OPROEPING GENEESHEEREN voor de algemeene praktijk OUDE COURANTEN LEIDSCH DAGBLAD KASPER HIDDim HISTORISCHE FIGUREN VARIA. RUIME ZIT- EN SLAAPKAMER OPRUIMING MEUBELEN VOOR DE ALGEMEENE PRAKTIJK IN DEN HAAG. HUUR0VERNAME LIMONADE SIROOP LEIDEN: CRICKET. MR. HAMBURGER'S XI— FREE FORESTERS. Te Laren is gisteren de wedstrijd begon nen tusschen mr. Hamburger's XI en de Free Foresters. De score luidt: Eerste innings mr. Hamburger's elftal: Jhr. W. van den Bosch b. Burdett8 A. van Baasbank c. Franklin b. Hughes Hallet 8 A- Maas b. Hughes Hallet3 W. Glerum c. Franklin b. Wilson 40 M. Hartog st. b. Wheatley 13 G. Hamburger c. Capes b. Burdett 44 H. van Booven run out13 J. Koeleman b. Capes22 G. Sodderland not out 2 A. van der Togt b. Capes O C. Aland lbw. Capes 0 Extra's 20 Totaal176 Bowlingcijfers. Maj. Hughes Hallet 2 v. 37; maj. E. W. Burdett 2 v. 37; G. Wilson 1 v. 29; P. W. Wheatley 1 v. 41; C. D. Capes 3 v. 5 en G. A. C. Macnab 0 v. 7. o VOETBAL. DE KOMST VAN RAPID. Nieuwe data vastgesteld. In aansluiting aan een vroeger bericht kan de N. R. Crt. meedeelen, dat de heer Hiera'.h, vertegenwoordiger van de Oosten- rijksche kampioensclub Rapid, naar Amster dam gereisd is om den toer naar Nederland nader te regelen. Rapid wil zich niet ont trekken aan de verplichting om op de vast gestelde dati in Nederland met haar eerste elftal te spelen wanneer de Nederlanders er op blijven staan, deze data te handhaven, zooals zij aanvankelijk vastgesteld werden. Doch Rapid verzoek', den Nederlandschen clubs dringend deze data te wijzigen, ten einde haar in de gelegenheid te stellen den 24sten Augustus den inmiddels vastgestelden wedstrijd voor den Mitropa-beker tegen Genova te spelen. Gepoogd is hiervoor uit stel te krijgen, doch de Italianen bleken daartoe niet bereid. In overleg me', den vertegenwoordiger van Rapid is thans het volgende programma op gemaakt: Dinsdag 12 Augustus: AjaxRapid; Don derdag 14 Augustus: A. D. O.Rapid; Zater dag 16 Augustus: Ned. BondselftalRapid te Amsterdam of Rotterdam; Zondag 17 Augus tus: P. S. V.Rapid; Woensdag 20 Augus tus: Ned. BondselftalRapid te Amsterdam of Rotterdam. Reeds hebben de betrokken clubs zich bereid verklaard met deze wijzi ging accoord te gaan. Doet de K. N. V. B. dat eveneens, dan gaat de toer van de Oos- tenrijksche kampioenen in elk geval door en dan komen zij met hun volledige lsle elftal uit. a OM DEN MAALDRIFTBEKER. De uitslagen zijn: D.V.S. ILugdunum I 25 (rust 22). U.V.S. IR.V.C. I. wegens regen geslaakt stand 3—0 voor U.V.S. WIELRENNEN. DE WERELD KAMPIOENSCHAPPEN. 17 Landen nemen deel. De wereldkampioenschappen, welke be twist worden te Brussel en te Luik van 23 tot 31 Aug. beloven zeer belangrijk te wor den want tot nu toe hebben reeds 17 landen hun inschrijving gezonden: België, Duitsch- land, Oostenrijk, Denemarken, Egypte, Spanje, Vereenigde Stalen, Finland. Frank rijk, Engeland, Nederland. Italië, Luxemburg Noorwegen, Polen, Zwitserland, Tsjecho- Slowakije en landen zooals Frankrijk, Duitschland, Italië en Zwitserland zullen 16 renners afvaardigen daar het reglement toe laat. dat men vier man kan zenden in sprint van profs en amateurs en twee voor motoren en drie voor elke categorie der wegrenners.' IN DE TUTLERIEfiN. Keizerin Engénie. I. „Wat dc keizerin betreft, was ik zeer nieuwsgierig zulk een beroemde schoon heid te zien Ik erken echter, dat ik bij de eerste ontmoeting daarvan niet zoo zeer de betoovcring begreep als In het vervolg, toen lk baar dikwijls bad gezien." De schoone keizerin Eugénie! Met de ver melding van die schoonheid moge een poging om de vrouw van Napoleon 111 te schetsen, aanvangen. Immers haar schoon heid was het, die haar op den troon van Frankrijk bracht. Het was voor den keizer een huwelijk uit passie. Haar imponeerende schoonheid liet hem niet met rust, dreef hem er toe, haar te huwen. Hij had het zich aanvanke lijk wellicht anders gedacht, maar Eugénie de Montijo was even koel ten opzichte van de liefde, als zij mooi was. Een huwelijk, een wettig huwelijk, in dit geval een huwe lijk, dat haar de kroon van keizerin zou aanbrengen, was de prijs voor haar be koorlijkheden. En de keizer betaalde. Zijn verbintenis met de trotsche Spaan- sche, die van moederszijde de reserve van Britsch allooi had geërfd, scheen als een zet van het noodlot, die groote gevolgen zou hebben voor Frankrijk. Napoleon III, die eerst andere wenschen had, boog voor de macht der schoonheid en vol maakt virtuoos als hij was om zich aan de omstandigheden aan te passen en zich den schijn te geven, die te beheerschen legde hij zijne verbintenis uit als een te gemoetkoming aan den wensch van zijn volk. „Wanneer," zoo sprak hij in een veree- nigde zitting der Volksvertegenwoordiging, toen hij zijn huwelijksplannen mededeelde, „wanneer men ten overstaan van het oude Europa door de kracht van een nieuw be ginsel is opgeheven tot de hoogte der oude dynastieën, maakt men zich niet aanneme lijk door zijn blazoen te verouderen en zich tot eiken prijs in te dringen in den familie kring der koningen. Veeleer geschiedt dit door zich voortdurend den eigen oorsprong te herinneren, het eigen karakter te bewa ren en vrij en frank tegenover Europa te aanvaarden de positie van parvenu een glorierijken titel, wanneer men om hoog is gestegen door dc vrije stemming van een groot volk." Ziedaar het huwelijk omgezet en voorge steld als een politieke daad. Maar die voor stelling veranderde niets aan het feit zelf, dat de hartstocht hem dreef tot zijn ver bintenis, Later, toen na weinige jaren van echtelijk geluk, verkoeling en diepe oneens gezindheid de vorstelijke echtgenooten ieder hun eigen weg deden gaan bij uiterlijken schijn van gemeenschap, zal de keizer zijn daad zeker als een betreurenswaardige dwaasheid hebben beschouwd, al heeft hij daarover noch geklaagd, noch gesproken. Hij had zich geoefend in zwijgen bij allen tegenspoed. Hij zweeg over de tragedie van zijn huwelijk. Hij zocht en vond. zooveel hij wilde, plaatsvervangende liefde. Zij was zoo mooi, zoo onwederstaanbaar in haar schoonheid, die jonge Eugénie de Montije! Gravin Stéphanie de Tascher de la Pagerie, wier woorden ik ab motto hier boven plaatste, geeft zoo juist haar schoon heid aan, die minder onmiddellijk trof dan in haar klassieke lijnen, bij herhaalde be schouwing, steeds meer boeide. Zij. Eugénie, had als model kunnen dienen voor een beeldhouwer, die een Hébé of een Psyché had willen beitelen. Zoo was het oordeel harer tijdgenooten. in weerwil van de ja- louzie, die haar „succes" verwekte. Napo leon III betaalde dien tol aan den 9choonen vorm. Doch eene zielen-gemeenschap kon hij niet koopen. Trouwens, wat had hij zelf te bieden, dat echtelijk geluk waarborgde? Dit huwelijk maakte een eind aan zijn liaison met miss Howard, de schatrijke En- gelsche, die hem zijn propaganda van pre tendent tot keizer mogelijk had gemaakt. De brouille was compleet, doch had een voor de aanstaande keizerin wel bijzonder onaange- namen kant. toen een woord van de vroegere gunstelinge door de Parijsche kringen liep: „Ik zou hem zijn huwelijk vergeven hebben, zoo hij een prinses van koninklijken bloede had getrouwd". Neen, een konings- of keizersdochter was Eugénie de Montijo niet. De verklaring van haar aanstaanden echtgenoot maakte haar, dochter van een hertogenlijken Spaanschen „grande", tot de vrouw, die een hoog ge stegen parvenu zich kiest, nu de familie kring der vorsten voor hem is gesloten. Het ware beter geweest, zoo de keizer die woor den niet fyad gesproken. Nu. bij de publi catie harer verloving, werd het verleden van den keizer met wellust opgehaald en besproken. Men herinnerde aan de verbre king van zijn engagement met prinses Ma- thilde, dochter van koning Jéróme, zijn •nicht. De belachelijke historie van zijn mis lukte Straatsburger expeditie was er de oorzaak van. Toen later het succes kwam, toen hij volksvertegenwoordiger, president der repu bliek werd, een keizerskroon in de verte vermoed kon worden, vormde zijn familie het plan om hem prinses Carola, dochter van den prins van Wasa en van prinses Louise van Baden te doen huwen. Hijzelf scheen hiermede ingenomen te zijn. maar bij de Duitsche hoven stiet het op zoo hef- tigen tegenstand, dat het plan moest worden opgegeven. Men was en dit is begrijpe lijk in Duitschland het verleden niet vergeten. Men vreesde een tweede keizer rijk in Frankrijk met een Napoleon op den troon. Huwelijksallianties met een Duitsch vorstenhuis werden tot de onmogelijkheden gerekend. Had Napoleon den tijd voor zich laten arbeiden, dan zou allicht voor den aanvankelijk zoo voorspoedigen keizer de opinie ook in Duitschland zich hebben ge wijzigd. Het scheen eerst of hij zulk een ommekeer der meening ten goede rustig wilde afwachten. Toen kwam Eugénie de Montijo op zijn weg. Zijn zelfbeheersching, die hem onder een indolent, berustend uiter lijk in staat stelde eiken staat van zaken te aanvaarden, liet hem in den steek. De macht harer schoonheid had hem overwonnen. Wie was die schoone vreemdelinge? Sedert haar verschijnen in de Tuilerieën, toen Na poleon III nog ongehuwd was, zijn tal van publicaties verschenen, die haaT, haar om geving, haar leven schilderen. Ternauwer nood twee jaar geleden nog, zagen de Sou venirs d'une demoiselle d'honneur het licht, de herinneringen eener jonge hofdame, Marie de Larminat, later gravin des Garets, die aan het eind van haar leven op aan drang harer kinderen zich er toe zette, om oude aanteekeningen voor den dag te halen. Naast de bekende werken over het Tweede Keizerrijk in Frankrijk, over de Tuilerieën. Saint-Cloud en Fontainebleau. waar het hof zich ophield, noteer ik die van gravin Stéphanie, de Tascher de la Pagerie: Mon séjour aux Tuileries; van James de Cham- brier: La cour et la Société sous le Second Empire en dan de verschillende, zeker wel merkwaardige ahecdotische biographieën, die ongeveer veertig jaar geleden uitkwamen en destijds nog al wat kritiek, tegenspraak en verdediging, uitlokten. De schrijver was Pierre de Lano. Men nam het hem in breede kringen in Frankrijk zeer kwalijk, dat hij het was ongeveer in het jaar 1890 de Tuilerieën deed herleven en, met een schat van documenten gewa pend, ons binnenleidde in de vorstelijke paleizen van zijn land, die men destijds nog gaarne door het zware voorhangsel der diep ste vergetelheid aan onzen blik trachtte te onttrekken. Ternauwernood waren zijn eer ste studiën in de Figaro verschenen of een storm van verontwaardiging brak los. De Bonapartisten waren ziedend. Terwijl zij zich wel op zijn mededeelingen beriepen, zoo dikwijls hij iets goeds zeide van het kei zerlijk echtpaar, balden zij de vuisten, zoo dra hij op ernstige wijze hunne gebreken aanwees. De woede ging zelfs zóó ver, dat een onbekende eenige revolverschoten op den heer Lano lóste, die gelukkig alleen maar zijn hoed doorboorden en zijn hoofd en hand niet verhinderden met zijn schildering van het hofleven onder Napoleon III voort te gaan. Er werd in den kring der Bonapar tisten beweerd, dat zijn naam een pseudo niem was, ja, de Parijzenaar van die dagen had het genoegen te kunnen lezen, dat mijn heer de Lano „niet bestond". De schrijver achtte dit op voor hem zeker goede gronden overdreven. Rustig antwoordde hij: „Ik ben er op gesteld hun, die wel belang in mij willen stellen en voor wie de publi catie van mijn werk zonder twijfel een reden tot ongerustheid zal zijn, te verzekeren, dat ik besta, dat ik geen pseudoniem gebruik en dat ik alleen de verantwoordelijke bewerker ben van het boek, dat ik hiermede den lezers aanbied." Dat boek was het eerste van de reeks, die onder den veelbelovenden titel: Le Secret dun Empire in het licht werd gegeven. De schrijver noemde het: L'Impératrice Eugénie door dezen naam en het op den voorgrond stellen der keizerin aanduidende, in wie het Tweede Keizerrijk zich sterk afbeeldde en die voor een belangrijk deel beschouwd moet worden als de verantwoordelijke per soon voor den geest en de politiek van het Fransche hof en den gevaarlijken loop, dien de zaken namen in de richting van een ge wapend conflict met Duitschland. Het boek was voor een Franschman bij zonder slecht geschreven. Maar het had inhoud. Zij, die omstreeks 1890 te Parijs woonden en eenigszins thuis waren ;n ne I kringen der politici en der letterkundigen, I wisten wel wie Pierre de Lano waa. Men I vermoedde ook, door welke omstandigheden het hem vergund was, met zooveel nauw keurigheid te vertellen van dingen, die an deren slechts bij benadering wisten. Door zijn geboorte, welke hem langs een omweg gebracht had in den kring van personen, die zeer in aanzien waren op den voorgrond van het maatschappelijk iooncel, was "hij als van zelf in aanraking gekomen met het Fransche hof. Wat hij schreef, schreef hij als ooggetuige, of als een, die uit de eerste hand de mededeelingen had ont vangen. Zoo kwam vrij onverwacht, voorafgegaan dooT de in Frankrijk gebruikelijke „bonnes feuilles" (d.w.z. eenige bladzijden of een hoofdstuk uit een boek, dat weldra zal ver schijnen) in de dagbladen, een anecdoti- sche geschiedenis van het Tweede Keizer rijk de aandacht vragen met het ons reeds bekende gevolg van groote belangstelling en niet minder groote verbitterdheid. Geen wonder! Waarover schreef deze slecht stylcerende half-hovelïng 1 Over het tijdperk, ingesloten door twee hoogst tra gische gebeurtenissende December-moor- den te Parijs bij gelegenheid van Napo leon's staatsgreep en den Fransch-Duit- sohen oorlog van 1870'71, een tijdperk dat langzamerhand voor zoover het 't leven van het Fransche hof aangaat doet den ken aan een bal op den rand van een af grond of boven een kruitmijn, waarbij een lont ligt te smeulen; over de achttien jaren in de Tuilerieën, waaraan toen nog velen konden terugdenken met de herinnering hunner vroege jeugd en die den indruk ach terlieten van een leven vol weelde en glan», van een tuimeljaobt naar genot en van een drieste zorgeloosheid, die ontzaglijk bittere gevolgen zou hebben voor heel het land. Over dat tijdperk was toen, voor onge veer veertig jaar, minder geschreven dan over andere. Het oordeel, dat men er over uitsprak, berustte bij het groote publiek meer op indrukken en vermoedens dan op bekendheid met feiten. Het Tweede Kei zerrijk was nog zoo dicht byhet viel moei lijk de intieme geschiedenis van het hof leven onpartijdig en met onveranderlijke trekken aan te duiden. Bovendien scheen de partij, of liever de betrekkelijk kleine groep van mannen en vrouwen, die den keizer omringde, zich tot taak gesteld te hebben, daarover het diepste stilzwijgen te bewaren en te begeeren dart men hem en hen vergat. Dit duurde zoowat twintig jaren. Het Tweede Keizerrijk met zijn smadelijken val verdween naar den achtergrond. Een nieu we staat van zaken trad in, blijkbaar goed voorbereid en stevig gegrondvest. De glans rijke dageo der Tuilerieën behooren than* en behoorden toen Pierre de Lano's eerste artikelen in de „Figaro" verschenen tot het verieden. Voor den schrijver scheen het geen groot bezwaar, verborgen hoekjes van het paleis der onstuimige vreugde te ont sluiten en het publiek te vergunnen een blik te slaan in de salons der bekoorlijkste a'ller keizerinnen. Men zou misschien kunnen vragen of hij niët beter had gedazun met te wachtels dat ook de keizerin van het toonte\ wereld wa£ verdwenen. Doch de L meende zich te kunnen verdedigen tei zichte zijner publicatie door te wij^ den grooten ernst zijner kritiek en op; feit, dat hij, ofschoon verplicht o® j, haaldelijk den treurigen invloed te too; dien de bevallige maar onvoorzichtige j zerin uitoefende, het nimmer deed uit r tot veroordeelen of omdat hij eT een r. in vond over schandalen te spreken. I boeken zijn op kiesche wijze, ronder onvertogen woord geschreven en blijk van een streven naar onpartijdig; •Waarschijnlijk is keizerin Eugénie, wat i haar reputatie van gehuwde vrouw bet:? nimmer zoo krachtig verdedigd als dezen schrijver, die door de Bonaparte voor haar vijand werd uitgekreten. ,,Er is één onderwerp, dat ik niet met de grootste behoedzaamheid aanro? zegt hij. „Was de keizerin werkelijk hartstochtelijke vrouw, waarvoor zij v? gehouden V' En hij laat er op volgen; „Ik verklaar dat, wanneer men zulki vraagteeken achter bet leven vas vrouw plaatst, men haar miskent, aangezien in dezen iedere aaTzelini» keerd zou worden uitgelegd, wil ik antwoord geven aan hen, die al te kelijk geloof slaan aan laster, van wei- kant die ook moge komen, en die, afga» op den schijn, zich' te zeer haasten met i oordeel te vellen, waarvan ze nbch het wicht, noch de gevolgen kunnen bereke: De vijanden van Eugénie spraken over haar minnarijen. „Wat dat betreft, mag ër schijn i schaduw van twijfel blijven bestaan en antwoord, gestaafd door de meest on; tijdige getuigenissen', door dé minst wei legbare aanteekeningen, zal duidelijk i Neen, de keizerin heeft zich geen n heid in dit opzicht te verwijten. Zij is. der ooit daaraan te kort te doen, de trouwe slavin gebleven van haar echte!; plichten." Deze uitspraak stemt overéén met and van personen, die van nabij verbos waren aan het hofleven in Frankrijk, t Eugénie keizerin was. Zij wordt ook bei tigd door een onpartijdige, zorgvold bestudeering van wat er als „historis feiten" van haar leven bekend is ger den. Zij moge als vorstin niet den ei hebben gehad noch den invloed heli uitgeoefend, die het meest wenschelijki ren, als echtgenoote van 'een vorst, die b weldra verwaarloosde, hield zij zich V; door haar gevoel van eer ën plicht. Aan de bespreking van haar persoos van het uiterlijk zoo schitterend tooa waarop zij geroepen was een rol te spó wilde ik bovenstaande verklaring vcü laten gaan. Zij zuivert de atmosfeer, in het leven van keizerin Eugénie bewoog. A. J. BOTHENIUS BROUWH STORM OP HET TOONEEI Van den bekenden Engelschen toos speler Beerbohm Tree is bekend, dal een passie had voor realisme op het tooi Op zekeren dag repeteerde men Tempest" van Shakespeare, terwijl hel! ten stormde en onweerde. De leden va gezelschap, die lang hadden gewerkt gonnen teekenen van ongeduld te verlor Tree niet. Hij was er met hart en ziel en vloog van links naar rechts om H te geven en opmerkingen te maken. Het stuk begint met storm op zee; no het op de affiches heet: „storm meld en bliksem." Tree was er bijzonder op gesteld, dal ze natuurverschijnselen zoo getrouw to lijk werden nagebootst en telkens mofi de mannen, wier taak het was, het der elementen weer te geven, het overdi Plotseling zag men door het venster I ven het tooneel een lellen bliksemstraal krakend en knetterend volgde de donder Dat is al goed, zei Tree, maar kon nog beter. —Pardon meneer, zei de tooneelmee* 't was een echte. gevraagd voor dames-studente. Brieven met prijsopgave onder No. 6097, Bureau v. d. Blad. Dressoirs met kastjes f. 47.—, Dressoirs (modern) f. 30. Kasten t. 32.—, Divans f. 12.—, Kleeden f. 7.50, Theemeubels f. 11Tafels f. 12.50, Kar petten f. 4.—, Ameublementen f- 28.—, 2 Clubfauteuils, 4 stoe len f. 65.-, Rookfauteuils f. 17.- enz. Repareeren - StofFeeren. A. BOTER, Meubelmaker, Mare 37 t.o. Herv. Kerk. EEN J0N0EN GEVRAAGD. 6106 Faillissement i. DE BEST Stucadoor te Leiden. Door de homologatie van het accoord is het bovengenoemd faillissement geëindigd. De Curator: Mr. A. J. SORMANI. Leiden, 3 Augustus 1930. Rapenburg 16. 6102 Door sterke uitbreiding van het ledental roept de 's-Gravenhaagsche Coöperatieve Verbruiks-, Voortbrengings- en Voorzorgsvereeniging „DE VOLHARDING" (u. a.) te 's-Gravenhage, op Sollicitanten. voor haar afd. Ziekenfonds met eigen Polikliniek, Kliniek en Apotheken, waaraan reeds zijn verbonden 32 Medici (Internisten, Specialisten en Tandartsen). Minimum Honorarium fl. 6000.— per jaar, gegarandeerd voor twee jaar. Particuliere Praktijk niet geoorloofd. 6099 Sollicitatiën te adresseeren: Aan het Secretariaat van de Coöp. „DE VOLHARDING" (u. a.) Groote Markt No. 22, Den Haag, waar tevens alle meerdere inlichtingen zijn te bekomen. PENSION, geheel bezet, aange boden op prima stand in Hee renhuis vlak bij station Leiden, met volledigen inboedel. Lage huurprijs. Uitsluitend tegen con tante overname meubilair. Brieven onder No. 5097a Bur. Leidsch Dagblad. Pakken Oude Couranten rerkriiobaar a 25 ets. per 5 K. G. BUREAU NOORDEINDSPLEIN GARANDEERT U: EEN ZUIVERE Lescht dorst, geeft een aange namen verfrisschenden vruchten smaak. Is voorde elig: 6 deelen water op één deel Siroop. HELDERE SIROPEN. Citroen, Frambozen, Sinaasappel, Grenadine en Ananas Per maathoudende flesch i 4 f 0.90 Per fleschi i 1 0ï50 .ORANJO" (Sinaasappelsap) Per maathoudende flesch 4 4 f LT0 Per l/j flesch4 1 O.60 Met gratis een fijne Tumbler en Rietjes. 17 VERKOOPHUIZEN Stationsweg 3 Tel. 929 HaarLstraat 83 Tel. 2815 Onze Kassabons worden ingewisseld root fraaie eo nattige geïcke3'It> 6086

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1930 | | pagina 8