3e 162ste Algemeene Vergadering van
„Bloembollencultuur".
f Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 16 December 1929
Derde Blad
No. 21398
de openingsrede van den heer krelage.
DE VLUCHT UIT DE P OPPENKAST VAN JAN KLAASEN EN TRIJNTJE.
BINNENLAND.
M Bullrlch-Zout
FEUILLETON.
e geheimzinnige voetslappen
Belangrijke stijging van het ledental.
De heer Krelage.
Ter
BC 1
opening ran de 162ste algemeene
redering ran „Bloembollencultuur" te
irlem heeft roorzitter Krelage heden de
reende openingsrede gehouden:
Nog nimmer m de geschiedenis onzer ver-
•nigmg is een roorzitter het voorrecht te
-7irl gevallen, op een algemeene vergade-
niet minder dan zes nieuwe afdeelin-
tegelijk het welkom te mogen toeroepen.
Het welkomstwoord, dat ik heden heb uit
spreken, geldt de nieuw opgerichte afdee-
sjen OpperdoesMedembli'k, Ouderdijk,
wflrarspel en omstreken, Zwaagdijk,
tord Brabant's Westhoek en Horstermeer-
iHer.
De beide laatste namen zijn nieuwe klan-
op bloembollengebied en vestigen de
indacht op het ontstaan van bloembollen-
in nieuwe gebieden: in de Vechtstreek
in Noord-Brabant. Dit zijn niet de eenige
erechijnselen van dezen aard: tot in de
rovinciën Utrecht. Friesland, Groningen en
nfe is de bloembollenteelt doorgedrongen'
Dezerzijds is dergelijke uitbreiding nooit
mbevolen of aangemoedigd. De uitkomsten
te onzeker, om de verantwoordelijkheid
een gunstig advies te kunnen dragen,
nmaal in een bepaalde streek een
•toi bedrijven ontstaan en wenschen die
irit!%e aaneensluiting in den vorm van
w atöeelmg onzeT vereeniging, dan kan
ons beletten ze hartelijk welkom te
lïfen in ons midden. Dan is het, zoowel
de vereeniging in haar bestaanden
i, als voor de jonge afdeeling in een
streek, winst, wanneer zij aaneenge-
'Ti hun gemeenschappelijke belangen
innen behartigen.
It moge daarom de verwachting uitspre-
datde nieuwe afdeelingen en haar indi-
toeele leden veel nut en steun mogen on
twinden van hun verhouding tot onze ver
eng, en dat zij met ons allen de alge-
ne vakbelangen krachtig zullen willen
Ipen bevorderen.
Door deze nieuwe aanwas is het aantal
*kn onzer vereeniging gestegen tot nage-
JQ 5000; hetgeen beteekent, dat het na
'•a oorlog in tien jaar tijds verdubbeld is;
aantal afdeelingen is geklommen tot 47,
irvan 30 in Noord-Holland, 15 in Zuid
rand, 1 in Zeeland en 1 in Noord-Bra-
Daar nog in een drietal plaatsen de
oprichting van afdeelingen wordt voorbe
reid, zal vermoedelijk het volgend jaar de
50ste afdeeling kunnen worden erkend.
Deze uitbreiding van de teelt is meer een
gevolg van den minder gunstigen toestand
van den landbouw, dan van een buitenge
woon gunstigen toestand van het bloembol-
lenbedrijf.
De toestand van het bloembollenbedrijf
kan zeker niet ongunstig genoemd worden,
maar de vette jaren zijn vermoedelijk voor
bij. Niemand kan met zekerheid voorspellen
of er thans een tijdvak van magere jaren
zal aanbreken, maar het kan verstandig zijn
met deze mogelijkheid rekening te houden.
Deze mogelijkheid behoeft ons niet te ver
ontrusten. Zij kan zelfs haar goede zijde
hebben. Langdurige voorspoed verslapt, te
genspoed prikkelt de wilskracht.
Het afgeloopen jaar heeft zich reeds eeni-
germate door tegenspoed doen kennen. De
vorstschade tengevolge van den buitenge
woon strengen winter was van ingrijpende
beteekenis voor de kweekers van Bol-Iris-
sen; een aantal Tulpen en Narcissen soorten
leden ernstige schade, terwijl tegen de ver
wachting de Hyacinthen den winter zeer
goed bleken te hebben doorstaan.
Dat de vorstsehade. vooral in de Irissen,
aanleiding heeft gegeven tot het bij het
scheidsgerecht aanhangig maken van tal
rijke, dikwijls zeer ingewikkelde geschillen,
is u allen bekend. liet scheidsgerecht is
hierdoor met werk overladen geworden en
heeft maanden achtereen twee- en driemaal
per week moeten bijeenkomen. Geen der
leden van het scheidsgerecht heeft bij het
aanvaarden zijner benoeming kunnen voor
zien, dat de vervulling van dit ambt zóó
veel van zijn tijd en zijn kennnis zou
eischen. Het moge den leden van 't scheids
gerecht, zoowel als den daaraan verbonden
rechtsgeleerden een voldoening zijn, te we
ten dat hun opoffering en toewijding door
de leden der vereeniging in hooge mate
wordt gewaardeerd.
Wat de hyacinthen betreft, ging hun on
aandoenlijkheid bij doelmatige bedekking
voor vorstschade gepaard met een zoo
aanmerkelijke verbetering van den alge-
meenen gezondheidstoestand van het gewas,
dat men zeggen kan, dat het geelziek be
dwongen is. Dank komt hiervoor vooral toe
aan Prof. Van Slogteren en zijn staf, die na
hun voorbereidende onderzoekingen aan de
praktijk doeltreffende wenken konden geven
ter beteugeling van een kwaad, dat gedu
rende enkele jaren een zeer ernstig aanzien
heeft gehad
Nu deze ziekte-pe: iode vrijwel achter den
rug is, doemt echter dadelijk een nieuw
vraagstuk op: de kans nameljjk, dat ten
gevolge van de onbeperkte, bijna Jabrlekmati-
ge teelt, de voorraden de vraag voor het
volgend jaar zullen overtreffen. Nu de lage
re prezen echter den verkoop van Hyacin
then zeer sterk zullen bevorderen, behoeft
men zich daarover nog niet aanstonds te ver
ontrusten. Bovendien mag worden verwacht
dat de onpersoonlijke reclame van het Cen
traal Bloembollen Comité in de naaste toe
komst meer dan tot dusver gericht zal zijn
op bevordering van het gebruik van Hyacin
then. Ten overvloede beijvert de vereeniging
„De Hyacinth" zich om maatregelen te tref
fen ter stabilisatie der prijzen.
Ook de omstandigheid dat bjj het nieuwe
Amerikaansche tarief \au invoerrechten het
recht op Hyacinthen boll en in tegenstelling
met dat op andere hoofdgewassen onzer
cultuur niet is verhoogd, zal aan den af
zet van dit artikel ten goede komen.
Ofschoon de Amerikaansche Senaat de
129 Eensklaps een angstkreet werd vernomen, een
luide gil om hulp gehoord, tot schrik van den koning en
Jan Kiaasen, viel Trijntje gillend, over boord. „Helpt toch
mijn Trijntje" nep Jan Klaasen en d'anderen gilden mee.
De lijn aan 't dier was uilgeloopen en trok zoo Trijntje
mee in zee.
130. Gereed om Trijntje na te springen, hoorden zij
ineens 'n luide gil, 't was verschrikkelijk wat zij zagen:
dicht bij Trijn een krokodil. Een groot dier met scherpe
tanden, keek Katrijn begeerig aan „Doe mij geen kwaad",
riep Trijn wanhopig, ,,'k heb jou ook nooit kwaad gedaan".
voor onze artikelen zoo schadelijke verhoo
gingen van het Huis van Afgevaardigden
heeft overgenomen, en alle voor ons gunsti
ge amendementen heeft verworpen, is daar
mede nog niet gezegd, dat het door den
Senaat vastgestelde tarief inderdaad in wer
king zal treden. In Amerika wordt nog
steeds ernstig rekening gehouden met de
mogelijkheid, dat president Hoover aan het
tarief in zijn geheel niet zjjn goedkeuring
zal hechten.
Maar indien hij dit wel do:t, en dus het
verhoogde tarief in werking treedt, dan
moge men bedenken dal de geschiedenis
leert* dat in Amerika een artikel een be
trekkelijk hoog recht kan velen. Althans
wanneer de voorspoed, die daar zoolang
heeft geheerscht, in de toekomst niet ai te
zeer vermindert en men er zich dus een
duren levensstandaard kan blijven veroor
loven.
Ten slotte moge ik nog herinneren aan een
paar belangrijke gebeurtenissen op het ter
rein onzer vereeniging. In onzen proeftuin
werd een hoogst belangrijke opnaamstelling
van nieuwe tulpen gehouden door een ge
mengd Engelsch-Nejerlai d-sche commissie. De
Royal Horticultural Society te Londen heelt
zich willen belasten met de uitgaaf van de
voorloopige resultaten van dezen arbeid,
waaraan verbonden was een herziening van
de naamlijst van alle bekende Tulpenver
scheidenheden. Het resultaat van een én
ander is de „Tentative List of Tulip Na
me..", een boekje van 80 pagina's, waarin
voor 't eerst getracht is de gegevens om
trent de winners, jaar van in den handel
brengen, synoniemen, enz. van de Tulpen
bjjeen te brengen. Aanstaande voorjaar zal
de opnaamsteliingseommissie weder in den
proeftuin bijeenkomen, om aan haar werk
de laatste hand te leggen. De daar opge-
plante collectie tulpen zal 'zeker evenveel
belangstelling wekken als in het laatste voor
jaar.
In onze keuringszaal had voor 't eerst een
Narcissententoonst-elling plaats, waarran een
internationaal karakter was gegeven. Ver
schillende Engelsche inzenders luisterden met
hunne collecties deze keuring op, die daar
door ongetwijfeld aan belangrijkheid won.
Het ligt in de bedoeling, van onze kta
rings zaal bij voortduring zooveef moge "jk
gebruik te maken voor speciate tentoonstel
lingen buiten de gewone wekelijksche keu
ringen. De a.s. Kersttentoonstelling kan daar
van ten bewijze strekken en het streven zal
er op gericht moeten zijn, dergelijke ten
toonstellingen een vast periodiek karakter
te geven.
Met den wensch dat onze beraadslagingen
een vruchtbaar resultaat mogen hebben, ppen
ik deze algemeene vergadering.
DE DROOGMAKING
VAN DE ZUIDERZEE.
EE GROOTE DIJK ZAL IN 1932
GEREED ZIJN.
De kosten vallen acht millioen mee,
In de memorie van antwoord op het voor-
loopig verslag van de Eerste Kamer over de
begrooting van het Zuiderzeefonds voor
1930, merkt de minister van Waterstaat op,
dat op dit oogenblik nog slechts in uit
voering zijn de afsluiting van de Zuiderzee
en de droogmaking van de Wieringermeer,
Over voortzetting van de droogmaking zal
later bij nieuwe wetsvoorstellen moeten
worden beslist. Het zou niet verantwoord
wezen, bij de daartoe noodige voorbereiding
geen gebruik te maken van de met de
droogmaking van de Wieringermeer opge
dane ervaringen. Alvorens dus voorstellen
voor volgende droogmakingen te doen,
zullen eerst deze ervaringen bekend moeten,
zijn.
De minister meent daarom, dal verdere
gedachtenwisseling over de waarschijnlijke
financieele uitkomsten van latere droog
makingen thans weinig vruchtdragend zou
zijn en beter kan worden uitgesteld toldai
bedoelde ervaringen zijn verkregen.
De minister deelt mede, dat, naar hel zich
laat aanzien, de afsluiting van de Zuiderzee
reeds in 1932, dus nog een jaar eerder dan
laatstelijk werd verwacht, tot stand gebracht
zal kunnen worden. Daar is gebleken, dat
de kosten van de dijkwerken in 1929 onge
veer 8'/s pCt. lager zijn geweest dan deze
op grond van de in 1928 geldende prijzen
geweest zouden zijn (in 1928 werden de
,kosten der afsluiting op 128 millioen ge
raamd), mag worden verwacht, dat de kos
ten van den afsluitdijk, wanneer de nader
verkregen ervaring en beschikbare kennis
in rekening worden gebracht en de prijzen
van 1929 ook verder gelden, op 120 millioen
of 8 milliioen lager zullen kunnen worden
gesteld.
Deze verlaging is een gevolg van de
lagere prijzen, tegen welke de werken, dank
zij de groeiende ervaring van directie en
aannemers, thans kunnen worden berekend.
De eertijds uitgesproken verwachting, dat
deze factoren een gunstigen invloed zouden
hebben, komt dus reeds tot uidrukking, en
voor de vrees, dat de raming der totale
kosten zich nog verder in een stijgende lijn
zou bewegen, bestaat dus voorhands geen
aanleiding.
RECLAME.
longpijnen
Maagzuur
ipijs verteringsstoringen
U^ind, MOJ.ar onorert'.lfcn h.t b„l. middel
^l'kTnü if, V 120 SI«M'
Tl. hc' P"'"' «n den uilvinder.
Monsters grails en franco v. d. TertrgenwoordlRer
DnkBAnt$<eryein6e»?Lhmatmsparlr5reo?6
5218
De instelling van een commissie van
deskundigen om de kosten en de financieele
gevolgen van de drooglegging te onderzoeken
gelijk enkele leden wenschten. acht de mi
nister op dit oogenblik niet aanbevelens
waardig. Daarlatende, dat een te veelvuldig
gebruik van de diensten van commissies
niet altijd bevorderlijk is voor vlotte af
doening van zaken, meent hij, dat in dit
geval een commissie geen voldoend arbeids
veld zju vinden.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Bij K. B. is met ingang van 1 Maart
1930 benoemd tot directeur van en leeraar
aan de Rijks HBS. te Leeuwarden, dr G.
H. ten Bruggencate, onder gelijktijdige toe
kenning van eervol ontslag als directeui
van en leeraar aan de Rijks HBS. te Sappe-
meer. is mei ingang van l Februari 1930
aan de Rijks H B S. te Oostburg benoemd
lot directeur en leeraar ir J. Ph. van Dal-
sum, onder gelijktijdige toekenning van eer
vol ontslag als leeraar aan de Rijks H.B S.
fe Warffum; tijdelijk benoemd tot leeraar
P. N. Kruithof te Hansweert.
UIT NEP. OOST-INDIE.
DE KRAKATAU WERKT.
BATAVIA, 14 Dec. (Aneta). Na een
periode van betrekkelijke kalmte heeft de
Krakatau vandaag een toenemende werk
zaamheid vertoond, die reden geeft voor
ongerustheid. Er werden plotselinge gasop-
borrelingen geconstateerd, die zich veel
dichter bevonden hij den observatiepost op
Langeiland dan ooit fe voren. Er werden
geconstateerd vierhonderd uitbarstingen tot
een gemiddelde hoogte van 300 m., duizen
den harde ontploffingen en drie geweldige
waterfonteinen Roodgloeiende bommen dre
ven aan de oppervlakte van hel water. Het
aantal bevingen neemt toe.
^autoriseerde vertaling uit het Engelsch
van Mevrouw Belloc Lowndes,
door Oswaldi.
'^willig had hij er in toegestemd en toen
'?nige dagen waren verstreken, was de oude.
^aren rechtsgeleerde langzaam, maar zeker
•lde overtuiging gekomen, dat Eva niets te
*li(5n had. direct noch indirect, met het
jjroa van Birtley Raydon's dood door ver
ft Desondanks had hij den vorigen avond
- Huishoudster gewaarschuwd, in eenigs-
bedekte termen, want hij sprak door de
wn, dat hij stellig verwachtte dat zijn
Jjfo z°u worden gearresteerd. En daarbii
p Hij gesproken, alsof het eer een kwestie
'!B enkele uren dan van dagen was.
.^Hoor! Daar stopt een auto voor het
Eva springt op. Een blos breekt door
▼Haar bleek gezichtje. Zij heeft er naar
dat er iet9 zou gebeuren. Vooral
zij Jack Mintlaw te spreken. Dit
weineen. is waarschijnlijk Jack
tok gaa* naar het raam en houdt de
a.'If vrouw met een handbeweging terug,
yu?nd, vaslgeraden.
v^.aat niemand je zien" zegt zij scherp
J slaan waar je bent. Eva!"
^jar Eva kruipt naderbij en zich schui'-
CT. achter de lange, zijden gordijnen.
'I1 zij naar buiten.
^an z^n?" roept zij uit en laat
schrik op volgen: „Het is die akelige
man. dien wij het eerst gesproken hebben.
En, o, Addie, kijk eens! Er loopen twee poii-
tie-agenlen achter hem. Zeker nog meer na
righeid voor me? Het zou me geen zier ver
wonderen. als ze bestuurd worden door de
oude mevrouw Raydon!" Maar al is Eva ook
volkomen onkundig van wat komt, dat is
niet het geval met het personeel van de
villa. Powell, het kamermeisje, is zichtbaar
onder den indruk, als zij de salondeur opent,
om den plaatselijken inspecteur van politie
binnen te laten.
Hij is er al eerder geweest, die man. want
hij heeft het eerst de bewoners van The
Mill House verhoord en uitgevraagd na den
dood van Birtley Raydon. Eva was toen
diep verontwaardigd geweest over zijn vra- 1
gen en zijn manieren en zij waren als
vijanden gescheiden. En thans kan deze
man, nu hij voor zich de overtuiging heeft,
dat zij den dood van haar echtgenoot op
haar geweten heeft een gevoel van voldoe
ning niet onderdrukken, dat juist hij de op
dracht heeft, haar te arresteeren.
Hij gaat den salon binnen en legt de hand
op Eva's arm.
Maar nu verdwijnt al zijn gevoel van
satisfactie en zenuwachtig brengt hij de
verschrikkelijke woorden over de lippen: „Ik
arresteer u op de aanklacht, dat u op den
vierden van deze maand uw echtgenoot, den
heer Birtley Raydon. gedood hebt."
Eva antwoordt niet Zij kijkt hem aan met
groote. open verwonderde oogen.
„Ik moet u waarschuwen" gaat hij
toonloos voort, „dat al wat u nu zegt, !eg=n
u geluigen kan."
Dan zegt zij met kalme, heldere stem:
„Ik heb niets Ie zoggen". Zonder een zweem
van vrees, vrijmoedig, ziet zij hem aan.
„Alleen.
Hij heft de hand op. „Wees voorzichtig,
mevrouw."
Zij let niet op die voor haar ongepaste
onderbreking. Met besiistheid gaat zij voort:
..Het éémge wat ik zeggen wil, is, dat ik
volkomen onschuldig ben. Ik had mijn man
lief en hij had mij lief. Zooveel ik weet, had
geen van ons beiden een vijand, op de we
reld maar neen, nu vergis ik me! Zijn
moeder was altijd en is blijkbaar nog, mijn
aarfsvijandin."
Zich tot Adelaide Strain wendend, toont
zij geen spoor van angst of vrees, al trilt zij
van opwinding.
„Ik roep je tot getuige. Addie, dat ik dit
daareven, terstond gezegd heb, na gearres
teerd te zijn."
Nu klinkt het scherp van den inspecteur,
die niet meer zenuwachtig maar ont
stemd is:
„Hoe minder u praal, des te beter zal dat
voor u zijn, mevrouw Raydon. U zult later
gelegenheid te over hebben, om te zeggen,
wat u te zeggen hebt."
Maar nu ziet hij dat een uitdrukking van
diepe smart, ja hevigen angst het gelaat van
Adelaide stempelt en dat verzacht plotseling
zijn stemming. Al zijn besprekingen met de
huishoudster van The Mill House waren
aangenaam en van zijn standpunt bijzon
der vruchtbaar geweest.
„Kunt u zorgen, dat mevrouw Raydon
ongeveer over een kwartier gereed is?"
vraagt hij met gedempte stem. „Ik wil niet
hard of onredelijk zijn, maar het is een heel
eind. en het is al over vieren."
Fluisterend komt het over Adelaide's lip
pen: „Mag ik met haar meegaan, naar de
gevangenis?" Met leedwezen merkt hij op,
dat haar gelaat een ongewone, kalkachtige
kleur heeft. Hoe vreemd toch, dat de on
schuldige vrienden of vriendinnen van de
beschuldigden, dikwijls dieper schijnen te
lijden, dan de beschuldigde zelf.
Vlug antwoordt hij: „Mevrouw Raydon
gaat nu niet naar de gevangenis. Zij wordt
naar het politiebureau overgebracht, waar
de aanklacht tegen haar wordt geboekt in
het daarvoor bestemde register en haar daar
na natuurlijk zal worden voorgelezen. Van
daar. ik geloof, dat er op het oogenblik zit
tingen zijn. gaan wij door naar het ge
rechtshof. De rechters moeten de bewijzen
voor en tegen haar hooren en zullen daarna
rechtsingang tegen haar verleenen, of haar
ontslaan van rechtsvervolging."
Nu hij een uitdrukking van greofe verlich
ting ziet komen niet alleen op mevrouw
Birtley Raydon's gelaat, maar ook, op dat
van haar vriendin, betreurt hij dat hij zelfs
dit weinige heeft gezegd.
..Mag ik u een oogenblik spreken?"
Hij slaat een veelbeteekenenden blik op
de vrouw, die hij heeft hcoren beschrijven
als „de goede engel van de slechte mevrouw
Raydon." Eigenlijk schijnt zij nog erger over
stuur en dieper geschokt te zijn, dan zijn
arrestante. Maar. niet waar, zij is klaarblij
kelijk niet alleen veel ouder doch ook veel
verstandiger dan haar mooie vriendin.
Haastig verwijdert Adelaide Strain zich
van Eva, om met den Inspecteur naar een
der ramen te gaan.
Zacht zegt hij haar:...Ik geloof, dat het
goed zou zijn, al9 zij een koffertje meenam
met haar nachtgoed en zoo. De zittingen :n
het Gerechtshof kunnen wel twee of drie
dagen duren. Er moeten heel wat geluigen
woTden gehoord, waaronder natuurlijk ook u,
mevrouw Strain."
„Zoudt u denken, dat tegen mevrouw
Birtley Raydon rechtsingang wordt ver
leend?"
Haar stem smelt in een bijna onverstaan
baar gefluister weg. Doch hij antwoordt
voorzichtig:
„Dat kan ik niet zeggen. Maar als ik u
was, zou ik bij haar geen verwachting van
het tegendeel wekken. En wilt u haar nu
helpen inpakken, wat zij noodig kan heb
ben? Als er iets vergeten wordt, kan dat na
tuurlijk nagezonden worden. Zooals u waar
schijnlijk weet, worden aan een gedetineerde
in voorarrest alle mogelijke billijke facili
teiten verlepnd."
De twee vrouwen gaan naar boven en het
ontgaat haar niet, dat de Inspecteur, terwij!
hij zelf den tuin ingaat, een politie-agent in
de hal op post zet.
Bijna geen woord zegt Eva Raydon, nu zij
met Adelaide Strain de dingen uitzoekt die
laatstgenoemde meent, dat moeten worden
ingepakt Sterk in het bewustzijn van haar
volkomen onschuld aan het verschrikkelijke
feit, waarop de aanklacht leren haar is ge
grond, is zij meer opgewonden en buiten
zichzelve van verontwaardiging, dan hang
Maar dan spreekt zij rriet bittere gram
schap, over wat zij noemt de oude mevrouw
Raydon's lage afgunst. Zij is er van over
tuigd. dat zij die diepe vernedering te wijten
heeft aan den krankzinnigen haat van haar
schoonmoeder tegen haar.
Eindelijk zegt zij: ..Kijk niet zoo bedrukt.
Addie Ik ben niet in het minst banc maar
natuurlijk wel gruwelijk niidig En ik hoop
dat je zal bpgrijpen. dat ik je liever niet
mee laat gaan. Ik zou vep| liever willen dnt
ja hier bleef, om een oog in 't zeil te hou
den en voor mij te telefoneeren met „zeker
iemand".
IWordt vervolgd.)