■Wrikaanschen detective, kwamen het jj? binnen en boeiden mij onmiddellijk, 'even een oogenblik staan vóór de door kende aquariums, die de wanden vorm en de hotelhal, alvorens een tafeltje "trveeren. De een was iemand van de l,'t, kloek-mannelijke soort: de andere 'ten nadere studie waard. daarginds heb je Rex Coxwell", ''ale Astrugo. ■Jt» je hem: je meent toch den grootste?" dien bedoel ik". ik dier persnon nader opnam, zag "heen hoe ook andere gasten in hem ;{>e9sperd waren Zij r» gezicht vertoonde lapitalen adelaarsneus, tevens een Ij®, vóórnaam-gesneden, energieken zijn oogen echter waren heel bijzon- dor, van merkwaardig-fa9cineerende kracht, niet groot, van een niet te omschrijven glans, van een zeldzame, staai-harde uit drukking. Hij zag de zaal rond. Toen zijn blik mij Irof, kreeg ik een onbehagelijk gevoel, alsof een al te sterke, electrische stroom door mijn leden was gegaan. Hij herkende Asfrugo en wenkte hem met de hand ten groet. Daarop ging hij ergens zitten' met den rug naar ons toe. wat mij zeer welkom was. „Deze Coxwelt vervult mij met angst", fluisterde ik tegen mijn Braziliaanschen vriend. ,-Hij is alleen gevaarlijk voor booswichten, die dat verdienen. Verder is hij de beste kerel, dien je je kunt voorstellen en die zich ook wit graag eens wil amuseeren „Wat voor broep heelt die Amerikaan van jou eigenlijk?" „Hij is bij de politie. .•Dat dacht ik al; daar had ik van alles op willen wedden. Die Coxwell heeft zeker een merkwaardigen speurneus. Is hij een meester in de kunst van detective-spelen?" „Dat zou ik denkenI" beaamde Astrugo. „Hij vereenigt in zich alle eigenschappen van een 1ste klasse detective, die bii ande ren alleen maar in détail aanwezig zijn. Heb je zijn oogen gezien? Hij houdt er misda digers mee in toom. Wanneer er ook maar van de geringste verdenking sprake is. is het voor Coxwell voldoende den verdachte slechts aan te zien. De onschuldige zal zijn blik kunnen weerstaan, de schuldige nim mer." „Je kent hem uit Brazilië?" „Ja. ik leerde hem in San Paulo kennen. Hij was epn aangename kerel en reisde in gezelschap van een anderen detective' die zijn leerling was: Archibald Johnson De Noord-Amerikanen hebben in Brazilië de meest ingewikkelde belangen te bescher men. Daarom was het heelemaal niet ver wonderlijk. dat Coxwell. die daarbij vol maakt Portugeesch spreekt, zich in het land bevond". Astrugo's blik rustte minutenlang op de j opaliseerende aquariums, waarin lallooze visschen in sierlijke lijnen zich bewogen. Zij hebben de groolle van forellen", zei hij I plotseling. „Bij de heilige moeder Gods van 1 Penha men zou zo. van dezen aisland ge- zien. voor Piranha's kunnen houden". Deze plotselinge wending in 't gesprek verraste mij ten zeerste. „Wat heelt dit met elkaar te maken", vroeg ik. „Hoe breng je deze visschen in verband roet de politie?" „Omdat alles in het leven mot elkaar samenhangt". „Ik weel altijd nog niet wat een Piranha is. Eon heele mooie vi9ch, mijn waarde. Niet grooter dan de visschen in dit aquarium, maar even fijn, even haastig. Doch, beoor deeld uit 't oogpunt van den Braziliaan, bezit deze genoemde visch twee fouten. 'Allereerst een dubbele rij van dicht aan- ééngedrongen spitse en soherpo tandjes, die daarbij dusdanig sterk zijn, dat één -dnkele beet voldoende is om een bot of zelfs een dunne metalon stang door en door te bijten. Ten tweede stort zich deze roof- visch op alles, wat in het bereik komt van zijn blik. De eenmaal beloerdo buit wordt op honderd plaatsen tegelijk aangevallen. Deze visch strijdt niet. Hij bijt een stuk vleosch weg en schiet meteen weg. Een verdediging is absoluut uitgesloten. Eén bloeddruppel is er maar noodig om hem aan te trekken. Met een krokodil zijn de Piranhas binnen eenige minuten klaar. Een mensch is binnen een kwartier een keurig- geprepareerd skelet. Op do Araguaya, de Tocantin of in de bijrivieren van de Ama zone zou geen mensch het wagen bij een roeipartij de hand in den stroom onder te dompelen. Enkele oogenblikken later zou hij dit met eemigo vingers ingeboet heb ben." Ik wendde mijn blik van de aquariums af en zei kort: Vertel nog eens wat van Ooxwell." Jij zoudt er ook do man niet naar zijn, om öp onze stTOomen uneo uit gondelen te gaan," merkte Astrugo spottend op. ,,Ik moet bekennen, dat ik onze rivierén prefereer, waar men zonder gevaar baden kan. Maar vertel toch van Coxwell in ver band met jouw vraatzuchtige Piranhas." .Welnu, vooruit dan maar, luister goed: Ooxwell en Johnson waren werkzaam voor een Bostonsoh consortium, dat in Bra zilië door een goed georganiseerde bende stelselmatig word gedwarsboomd io zijn handelingen. Coxwell had maling Aan de hulp der Braziliaansche politie en beweor- do het er zonder te kunnen stellen en inder daad een maand later zaten de hoofdschul. digen achter slot en grendel. Jammer ge noeg beging Coxwell de groote fout van in het land te blijven. Hij bezat een schaar van goede vrienden, zoodat hij de op wraak beluste elementen geheel uitschakelde. On gelukkigerwijze werd zijn leerling hiervan het offer. Johnson werd in een hinderlaag gelokt en gedood. De politie vond geea spoor van den moordenaar, die natuurlijk er vandoor was gegaan; schijnbaar had

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1930 | | pagina 9