1929
BIJ DE WISSELING VAN HET JAAR
1930
?Oste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 31 December 1929
Tweede Blad
No. 21409
Terugblik over Stad, Binnenland en Buitenland in woord en beeld.
BINNENLAND.
Wanneer deze regelen de lezers onder de
oogen komen, zegt ons 't allerlaatste blaadje
op den dagkalender, dat 1929 ten einde
spoedt Nog slechts weinige uren en het
nieuwe jaar doet zijn intrede. De overzicht
schrijver, op wien de taak rust in een kort
bestek
Het wel en wee der Sleutelstad.
m het afgeloopem jaar te schetsen, heeft
zich helaas -ditmaal niet het hoofd te
pijnigen met de vraag, wki hij wel in ab
eerste plaat# in zijn kroniek aan een be
spreking zal onderwerpen. Want in geen
jaren heeft in onze gemeente een voorval
piaats gevonden, dat in zóó overheerschen-
de mate de belangstelling van alle stadge-
nooten heeft getrokken als de Stadhuis
brand.
In herinnering gaan onze gedachten weer
terug naar dien ijskouden nacht van den
12den Februari, waarin in luttele uren te
gronde ging wat eeuwen-achtereen de trots
ran de Leidsche burgerij was geweest. We
denken met weemoed aan dien onvergete-
lijk-schoonen, grijzen gevel met z'n karak
teristieke toppen en aan de groote kunst
schatten, die daarachter verborgen lagen.
En aan dien goeden, ouden toren, die zoo
prachtig in het stadsbeeld paste, met z'n
twinkelend carillon, dat onder de vaardige
handen van den beiaardier Van Leeuwen
zijn vroolijke klanken over de daken der
huizen jubelde En als een angstwekkend
pookbeeld doemt vlak daarachter voor ons
geestesoog op het demonische spel van de
hoogoplaaiende vlammen in dien noodlot-
tigen winternacht; zich door de gapende
rensteropeningen een uitweg zoekend, brul
lend als ware het vuurmonster niet te ver
zadigen in zijn vernietigende vraatzucht.
Als moderne Sint Jorissen bestreden onder
de moeilijkst denkbare omstandigheden de
brandweerlieden den vuurspuwenden draak,
maar de dappere kerels stonden machteloos
en toen, grijs en grauw, de morgen aanbrak,
was van Leiden's Stadhuis niets meer over
gebleven dan een rookende puinhoop
Heel de stad, heel het land rouwde over
dit smartelijk verlies; van alle kanten
stroomden de betuigingen van deelneming
binnen. Onze Landsvrouwe was een der
eersten, die met Haar Gemaal persoonlijk
verwoesting in oogenschouw kwam ne
men en het Gemeentebestuur Haar diepge-
roeld leedwezen over deze ramp betuigde.
Dagen achtereen vormde de brand het
enige onderwerp van bespreking en zeker
«gentiende deel van de Leidsche burgerij
nes in die dagen het denkbeeld van nieuw-
hw met verontwaardiging van zich af.
h vormde zich een Leidsch Stadhuis-comité
- bestaat dat overigens nog? en in een
öp 10 April gehouden zitting werd met
poote meerderheid de wenschelijkheid van
herbouw van gevel en toren in den ouden
toestand uitgesproken, wanneer de practi
ce mogelijkheid daarvan althans was
tomen vast te staan. Maar wat iedereen, die
het gezien had, wel vreesde- de toestand,
waarin de resten van den toren verkeerden,
wa9 van dien aard, dat de Commissie voor
Monumentenzorg op hun behoud niet den
minsten prijs stelde. En daar bovendien het
gevaar voor instorting lang niet denkbeeldig
bleek, werd nog in den loop van diezelfde
maand met de slooping begonnen. Den 6en
Juni bracht de Commissie voornoemd haar
rapport aan B. en W. uit en ook zij was
ran oordeel, dat de oude gevel behouden be
hoorde te blijven. Ruim een maand later
werd het volledige rapport gepubliceerd en
was iedereen m de gelegenheid kennis te
nemen van de overwegingen, welke de
Commissie tot deze conclusie leidden. Na
grondige studie kwamen B. en W. ten slotte
met het voorstel om het ontwerpen van
twee plannen, één met en één zonder be
houd van den ouden gevel voor een Stad
huis aan de Breeslraat op te dragen aan
den gemeente-architect van Hilversum, den
heer W. M. Dudok. De verdere geschiedenis
ligt nog te versch in het geheugen, dan dat
het noodig zou zijn daarover hier opnieuw
uit te wijden. Bij velen had het gevoels
argument, dat in de eerste dagen na den
brand zoo sterk wees in de richting van
herbouw, plaats gemaakt voor andere over
wegingen, waaronder van praktischen aard;
anderen voelden het gemis van het oude
Stadhuis minder zwaar, doordat zij zoo
langzamerhand vertrouwd waren geraakt
met de gedachte, dat datgene, waarop zij
zoo trotsch waren geweest, er nu toch niet
meer was en aldus werd de stemming meer
en meer verdeeld. Langdurig is toen nog in
den gemeenteraad gediscussieerd of enkel-
voudige (aan den heer Dudok) dan wel
meervoudige opdracht zou worden verstrekt,
doch het eind van het liedje is geweest, dat
het voorstel van B. en W. met vrij groote
meerderheid werd aangenomen, alleen ge-
w'jzigd in dier voege dat het project voor
een geheel nieuw Stadhuis niet gebonden
behoeft te zijn aan de oude plaats aan de
^reestraat. De heer Dudok kon dus aan het
Jerk gaan en indachtig aan zijn toezegging,
hij ongeveer zes maanden noodig zou
hebben, kunnen zijn plannen medio 1930
'egemoet worden gezien.
Waarschijnlijk reeds in Januari zal de
"?er Dudok schetsteekeningen voor het
we plan overleggen, waarna de raad
zich omtrent de plaats kan uitspreken.
Ongetwijfeld zullen ze, zoowel door voor
as tegenstanders van herbouw met groote
belangstelling worden ontvangen en bestu
deerd en even zeker is het .dat er nog heel
wat woorden gesproken en geschreven zul
len worden over deze hoogst belangrijke
aangelegenheid, vooraleer de Sleutelstad
zich in het bezit van een nieuw Stadhuis
zal mogen verheugen.
Hopen we in ieder geval, dat het komende
jaar ons een belangrijke stap dichter bij dit
doel zal brengen en dat het uiteindelijk
resultaat ons het oude, fraaie gebouw zoo-
al niet zal doen vergeten, dan toch van dien
aard moge zijn, dat we er vreemdeling en
stadgenoot met evenveel trots op kunnen
wijzen als voorheen.
Na voorgaande bespreking van een bij uit
stek Leidsch belang, mogen we ons ook
verder eerst tot de gemeente zelve bepalen
en dan kan reeds direct worden geconsta
teerd, dat de algemeene toestand bevredi
gend is. Wel vorderde de Stadhuisbrand
groote financieele offers, bracht ook de lang
durige ijsperiode buitengewone uitgaven met
zich mt«3e, maar dat desondanks B. en W.
in hun begrooting voor het dienstjaar 1930
belastingverlaging in uitzicht stellen, stemt
iot groote verheugenis. Een verblijdend tee-
ken was ook zeer zeker de afnemende werk
loosheid, welke in het afgeloopen jaar terug
gebracht werd tot minimale proporties
De vernietiging van alle gegevens betref
fende het bevolkingsregister maakte een
nieuwe volkstelling noodzakelijk, welke
dank zij de medewerking van door andere
gemeentebesturen ter beschikking gestelde
ambtenaren op 26 Februari en volgende
dagen kon wonden gehouden en welke lot
resultaat had, dat het in het einde van 1928
bereikte zielental van 70.000 inwoners na
genoeg weer kon worden geregistreerd. Voor
groote rampen bleef onze gemeente verder
gelukkig gespaard; genoemd dienen even
wel in dit verband de branden in het
Rijkszuivelstation, aan de Steenstraat en ;n
de Oegstgeesterlaan. Ook de alastrim-epide-
mie, welke in andere plaatsen van ons land
zoovele slachtoffers maakte, bleef buiten de
stadsgrenzen, mede door de omstandigheid,
dat duizenden stadgenooten hebben gebruik
gemaakt van de hun van gemeentewege ge
boden gelegenheid lot kostelooze inenting,
heigeen het besmettingsgevaar in niet ge
ringe mate verminderde. F.én oogenblik leek
het er nog naar, dat de/»: epidemie ons ge
liefd 3-Octoberfeest zou doen vervallen,
maar na ingewonnen medisch advies acht
ten B en W. geen bijzondere voorzorgsmaat
regelen noodzakelijk en de uitkomst heeft
hen in het gelijk gesteld. Toen trachtte
Pluvius het jaarlijksche wortelen- en uien-
festijn nog te verstoren, maar ook zijn pogen
leed schipbreuk op het enthousiasme der
feestvierende Leidenaar9, Het Koninginne-
feest werd dit jaar, dank zij de jonge ver-
eeniging Koninginnedag" intensiever ge
vierd dan in de laatste jaren het geval is ge
weest. Een besluit van importantie nam
de gemeenteraad nog in zijn zitting van 3
Juni, toen besloten werd het stadsvuil te
doen vervoeren naar de plassen te Nieuw
koop. De voor vele stadgenooten verblijdende
consequentie van dit besluit was, dat medio
November de vuilverbranding werd stopge
zet, hetgeen weer tengevolge had, dat de
bewoners van Oude-Singegl en omgeving
eindelijk van de beruchte roetplaag werden
verlost.
Een andere plaag, welke een nog veel
grooter categorie stadgenooten treft, bleef
helaas in toenemende mate bestendigd. Wij
bedoelen den hopeloozen toestand aan den
overweg bij den Rijnsburgerweg. Nog slechts
kort geleden publiceerden wij een staatje,
dat dezen wantoestand in het volle daglicht
stelde en met nooit voldoenden drang be
velen wij deze aangelegenheid in de aan
dacht van alle betreffende autoriteiten ter
spoedig en afdoende oplossing aan.
Werken van prominent belang werden ii>
het-afgeloopen jaar door de gemeente niet
voleindigd Wel dient vermeld het leggen
van het stamriool in den Mare- en Rijns-
burgersingel, waar de werkzaamheden nog
in vollen gang zijn en de verbreeding van
eerstgenoemd en singel tegenover de Gas
fabriek, wat een groote verbetering is ge
bleken. Ook werd een aanvang gemaakt
met de hoognoodige verbreeding van oen
Stationsweg, waar die toestand vooral op
marktdagen levensgevaarlijk is.
Een groote verbetering belooft ook de
vernieuwing van de Havenbrug en de ver
ruiming van het Hvenplein te worden,
waaraan reeds geruimen tijd gewerkt wotdt
Aan gene zijde van den overweg werden
de werkzaamheden bij den aanleg van
den Leidschen Hout met meer kraciit
voortgezet dan de buitenstaander zou kun
nen vermoeden. Men weet, dat hierbij uit
getrokken werkloozen werden te werk ge
steld en dat deze proefneming als uitste
kend geslaagd i6 te beschouwen. Ook hier
ondervond het werk veel stagnatie dooT
de abnormaal lange vorstperiode, doch
daarna vorderde het karwei flink en op een
Vrijdagmiddag in de vorige maand zijn wij
er getuige van geweest, dat onze burge
meester, mr. Van de Sande Bakhuyzen er
den eersten boom plantte.
Een gebeurtenis van beteekenis <a«
eveneens plaats aan den anderen kant van
den Rijnsburgerweg; daar werd op 11 No
vember j.l m tegenwoordigheid van vele
autoriteiten de Anna-kliniek voor Ortho
paedic van de Vereeniging voor Misvorm
den geopend, waarbij Z.E de minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid de opemwg*.
rede uitsprak en den directeur, dr. Murk
Jansen in kennis stelde van zijn benoeming
tot ridder in de Orde van den Nederland-
schen Leeuw. Weinige weken later, op 9
December getuigde H. M. de Koningin-
Moeder dooi Haar persoonlijk bezoek aan
de kliniek van Haar onverflauwde belang
stelling in alle gebeurlijkheden, welke voor
ons volk van eenige importantie zijn. Een
andere aanwinst voor onze stad was ten
slotte het nieuwe Centraal Israëlietiseh
Wees- en Doorgangshuis aan de Roombur
gerlaan. dat den 18den Juni in gebruik
werd genomen en waarvoor de burgerij de
kosten voor de inrichting van een speciale
Leidsche zaal bijeenbracht.
Wij zijn zoo langzamerhand met onz*
kroniek van de wederwaardigheden in do
Leidsohe burgerlijke samenleving gekome.,
tót wat wij zouden willen noemen de ind:
vidueele feiten. Uit den aard der zaak een
lijst van zeer uiteenloopende gebeurtenis
sen, waarin zoowel de voorvallen van aan.
genamen als van droevigen aard voork>
men. Tot de eerste categorie behooren 'n
de eerste nlaats die personen, voor wie
1929 een jubileumjaar was. Het gaat niet
aan om op deze plaats alle in het afge
loopen jaar gevierde of niet gevierde jubi
lea te memoreeren, zoodat wij slechts vol
staan met de voornaamste te noemenop
17 Juni herdacht de heer A. Seret. den
dag, waarop hij voor vijfentwintig ja^r aan
de Leidsch0 Universiteit tot aTts werd be
vorderd. Een comité uit zijn patiënten
heeft op dien dag op even spontane als
hartelijke wijze uiting gegeven aan de gto
voeleros van dankbaarheid, welke allen,
arm en rijk jecens dezen geneesheer koes
teren. Op 1 Augustus vierde de heer T
Zaalberg zijn zilveren jubileum bij
de NV Kon. Ned. Fabriek van Wollen
Dekens v.h J C Zaalberg en Zoon, waar-
bii bet personeel niet in gebreke bleef om
zijn sympathieken patroon te huldigen. On
3 Augustus vierde de heer W. Fontein zïiti
25-jarig lidmaat-schar» van de Gemeenta-
commissie der Ned.-Herv. Kerk: een zeld
zaam voorkomend feit. dat dienovereen
komstig in een bnzopdere vergadering der
Commissie is herdacht, terwijl na afloop
een drukbezocht' receptie werd gehouden.
De bekende schilder Louis Hartz vierde op
11 September onder vele blijken van be
langstelling ziin zestigsten geboortedag.
Wh meeneo deze korte rij te mogen be
sluiten met de vermelding van het zilveren
ambtsjubileum van ds Joh. Jansen, Chr.
Gereformeerd predikant te dezer stede,
waarvan de herdenking plaats vond op
December. Helaas heel wat langer is de rij
van hen. die zich op de een of andere wijze
biizonder verdienstelijk iegens de Leidsche
burgermaatschapoij hebben gemankt, doch
haar in ber afgeloopen jaar door den dood
ontvielen.
De parochie van de H Petraskerk zag
zich op 21 Januari beroofd van haar kape
laan, oen eerwaarden heer O. I Keinper-
man; 1 Februari overleed de oudste inge
zetene, mevrouw G. van Leeuwen—Later-
veer in dein ouderdom van 101 jaar. De
F.perste Leidsche Schoolvereeniging (school
Noórdeinde) leed een gevoelig verlies door
het overlijden van het schoolhoofd, den
heer M. van Wamelen op 20 April. In het
begin van Juli ontviel ons onverwachts op
55-jarigen leeftijd de heer D. J. J. de Kos
ter, bekend industrieel en philantroop te
dezer stede en grondlegger, van het plan
tot stichting van den Leidschen Hout. In
diezelfde maand werden nog de kunst
schilder W H. van der Nat en de ijverige
secretaresse der Ver. voor Schoolkinder
voeding en -kleeding, mej. M. M. Woud
door den dood weggenomen. Den llden
October bereikte ons de tijdir.g van het
overlijden van den heer J. Schaap Hzn.,
oud-directeur van de Ohr. Gweekschool v.
Onderwiizers en Onderwijzeressen, die he
laas slechts korten tijd van zijn welver
diende rust na zijn veeljarige ambteliike
loopbaan heeft mogen genieten. De No-
vembermaand eischte nog 3 slachtoffers;
den vierden van d-eze maand overleed te
Alkmaar onze oud-stadgenoot, dr. H. J. Ta
verne, oud-assistent aan het chemisch labo
ratorium, oud-leeraar in de natuurkunu*
aan de Gemeentelijke Kweekschool en oud-
president van het R.-K. Weeshuis alhier.
Den 29sten werden wij opnieuw pijnlijk ge
troffen door de doodstijding van den hee?
K. Sijtsma lid van den gemeenteraad en
oud-medewerker aan ons Blad, terwijl een
dag later de oud-deken van Leiden, de
hoogeerwaarde heer P. L. Dessens over
leed
Zij allen rusten in vrede
De lezer zal hebben bemerkt, dat bij de
bespreking van de Leidsche gebeurlijkheden
wij angstvallig vermeden hebben alle feiten
betrekking hebbende op de Universiteit.
Dit is geenszins een omissie gewee9t, doch
gebaseerd op de omstandigheid, dat, al vor
men Leiden en de Academie ook een nog zoo
onafscheidelijk geheel, onze Alma Mater en
alles wat daarmede samenhangt toch een
wereldje op zich zelf vormen. Feiten of ge
beurtenissen van zeer ingrijpenden aard
deden zich voor zoover de buitenwereld
daarvan kennis kon nemen niet voor. De
hoogtijdagen waren 8 Februari, de 354ste
I verjaardag van de Leidsche Hoogeschool bij
welke gelegenheid de rector-magnificus, prof.
jhr. van Eysinga een rede hield over .Eenige
kanlen van het internationale statuut van
den Wordenden Noord-Nederlandschen
Staat" en de overdracht van het rectoraat
aan prof. dr. N. van Wijk op 16 September.
Dit jaar werd ook de 300ste geboortedag
van Chrisliaan Huygens hier ter stede her
dacht Dit geschiedde in een plechtige bij
eenkomst op 13 April, waar zijn beteekenis
achtereenvolgens door de hoogleeraren van
Itallie. van Vollenhoven, Zeeman, Emile
Picard van Parijs. Holleman en dr. Crom-
melin werd geschetst. In verband hiermede
was in de Sterrewacht een tentoonstelling
van Huygeniana georganiseerd. Van de ver
dere bijeenkomsten noemen wij hier slechts
het 65ste Oostersch Genootschap, dat van 3
tot en met 5 April hier ter stede gehouden
werd. Tot besluit van het te Amsterdam ge
houden internationaal oogheelkundig con
gres bracht een groot aantal buitenlandsche
I deelnemers een bezoek aan onze veste. In
i het bijzonder ging hun belangstelling uit
j naar de oogheelkundige kliniek van prof. J.
van der Hoeve terwijl eveneens een kort be-
I zoek gebracht werd aan het Academie-
j gebouw. In het afgeloopen jaar konden op-
I nieuw eenige nieuwe gedeelten van het
Boerhaavekwartier in gebruik genomen
worden.
Opmerkelijk was dit jaar het groot aantal
mutaties, in de gelederen der hoogleerarem
Op 23 Januari aanvaardde de opvolger van
wijlen prof. Vürtheim .prof. dr. B. A. van
Groningen het ambt van hoogleeraar in de
Grieksche taal- en letterkunde en Grieksche
oudheden met het uitspreken van een rede
over het onderwerp: Nieuwe getuigen. Op 20
Februari hield prof. dr. C. C. Berg. die prof.
Hazeu opvolgde als hoogleeraar in de Ja
vaansche taal- en letterkunde zijn inaugu
reel© rede over: Hoofdlijnen der Javaansche
litteratuurgeschiedenis. Het Leidsch Univer-
sileitsfonds verleende tegen 1 Maart eervol
ontslag als buifengewoon hoogleeraar aan
prof. G. J. W Koolemans Beijnen en tegen
een nader te bepalen datum eveneens aan
prof. dr. L. Polak. Op 28 Februari werd be
kend, dat prof. dr. H. Windisch, hoogleeraar
in de uillegging van het Nieuwe Testament
en de geschiedenis der oud-christelijke let
terkunde een benoeming naar Kiel had aan
genomen. zoodat hem tegen 1 September
eervol ontslag werd verleend. Hij werd op
gevolgd door prof. dr. de Zwaan, uit Gro
ningen, die benoemd op 10 Juli, zijn ambt
aanvaardde met het uitspreken van een rede
over: Hel Christusgetuigenis van Paulus
Deze plechtigheid had plaats op 6 November.
Op 4 Maart werd in verband met het berei
ken van den 70-jarigen leeftijd eervol ont
slag als buitengewoon hoogleeraar in het
Nieuw Grieksch verleend aan prof. dr. D. G.
Hesseling. In zijn plaats werd benoemd
mej. prof. Sophie Antoniades uit Parijs, de
eerste vrouwelijke Leidsche professor, die bij
haar inauguratie op 13 November sprak
over: Het belang van het moderne Grieksch.
In de vacature van hoogleeraar in de huid
en geslachtsziekten werd in eerste instantie
voorzien door de benoeming van prof. van
der Valk uit Groningen, doch toen deze be
dankte. werd in zijn plaats benoemd prof.
dr. H. W. Siemens uit München. Prof. dr. P.
Th. L. Kan vroeg en verkreeg om gezond
heidsredenen ontslag als hoogleeraar in de
keel-, neus- en oorheelkunde. Bij Kon. Be
sluit van 22 Juli werd benoemd tot hoog
leeraar in de weefselleer prof. S. Th. Bok. die
op 30 October zijn ambt aanvaardde en tot
hoogleeraar in de tropisch koloniale staat-
huiskunde prof. J. H. Boeken, die zulks za!
doen op 15 Januari e. k. Op 18 September
werd dr. G. Holst uit Eindhoven vanwege
het Leidsch Universiteitsfonds benoemd tot
buitengewoon hoogleeraar in do natuur
kunde, terwijl dienzelfden dag mr. J. M. van
Bern melen belast werd met de waarneming
van de colleges van prof. A. J. Blok gedu
rende diens ziekte. Tenslotte werd aan pro?,
dr. J. C. Kluyver d.d. 3 dezer met ingang
van 15 September 1930 eervol ontslag ver
leend wegens het bereiken van den 70-jari
gen leeftijd. Ten aanzien van de lectoren zij
nog opgemerkt, dat dr. A. de Buck op 5 Juni
zijn intrede deed als lector in de aegyptolo-
gie als opvolger van dr. P. A. A. Boeser.
Dr. H.R. Woltjer vertrok kort geleden naar
In9ulinde in verband met zijn benoeming tot
hoogleeraar in de natuurkunde aan de Tech
nische Hoogeschool te Bandoeng. Twee
andere lectoren dr. D. Wiersma en dr. J. J.
L. Duyvendak bedankten voor hun aange
boden professoraten in de psychiatie en het
Chineesch in Amerika.
Ook de samenstelling van het college van
curatoren der Universiteit onderging eenige
wijziging, doordat jhr. Ruys de Beeren-
brouck werd vervangen door jhr. von
Fisenne.
Het aantal oud-hoogleeraren verminderde
m het afgeloopen jaar door overlijden met
drie. Op 28 April overleed te Den Haag, prof.
mr. J. H Carpentier Alting, oud-hoogleeraar
in de hoofdtrekken van het hedendaagscli
recht en Nederland-Indische strafrecht en
strafvordering: nauwelijks een maand gele
den overleed te Wassenaar in den ouderdom
van 55 jaar prof dr. G. A. J. Hazeu. oud-
hoogleeraar in de Javaansche taal- en letter
kunde. Een smartelijk verlies voor de gcheele
Leidsche gemeenschap was het verscheiden
van den grijzen historicus, prof. dr. P: J.
Blok op 24 October Nog slechts korten tijd
daarvoor had hij onder groote belangstelling
zijn gouden doctoraat gevierd, terwijl ter ge
legenheid van het 25-jarig bestaan van het
Ned .Historisch Instituut te Rome, waarvan
prof. Blok de oprichter i9 geweest hij be
noemd werd tot groot-officier in de Orde van
OranjeNassau. Zijn sympathieke persoonlijk
heid zal bij allen, die hem gekend hebben in
dankbare herinnering blijven voortleven.
Van de universitaire jubilea mogen hier
vermeld het zilveren doctoraat van prof. dr.
W. H. Keesom op 19 Januari; de 50ste ver
jaardag van prof. Einstein op 14 Maart; het
25-jarig jubileum van dr. J. If. Holwerda bij
het Museum van Oudheden op 1 April; het
25-jarig professoraat van dr. A. W. Nieuwen-
huis op 4 Mei; de 70ste geboortedag van prof.
dr. G. Jelgersma op 1 November en het
25-jarig professoraat van prof. dr. N. Ph.
Tendeloo op 14 December. Van do aan
Leidsche hoogleeraren verleende onderschei
dingen noemen wij slechts de gouden eere
medaille der Thorbecke-Stichting, welke
werd toegekend aan prof. mr. E. M. Meijers
in verband met zijn belangrijke ontdekking
van het ligurische recht en het eere-docto-
raat door de Universiteit van Parijs verleend
aan prof. Einstein.
De belangrijkste gebeurtenis in het
studentenleven was dit jaar ongetwijfeld do
overwinning van Njord op de Varsity-wed-
strijden. Verder werden door verschillende
corpsvereenigingen lustra gevierd, doch ;n
dit opzicht belooft 1930 belangrijker te wor
den dan zijn voorganger, gelet op de groot-
sche feestplannen van de Lustrumcommis
sie van het L S. C., waarvan de opvoering
van het waterspel „De vliegende Hollan
der" op de Kaag in Juni a s. de hoofdschotel
zal vormen. Het Corps leed een zwaar ver
lies door het overlijden van den heer L. M.
I. Redelé. terwijl haar voorts nog door den
dood werden ontnomen de heeren F. M. van
der Loo, A. R. Uhl, F. W. van den Broek en
L. A. A. Rutgers van der Loeff.
Prinses Juliana, die ook dit geheele jaar
Hare studiën aan onze Universiteit nog
voortzette, zal, gelijk bekend, deze eerst
daags beëindigen.
Moge 1930 voor onze gemeente in do
ruimste uitgestrektheid een in alle opzichten
voorspoedig jaar zijn.
Over héél de wereld schalt de trompet
van den wachter des tijds.
Halt houden en rusten 1
Een nieuwe etappe is volbracht op den
levensweg, die langs steeds steiler paden
voert, en tegader zet de menschheid zich
moeizaam een wijle neer om het zoeklicht
der memorie te laten flitsen over het daar
beneden liggende landschap van het voorbij
gesnelde jaar.
„Wat al beelden en tooneelen
Reizen de peinzende ziele voorbij
Weelderige landouwen ontplooien zich
weer voor het oog, bloeiende, geurende gaar
den en nijvere, altijd werkzame men-
schenhier heersc'ht 't geluk en de wel
vaart, hier voeren voorspoed en tevreden
heid den boventoon 1 Ginds echter gapen do
sinistere kloven der ellende, teekenen zich
vaag af de contouren der vele rampen, die
ook in dit afgeloopen jaar weer droefheid en
deernis hebben gebracht over een groot deel
der menschheid, die in de jagende cadans
van het enerveerende leven nauwelijks tijd
heeft zich den loop der gebeurtenissen vol
komen te realiseeren.
Was 1929 voor Nederland een goed
jaar? Sommigen zullen deze vraag met
„neen", anderen met „ja" beantwoorden, en
het lijkt daarom beter haar in haai alge
meenheid verder niet aan de orde te stellen.
Politici zullen zeker in menig opzicht wei
nig reden tot tevredenheid kunnen betoo-
nen. Immers het, eigenlijk door niemand ge-
wenschte, zakenkabinet-De Geer verdween
na de verkiezingen van het tooneel, doch
slechts om plaats te maken voor een mi
nisterie Ruys de Beerenbrouck, dat zich nog
minder in de gunst van het volk mag ver
heugen dan z'n voorganger 1 De op den der
den Juli gehouden verkiezingen voor de
Tweede Kamer, waaraan werd deelgenomen
door niet minder dan 37 partijen met 641
candidaten, brachten geen verschuiving van
beteekenis: R. K. Staatspartij, S. D. A. I'.
en C. H. U. bleven gelijk, de A. R. Partij
verloor een zetel ten koste van ds.
Kersten en zijn volgelingen, Floris Vos ver
overde een zetel op den Vrijheidsbond, ter
wijl de R. K. Volkspartij het veld moest iui-
men voor den communistischen „renegaat"
Wijnkoop! Terugkeer naar de coalitie, meen
de men, was de eenige weg, die leiden kon
tot een parlementair kabinet, doch allengs
bleek dat de C. H. U. niet bereid was zich
officieel te binden aan een vooraf op te stel
len program. Jhr. Ruys de Beerenbrouck,
met de opdracht belast, was gedwongen deze
terug te geven, maar vormde daarna met
welhaast Amerikaansche voortvarendheid
een zakenministerie, dat.in wezen een
coalitie-kabinet beteekent, zij het dan ook
dat de officieele sanctie der partijen al
thans van één van hen er aan ont
breekt! Hetgeen niet wegneemt dat de sa
menstelling, voor wat de personen betreft,
in bladen van velerlei richting waardeering
en lof heeft gevonden, óók al bleef men het
„principe" voor zoover daarvan sprake
kon zijn ten scherpste afkeuren. Over de